MkE1_3eperiode_relais_basis_practicum-praktijk_1504

MkE1_3eperiode_relais_basis_practicum-praktijk_1504

Opleiding

Opleiding:                            Middenkader Engineering

Crebonummer:                    94420

Leerweg:                              Beroeps Opleidende Leerweg (BOL)

Niveau:                                4

 

Voorwoord

Dit document is samengesteld door het team Middenkader Engineering, locatie Muntinglaan,

onderdeel van ROC Noorderpoort te Groningen.

 

Deze opdracht is bedoeld voor leerlingen van het 1e jaar Middenkader Engineering.

 

Op- en aanmerkingen sturen naar:

j.post@noorderpoort.nl

Adres: Muntinglaan 3

Postcode: 9700 JT Groningen

Tel.: 050-5204900

Fax.: 050-5204902

www.noorderpoort.nl

Inleiding

Welkom bij het Noorderpoort, locatie Muntinglaan 3 te Groningen.

Bol 4 opleiding Middenkader Functionaris Engineering.

 

Als Middenkader Functionaris houd je je bezig met een breed pakket aan taken die liggen op het gebied van onder meer werktuigbouwkunde, elektrotechniek en mechatronica. Door je inbreng ben je een onmisbare schakel in de ‘life cycle’ van technische apparatuur, installaties, machines en instrumenten. Daarbij moet je denken aan het ontwerpen, maken, onderhouden en verkopen van producten en systemen.

Dit kan bij verschillende bedrijven en instellingen in de industrie, dienstverlening en onderhouds en /of service bedrijven. Je volgt de opleiding Middenkader Functionaris Engineering via de Beroeps Opleidende Leerweg (BOL) op niveau 4.

Dat betekent dat je vijf dagen per week naar school gaat en in meerdere stages kennis maakt met de praktijk.

De gemiddelde opleidingsduur is 4 jaar.

De opleiding start met een algemeen jaar waarin je de benodigde basiskennis opdoet. Door het volgen van de verschillende lessen kun je gedurende het eerste jaar een gemotiveerde keuze maken voor een specialisatie. In het tweede jaar wordt veel gewerkt binnen projecten, waardoor je kennis maakt met de verschillende kanten van het werk. Na verloop van tijd worden de projecten steeds complexer en wordt er een steeds groter beroep gedaan op je eigen vaardigheden en verantwoordelijkheid. Tevens begin je dan met de door jou gekozen specialisatie.

Je kunt je zelf specialiseren  in de volgende uitstroomrichtingen:

 

         - Werktuigbouwkunde,

         - Elektrotechniek,

         - Mechatronica,

 

Voor deelnemers die na de studie verder willen studeren aan het HBO is er een speciaal doorstroom programma dat in nauwe samenwerking is ontwikkeld met de Hanzehogeschool.

Praktijk Elektrotechniek / Mechatronica  is verdeeld in drie perioden + Stage:

   

         Periode 1:     Elektrotechniek        Thema Energietechniek                (9 weken)

         Periode 2:     Mechatronica            Thema Informatietechniek           (9 weken)       

         Periode 3:     Elektrotechniek         Thema Besturingstechniek           (9 weken)    

         Periode 4:     Stage*                     Beroeps Praktijk Vorming            (9 weken)

 

N.B.:*De laatste periode gaat je op stage, ook wel Beroeps Praktijk Vorming genoemd (=BPV) .

 

Veel succes met de opdracht(en).

 

 

 

Veiligheid

Toolboxmeeting

Wat is een Toolboxmeeting?     

Een toolboxmeeting is een overleg tussen een werkgever en werknemers over de arbeidsomstandigheden op de werkplek in de ruimst mogelijke zin. Overleg tussen de werkgever en de werknemers is één van de basisgedachten achter de Arbo-wet. In de Arbo-wet wordt overleg op allerlei niveaus bedoeld, van management tot werkvloer.

