Toneelstuk van een geschiedenisthema

Toneelstuk van een geschiedenisthema

Webquest

Jullie zijn al een paar weken bezig met geschiedenislessen over ziek zijn, plaatjes, muziek en geld van vroeger. Ook hebben jullie al dramalessen gehad over deze lessen. Hebben jullie nu zin om zelf een toneelstuk te maken over een onderwerp?

In drietallen gaan jullie de opdrachten maken van de webquest, waardoor jullie zelf een eigen toneelstuk maken!

Hier is een tip: ga steeds naar “volgende” wanneer jullie verder willen. Iets vergeten? Klik dan op “terug”. Je hebt een half uur voor het maken van deze webquest.

Veel plezier en succes!

Weten jullie nog wat dit is?
Weten jullie nog wat dit is?
En wat was dit ook al weer?
En wat was dit ook al weer?
Weten jullie nog hoe dit heet? Tip: er komt muziek uit.
Weten jullie nog hoe dit heet? Tip: er komt muziek uit.
Welke twee soorten munten staan er op dit plaatje?
Welke twee soorten munten staan er op dit plaatje?

1. Inleiding

Klik hier om nog even te oefenen met het uitbeelden van emoties.

2. Taak

Jullie gaan vandaag zelf een toneelstuk maken over een onderwerp die jullie net van de juf hebben gekregen. Met behulp van een werkblad gaan jullie eerst een aantal opdrachten maken.

Deze opdrachten gaan jullie in drietallen uitvoeren en uiteindelijk maken jullie een toneelstuk van alle informatie die jullie verzameld hebben met de opdrachten. De informatie voor de opdrachten kunnen jullie vinden bij het kopje "Bronnen" aan de linker kant.

Om te weten waar jullie op beoordeeld worden, kunnen jullie kijken bij het kopje "Beoordeling".

Als jullie alle opdrachten uitgevoerd hebben, kunnen jullie beginnen met het voorbereiden van het toneelstuk. Bij het kopje "Beoordeling" staat wat er allemaal in het toneelstuk moet staan. 

Hebben jullie er al een beetje zin in om een eigen toneelstuk over jullie onderwerp te maken?

Ga dan snel naar volgende!

3. Werkwijze

Op jullie werkblad staan verschillende opdrachten. Deze opdrachten gaan jullie eerst beantwoorden op het werkblad, voordat jullie gaan oefenen met het toneelstuk. Let op! Bij het beantwoorden van deze opdrachten hebben jullie bronnen nodig en jullie moeten weten waarop jullie beoordeeld worden. Kijk dus niet alleen naar werkwijze, maar klik ook eens verder naar "Bronnen" en "Beoordeling". Als jullie dat hebben gedaan kun jullie de opdrachten gaan maken. Lees eerst alles door voordat jullie beginnen en kies iemand uit die alles op schrijft. 

Opdracht 1:

Op het werkblad staan vier tekeningen. Weten jullie nog hoe alles heet? Schrijf onder elke tekening hoe het heet. Zet daarna de tekeningen in de goede volgorde van vroeger naar nu door een lijntje te trekken naar het balkje. Kunnen jullie over elke tekening iets belangrijks vertellen? 

 

Kijk bij bron 1, 2 en 3 voor informatie over ziek zijn.

Kijk bij bron 4 en 5 voor informatie over plaatjes van vroeger.

Kijk bij bron 6 en 7 voor informatie over muziek.

Kijk bij bron 8 en 9 voor informatie over geld.

 

Opdracht 2:

Kies nu samen één tekening uit waar jullie het over wil hebben in jullie toneelstuk. Net hebben jullie hier al wat informatie over opgezocht en opgeschreven wat jullie erover weten. Nu gaan jullie een woordweb maken van deze tekening. Bedenk zo veel mogelijk wat ermee te maken heeft en schrijf dit op. 

 

Opdracht 3:

Zoek nu samen uit wat jullie in jullie toneelstuk willen laten zien over het plaatje dat jullie hebben gekozen. Gebruik hier je woordweb bij. Let op! In het toneelstuk moeten verschillende dingen terugkomen die jullie tijdens de dramalessen hebben gedaan, zoals elkaar na doen, iets uitbeelden waarbij het publiek moet raden wat het is en er moet een emotie in voor komen. Gebruik hierbij je hoofd, armen en benen en laat alles zo duidelijk en groot mogelijk zien. Willen jullie precies weten waar jullie op beoordeeld worden met het toneelstuk? Kijk dan samen nog even naar "Beoordeling".

Schrijf al jullie ideeën op.

 

Ben je klaar?

Oefen het toneelstukje samen met je groepje. Verdeel de rollen en werk jullie ideeën verder uit. 

 

4. Bronnen

Jullie mogen het geschiedenisboek gebruiken bij het maken van deze opdrachten. 

Verder staat er een aantal websites die jullie kunnen gebruiken voor het beantwoorden van de opdrachten. Onder elke opdracht staat er welke bronnen jullie kunnen gebruiken. Voor elk thema zijn er andere bronnen te gebruiken.

Bronnen bij ziek zijn:

Apotheek

Dokter

Gezond eten
Gezond en gevarieerd eten zijn hartstikke belangrijk voor je. Vooral fruit en groente heb je nodig om lekker fit te blijven. Wil je weten hoe je gevarieerd kunt eten?

Bronnen bij plaatjes van vroeger:

Vincent van Gogh
De schilderijen van Vincent van Gogh zijn nu veel geld waard. Maar toen hij ze maakte, wilde niemand ze hebben.

Films

Bronnen bij muziek:

Muziek

Muziek
Muziek wordt door mensen gemaakt door instrumenten te bespelen of te zingen. Ook kan je muziek opschrijven; soms is dit een liedje of een rijmpje met een tekst die je zelf hebt geschreven, soms legt de muziek die op papier staat uit, hoe iemand een melodie op een instrument kan spelen.

