Je gaat aan de slag met het tweede thema van Engels:
'Animals and pets'.
Door te luisteren (listening), te lezen (reading), te spreken (speaking) en
te schrijven (writing) maak je kennis met verschillende soorten dieren.
Je bezoekt websites. Je speelt spelletjes en je oefent.
Hulp nodig?
Gebruik de Toolbox! Je vindt daar woorden en uitdrukkingen die je kunt gebruiken, hulp bij de juiste uitspraak en en hulp bij het maken van zinnen.
Veel plezier! Have fun!
Basisstof: Need to know
Wat moet je weten voordat je aan de slag gaat met dit thema?
Je vindt hier een paar oefeningen om te testen of je klaar bent voor het echte werk.
luisteren naar mensen die praten over hun huisdieren.
tekstjes lezen over huisdieren, maar ook over wilde dieren.
praten over je favoriete dieren.
een oproep schrijven waarin je vraagt of iemand je weggelopen huisdier heeft gevonden.
Aan de slag!
Basistof: Work plan
Ieder thema bestaat uit een groot aantal opdrachten/oefeningen.
Het is belangrijk dat je goed bijhoudt welke opdrachten je gedaan hebt.
Om je te helpen hebben we een work plan gemaakt.
Op dat work plan kun je bijhouden welke onderdelen je al gedaan hebt.
Huisdieren zijn vaak grappige beesten.
Elke eigenaar kan je wel een speciaal verhaal vertellen over zijn hond of kat.
Sommige huisdieren zijn zelfs wel eng zoals spinnen of slangen.
In dit onderdeel luister je naar wat andere mensen over bijzondere dieren vertellen.
Succes! - Good luck!
Basisstof: Tips
Tips bij het luisteren
Voordat je begint met luisteren:
Lees het begin erg zorgvuldig, dat zal je helpen om erachter te komen waar de luistertekst over gaat en zal je ook helpen om je te concentreren op de belangrijkste details.
Lees de vragen voordat je begint te luisteren.
Dat zal je helpen je te concentreren op de informatie die je zoekt.
Terwijl je luistert:
Let vanaf het begin goed op! Als je het eerste gedeelte mist, zal het erg lastig zijn om te begrijpen waar de rest over gaat.
Zo gauw je het antwoord gevonden hebt, begin dan de volgende vraag door te lezen!
Als je niet direct het juiste antwoord kunt vinden, aarzel dan niet te lang,
maar kies het antwoord dat volgens jou het beste is.
Je kunt niet alles begrijpen? Het is niet nodig om alle Engelse woorden te begrijpen om te weten waar de tekst over gaat!
Basisstof: Pets
Pets
Kun je de juiste plaatjes vinden?
Klik op de link hieronder om naar de website met de oefening te gaan:
Katia, Fred en Todd praten over spinnen.
Vind je spinnen eng of vind je ze wel cool, zoals Katia?
Klik op de link hieronder om naar het gesprek te gaan:
In deze 'step' ga je je leesvaardigheid oefenen door het lezen van verschillende teksten die allemaal met 'animals and pets' te maken hebben.
Dit ga je doen met het lezen van veel verschillende soorten teksten.
Door de oefeningen te doen zul je je leesvaardigheid kunnen verbeteren.
Have fun reading!
Basisstof: Tips
Tips bij het lezen
Voordat je begint met lezen:
Begin niet direct te lezen, maar bekijk eerst de titel, de plaatjes en de apart gedrukte woorden, die helpen je om te bepalen waar de tekst over zou kunnen gaan.
Lees dan de inleiding.
Kijk ook wat voor een soort tekst het is, dat zie je vaak onderaan de pagina.
Lees de opdrachten voordat je begint te lezen.
Dat zal je helpen om de tekst op de juiste manier te gaan lezen.
Als er multiple choice vragen staan, bekijk dan alle antwoorden en kijk wat de verschillen zijn.
Terwijl je leest:
Je kunt niet alles begrijpen? Het is niet nodig om alle Engelse woorden te begrijpen om weten waar de tekst over gaat! Vaak kun je de betekenis wel ongeveer raden door de rest van de zin te bekijken of door te kijken op welk Nederlands woord het lijkt.
Basisstof: The animal shelter
In het dierenasiel zitten veel dieren.
De familie Good wil er graag een adopteren.
Maar welke kunnen ze het beste kiezen?
Opdracht:
Lees (en luister) naar 'the animal shelter'
> Verbind eerst de namen van de dieren met de plaatjes.
