Digitale basisvaardigheden 1 docent

Digitale basisvaardigheden 1 docent

Algemeen

Onderwerpen

Het niveau van leerlingen binnen de klas kan redelijk verschillen bij binnenkomst op onze school met als gevolg dat er vaak behoorlijke verschillen in tempo optreden.

Het materiaal is daarom zo opgezet dat leerlingen er in principe zelfstandig mee aan de slag kunnen. Naast de opdrachten is ook instructiemateriaal beschikbaar.

Bij de opdrachten Excel worden de belangrijkste onderdelen worden uitgelegd aan de hand van instructiefilmpjes. De filmpjes zijn bedoeld als ondersteuning wanneer leerlingen zelfstandig verder werken.

Hoofd
stuk

Appli-catie

Behandelde onderwerpen

1

Word

Werkstuk: automatische paginanummering, koppen en automatische inhoudsopgave, toevoegen van titelpagina, opmaken van de pagina, lettertype, lettergrootte, regelafstand.

2

Word

Werkstuk: automatische paginanummering, koppen en automatische inhoudsopgave, toevoegen van titelpagina, opmaken van de pagina, lettertype, lettergrootte, regelafstand.

3

Excel

Tabellen basis: Basisvaardigheden m.b.t. tabellen: wat is een tabel, kolom, rij, cel, maken tabel, opmaken cellen, kolommen breder en smaller maken.

4

Excel

Formules basis: Basisformules: wat is een formule, optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen

5

Excel

Grafieken basis: Grafieken maken op basis van een tabel. In dit geval wordt gewerkt met een kolomgrafiek (staafdiagram) en een gegroepeerde kolomgrafiek.

6

Excel

Grafieken soorten: De drie bekendste grafieksoorten: lijngrafiek, kolom(staaf)diagram en cirkeldiagram: wanneer gebruik je wat?

7

Film

Trucs bij het opnemen: Close-up, detail, pan, tilt, vogelperspectief, kikkerperspectief, geluid, effecten.

8

Film

Monteren van films: gebruik van Windows Live Moviemaker met titel, aftiteling, slow motion, overgangen, effecten, knippen, achtergrondmuziek, verschil project en film.

9

Film

Monteren van films: toevoegen eigen ingesproken voice-over.

10.1

Tooltjes

Een serie leuke tooltjes die leerlingen in een vrij ogenblik kunnen uitproberen.

10.2

Excel

Extra opgaven: zowel tabel, formule als grafiek komt hierin aan bod.

10.3

Excel

Formules automatische: Eenvoudige formules: som, gemiddelde, maximum, minimum, aantal en het samenvoegen van tekst.

 

Aanpak

Uiteraard heeft iedereen zijn eigen aanpak, maar hierbij wellicht wat ideeën/tips waar je misschien iets aan hebt:

  • Leg goed uit dat het regelmatig opslaan van het werk de verantwoordelijkheid van de leerling is. Vertel ook, dat sommige spreadsheets die de leerlingen maken, bij latere opdrachten weer nodig zijn. Dat betekent dat leerlingen het best een map kunnen aanmaken waarin al het werk ordelijk wordt opgeslagen en bewaard. Voor leerlingen met een BYOD-laptop: maak gebruik van MOCdrive.

  • In het algemeen werkt het goed om de les te starten met een kleine demonstratie op de beamer/digibord. Je kunt leerlingen hierbij ook uitnodigen om stap voor stap mee te doen. Eventueel kun je voor de demonstratie / het meedoen ook gebruik maken van de opgenomen instructiefilmpjes.

  • Vertel helder wat er minimaal in de les af moet zijn. Dat is niet altijd gemakkelijk wanneer je verschillende niveaus in één klas hebt zitten, maar het helpt de leerlingen wel bij het houden van focus.

  • Maak gebruik van Impero. Zo houd je ‘afdwalers’ gemakkelijker bij de les.

