We zijn allemaal deel van een groep en elke groep heeft zo zijn gemeenschappelijke kenmerken.
In het oog springende kenmerken van een groep zijn taal, dialect en kleding.
In deze opdracht gaat het over kleding en de regelsdie de omgeving daaraan stelt.
Veel kledingstukken horen thuis in een bepaalde omgeving, daarbuiten vallen ze op.
Denk aan klederdracht of aan religieuze kledingvoorschriften.
Weet je hoe het hoofddeksel op de afbeelding heet?
In welke groep wordt het gedragen denk je?
Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
herkennen dat er bepaalde leefregels zijn in veel groepen.
Deze regels hebben te maken met taal, omgangsvormen of religie.
aan de hand van een voorbeeld benoemen dat in bepaalde groepen ook specifieke leefregels en kledingvoorschriften zijn.
uitleggen aan de hand van een voorbeeld waarom je niet kan spreken van één Nederlandse identiteit.
Wat ga ik doen?
Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je herkent het begrip groepscultuur en kunt uitleggen waarom er niet één identiteit bestaat in Nederland.
Aan de slag
Stap
Activiteit
Stap 1
Je leert over groepscultuur. Je bekijkt foto's over groepen mensen en beantwoordt vragen daarover.
Stap 2
en
Je bekijkt een video over een meisje dat geen hoofddoek mag dragen op school. Je beantwoordt vragen over de video's.
Stap 3
Je leest krantenartikelen over kledingvoorschriften op school (ook voor ouders). Je combineert de ontbrekende titels met de tekst.
Stap 4
Je leert over kledingvoorschriften op school en in andere landen. Ter voorbereiding van een bezoek aan een paar steden, ga je uitzoeken welke kleding gepast is.
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Begrippen
De begrippenlijst bevat begrippen over cultuur en cultuurgebieden.
Eindopdracht
Je gaat een folder maken met ‘Kledingadvies voor dummies’. Je geeft in deze folder algemene adviezen over bepaalde punten aan reizigers.
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht.
Benodigdheden
een pen, potlood en schaar
printer of kopieermachine
lijm
papier
Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer ongeveer 2 uur nodig.
Aan de slag
Stap 1: Groepscultuur
We maken allemaal deel uit van een groep en iedere groep heeft zo zijn kenmerken.
De mensen in een groep hebben een of meerdere dingen met elkaar gemeen.
Zo zijn Nederlandse burgers allemaal Nederlands, spreken Friesen met elkaar een eigen taal, vieren Nederlanders van onder de rivieren carnaval, hebben moslims een religie met elkaar gemeen en zie je in Staphorst nog steeds veel vrouwen gekleed in traditionele klederdracht.
Veel groepen delen met elkaar bepaalde leefregels. Die regels kunnen te maken hebben met omgangsvormen, taal of dialect of gerechten.
In het oog springt de manier waarop mensen zich kleden. Aan de kleren van mensen kun je soms zien wie ze willen zijn, bij welke groep ze horen en waar ze voor staan.
Vaak hangt kleding nauw samen met de identiteit van een individu of een groep mensen.
De mensen op deze foto's behoren allemaal tot een groep.
Bekijk de foto's goed. Daarna kun je de vraag beantwoorden.
Stap 2: Geloof en identiteit
Imane Mahssan is moslim. Vanwege haar geloof wil ze een hoofddoek dragen, ook op school.
Maar de school wil niet dat leerlingen petten, hoeden of andere hoofddeksels dragen.
In deze video vertelt ze welk gevolg het dragen van een hoofddoek op school voor haar had.
In dit videofragment zie je hoe de school op de uitspraak reageerde:
De vragen die je nu gaat beantwoorden hebben betrekking op de video's.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Lees onderstaande krantenartikelen. Zoals je ziet mist elk artikel een titel.
Na het lezen ga je de juiste titel toevoegen.
Artikel 1:
[...]
Blote navels zijn taboe op het Stanislascollege in Delft. Met de zomer in het vooruitzicht heeft de school leerlingen verboden te korte rokjes, broeken en truitjes in de klas te dragen. Ouders hebben een brief gekregen over ongepaste kleding op school. Directe aanleiding is een aantal meisjes dat vorige week, op de eerste warme dag van het jaar, in naveltruitje naar het Stanislas kwam. Leerkrachten stoorden zich daar dermate aan, dat ze de meisjes erop aanspraken.
In de brief naar de ouders stelt de school geen te korte broeken, rokjes en truitjes te willen zien 'zoals deze worden gedragen op het strand of bij het uitgaan'. Leerlingen die niet gekleed zijn volgens de 'maatstaven' van de school, worden naar huis gestuurd om iets anders aan te trekken, zo waarschuwt de directie.