> Klik dan op Start
> Schrijf in je schrift:
de titel van het verhaaltje
in vijf regels wat er in het verhaal gebeurt
jouw mening over het verhaaltje
(leuk, grappig, te makkelijk, goed te doen, niet zo boeiend, ...)
Tip
Zoek op www.vertalen.nu de woorden op die je niet weet.
Schrijf die woorden met de betekenis in je schrift.
Basisstof: ABC Zoo
Er is een nieuw dier gearriveerd in de dierentuin en de opzichter moet ervoor zorgen dat hij op de goede plek komt. Je maakt kennis met de hele dierentuin.
Opdracht:
Lees (en luister) naar ABC Zoo
> Maak de puzzel alleen als je dat wilt.
> Klik op Start
> Schrijf in je schrift:
de titel van het verhaaltje
in vijf regels wat er in het verhaal gebeurt
jouw mening over het verhaaltje
(leuk, grappig, te makkelijk, goed te doen, niet zo boeiend, ...)
Tip
Zoek op www.vertalen.nu de woorden op die je niet weet.
Schrijf die woorden met de betekenis in je schrift.
Verdiepingsstof: The hare and the tortoise
De haas is een opschepper.
Hij gaat een weddenschap aan met de schildpad.
Hij kan het hardst rennen natuurlijk - dus winnen is een eitje...
Opdracht:
> Download eerst het werkblad bij deze opdracht.
> Download nu het verhaal: The hare and the tortoise.
> Vul het werkblad volledig in.
Tip
Gebruik www.vertalen.nu om woorden op te zoeken die je niet weet.
Toolbox
Basisstof: Introduction
De toolbox is een soort gereedschapskist.
In de toolbox vind je informatie en oefeningen die je nodig hebt om de opdrachten bij Speaking en Writing goed te doen.
In de toolbox vind je de onderdelen:
Grammar
Words
Typing game
Pronunciation
Fun
Reference
Werk de onderdelen stap voor stap door. Bedenk dat de onderdelen grammatica en het leren van woordjes/zinnen heel belangrijk zijn om een taal goed te leren.
Good luck!
Basisstof: Grammar (1)
Als je de opdrachten die bij dit thema horen, goed wilt doen, zul je ook iets moeten weten over de taalregels, de grammatica - Grammar.
Je gaat leren over:
het stellen van vragen - vraagzinnen;
ontkenningen;
de persoonlijke voornaamwoorden.
Over ieder onderwerp bestudeer je de theorie in Engels en maak je een of enkele oefeningen.
Good luck!
Basisstof: Grammar (2)
Vragen stellen - Simple present
Bestudeer in de Kennisbank Engels het volgende onderdeel:
In het vorige thema is het onderdeel Persoonlijk voornaamwoord al even aan de orde geweest. Weet je het nog? Bestuur nogmaals het onderdeel over het Persoonlijk voornaamwoord.
Om de opdrachten in het thema Animal and pets goed te kunnen maken,
moet je een aantal woordjes en zinnen kennen. Voor elke thema staan er op ovcengels.wrts.nl woordenlijsten klaar waar je mee kunt oefenen.
Waarschijnlijk heb je WRTS al eens gebruikt, ga dan naar de volgende pagina.
Heb je WRTS nog nooit gebruikt, dan moet je een account aanmaken:
Bepaal welke lijst je wilt gaan oefenen. Bij dit thema heb je de keuze uit vijf lijsten: Animals A, Animals B, Animals C, Animals chuncks A, Animals chunks B.
Klik op het woord 'Overnemen' achter de lijst die je wilt gaan gebruiken.
Je ziet de lijst staan. Scroll naar beneden en klik op 'Opslaan'.
Klik op 'Overhoren'. Geef aan op welke manier je wilt oefenen en klik op 'Begin overhoring'. Oefen op verschillende manieren.
Succes!
Basisstof: Typing game
Typing game
Je gaat een typwedstrijdje spelen.
Je krijgt een aantal woorden/woordcombinaties te zien. Kijk steeds goed naar de spelling van het woord/de woordcombinatie.
Typ het woord of de woordcombinatie daarna zo snel mogelijk na.
Als je in het totaal 100 letters of meer hebt getypt, stopt het spel.
Hoe hoog is je score?
Beweeg met je muis over de plaatjes. Alle woorden worden met een Amerikaanse uitspraak voorgelezen. Luister naar de woorden en oefen de uitspraak door ze hardop uit te spreken.
Kies per oefening de drie moeilijkste woorden en schrijf die op in je schrift.
Lees ze op hardop voor aan een medeleerling.