Het overleg op de werkvloer vindt plaats tussen de direct leidinggevende en de groep werknemers die hij aanstuurt. Om dat overleg op een goede manier te laten verlopen is overleg nodig over allerlei zaken die voor een goede voortgang noodzakelijk zijn, dus ook over Arbo- en milieuzaken. Deze laatste vorm heeft de naam Toolboxmeeting meegekregen en maakt vaak onderdeel uit van het werkoverleg.

 

Waarom een Toolboxmeeting?

De bedoeling van een Toolboxmeeting is dat de medewerkers, tijdens een korte instructie, op de werkplek geïnstrueerd worden over de aspecten van hun werk die te maken hebben met veiligheid, gezondheid en milieu.

Van belang daarbij is de gedragsbeïnvloeding ten aanzien van zaken die wel of niet gedaan moeten respectievelijk mogen worden. Van belang is nog dat deze vorm van overleg bedoeld is voor alle medewerkers waarvoor de werkgever verantwoording draagt. Dat wil dus zeggen ook voor onderaannemers, inleenkrachten etc.

 

Waar gaat een Toolboxmeeting over?

Een toolboxmeeting kan over alles gaan wat met betrekking tot Arbo- en milieuzaken met het dagelijkse werk te maken heeft. De inhoud ligt dus niet vaste en kan zeer uiteenlopend zijn.

 

Hoe houd je een Toolboxmeeting?

Om enige structuur in het geheel aan te brengen is het aan te bevelen om steeds vaste en herkenbare onderwerpen terug komen.

Vaste onderdelen van een toolboxmeeting kunnen zijn:

  • terugkoppeling naar een vorige toolboxmeeting

  • één relevant onderwerp

  • melding, behandeling en voortgang ongevallen, bijna-ongevallen, gevaarlijke handelingen en gevaarlijke situaties

  • actuele milieuaspecten

  • rondvraag

 

Uiteraard moet de mogelijkheid aanwezig zijn om ad-hoc zaken te behandelen. Voorbeelden hiervan zijn bijvoorbeeld, nieuwe werknemers, nieuwe gereedschappen, machines en materieel, afvoer gevaarlijke stoffen en arbeidsomstandigheden in het algemeen.

De registratie en het verslag van een Toolboxmeeting

Een wezenlijk onderdeel van een Toolboxmeeting is de verslaglegging en de registratie, al is het alleen maar om aan te kunnen tonen dat u en uw bedrijf aan de wettelijke verplichting voldaan hebben. Bovendien zullen de afspraken die gemaakt zijn vastgelegd moeten worden. Om u hierbij te helpen zijn twee lijsten samengesteld die u voor elk onderwerp kunt gebruiken. De aanwezigheid van werknemers kan de presentielijst Toolboxmeetings gebruikt worden. Voor de verslaglegging en registratie van actuele problemen kan het voorblad Toolboxmeetings gebruikt worden.

 

BELANGRIJK!

Houd een toolboxmeeting ten alle tijde simpel en begrijpelijk voor alle deelnemers.

Probeer alle deelnemers te motiveren actief deel te nemen.

LMRA

LMRA - uitvoeringskaart

 

LMRA staat voor Laatste Minuut Risico Analyse.

Bij aanvang van je werk moet je dit toepassen. Zeker wanneer je een leiding-

gevende rol hebt. Ook tijdens een verandering van de situatie / locatie pas je dit toe.

Het doel is de veiligheid te vergroten. LMRA kun je uitvoeren met je team en individueel.

Op de uitvoeringskaart noteer je gegevens en de opmerkingen of leerpunten en sluit je af met je paraaf.

 

 

Algemeen:

 

Kijken:                   Kan er volgens mij nog iets fout gaan?

 

Denken:                 Zo ja, waardoor is dat risico ontstaan?

 

Doen:                    Wat ga je doen om het risico weg te nemen?

 

 

 

5S

5S
5S

De methode 5S wordt vooral in de industrie gebruikt, o.a. bij SKG Graphic Board te Hoogezand.

 

 

5S (afkomstig van Japan) staat in vrije vertaling voor ‘scheiden, sorteren, schoonmaken, standaardiseren en stimuleren.

Zie onderstaande toelichting.