,,Belachelijk,'' zegt Tomas Brandt, een van de ouders. ,,We hebben geen idee waar dit opeens vandaan komt. Ik heb ook nog nooit signalen gehoord dat kinderen te zomers of te uitdagend gekleed gingen. Eerst dacht ik dat het een verlate 1 aprilgrap was. Maar ik vrees dat het echt waar is.''
Directeur Fons Loogman van het Stanislas bevestigt dat. ,,Wij zijn een werkgemeenschap en daar hoort gepaste kleding bij. Zo staat het ook omschreven in het leerlingenstatuut.''
Loogman stelt dat het vaker voorkomt dat zijn school leerlingen aanspreekt op hun kledingkeuze. ,,Dat gaat meestal persoonlijk. Maar in dit geval vonden we het geen kwaad kunnen ook de ouders er nog eens op te wijzen.'' Wat gepast en ongepast is, is volgens hem ter beoordeling aan de school.
De brief heeft nog niet tot negatieve reacties geleid, zegt Loogman. ,,Er hebben zich juist ouders gemeld die onze brief heel positief noemden.''
Enkele bevindelijk gereformeerde scholen voor voortgezet onderwijs, waaronder het Van Lodenstein College (VLC) in Kesteren, hebben kledingcoaches aangesteld die leerlingen 'die zich niet netjes kleden' aanspreken op hun uiterlijk. De coaches adviseren de schooldirectie over het kledingbeleid en praten met de ouders van de leerlingen.
Reformatorische scholen voor voortgezet onderwijs hebben een kledingbeleid, omdat gereformeerden menen dat 'onzedelijke kleding' zoals een te kort rokje niet past in de bijbelse voorschriften. Daarom mogen meisjes ook geen broek dragen en mogen jongens geen lang haar hebben.
'Zo'n kledingcoach kan veel goed doen. We laten onze kinderen natuurlijk niet belachelijk over straat lopen, maar we willen wel dat ze er fatsoenlijk en eerbaar uitzien', zegt Pieter Moens, bestuursvoorzitter van de Vereniging voor Gereformeerd Schoolonderwijs (VGS) en ouder van een leerling op het VLC.
Bij de VGS zijn alle acht reformatorische scholen voor voortgezet onderwijs aangesloten.
Volgens Moens is het belangrijk dat leerlingen inzien dat het dragen van niet te uitdagende kleding een toegevoegde waarde van hun geloof is. 'Zo'n coach kan dat samen met ouders en school op een positieve manier duidelijk maken', zegt hij. Leerlingen die worden aangesproken door de coach, moeten het gewraakte kledingstuk in het vervolg thuis laten.
De joods-orthodoxe school Jesode Hatora dreigt met sancties tegen moeders van leerlingen die volgens de school al te bloot gekleed gaan bij het naar school brengen van hun kinderen.
Een aantal moeders kreeg de voorbije dagen een brief van de school waarin ze op de vingers werden getikt omdat ze de kledingvoorschriften zouden hebben overtreden.
De orthodoxe Jesode Hatora-school, de grootste en oudste joodse onderwijsinstelling van ons land, legt niet alleen strenge religieuze kledingvoorschriften op aan haar meisjesleerlingen, maar ook aan de moeders. Zo is het verplicht om bij elk contact met de school een rok te dragen die de knie volledig bedekt. Ook het hoofd van de vrouw moet volledig bedekt zijn. Vrouwen moeten te allen tijde panty’s dragen en het is verboden om de nek en de ellebogen bloot te laten.
Moeders die zich niet schikken, riskeren “zeer onplezierige maatregelen”, aldus de school.
De modern-orthodoxe ouders reageren verbijsterd op de brief. “De school probeert ons voor te schrijven hoe we ons moeten kleden. Zij willen dat we onze vrouwen kleden zoals in Afghanistan”, zegt een vader.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Sommige scholen hebben kledingregels.
Ook in verschillende landen of op verschillende plaatsen op de wereld moet je rekening houden met tradities en regels op het gebied van kleding.
En zijn er landen waar een vrouw buitenshuis een hoofddoek moet dragen of waar een korte broek niet gepast is. Ook je schoenen moeten uit op verschillende plekken. Ook ga je niet in badkleding een moskee binnen.
Natuurlijke elementen, zoals een zee, oceaan, rivier, woestijn of gebergte vormen de scheidslijn tussen gebieden.
Kunstmatige grens
Er zijn ook grenzen die je niet kunt zien of die niet natuurlijk zijn. Zo'n grens is er omdat de mens hem gemaakt heeft.