Verdiepingsstof: Taaldorp Animals
Je brengt tijdens dit thema ook nog een bezoek aan de biologieles in het virtuele taaldorp. In het klaslokaal vind je een aantal oefeningen.
Probeer ze allemaal te doen!
Noteer de oefeningen die je gedaan hebt op je werkplan.
In het blok Speaking ga je werken aan je spreekvaardigheid.
Eerst ga je kijken naar uitdrukkingen die je kunt gebruiken om over dieren of jouw huisdier te spreken.
Dan ga je een gesprek met een andere leerling oefenen.
Je gaat ook nog een gesprek van twee andere leerlingen beoordelen.
En tenslotte ga je je oefenen in levensechte situaties.
Met iedere oefening die je doet, zal je spreekvaardigheid verbeteren!
Speak up!
Basisstof: Warming Up
Try this first
Straks ga je met levensechte spreektaken aan de slag. Ben je er klaar voor?
Kijk je of je van twaalf veel voorkomende vragen/zinnen de vertaling weet.
Heb je een lage score (minder dan 60%), doe de oefening dan opnieuw....
Kijk eerst welke woorden en uitdrukkingen je kunt gebruiken.
Oefen het gesprek met een klasgenoot.
Laat je gesprek beoordelen door twee klasgenoten.
Beoordeel zelf ook het gesprek van twee klasgenoten.
Probeer te oefenen in levensechte situaties.
Voordat je begint met spreken:
Gebruik zoveel mogelijk vaste uitdrukkingen.
Ga NIET het hele gesprek opschrijven. Maak eventueel wel wat korte aantekeningen.
Begin het gesprek altijd met een (beleefde) begroeting en sluit het gesprek netjes af.
Kijk naar degene tegen wie je spreekt.
Spreek rustig, niet te hard, maar ook niet te zacht.
Probeer door te praten. Als je een woord niet weet, probeer het dan op een andere manier uit te leggen.
Als je iets niet begrijpt, vraag dan netjes of hij/zij het je opnieuw wil uitleggen.
Basisstof: Speech card (1)
Speech card
Je gaat een gesprekje voeren met een klasgenoot.
Dat gesprek gaat over huisdieren.
Hoe het gesprekje moet verlopen, kun je lezen op de speech cards.
Download allebei één card.
Bekijk de speech card goed. Op de card staat jouw rol.
Je klasgenoot heeft een andere rol.
Bedenk voor jezelf wat jij gaat zeggen en hoe je het gaat zeggen.
Maak eventueel wat korte aantekeningen.
Oefen het gesprekje een aantal keer met je klasgenoot.
Neem daarvoor minimaal tien minuten.
Vraag twee andere klasgenoten om naar jullie gesprekje te luisteren.
Vraag om feedback. Natuurlijk kijken jullie ook naar het gesprekje van jullie klasgenoten.
Geef op een goede manier commentaar.
Gebruik daarbij het beoordelingsformulier.
Have fun!
Verdiepingsstof: Speak Up (1)
Speak up: Real life activities
Op deze en de volgende pagina's vind je een aantal levensechte
situaties om je spreekvaardigheid te oefenen.
Oefen met zoveel mogelijk verschillende situaties, doe deze opdrachten in tweetallen.
Als je hulp nodig hebt, kijk dan nog eens naar de tips for speaking!
Op de camping
Opdracht:
Naast jullie staan Engelsen. Je ziet een loslopende hond. Je wilt weten of het de hond van jullie buren is. Je beschrijft de hond en vraagt of hij van hen is.
Beschrijven
Opdracht:
Tijdens een reis in de trein in het buitenland ontmoet je een leeftijdgenoot.
Jullie rijden langs een dierentuin. Je ziet een leeuw, een aap en een papegaai. Beschrijf deze dieren voor je reisgenoot.
Extra verdiepingsstof: Speak Up (2)
Vragen stellen en beantwoorden
Kies 1 van de onderstaande opdrachten, overleg met je docent voordat je begint. Veel plezier!
Opdracht:
Je bent een groep jongeren tegengekomen en jullie praten over huisdieren.
Jij bent niet zeker van het Engelse woord voor jouw huisdier.
Je moet hun vragen kunnen beantwoorden en door jouw antwoorden komen de anderen erachter wat jouw huisdier is.
Jouw huisdier
Opdracht:
Je moet een korte spreekbeurt (twee minuten) houden over je huisdier.
Bereid je voor op een praatje waarin je jouw huisdier beschrijft.
Funniest home video
Opdracht:
Je hebt een opname gemaakt van jouw hond in een komische situatie.