  • Maak voor iedere les een inleveropdracht aan in SOMtoday en laat de leerlingen inleveren. Op die manier houd je zelf goed bij waar iedereen is. Bovendien kun je gemakkelijk steeksproefsgewijs het ingeleverde werk controleren. En: mocht de leerling zijn spreadsheet hebben ‘kwijtgemaakt’ dan staat het altijd nog in SOMtoday en kan het gemakkelijk weer worden gedownload.

Voorbereiding: oortjes

Omdat er redelijk gebruik gemaakt wordt van instructiefilmpjes én omdat bij het filmen/monteren uiteraard ook geluid te pas komt, is het van belang dat de leerlingen weten dat zij ALTIJD oortjes bij zich moeten hebben.

Voorbereiding: printen

De meeste opdrachten in het lesmateriaal zijn kort. Maar er zijn een aantal instructiebladen die bestaan uit een aantal pagina's tekst met schermprints. Die bladen zijn gewoon via het lesmateriaal oproepbaar.

De leerlingen moeten dan echter steeds een stukje van de instructie lezen vanaf het beeldscherm en deze instructie dan op hetzelfde beeldscherm ook uitvoeren. Dit werkt niet altijd even gemakkelijk.

Het is daarom te overwegen om van een aantal opdrachten een klassenset uit te printen.

Opdrachten die hiervoor in aanmerking komen zijn:

Word

Excel

Filmen en monteren

Leerlingmateriaal

Het leerlingmateriaal is te bereiken via de volgende link:

Leerlingmateriaal mediawijsheid blok 1

Word

1. Word en je werkstuk: instap

Klassikaal: Je kunt met de klas in gesprek gaan over wanneer een werkstuk er goed uitziet. Bijvoorbeeld door met een mindmap te werken. Gebruik je afbeeldingen in een werkstuk? Ja of nee? En waar staan die afbeeldingen dan? Aan welke eisen moeten ze voldoen? Kun je wat zeggen over het lettertype, over paginanummers, inhoudsopgave, onderverdeling etc. (de richtlijnen staan ook in het lesmateriaal)

Je kunt ervoor kiezen om de opdracht zelfstandig door de leerlingen te laten uitvoeren, maar je kunt bijvoorbeeld ook gezamelijk stuk voor stuk de opdrachten uitvoeren, of bijvoorbeeld eerst een aantal minder bekende zaken (zie verder) uitleggen/voordoen.

Ook kun je vooraf met de klas in kaart brengen wat ze wel en wat ze nog niet kunnen.

Opdracht: De leerlingen gaan een aantal opdrachten uitvoeren. Ze downloaden daarvoor een nog niet opgemaakt wordbestand en gaan aan de hand van een opdrachtenblad een aantal wijzigingen aanbrengen. De meeste leerlingen zullen zonder moeite kleurtjes toevoegen, plaatjes zoeken en toevoegen en lettertypes wijzigen. Echter, het werken met koppen is voor de meesten onbekend, net als het maken van een automatische inhoudsopgave.

Ook het werken met automatische paginanummers kent lang niet iedereen.

In het algemeen zijn leerlingen hier een lesuur mee bezig.

 

2. Word en je werkstuk

Klassikaal: vaak blijkt in de praktijk dat leerlingen vooral het werken met kopteksten en het maken van een inhoudsopgave lastig vinden. Daar zou je bijvoorbeeld eerst nog klassikaal aandacht aan kunnen besteden.

Opdracht: zelfstandig. In de opdracht is het de bedoeling dat de leerlingen de 10 niet zo mooie elementen in de tekst opzoeken en veranderen. Ze kunnen dit bijvoorbeeld zelfstandig doen en de resultaten daarna vergelijken met hun buurman/buurvrouw.

Uitwerking

De volgende 'niet zo mooie' onderdelen zijn in de tekst aangebracht. (Best mogelijk dat leerlingen nog meer verbeteringen aanbrengen).