Politieke grens
Een denkbeeldige lijn die twee gebieden van elkaar scheidt. Dit kan gaan om landen, maar ook om gebieden, zoals gemeenten en provincies.
Volk
Een groep mensen die al eeuwenlang samenwoont met een overeenkomstige cultuur.
Staat
Een gebied dat door landsgrenzen is afgebakend. Een staat onderscheidt zich van een andere staat doordat het een eigen bestuur heeft.
Grensconflict
Een geschil over een grens (afbakening tussen landen of gebieden).
Etnische minderheid
Een kleine groep met een andere cultuur dan de dominante cultuur in een land en die daar in de minderheid is.
Godsdienst
Geloof in een of meerdere goden en alle gewoonten en rituelen die daar bij horen.
Cultuur(gebied)
Aangeleerde zaken zoals taal, gewoonten, tradities, etc. In een cultuurgebied vinden we veel gelijkenissen wat betreft cultuur.
Taal(gebied)
Manier om te communiceren door klanken, letters, woorden en zinnen. Een gebied waarin de bewoners overwegend dezelfde taal spreken, noemen we een taalgebied.
Allochtonen - Nederlander met een migratieachtergrond
Een persoon van wie een of beide ouders in het buitenland geboren zijn. Het betekent letterlijk: 'van een ander land'.
De WRR en het CBS schrappen vanaf november 2016 de woorden allochtoon en autochtoon. Zij zetten daarmee een nieuwe norm voor de overheid. De begrippen zijn niet meer precies genoeg en stigmatiserend. Vanaf nu wordt 'Nederlander met een migratie achtergrond' gebruikt.
Taalgrens
Een afscheiding tussen twee taalgebieden.
Regionale identiteit
De manier waarop de cultuur van een bepaald gebied zich onderscheidt van andere gebieden.
Migratiemotief
Reden waarom een persoon verhuist.
Streekproduct
Een product dat kenmerkend is voor een bepaalde streek.
Vluchteling
Mensen die vanwege economische, politieke, etnische of religieuze redenen uit hun eigen land moeten vertrekken.
Eindopdracht: Folder maken
Stel je voor dat je bij een reisbureau werkt.
Jullie maken een folder over 'kledingadvies voor dummies'.
De folder bevat naast afbeeldingen ook stukjes tekst.
In de gereedschapskist zie je hoe je een folder maakt.
In de folder geef je reizigers algemene adviezen.
Wat vinden jullie dat een reiziger moet doen en laten?
Waar en wanneer is aanpassing aan de plaatselijke regels gewenst?
Waar kun je de plaatselijke gewoontes op kledinggebied links laten liggen?
Beschrijf wat jullie zelf in dergelijke situaties zouden doen.
Geef voorbeelden en zoek er zo mogelijk afbeeldingen bij.
Check nog even de beoordelingscriteria in de gereedschapskist.
Daarna kunnen jullie de folder inleveren bij je docent.
Met maken van een folder presenteer je kennis die je hebt opgedaan aan anderen.
Terugkijken
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Heb je nu wat meer inzicht in de omgangsvormen, kledingvoorschriften etc. van bepaalde groepen?
Hoe ging het?
Tijd
Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig zou zijn. Klopt dat?
Eindopdracht
Vond je het leuk om een folder te maken en gegevens te verzamelen over specifieke kledingvoorschriften en gewoontes?
Verliep de samenwerking met je klasgenoot goed?
Het arrangement Cultuur en identiteit - hv123 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema ''Grenzen en identiteit'', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor aardrijkskunde voor HAVO leerjaar 1, 2 & 3. Met deze opdrachten wordt het begrip groepscultuur uitgelegd, evenals de relatie tussen geloof en identiteit, en de variatie in normen en waarden binnen verschillende geloven en culturen. Je bekijkt verschillende video's over dit onderwerp en maakt een opdracht waarin je stukken tekst leest en je moet beoordelen of er gepast of ongepast over cultuur wordt gesproken.
Deze opdracht hoort bij het thema ''Grenzen en identiteit'', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor aardrijkskunde voor HAVO leerjaar 1, 2 & 3. Met deze opdrachten wordt het begrip groepscultuur uitgelegd, evenals de relatie tussen geloof en identiteit, en de variatie in normen en waarden binnen verschillende geloven en culturen. Je bekijkt verschillende video's over dit onderwerp en maakt een opdracht waarin je stukken tekst leest en je moet beoordelen of er gepast of ongepast over cultuur wordt gesproken.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Geloof en identiteit
Gepast of ongepast?
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.