Je kan het filmpje zo op Youtube zetten. Vertel in het kort wat er zo grappig aan het filmpje is.
Writing
Basisstof: Introduction
Introduction
In het onderdeel Writing ga je je schrijfvaardigheid verbeteren door een email te schrijven en een bestelformulier in te vullen.
Daarnaast oefen je schrijfvaardigheid in een paar levensechte situaties.
Als je goed oefent, zal het schrijven steeds makkelijker gaan.
Tot schrijfs....
Basisstof: Tips
Tips bij het schrijven:
Gebruik zoveel mogelijk alleen woorden en zinnen die je kent.
Gebruik een woordenboek als je een woord wilt gebruiken dat je nog niet hebt gehad, of als je niet weet hoe je een woord schrijft.
Maak je de opdracht op de computer, gebruik dan de spellingchecker.
Stel de taal in op Engels.
Probeer te oefenen in levensechte situaties.
Basisstof: E-mail
Kun jij je voorstellen dat er geen e-mail zou bestaan?
Maak onderstaand e-mailbericht compleet door de ontbrekende woorden in te vullen.
The ordering form
Je wilt graag een teddybeer bestellen voor je zusje bij Hamley's in London.
Je moet daarvoor de juiste gegevens op het bestelformulier invullen.
Dit is het echte werk! Hier zijn een paar levensechte situaties om je schrijfvaardigheid te oefenen.
Oefen met zoveel mogelijk verschillende situaties!
Postcard
Opdracht:
Je stuurt een ecard naar een buitenlandse vriend. Je hebt een foto van je nieuwe huisdier geüpload. Vertel je vriend hoe je huisdier heet, wat voor dier het is en hoe hij eruitziet.
Greetings
Opdracht:
Je stuurt een vakantiekaart naar je vriend in de USA. Gebruik korte zinnen.
Vertel dat je naar de dierentuin bent geweest.
Vertel je vriend wat je hebt gezien.
Verdiepingsstof: Write it down (2)
A lost pet
Opdracht:
Jouw huisdier is weggelopen - of niet naar huis teruggekeerd. Je wilt de hulp van anderen inroepen om hem te vinden. Maak in het Engels een kleine poster waarop je jouw huisdier omschrijft. Maak duidelijk dat je hulp van anderen nodig hebt. Je kunt ook een beloning uitloven.
An advert in the paper
Opdracht:
Je bent verhuisd naar Wales. Je wilt graag een jong katje.
Schrijf een advertentie in de plaatselijke Engelse krant.
Beschrijf wat voor katje je wilt: de kleur, wat voor soort, voor welke prijs etc.
Zorg ervoor dat er persoonlijke informatie bijstaat zodat de lezers contact met jou kunnen opnemen.
Life and culture
Basisstof: Introduction
Introduction
Wat weet je over Engeland en Engelse mensen?
Lijkt het heel erg op het leven van Nederlandse mensen?
Wat is typisch Engels.
Je gaat een kijkje nemen.....
Aan de slag! - Get started!
Basisstof: Barking birds
Funny meanings
In het Nederlands hebben dierennamen soms een tweede betekenis. Bijvoorbeeld als je het hebt over 'een beer van een vent' dan bedoel je een hele grote, sterke vent. Ook in het Engels komen dierennamen met een tweede betekenis voor.
Zoek de tweede betekenis van de volgende woorden op:
1 bird
2 cat's eyes
3 fish fingers
4 zebra crossing
Zoek nu zelf ook nog twee dierennamen met een dubbele betekenis.
Schrijf alle woorden en de twee betekenissen op in je schrift.
Basisstof: Official animals (1)
Funny meanings
In het Nederlands hebben dierennamen soms een tweede betekenis. Bijvoorbeeld als je het hebt over 'een beer van een vent' dan bedoel je een hele grote, sterke vent. Ook in het Engels komen dierennamen met een tweede betekenis voor.
Zoek de tweede betekenis van de volgende woorden op:
1 bird
2 cat's eyes
3 fish fingers
4 zebra crossing
Zoek nu zelf ook nog twee dierennamen met een dubbele betekenis.
Schrijf alle woorden en de twee betekenissen op in je schrift.
Verdiepingsstof: Official animals (2)
Op www.fleurdelis.com vind je heel veel informatie over de
betekenis van allerlei symbolen.
Zoek van minstens vijf dieren de betekenis op en schrijf die
betekenis in het Nederlands in je schrift.
Kies minstens drie dieren uit waarvan je vindt dat ze bij je familie passen.
