Inleiding
Bekijk een stukje van het volgende filmpje:
Een primitieve wildplukker
Of je nu in het bos, in de tuin, in huis of in de school kijkt,
overal kom je planten tegen. Je ziet verschillende plantensoorten.
Veel van deze planten zijn zaadplanten. Sommigen kun je eten,
anderen kun je beter laten staan. Ondanks de vele verschillen
hebben zaadplanten ook veel overeenkomsten.
In dit thema staan zaadplanten centraal.
Aan het eind van het thema maak je een tekening van een
zaadplant met de verschillende onderdelen.
En een beschrijving van de functie van de verschillende onderdelen.
Werkplan
Het thema 'Planten' bestaat uit een groot aantal opdrachten/oefeningen.
Het is belangrijk dat je goed bijhoudt welke opdrachten je gedaan hebt.
Om je hierbij te helpen is er een werkplan gemaakt.
Op dat werkplan kun je bijhouden welke onderdelen je al gedaan hebt.
Opdrachten
1. Fotosynthese
De eerste opdracht van dit thema heet ‘Fotosynthese’.
In deze opdracht leer je waarom planten zo belangrijk
zijn voor ons leven. Planten zorgen voor zuurstof om te
ademen en voor ons voedsel.
Klik op de link om de opdracht te openen:
> Fotosynthese
2. Cellen nader bekeken
Bladgroenkorrels in waterpest
In de tweede opdracht ga je cellen bekijken onder de microscoop. Je leert werken met de microscoop en vergelijkt cellen van dieren (menselijke wangslijmcellen) en planten.
Klik op de link om de opdracht te openen: > Cellen nader bekeken
3. Bloemen
Opdracht 3 gaat over de bloem. Bloemen zijn de voortplantingsorganen van de plant. Hoe een bloem er uitziet en uit welke onderdelen de bloem bestaat ga je nu leren.
Klik op de link om de opdracht te openen: > Bloemen
4. Bloemetjes en de bijtjes
In opdracht 4 bekijk je de bestuiving van een bloem. Vind bestuiving alleen plaats door insecten? Wat gebeurt er met stuifmeelkorrels die op de stempel zijn beland? En hoe kan het dat als de bloem weg is, een vrucht ontstaat?
Klik op de link om de opdracht te openen: > Bloemetjes en bijtjes
5. Vruchten en zaden
In opdracht 5 leer je van alles over vruchten en zaden. Wat is bevruchting, hoe ontstaan vruchten en zaden en wat is het nut hiervan?
Klik op de link om de opdracht te openen: > Vruchten en zaden
6. Kiemen van zaden
Na opdacht 6 weet je precies hoe een zaadje eruit ziet en wat een zaadje nodig heeft om weer uit te groeien tot een nieuwe plant.
Klik op de link om de opdracht te openen: > Kiemen van zaden
7. Eetbare planten
Opdracht 7 gaat over eetbare planten. Wat eet je als je bloemkool eet? En wat als je prei of sla eet?
Klik op de link om de opdracht te openen: > Eetbare planten
Afsluiting
Dit thema sluit je af met het maken van een tekening van een zaadplant.
In de tekening laat je zien dat je veel verschillende onderdelen van de plant kan benoemen. Je laat ook zien dat je begrijpt wat de functie is van al die onderdelen.
Gebruik de volgende vragen bij het beoordelen:
de naam van de plant staat erbij (10p)
plant is op de juiste wijze uitgegraven en uitgespoeld (10p)
biologische overzichtstekening van hele plant (10p)
de overzichtstekening is gekleurd (10p)
stijl, stamper, vruchtbeginsel, meeldraad en wortelharen zijn apart getekend (20p)
met horizontale lijntjes staan namen van onderdelen aangegeven (10p)
de functie van de verschillende onderdelen is beschreven (20p)
getekend volgens de tekenregels (10p)