De tuinkers
Zoals jullie in de introductie les van Groenteboer Wim hebben gehoord is de tuinkers een kiem groenste. Nou heeft groenteboer Wim alleen een klein probleempje..... Hij heeft heel veel tuinkersen nodig en heeft maar weinig tijd om deze te kweken. Kunnen jullie hem helpen met onderzoeken op welke manier een tuinkers het snelst groeit? Ga naar de volgende pagina om te zien hou je groenteboer Wim kan helpen!!
Bekijk het filmpje
De opdrachten
Opdracht 1 - Wat ga je onderzoeken.
Een tuinkers groeit niet vanzelf. Het heeft bepaalde aandacht nodig, maar met welke aandacht groeit een tuinkers het best? Je mag zelf weten wat je gaat onderzoeken, kom je er niet uit dan heb ik nog enkele ideeën voor je.
1. Groeit de tuinkers beter in het licht of in het donker?
2. Groeit een tuinkers beter als ik hem veel water geef of heeft hij helemaal geen water nodig?
3. Moet ik de tuinkers begraven of moet ik hem op de grond leggen?
4. Groeit hij sneller in de koelkast of op een warme plek, bijvoorbeeld op de verwarming?
5. Groeit de tuinkerst beter in/op grond of kan ik het beter op vochtige watten leggen?
6. Wanneer ik er mest bij doe, groeit de tuinkers dan sneller?
Anders..........
Opdracht 2 - Verwachting
Op de materiaal tafel zie je verwachtingsformulieren liggen. Op deze formulieren schrijf je PER GROEP op wat jullie verwachten wat er met de tuinkers gaat gebeuren. Welke groeit sneller? Hoe groot denk je dat hij wordt? Welke kleur zal het krijgen? Alles wat jij denk dat er gaat gebeuren schrijf je op.
Namen:
1.
2.
3.
Ik verwacht dat tuinkers A vrijdag.....
Ik verwacht dat tuinkers B vrijdag.....
Opdracht 3 - plant je tuinkers
Je hebt bakjes op de materiaal tafel staan, deze gebruik je om je tuinkers in te planten. Hoe je de tuinkers plant hangt geheel af van wat jullie willen onderzoeken. Denk goed na over hoe je de zaadjes in de grond/watten doet en waar je ze neer zet.
Op de materiaal tafel staat alles wat je nodig hebt om je zaadjes te planten.
Opdracht 4 - bijhouden tuinkers
Je zorgt ervoor dat je elke dag de tuinkers verzorgt. Hoe je dit doet hangt weer geheel af van het onderzoeksdoel. Tijdens het verzorgen van de tuinkers zorg je ook dat je alle informatie die je nodig hebt voor je presentatie bij elkaar vindt. Zorg er dus voor dat je de papieren mee neemt en invult!
Opdracht 5 - de presentatie/beoordeling
Je gaat presenteren, een presentatie is hetzelfde als je spreekbeurt. Je legt in de presentatie aan de rest van de klas uit wat jullie als groep hebben onderzocht, wat jullie hadden verwacht en het resultaat. Het volgende moet je vertellen in je presentatie:
1. Wat je hebt onderzocht.
2. Papier met jullie verwachtingen.
3. De meet resulaten + bijzonderheden
4. Uitslag onderzoek
Wat heb je nodig?
Alle het materiaal wat je kunt gebruiken voor deze opdracht vind je op de materiaal tafel. Mocht er iets niet staan kun je dit aangeven bij meester of juf.
Wat staat er zoal op de materiaal tafel?
- Bakjes (in de tuin kers in te planten)
- Aarde (grond)
- Watten
- crepe papier
- mest
- maatbekers
- meetlint/liniaal
- vergrootglas
- handschoenen
- scharen
- Werkblad: informatie verzamelen
- Werkblad: presenteren
Voor de leerkracht
Doelen
Deze webquest is geschikt van af groep 6.
De opdrachten kunnen zelfstandig worden uitgevoerd, hiervoor moet er wel een duidelijk werkblad aanwezig zijn.
Aan deze webquest kunnen doelen gesteld worden van zowel; Natuur en techniek, Nederlands en Rekenen.
De webquest is uit te voeren zonder hulp van een leerkracht.
Doelen
•De leerlingen kunnen verwachtingen bedenken en benoemen over de groei van een tuinkers
•De leerlingen kunnen goed samenwerken
•De leerlingen kunnen de tuinkers observeren en benoemen en noteren wat ze zien.
•De leerlingen kunnen hen eigen onderzoek starten en volgen
De kerndoelen die aan bod komen (SLO, 2013):
•kerndoel 40: De leerlingen leren in de eigen omgeving veel voorkomende
planten en dieren onderscheiden en benoemen en leren hoe ze functioneren in hun leefomgeving.
•kerndoel 42: De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen en natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en temperatuur.
•kerndoel 44: De leerlingen leren bij producten uit hun eigen omgeving
relaties te leggen tussen de werking, de vorm en het materiaalgebruik.
•kerndoel 45: De leerlingen leren oplossingen voor technische problemen te ontwerpen, deze uit te voeren en te evalueren.
•kerndoel 51:De leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen en ze leren aanduidingen van tijd en tijdsindeling te hanteren.
klassenmanagment
Voor deze opdracht moeten leerlingen een onderzoekende houding aannemen. Deze houding kun je activeren met een pakkende inleiding op het ''project'', bijv. door middel van een probleem stelling.
Gebruik van ICT; voor deze opdracht wordt er gebruik gemaakt van ICT. Dit in ieder geval al omdat deze webquest online is. Maar ook voor de kinderen om informatie op te zoeken over de groei van planten. Het is dus belangrijk dat er duidelijke regels worden gehanteerd op gebruik van ICT.
Kinderen werken in groepjes en komen met veel verschillende ideeën op welke manier ze dit onderzoek willen doen. Zo kan het zijn dat er groepjes 1 of 2 van de planten niet in de klas heeft zijn (bijv. in de vriezer). Maak duidelijke afspraken hoe je moet werken buiten de klas zodat je anderen niet stoort.
Bedenk van te voren wanneer je aan dit onderzoek wilt werken. Dit kan een vast tijdstip zijn dat iedereen er aan werkt, maar dit kan ook als ''klaaropdracht'', wel lastig dat niet iedereen even snel klaar is, dat betekend dus dat leerlingen op elkaar moeten wachten om hiermee verder te kunnen.
Nederlands en rekenen
Zoals ik bij doelen ook heb geschreven komen er meer vakken aan bod dan alleen natuur. Er komt ook een rijk aanbod aan taal en rekenen voorbij.
Verbindingen met taal:
•Er moet mondeling overleg worden gevoerd, dit stimuleert de taalontwikkeling.
•Bij het geven van de presentatie wordt ook de mondelinge taalontwikkeling gestimuleerd.
•De kinderen leren hoe je een presentatie voorbereid en opstelt.
•Er moet informatie worden genoteerd, verwachtingen uitgeschreven en een presentatie gemaakt worden. Hierbij wordt een beroep gedaan op het schriftelijke taalontwikkeling.
•De kinderen moeten hun verwachting gaan vergelijken en benoemen.
Verbindingen met rekenen:
•Werken met grafieken en tabellen
•Uitreken van de groei per dag en gemiddelde groep per dag.
