Anton Schuurmans heeft een baan gevonden.
Hij gaat werken als architect bij het architectenbureau 'De Boer' in Aalsmeer.
Voor hij begint met werken, vraagt de directeur van het architectenbureau of Anton de volgende overeenkomst wil ondertekenen.
OVEREENKOMST
De ondergetekende,
de heer J. de Boer, directeur van architectenbureau De Boer, gevestigd te Aalsmeer aan de Julianadreef 25, en
de heer A. Schuurman, woonachtig te Alkmaar, Singel 22,
verklaren te zijn overeengekomen dat:
de heer Schuurman per 15 februari voor 36 uur per week in dienst treedt als architect bij het architectenbureau De Boer;
het loon € 2.700,- bruto per maand bedraagt;
het aantal vakantiedagen 25 dagen per jaar is;
de reiskostenvergoeding € 140,- per maand bedraagt;
deze overeenkomst is aangegaan voor één jaar.
Aldus in tweevoud opgemaakt en ondertekend te Aalsmeer, 15 februari 2018,
J. de Boer: A. Schuurmans:
Wat vind jij?
Moet Anton Schuurmans de overeenkomst tekenen?
Waarom is het belangrijk om afspraken over het werk op papier te zetten?
Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
in eigen woorden uitleggen wat de verschillen zijn tussen een werknemer en een werkgever.
verklaren waarom je afspraken moet maken als je gaat werken.
twee afspraken bedenken die belangrijk zijn als je ergens begint met werken.
de definities van de begrippen jaarcontract, contract voor onbepaalde tijd en opzegtermijn geven.
aan de hand van een voorbeeld uitleggen wat een collectievearbeidsovereenkomst is.
Wat ga ik doen?
Activiteiten
Aan de slag
Stap
Leervragen
Stap 1
Welke rechten en plichten hebben een werknemer en een werkgever?
Stap 2
Wat zijn arbeidsvoorwaarden?
Stap 3
Hoe reken je met een overwerkregeling?
Stap 4
Wat is een jaarcontract, een contract voor onbepaalde tijd en een opzegtermijn?
Stap 5
Wanneer is ontslag op staande voet toegestaan?
Stap 6
Wat is een collectieve arbeidsovereenkomst?
Stap 7
Welke belangen hebben werkgevers en werknemers?
Stap 8
Welke begrippen ken je allemaal?
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Samenvatting
Samenvattende sleepoefening maken.
Eindopdracht
Maak de toets 'Arbeidsovereenkomst'.
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht.
Benodigdheden
Voor deze opdracht heb je een rekenmachine nodig.
Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.
Aan de slag
Stap 1: Arbeidsovereenkomst
Iemand die voor een ander werkt, is een werknemer.
Een werkgever heeft één of meer werknemers in dienst.
Als een werknemer gaat werken bij een werkgever sluiten ze een arbeidsovereenkomst.
In deze overeenkomst staan de afspraken die de werknemer en de werkgever hebben gemaakt. Deze afspraken noem je arbeidsvoorwaarden.
In de overeenkomst staan rechten en plichten van de werknemer en van de werkgever.
Bekijk de video.
Stap 2: Arbeidsvoorwaarden
Afspraken die een werkgever en werknemer maken noem je arbeidsvoorwaarden.
Afspraken die gemaakt kunnen worden, zijn:
afspraken over werktijden.
afspraken over de hoogte van het loon.
afspraken over het aantal vakantiedagen.
afspraken over scholing.
Stap 3: Overwerk
In veel bedrijven maken werkgevers en werknemers afspraken over overwerk.
Hieronder zie je een voorbeeld van een overwerkregeling.
Stap 4: Begrippen
In een arbeidsovereenkomst worden afspraken gemaakt over de duur van de overeenkomst en de manier van opzeggen.
Je kunt de volgende begrippen tegenkomen:
jaarcontract: een arbeidsovereenkomst voor één jaar.
onbepaalde tijd: een arbeidsovereenkomst die duurt totdat de werknemer de overeenkomst opzegt of tot de werknemer met pensioen gaat.
opzegtermijn: de periode tussen het moment van opzeggen en het moment van vertrekken.
Stap 5: Ontslag op staande voet
Maak de oefening.
Soms kan een werkgever een werknemer direct ontslaan.
Je noemt dat ontslag op staande voet.
In sommige gevallen kan een werknemer ook op staande voet ontslag nemen.
Redenen voor ontslag op staande voet zijn.
Je neemt ongevraagd producten uit de zaak mee naar huis.
Je verschijnt regelmatig te laat op je werk.
Je weigert het werk te doen dat je krijgt opgedragen.
Je baas kan zijn handen niet thuis houden en valt je lastig.
Je loon wordt niet uitbetaald.
Stap 6: Cao
Maak de volgende oefening.
Werknemers met hetzelfde beroep hebben een aantal dezelfde afspraken.
Die afspraken staan in een collectieve arbeidsovereenkomst (cao).