 

 

 

  • S1: Scheiden: Scheiden betekent hier een onderscheid maken tussen wat noodzakelijk en wat overbodig is. Het onnodige verdwijnt uit de werkplaats. Dat zijn onder andere kapotte of beschadigde voorwerpen, voorwerpen die lang niet meer gebruikt of onveilig zijn. Het risico op vallen, struikelen, stoten vermindert aanzienlijk en de doorgangen worden ruimer. Een praktisch systeem is om deze voorwerpen een rode kaart te geven met daarop de reden waarom het voorwerp in vraag wordt gesteld en wat ermee moet gebeuren. Een criterium hiervoor kan de gebruiksfrequentie zijn: hou enkel die zaken bij die nodig zijn voor de productie van de week. Zaken die meerdere keren per week nodig zijn, worden ook bijgehouden, maar bij het sorteren wordt met de verschillende gebruiksfrequenties rekening gehouden. De 5S-begeleider stelt de vragen en suggereert, maar de werknemer beslist uiteindelijk zelf
  • S2: Schikken: Schikken betekent de gereedschappen een vaste plek geven, de werkplek zodanig organiseren dat iedereen alles snel en gemakkelijk kan vinden: een geschikte plaats voor alles en alles op zijn geschikte plaats. Hierbij wordt rekening gehouden met ergonomie en hygiëne.
  • S3: Schoonmaken: Schoonmaken betekent het reinigen van muren, vloeren en alle voorwerpen (machines, gebruiksvoorwerpen, opbergsystemen, ... ), maar ook het elimineren van oorzaken van storingen en incidenten, vervuilingsbronnen uitschakelen, schoonmaakmethodes vastleggen, standaards en verantwoordelijkheden bepalen, regels en normen opstellen, ...
  • S4: Standaardiseren: Standaardiseren geeft duurzaamheid aan de eerste drie stappen. De eerste drie S’en worden een gewoonte door methodes in te voeren die deze eerste fases vastleggen. Enkele methodes: visuele hulpmiddelen gebruiken (afbakening met lijnen, kleuren, ... ), iedereen kent het wie, wat, waarom, hoe, ... van de werkplaats, de betrokkenen kunnen snel een onderscheid maken tussen normaal en abnormaal, ... Onvoorziene omstandigheden brengen risico’s met zich mee. Door gestandaardiseerde procedures zijn die verrassingen tot een minimum beperkt.
  • S5: Stimuleren: Stimuleren betekent het instand houden (=borgen) van de andere vier genoemde punten (=pijlers), de zorg voor behoud en continuïteit, het altijd volgen van de gestandaardiseerde procedures. Hulpmiddelen zijn controlelijsten of audits op orde en netheid. De auditresultaten kunnen bekendgemaakt worden via tabellen of figuren en persoonlijke of themadoelstellingen kunnen afgesproken worden zodat een regelmatige evaluatie van deze scores mogelijk is.
  • Bron: ESKA GB Hgz, november 2013 en WIKI.

 


 

 

 

LOTO?

Lockout & TagOut?

Lockout & Tagout is een veiligheidsprocedure waarbij machines en andere krachtbronnen worden uitgeschakeld tijdens onderhouds- en herstelwerkzaamheden. Deze procedure moet ervoor zorgen dat personeel beschermt wordt tegen de gevaren van machines die in werking gesteld worden en andere vormen van energie die onverwachts ingeschakeld kunnen worden.

Lockout --> plaatsen van een slot op bijv. een uitgeschakelde hoofdschakelaar, inschakelen nu niet meer mogelijk.

Tagout --> Plaatsen van een label met aanduiding: GEVAAR, NIET IN WERKING STELLEN,

Dit slot mag enkel verwijderd worden door, naam, afdeling en vooropgestelde realisatiedatum.

 

Europese Richtlijn 89/655/EEG à EU-Richtlijn Arbeidsmiddelen, Ongelukken à onverwachte energie toevoer!

 

Lockout & Tagout: veiligheidsprocedure:

-voorkomen arbeidsongevallen à personeel!

