Tegenslag en druk zijn twee verschillende onderwerpen. Maar zijn beide onderwerpen die je in je werk als helpende tegen kan komen. Er zijn veschillende soorten van druk.
1. Tijdsdruk
Mensen die het druk hebben moeten altijd goed plannen. Daarom wordt er in de gezondheidszorg en welzijnssector bijna altijd gewerkt om plannen. Denk aan werkplannen en zorgplannen. Daarin zijn de antwoorden van de volgende vragen belangrijk:
- Om wie gaat het of wie is ermee geholpen?
- Waarom help ik?
- Wat moet er gebeuren?
- Op welke manier?
- Waar moet het gebeuren?
- Wanneer moet het gebeuren?
2. Werkdruk
Werkdruk is de druk die je ervaart door het werk wat je doet. Hoeveel tijd dat werk je kost is daarbij belangrijk. Maar er spelen ook andere zaken mee, zoals verantwoordelijkheid, de verhouding met collega's en leidinggevenden, en of je het wel naar je zin hebt.
Grenzen kan je op verschillende manieren in je werk tegen komen.
1. Grenzen van het werk
Als helpende mag je bepaalde dingen wel doen en andere niet. Het klaarmaken van bijvoorbeeld flesvoeding mag werk. Het geven van medicijnen mag niet. Ook niet als je collega dat aan je vraagt. Sommige dingen moet je wel doen. Je kunt een client niet zomaar laten zitten.
2. Eigen grenzen stellen
Collega's en clienten zullen in je werk vaak een beroep op je doen. Maar je hoeft niet alles te doen wat iemand vraagt. En je hoeft niet alles te slikken wat iedereen zegt. Iedereen heeft bepaalde grenzen. Iemand gaat over de grens als hij of zij iets van jevraagt wat je eigenlijk niet wilt. Of als iemand iets doet of zegt wat jij niet prettig vind.
3. Opkomen voor jezelf
Als iets tegen je zin doet, wordt je misschien boos op jezelf. Misschien baal je van jezelf. Die gevoelens gaan ten koste van het werk. Daarom moet je er iets tegen doen. Je moet opkomen voor jezelf.
Onderstaand staan er 3 stellingen over grenzen aangeven. Deze opdracht kan je op drie verschillende manieren maken, kier een manier uit.
- De stellingen maken, daarna schrijf je per situatie in een aantal regels een situatie of gebeurtenis op die bij deze stelling hoort en waarom je op die manier handelt. Je mag zelf kiezen hoe je deze opdracht verwerkt.
- De stellingen maken, daarna ga je in tweetallen de stellingen bespreken en leg je uit waarom je op deze manier handelt en een voorbeeld van een situatie bespreek je in je tweetal.
- De stellingen maken, daarna laat je dit in beeld zien. Je kan een situatie schetsen, waarom je zo handelt maar je kan ook laten zien in een schaal van 0-10.
Vragen die de leerlingen in deze opdracht verwerken:
- Beschrijf een situatie waarin deze stelling naar voren komt
- Beschrijf waarom je zo handelt
- Beschrijf of dit goed voor je is of dat je hierin nog wat wilt leren
Het arrangement Interactie is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Petra Berkhoff
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2015-05-15 14:12:56
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Tegenslag en druk
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.