  • Titelpagina is niet mooi
  • Kopjes zijn niet gemaakt met 'kopteksten'
  • Er is geen automatische inhoudsopgave
  • De paginanummers zijn niet automatisch, er staat gewoon een 1
  • De eerste afbeelding staat achter de tekst en valt buiten de kantlijn
  • De tweede afbeelding valt buiten de kantlijn
  • Midden in de tekst en zonder aanleiding worden:
  • - verschillende lettertypes gebruikt
  • - verschillende lettergroottes gebruikt
  • - verschillende regelafstanden gebruikt
  • Normaal gesproken staat de inhoudsopgave op een aparte pagina

Excel

3. Excel: tabellen

Voorbereiding

Voorbereiding opdracht 3.1: eventueel de instructie voor de leerlingen als klassenset uitprinten.

Voorbereiding opdracht 3.2a: zorg voor middelen om de lengte van de leerlingen te kunnen meten, bijv. centimeter of lange liniaal.

Voorbereiding opdracht 3.2b: zorg dat je een werkend Microsoft account hebt en maak eventueel vooraf vast een koppeling naar een leeg spreadsheet. De koppeling kun je dan vast in SOMtoday plaatsen.

Les

  • Klassikaal: wat is een tabel, maak een tabel op de beamer, wat is een rij, kolom en cel. Vraag de klas wat je allemaal in een tabel zou kunnen zetten. Waarom is zo’n tabelvorm eigenlijk handig? Maak een som in Excel op het digibord of kijk gezamenlijk naar het filmpje. Laat leerlingen eventueel meedoen.
     
  • Opdracht 3.1 Zelfstandig: de leerlingen kunnen zelfstandig opgave 1.1maken.
     
  • Opdracht 3.2a Klassikaal / zelfstandig. Hierbij worden alle leerlingen gemeten, daarna wordt er een tabel op het bord geschreven. De leerlingen verwerken de gegevens daarna zelfstandig.
     
  • Opdracht 3.2b Klassikaal / zelfstandig. Hierbij wordt samengewerkt bij het verzamelen van de gegevens via OneDrive. Wijs de leerlingen vooraf op de noodzaak van sociaal gedrag. Stop wanneer leerlingen zich niet goed gedragen.

Uitwerking opgaven

Van de opgaven die zich daartoe lenen zijn uitwerking beschikbaar.

Opdracht 3.2a en b zijn klassikale opdrachten over schoenmaat en lengte. Hiervan is uiteraard geen uitwerking. Er hoort een spreadsheet te ontstaan met alle namen van de leerlingen en hun lengte / schoenmaat.

4. Excel: formules

  • Klassikaal: maak zelf een formule (bijv. de tafel van x) op het digibord of kijk samen naar het filmpje. Is zo’n formule handig? Wanneer zou je zoiets gebruiken, kun je voorbeelden bedenken? Laat leerlingen eventueel alvast meedoen en zelf een formule maken. Leg uit dat je op verschillende manieren kunt kopieren: laat de werking van de vulgreep zien en het ‘kopieren/plakken’ dat we ook kennen uit Word. Laat zien dat de cellen die in je formule genoemd worden bij kopieren veranderen. Is dat handig? Waarom wel/niet?
    Je kunt ook rekenen met een rekenmachine. Wat is het verschil? Bij Excel blijft de formule en de hele opmaak bewaard. Wanneer zou je daar gebruik van kunnen maken?
    Laat ook direct zien dat je naast vermenigvuldigen ook kunt optellen, aftrekken en delen.
     
  • Opdracht 4.1: zelfstandig. De leerlingen maken de tafel van 79 en daarna nog de tafel van een heel groot getal. Juist bij hele grote getallen zie je de kracht van Excel. Tip: er zijn nogal eens leerlingen die bij het begin het idee van formules niet goed begrijpen. Deze leerlingen rekenen de antwoorden uit op hun rekenmachine en typen ze dan in. Dat kost veel tijd, en is natuurlijk ook niet de bedoeling. Dit kun je gemakkelijk controleren door op het antwoord te gaan staan met je cursor. Links boven in het spreadsheet zie je vanzelf of de leerling een getal of een formule heeft ingetypt.
     