-voorkomen schade aan machines

-machines en krachtbronnen uitschakelen

-onderhoud plegen

-herstel aan machines plegen

-anderen attent maken!

 

Conclusie:  Personeel beschermen tegen gevaren!

 

Relaistechniek basis

Reader

Reader Besturingstechniek downloaden

 

De Reader kun je vinden op ELO, zie 1e jaar,map praktijk-E. thema 3

De praktijk opdrachten mogen met maximaal twee personen worden uitgevoerd.

 

 

Practicum

Principe van de werking van een Relais

Relais

Open bestand MkE1_3eperiode_Besturingstechniek_1504.pdf

Open bestand Datasheet MK3PN-5-S

Reaisschakeling

Opdracht:

01-Bestudeer het schema en beschrijf met eigen woorden wat er gebeurt.

02-Maak een stappenplan van de werking in Word.

03-Zorg dat de spanning is ingeschakeld.

03-Controleer met een universeelmeter de aansluitspanning van het practicum met aanduiding 24 V AC.

04-Schakel de spanning nu uit.

05-Maak de schakeling op het practicum, 24 V AC, m.b.v. meetsnoeren rood, zwart en blauw.

 

(tip: fase=rood, schakeldraad=zwart en Nuldraad=blauw).

 

05-Laat de schakeling door de docent controleren.

06-Schakel de spanning in.

07-Controleer de werking a.d.v. het stappenplan

Succes

 

Praktijkopdracht

Maak van onderstaande figuur, op een klein montagebord, 800 x 600 mm

de relaisschakeling. Het relais is op een houtenplankje voor bedraad, dit plankje niet demonteren.

Onderzoek aan het relais zelf welke aansluitingen je nodig bent.

Bestudeer hiervoor de relaisvoet en de datasheet.

 

Werkwijze:

Maak van onderstaande figuur, op een klein montagebord, 800 x 600 mm

de relaisschakeling. Het relais is op een houtenplankje voor bedraad, dit plankje niet demonteren.

Onderzoek aan het relais zelf welke aansluitingen je nodig bent.

Bestudeer hiervoor de relaisvoet en de datasheet.

 

0-01: Zoek de juiste aansluitklemmen van het ralais op, datasheet zie type Omron  MK2PN-S.

0-02: Zoek de symbolen op van het relais, relaiscontacten, en de drukknoppen m.b.v. NEN5152.

0-03: Maak een installatiekening, i.o. met je docente, m.b.v. potlood en een liniaal.

0-04: Geef hieraan de maten, max breed 700 mm en hoog 1100 mm, en het aantal draden aan.

0-05: Teken het stroomkringschema, met potlood en liniaal.

0-06: Teken het bedradingschema met potlood en liniaal.

0-07: Noteer het bordnummer op je planlijst.

0-08: Teken met krijt en liniaal de maten op het houten montagebord.

0-09: Monteer eerst de lasdozen.

0-10: Monteer hierna het relaisblok.

0-11: Monteer nu de drukknoppen.

0-12: Knip de bedrading, zwakstroomkabel, af op juiste lengte, hart op hart + 100mm.

0-13: Monteer de bedrading met clips of in PVC buis met drukzadels.

0-14: Overlengte voorzien van een oogje (om je schroevendraaier draaien)

0-15: Sluit de draden aan, met oogjes rechtsom.

0-16: Las de draden , in de lasdozen aan elkaar, door ze te twisten.

0-17: Zorg dat ze elkaar niet raken, evt. isoleren met een stukje buitenmantel.

0-18: Sluit de installatie aan op 24 V AC (verschil tussen klem 18 V en klem 42 V).

0-19: Controleer de bedrading met het bedradingschema.

0-20: Test de schakeling.

0-21: Beoordeel je schakeling met behulp van het nakijkprotocol kabel.

0-22: Noteer het cijfer op de planlijst.

0-23: Demonteer de schakeling en draai de schroefjes van het relaisblok weer vast.

Methode aanpak

Methode aanpak zwakstroominstallaties algemeen:

 

0.01  Opdracht, installatietekening en/of stroomkringschema doornemen.

         Het aantal aders in de installatietekening aangeven. Te moeilijk?, eerst een bedradingschema tekenen en dan

         het aantal aders, in de installatietekening, alsnog aangeven.