Schrijf op waarom je voor die dieren hebt gekozen. (waarom passen ze zo goed bij jouw familie?)
Tasks
Basisstof: Introduction
In het onderdeel 'language Tasks' vind je een aantal verschillende taaltaken: spreektaken en schrijftaken.
In de taaltaken krijg je te maken met situaties die je als je op vakantie bent in Engeland ook kunt tegenkomen.
Hoe meer taken je doet, hoe beter je je straks kunt redden op vakantie.
Kies een spreektaak en een schrijftaak die je gaat doen. Vorm voor deze opdrachten groepjes van drie en doe samen de gekozen opdrachten.
Have fun!
Basisstof: Speaking (1)
1. Telephone conversation:
Informatie vragen via de telefoon.
Situatie
Je wilt naar de dierentuin, maar je weet niet hoeveel dat kost.
Bel de dierentuin. Zeg wie je bent en wat je wilt weten.
Je wilt weten wanneer de dierentuin open is (dagen en tijden).
Tip:
Vraag twee klasgenoten te luisteren en commentaar te geven op je gesprek.
Beoordeling van de taak
Je hebt het goed gedaan als je:
je het gesprek goed bent begonnen en goed hebt afgesloten;
je de juiste woorden wist;
je wist hoe je antwoord moest geven;
je niet teveel op je blaadje hoefde te kijken;
je duidelijk sprak;
iedereen je begrepen heeft;
je jouw gesprek samen met een andere leerling hebt verbeterd.
Basisstof: Speaking (2)
2. Can you find your way around?
Situatie
Je bent samen met vrienden aangekomen in London Zoo.
Vraag aan een medewerker:
Wat kost een kaartje? Krijg je (studenten)korting?
Waar kun je een plattegrond van de dierentuin krijgen?
Is er een rooster voor de dierenshows?
Waar kun je iets te eten kopen?
Is er een gids om jullie rond te leiden?
Hoe laat gaat de dierentuin dicht?
Tip:
Vraag twee leerlingen naar jouw gesprek te luisteren en commentaar te geven.
2 Can you find your way around?
Beoordeling van de taak
Je hebt het goed gedaan als je:
je het gesprek goed bent begonnen en goed hebt afgesloten;
je de juiste woorden wist;
je wist hoe je naar de verschillende onderdelen moest vragen;
je wist hoe je antwoord moest geven;
je niet teveel op je blaadje hoefde te kijken;
je duidelijk sprak;
iedereen je begrepen heeft;
je jouw gesprek samen met een andere leerling hebt verbeterd.
Basisstof: Writing (1)
Guess who?
Situatie
Jouw huisdier is weggelopen. Je hebt een foto van je huisdier.
Schrijf in het Engels zo duidelijk mogelijk op hoe je huisdier eruitziet,
maar schrijf niet op wat voor dier het is.
Laat een medeleerling de omschrijving lezen.
Kan hij raden over wat voor huisdier jij hebt geschreven?
Lees ook de omschrijving van je medeleerling.
Kun jij raden over welk dier hij/zij geschreven heeft?
Beoordeling van de taak
Je hebt het goed gedaan als je:
je de kleur, grootte en verdere uiterlijke kenmerken hebt beschreven.
iemand anders kan raden over welk dier het gaat
(zonder de afbeelding te zien).
Basisstof: Writing (2)
Hello to you, too!
Situatie
Je hebt iemand op internet leren kennen. Vertel je chat-vriend(in) over je huisdier/paard/... Vertel ook wat je moet doen om je huisdier te verzorgen.
Tip:
Vraag een klasgenoot om naar je email te kijken.
Luister naar de tips van je klasgenoot en verbeter je email.
Beoordeling van de taak
Je hebt het goed gedaan als je:
je de juiste woorden hebt gebruikt;
de volgende onderdelen in je email stonden: begroeting, informatie over jouw huisdier, informatie over wat je met je huisdier doet, vragen over zijn/haar (favoriete) dier/huisdier, afsluiting;
je de mail hebt verbeterd naar aanleiding van het commentaar van je klasgenoot.
Het arrangement Thema 2: Animals and Pets is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Bernard Brouwer
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2015-06-22 10:25:39
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Farm animals
Pets
Wild animals
Animals
The cat came back
Spiders
Matt's pets
Vragen stellen - Simple present
Ontkenningen 1 - Simple present
Ontkenningen 2 - Simple present
Negations - simple present
Negations - simple present
Animal and pets Toolbox: Grammartest
Warming up
Writing an e-mail
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.