  • Opdracht 4.2 zelfstandig. Bij deze opdracht moet de leerling in stapjes een ingewikkelde som maken in Excel. Het antwoord kan zelf worden gecontroleerd in het Wikiwijsarrangement. Let er ook hier weer op dat de leerlingen gebruik maken van Excel om hun formules te maken. 

Uitwerkingen opdrachten:

5. Excel: grafieken

  • Klassikaal: laat zien dat je gemakkelijk een grafiek kunt maken op basis van gegevens in een tabel. Je kunt benadrukken dat dit heel erg snel gaat en dat je achteraf ook nog eens een ander type kunt kiezen. Tip kort de drie belangrijkste typen aan: kolomgrafiek (staafdiagram), lijngrafiek en cirkeldiagram. Vraag aan de leerlingen of ze al weleens grafieken hebben moeten tekenen. Laat zien dat je verschillen in een grafiek kunt benadrukken (rek de grafiek verticaal uit) of juist kunt bagatelliseren (druk de grafiek verticaal samen). Zou dat in het echt ook wel eens gebeuren? Kun je voorbeelden bedenken?
    Leg uit dat een goede grafiek altijd een duidelijke titel en duidelijke astitels heeft (is in de wiskunde ook belangrijk) Laat zien hoe je m.b.v. het plusteken naast de grafiek astitels kunt toevoegen en hoe je desgewenst een titel kunt aanpassen. Laat de leerlingen bijvoorbeeld zelf meedoen op basis van het spreadsheet ‘schoenmaat’ dat zij in hoofdstuk 1 hebben gemaakt.
     
  • Opdracht 5.1: zelfstandig. De leerlingen maken een eenvoudige kolomgrafiek. Controleer of titel en assen correct zijn gevuld.
     
  • Opdracht 5.2: zelfstandig. De leerlingen vergelijken nu twee gegevens met elkaar in een gegroepeerde kolomgrafiek. Let ook hier weer op de juiste vorm en opmaak.

Uitwerkingen opdrachten:

6. Excel: soorten grafieken

  • Klassikaal: Niet ieder grafiektype is geschikt voor ieder doel. Het is belangrijk dat leerlingen begrijpen dat een grafiek bedoeld is om gegevens duidelijker te maken. Het kiezen van het juiste grafiektype is de eerste stap. Leg uit wanneer je normaal gesproken een kolom(staaf)grafiek zou gebruiken, wanneer een lijn, en wanneer een cirkeldiagram. (overige typen behandelen we hier niet). Wat goed werkt is een kolomgrafiek maken op basis van een heleboel gegevens en hem dan ineens als cirkeldiagram laten zien. Dan begrijpt iedereen dat zo’n cirkeldiagram de zaak niet duidelijker maakt. Dat kunnen leerlingen zelf ook uitproberen met hun spreadsheet over ‘schoenmaat’ of ‘lengte’.
  • Opdracht 7 Zelfstandig. Dit is een interactieve opdracht met feedback waarbij de leerlingen moeten kiezen wat in welke omstandigheid de juiste grafiekkeuze zou zijn.
  • Opdracht 8 Zelfstandig. Hierbij gaan de leerlingen verder met het bestand dat zij in opdracht 6 hebben gemaakt. Zij maken hierbij nu een andere grafiek. Ook gaan ze in op duidelijkheid. In deel a van de opdracht liggen de grafieken zo ver uit elkaar dat de duidelijkheid wordt geschaad. Het is ook belangrijk dat leerlingen begrijpen dat een lijngrafiek in dit geval een toegestane keuze is.

Uitwerkingen opdrachten:

 

Opdracht 6.1  heeft geen uitwerking: dit zijn 5 interactieve vragen met feedback.

T.b.v. volgende les

In de volgende les ga je starten met filmen/monteren.

  • Je zou de leerlingen kunnen vragen om figuurtjes mee te nemen die ze kunnen gebruiken voor het filmen zoals playmobil, lego of bijv. plastic dinosaurussen. (dit, wanneer je besluit om de leerlingen niet elkaar te laten filmen)
  • de meeste leerlingen kunnen filmen met hun mobieltje. Echter: de film die ze maken moet worden gemonteerd op hun laptop. Dat betekent dat ze het filmmateriaal van hun telefoon op hun laptop moeten zetten. Ze moeten dus hun verbindingskabeltje meenemen.