 

0.02    Is de tekening van maten voorzien?.

 

0.03    Aftekenen met krijt  +  liniaal of smetlijn met schietlood  +  krijt.

 

0.04    Lasdozen plaatsen, monteren op hartlijn of hart zwakstroomkabel.

 

0.05    Drukknoppen, bellen,zoemers of andere componenten monteren op hartlijn.

 

0.06   Zwakstroomkabel, let op aantal aders, eerst op lengte afknippen.

         Bij een lasdoos afknippen op  breedte lasdoos +  50 mm,  extra lengte i.v.m. lassen.

         Bij een behuizing afknippen op lengte van de behui­zing.

         Invoering buitenmantel minimaal 2 mm en maximaal 5 mm zichtbaar in lasdoos, drukknop enz.

 

0.07  Buitenmantel verwijderen met een kabelmes of met het puntje van een zijkniptang en aderisolatie strippen,

         denk erom niet inkerven! (kan breken)

 

0.08  Zwakstroomkabels, juiste aantal aders, monteren met behulp van spijkerclips en een lichte bankhamer.

         Let op: Bij horizontale montage “spijker” aan onderzijde, in verband met draagvermogen.

 

0.09  Spijkerclips 20 mm vanaf een lasdoos, drukknop, bel  enz. monteren.

         Tip: Eerst begin en eind vastzetten en dan de spijkerclips, max. 120 mm van elkaar verdelen.

         Bij een bocht, spijkerclips op gelijke afstand vanaf de hoek plaatsen.

         De juiste afstand (norm) hiervoor is 5 x de dikte zwakstroomkabel  + 10 mm.

 

0.10    Altijd over lengte toepassen, door middel van een lus of het draaien van aantal oogjes.

 

0.11    Drukknoppen en bellen/zoemers aansluiten, niet te vast aandraaien, i.v.m. draadbreuk.

 

0.12    Schakeling testen met behulp van een ohmmeter en twee meetsnoeren.  (doorbeltest)

 

 

 

 

Beoordelen

Vragen

Opdracht: Maak de onderstaande vragen en lever deze in in overleg met de docent, a.d.v. het stroomkringschema.

 

1: Wat is de functie van S1?

 

…………………………………………….

 

2: Wat is de kleur, van de drukknop S1, voor zo’n functie?

 

………………………………………………

 

3: Hoe wordt zo’n contact (S1) genoemd?

……………………………………………….

 

 

4: Wat is de functie van drukknop S2?

 

………………………………………………..

 

5: Wat is de kleur, van de drukknop S2, voor zo’n functie?

 

…………………………………………………

 

6: Hoe wordt zo’n contact (S2) genoemd?

 

………………………………………………….

 

7: Wat is de betekenis van het symbool met aanduiding A1 / A2?

 

………………………………………………

 

8: Wat is de betekenis van  het  symbool met aanduiding  K1-1?

 

……………………………………………….

 

9: Wat zijn de contactnummers van K1-1?             (let op scharniercontact)

 

…………………………………………………

 

10: Wat is de betekenis van  het symbool met aanduiding  K1-2?

 

………………………………………………….

 

11: Wat zijn de contactnummers van K1-2?             (let op scharniercontact)

 

……………………………………………………

 

12: Algemeen: Hoe wordt het lampje STOP in een bus, weer uitgeschakeld?

 

……………………………………………………

 

  • Het arrangement MkE1_3eperiode_relais_basis_practicum-praktijk_1504 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Jos Post Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2015-05-19 19:20:51
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Bedoeld voor de 1e klas Middenkader Engineering, thema besturingstechniek, relais basis practicum & praktijk met vragen
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    relais basis

    Bronnen

    Bron Type
    Principe van de werking van een Relais
    https://www.youtube.com/watch?v=nktd6QJqcHo
    Link
    Relais
    http://nl.wikipedia.org/wiki/Bestand:Relais.gif
    Link
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.