De afspraken die een werkgever en werknemer maken, mogen niet slechter zijn dan de afspraken in de cao.
De afspraken in de cao beschermen werknemers.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Het arrangement Opdracht: Arbeidsovereenkomst - vmbob34 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema 'Arbeid en organisatie', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor economie vmbob34. De opdracht begint met een intro, hier wordt een voorbeeld van een arbeidsovereenkomst weergegeven. Vervolgens moet je hier verschillende vragen over beantwoorden. Daarna komt er een stuk tekst over wat je straks kan na deze opdracht (de leerdoelen) en vervolgens komt er een uitleg wat je gaat doen. De opdracht bestaat uit zeven verschillende stappen met bijbehorende opdrachten, een samenvatting, een eindopdracht en een reflectie. Voor deze opdracht heb je een rekenmachine nodig. Bij stap 1 is er een opdracht over een arbeidsovereenkomst. Eerst wordt een arbeidsovereenkomst uitgelegd, en vervolgens worden er vragen gesteld over twee verschillende arbeidsovereenkomsten. Bij stap 2 is er een opdracht over arbeidsvoorwaarden. Eerst worden de arbeidsvoorwaarden uitgelegd, en vervolgens komt er een vraag over een vakantiebaantje. Bij stap 3 is er een opdracht over overwerk. Hier moeten berekeningen worden gedaan over overwerk. Bij stap 4 komt er een opdracht over begrippen. Eerst worden verschillende begrippen die in een arbeidsovereenkomst kunnen voorkomen uitgelegd (jaarcontract, onbepaalde tijd en opzegtermijn). Hier worden verschillende vragen over gesteld. Bij stap 5 komt er een opdracht over ontslag op staande voet. Hier worden verschillende redenen voor ontslag op staande voet uitgelegd. Hier worden vervolgens vragen over gesteld. Bij stap 6 komt er een opdracht over een Cao. Een collectieve arbeidsovereenkomst wordt uitgelegd, en vervolgens moeten hier vragen over beantwoord worden. Bij stap 7 is er een opdracht over belangen werkgevers/werknemers. Hier is een opdracht over belangenverschillen. Na deze zeven stappen komt er een opdracht waar de stof nog een keer wordt herhaald en de samenvatting volledig moet worden ingevuld. Dan komt er een eindopdracht: de toets. Hier worden negen meerkeuzevragen gesteld over de stof van de arbeidsovereenkomst. Uiteindelijk wordt er teruggekeken naar de opdracht, dus hoe ging het? En kan ik wat ik moet kunnen?
Deze opdracht hoort bij het thema 'Arbeid en organisatie', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor economie vmbob34. De opdracht begint met een intro, hier wordt een voorbeeld van een arbeidsovereenkomst weergegeven. Vervolgens moet je hier verschillende vragen over beantwoorden. Daarna komt er een stuk tekst over wat je straks kan na deze opdracht (de leerdoelen) en vervolgens komt er een uitleg wat je gaat doen. De opdracht bestaat uit zeven verschillende stappen met bijbehorende opdrachten, een samenvatting, een eindopdracht en een reflectie. Voor deze opdracht heb je een rekenmachine nodig. Bij stap 1 is er een opdracht over een arbeidsovereenkomst. Eerst wordt een arbeidsovereenkomst uitgelegd, en vervolgens worden er vragen gesteld over twee verschillende arbeidsovereenkomsten. Bij stap 2 is er een opdracht over arbeidsvoorwaarden. Eerst worden de arbeidsvoorwaarden uitgelegd, en vervolgens komt er een vraag over een vakantiebaantje. Bij stap 3 is er een opdracht over overwerk. Hier moeten berekeningen worden gedaan over overwerk. Bij stap 4 komt er een opdracht over begrippen. Eerst worden verschillende begrippen die in een arbeidsovereenkomst kunnen voorkomen uitgelegd (jaarcontract, onbepaalde tijd en opzegtermijn). Hier worden verschillende vragen over gesteld. Bij stap 5 komt er een opdracht over ontslag op staande voet. Hier worden verschillende redenen voor ontslag op staande voet uitgelegd. Hier worden vervolgens vragen over gesteld. Bij stap 6 komt er een opdracht over een Cao. Een collectieve arbeidsovereenkomst wordt uitgelegd, en vervolgens moeten hier vragen over beantwoord worden. Bij stap 7 is er een opdracht over belangen werkgevers/werknemers. Hier is een opdracht over belangenverschillen. Na deze zeven stappen komt er een opdracht waar de stof nog een keer wordt herhaald en de samenvatting volledig moet worden ingevuld. Dan komt er een eindopdracht: de toets. Hier worden negen meerkeuzevragen gesteld over de stof van de arbeidsovereenkomst. Uiteindelijk wordt er teruggekeken naar de opdracht, dus hoe ging het? En kan ik wat ik moet kunnen?
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Arbeidsovereenkomst
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.