Filmen en monteren

7. Filmtrucs

Voorbereiding

  • Een aantal flipcamera's regelen. De meeste leerlingen kunnen met hun mobieltje filmen, maar meestal niet iedereen.
  • Figuurtjes meenemen t.b.v. filmen (bijv. lego of playmobil) voor zover je dit niet aan de leerlingen hebt gevraagd.

Les

Klassikaal: je zou kunnen beginnen met gezamelijk kijken naar het Klokhuis-filmpje. Daarin komen een paar filmtrucs aan bod: vogel- en kikkerperspectief, de functie van muziek in een film, stoppen met filmen en verplaatsen van voorwerpen, zoomen. Daarna zou je bijvoorbeeld met de klas kunnen ingaan op andere filmeffecten, of de klas kunnen laten zoeken naar een heel leuk filmpje of juist een heel saai. Dan kun je een leerling vragen om dat filmpje te presenteren en te laten uitleggen waarom het leuk of saai is.

Opdracht: de leerlingen kijken eerst naar een kort reclamefilmpje waarin heel veel te zien is. Vervolgens gaan ze uitzoeken welke filmeffecten ze herkend hebben. Ze hebben daarvoor een antwoordvel waarop de bekendste filmeffecten al zijn ingevuld.

Je kunt bijvoorbeeld ook gezamelijk naar het filmpje kijken of de hele opgave klassikaal aanpakken.

Opdracht: de leerlingen krijgen nu de opdracht om met hun telefoon stukjes film op te nemen. Ze moeten daarbij verschillende filmeffecten laten zien. Je kunt natuurlijk zelf uitmaken of je de leerlingen een verhaaltje oid laat opnemen waarbij ze elkaar filmen of dat je gaat werken met speelgoedfiguurtjes oid. In deze tijd van ongewenste filmpjes die overal opduiken zijn niet alle leerlingen blij met 'ad hoc' opdrachten waarbij zij gefilmd worden.

Het is in ieder geval wel belangrijk om in te gaan op privacy, uit te leggen dat filmpjes die op of via school worden gemaakt niet zomaar op internet gezet mogen worden en dat je toestemming moet vragen wanneer je mensen gaat filmen.

Als de leerlingen gefilmd hebben, moeten ze de gegevens overnemen op hun laptop. Ervaring leert dat ze dat niet allemaal vanzelfsprekend kunnen. (Bovendien zijn er vaak kabeltjes voor nodig, die dan toch vergeten zijn).

8. Film monteren

Klassikaal: waarom monteer je films? Wat kun je allemaal doen bij het monteren? (geluid toevoegen, maar ook weghalen, versnellen/vertragen, overgangen, stukjes film wegknippen, stilstaande beelden toevoegen, een titel / aftiteling toevoegen, geluidsniveaus regelen...)

Je kunt bijvoorbeeld ook vragen wie er ervaring heeft met het monteren van films, welk tool ze gebruiken en waarom?

Opdracht De leerlingen monteren individueel de filmfragmenten die ze in de vorige les hebben gemaakt.

Voor Windows Moviemaker is een vaardigheidskaart beschikbaar die ook in de les is opgenomen.

Verschil project en film

Veel leerlingen kennen niet het verschil tussen een PROJECT (achtervoegsel WLMP) en een film (achtervoegsel meestal MP4).

Het is handig om dit onderdeel eerst klassikaal nog eens te belichten. Een project kan niet worden afgespeeld op een andere computer. Om een film te kunnen afspelen op een andere computer (of te uploaden naar bijvoorbeeld Youtube) moet je kiezen voor bestand, opslaan film. Aandachtspunt: het maken van een film kost meerdere minuten, dus laat leerlingen hier niet 1 minuut voor het eind van de les aan beginnen.