Bronnen bij geld:

Geld en banken (vroeger en nu)
Dit filmpje gaat over geld van vroeger en nu. Er wordt verteld hoe geld is ontstaan, hoe de bank is ontstaan en hoe we nu betalen.

Geld

5. Beoordeling

Jullie worden beoordeeld op de onderstaande punten:

Kijk naar de tabel. Jullie zien bovenaan de tabel staan: onvoldoende, voldoende, ruim voldoende en goed. Aan de zijkant staat gegevens verzamelen, het toneelstuk en samenwerken. Als jullie de punten van het gegevens verzamelen willen weten, volgen jullie de tabel en kijken jullie hoeveel punten jullie bij elkaar hebben gehaald. 

 

 

Onvoldoende

Voldoende

Ruim voldoende

Goed

Gegevens verzamelen

Jullie hebben een twee opdrachten gemaakt en de bronnen niet gebruikt.       

 

 


15 punten

Jullie hebben twee opdrachten gemaakt en één beantwoord met behulp van de bronnen.

 


 

20 punten

Jullie hebben twee opdrachten gemaakt en allebei beantwoord met behulp van de bronnen.

 

 

30 punten

Jullie hebben de opdrachten allemaal gemaakt en allemaal beantwoord met behulp van de bronnen.

 
40 punten

Het toneelstuk

Jullie hebben zelf een toneelstuk bedacht, zonder er een thema bij te gebruiken.                            

 

 

 

 

 

 

 


15 punten

Jullie hebben veel opdrachten in jullie toneelstuk gedaan. Er is een thema gekozen en jullie gebruiken één dramavorm. Bijvoorbeeld: elkaar nadoen (spiegelen), het publiek moet raden wat jullie doen of er worden emoties uitgebeeld.

 


20 punten

Jullie hebben veel opdrachten in jullie toneelstuk gedaan. Er is een thema gekozen en jullie gebruiken twee dramavormen. Bijvoorbeeld: elkaar nadoen (spiegelen), het publiek moet raden wat jullie doen of er worden emoties uitgebeeld.

 



25 punten

Jullie hebben alleopdrachten in jullie toneelstuk gedaan. 

Er is een thema gekozen, jullie doen elkaar een keer na (spiegelen), er is een moment dat het “publiek” moet raden wat jullie doen en er komen emoties in voor.

30 punten

Samenwerken

Jullie hebben niet samengewerkt.

 

 


 

 

 

 

0 punten.

Jullie hebben samengewerkt door te overleggen.

 

 

 

 

 

 

15 punten

Jullie hebben veel overlegd en alle opdrachten samen gemaakt. De één heeft wel meer gedaan dan de ander.                                   

 

 


25 punten

Jullie hebben veel overlegd en alle opdrachten samen gemaakt. Allemaal hebben jullie evenveel gedaan en elkaar geholpen


30 punten

 

6. Terugblik

Dit is alweer het einde van de webquest! Hopelijk vonden jullie het leuk om dit te maken en hebben jullie geleerd om samen informatie op te zoeken op de computer. Jullie hebben zelf een eigen toneelstuk gemaakt, waar jullie waarschijnlijk heel trots op kunnen zijn.

Zo mogen jullie het toneelstuk laten zien aan de rest van de klas. Hebben jullie nog tijd over? Oefen het nog een keertje! Veel plezier met het uitvoeren ervan!

Docentenpagina

Toneelstuk van een geschiedenisthema

De webquest: In deze webquest zetten de kinderen hun eigen toneelstuk in elkaar door middel van een aantal opdrachten.

De doelen: De leerlingen leren om gegevens te verzamelen met behulp van bronnen en passen dit toe in een aantal opdrachten. Daarnaast leren de leerlingen om samen te werken.  

Schooltype en - niveau: Deze webquest is geschikt voor het basisonderwijs. De webquest is voor groep 5 of hogere groepen.

Vakgebied: Officieel is deze webquest gemaakt voor groep 5 die de geschiedenismethode “Tijdstip” gebruikt. Deze webquest sluit aan op hoofdstuk 13, 14, 15 en 16 met de thema’s: ziek zijn, plaatjes van vroeger, muziek en geld. Daarnaast wordt er vakoverstijgend gewerkt en is er drama gebruikt.

Het eindproduct wordt een toneelstuk. Hier moet al het informatie, die de leerlingen te weten zijn gekomen, in verwerkt zijn. Voor deze groep zijn er verschillende eisen, er moet namelijk gespiegeld worden, het publiek moet raden wat er uitgebeeld wordt en er moeten emoties in voor komen. Deze aspecten moeten vooraf al een keer aangeboden worden aan de groep.

Zelf zou u de webquest aan kunnen passen aan het niveau van uw klas. U kunt de leerlingen bijvoorbeeld zelf plaatjes uit tijdschriften laten knippen of op internet zoeken die belangrijk zijn bij dit thema. Ook zou u andere bronnen kunnen gebruiken die geschikt zijn voor uw groep. Wel is de webquest bedoeld voor twee of drie leerlingen tegelijk, zodat er samengewerkt kan worden.

Het duurt ongeveer een half uur, voordat de leerlingen de webquest gemaakt hebben op de computer. Daarnaast moet u er nog rekening mee houden dat er geoefend moet worden voor het toneelstuk en er is tijd nodig om de verschillende toneelstukken aan elkaar te presenteren. Wanneer u de beoordeling geeft, kunt u zelf bepalen.

 

Voor de webquest heeft u verschillende werkbladen nodig. Het werkblad is hieronder te openen per thema.

 

Deze webquest is gemaakt door Manon Hobé.