Kom je niet toe aan het zelf laten filmen? Dan kun je de leerlingen ook laten oefenen met monteren met behulp van korte stukjes film die je ze ter beschikking stelt. Hieronder vind je een paar korte stukjes.

Ook misschien handig als je zelf wilt oefenen :).

9. Monteren

Als laatste trucje het verwijderen van het oorspronkelijke geluid van een stuk film en het inspreken van nieuw geluid.

Dit is ook goed bruikbaar om te gebruiken in een nasynchronisatieproject. Filmpje downloaden van Youtube, geluid verwijderen, en nieuw geluid inspreken.

Ook leuk als leerlingen te vroeg klaar zijn. Als je dat wilt, zul je wel eerst wat voorbereding moeten doen:

Eventuele voorbereiding

  • vooraf downloaden film van youtube
  • in SOMtoday plaatsen zodat leerlingen de film kunnen vinden

 

 

Extra materiaal

Voor snelle leerlingen of als je gewoon meer tijd hebt zijn er diverse extra lessen beschikbaar.

10.1 Tooltjes

Goed om bijgaande poster onder de aandacht te brengen van de leerlingen. Staat vol met tips van leuke tooltjes. 

Uurtje over? Laat de leerlingen de tools uitproberen. 

10.2 Excel: extra opdracht

  • Extra: opdracht supermarkt: leerlingen die klaar zijn kunnen de opdracht ‘supermarkt’ uit de extra opdrachten maken.
  • Extra: opdracht goudmijn: leerlingen die klaar zijn kunnen de opdracht ‘goudmijn’ uit de extra opdrachten maken. De meeste leerlingen vinden deze opdracht lastiger. Zij moeten met behulp van de vulgreep de wijziging in temperatuur vullen. Er zijn leerlingen die alles uitrekenen en intypen. Aandachtspuntje.

Uitwerking

Geen uitwerking beschikbaar

 

10.2 Excel: meer formules

  • Klassikaal: Eerder zijn alleen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen behandeld. Maar de rekenkracht van Excel gaat veel verder. In dit hoofdstuk worden alleen formules behandeld die kunnen worden uitgevoerd met behulp van de knop Ʃ. Laat de werking van de knop zien. Begin met het optellen via de SOM-formule. Het is ook nog leuk om te laten zien, dat wanneer je een regel toevoegt, de formule ‘meerekt’. Laat ook de andere formules zien of kijk samen naar het filmpje.
     
  • Opdracht 9: Zelfstandig. Hierbij maken de leerlingen gebruik van verschillende formules. Aan het eind zijn er een paar vragen waarbij zij de cijfers moeten interpreteren.
     
  • Opdracht 10: Zelfstandig. In deze opdracht zoeken de leerlingen zelf extra gegevens op internet en verwerken deze in hun tabel. Het moeten wel echte gegevens zijn. Een aantal formules zijn gegeven, voor de rest moeten ze relevante formules bedenken.
     
  • Opdracht 11: Zelfstandig. Deze opdracht werkt met tekstformules en is dus een beetje een vreemde eend in de bijt. Toch worden deze formules regelmatig gebruikt. De bedoeling is dat leerlingen een formule maken om voornaam, voorvoegsel en achternaam aan elkaar te plakken.

bij opgave 10 zoeken de leerlingen ook zelf informatie via internet. Iedere oplossing zal er dus wat anders uitzien. De uitwerking is gegeven voor het deel dat voor iedereen gelijk is.

  • Het arrangement Digitale basisvaardigheden 1 docent is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2014-08-24 18:53:35
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Bronnen

    Bron Type
    Leerlingmateriaal mediawijsheid blok 1
    http://maken.wikiwijs.nl/46537/Mediawijsheid
    Link

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Mediawijsheid. (2013).

    Digitale basisvaardigheden

    https://maken.wikiwijs.nl/46537/Digitale_basisvaardigheden

    Mediawijsheid. (z.d.).

    Excel - docent

    https://maken.wikiwijs.nl/52854/Excel___docent

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.