Webquest
Het varken
Eet je wel eens vlees? Eet je dan soms wel eens varkensvlees?
Hoe komt het varkensvlees dat jij eet in de supermarkt?
In deze webquest (je zegt webkwest) leer je daar meer over.
1. Inleiding
Weet jij dit al?
Je weet dat je varkensvlees in de winkel kunt kopen. Maar hoe komt het daar?
Waar en hoe leeft het varken voordat het vlees in de winkel ligt?
Zijn er verschillende boerderijen en welke verschillen zijn er dan?
Dit kom je allemaal in deze webquest te weten.
2. Taak
Je gaat in tweetallen werken aan deze les.
Je gaat naar een filmpje kijken en je maakt daarna de vragen.
Als laatste krijg je daar een opdracht over.
Je gaat de volgende dingen doen:
Stap 1: Je gaat kijken naar een aantal filmpjes en naar een website.
Stap 2: Je maakt de vragen. Schrijf de antwoorden op een blaadje (of als je dat kunt in WORD).
Stap 3: Je gaat de opdracht maken.
Stap 4: Je kijkt of je nu meer weet over het varken.
3. Werkwijze
Varkensboerderij
Kijk eens naar het filmpje en maak de vragen:
Vraag 1: In welke kamer worden de biggen geboren?
Vraag 2: Hoeveel kilo weegt een vleesvarken?
Biologische varkensboerderij
Er zijn verschillende soorten varkensboerderijen.
Neem een kijkje in een andere varkensboerderij.
Maak nu de vragen.
Vraag 1: Wat is het verschil met de vorige boerderij?
Vraag 2: Zullen de varkens het hier leuker hebben?
De vijf vrijheden van dierenwelzijn
Een dier moet goed kunnen leven. Een boer kan een dier helpen.
Een dier:
1. Mag geen honger en dorst hebben.
2. Moet een fijne plek hebben om te wonen.
3. Mag geen pijn hebben.
4. Mag niet bang zijn.
5. Moet zichzelf zijn.
Kijk naar de vijf punten wat een dier nodig heeft. Maak dan de volgende vragen.
Vraag 1: Zorgen alle boeren goed voor hun dieren?
Vraag 2: Kijk naar de plaatjes. Denk je dat het dier het fijn heeft en zich goed voelt of niet? Waarom vind je dit wel of niet?
De opdrachten
Je weet nu al veel over het varken en hoe het varken leeft.
Nu krijg je twee opdrachten.
Opdracht 1: Van je juf/meester krijg je een blaadje met twee opdrachten.
Bij de eerste opdracht trek je pijlen naar het goede plaatje.
Bij de tweede opdracht leg je de plaatjes bij het varken of bij de jongen.
Opdracht 2: Je gaat een goede varkensstal maken.
Zorg ervoor dat het varken het fijn heeft in jouw stal.
Teken eerst de stal.
Als je dit hebt gedaan krijg je van je juf/meester spullen om je stal mooier en echter te maken.
Nu kun je gaan werken!
4. Bronnen
Site:
http://dierenwelzijnslessen.groenkennisnet.nl/varken.Hokken-en-stallen.ashx??
Filmpjes:
Gewone varkensboerderij
Biologische varkensboerderij
5. Beoordeling
Hoe ging het werken? Kijk wat je nu weet:
Bij elk antwoord kun je punten verdienen.
| Vraag |
Kan beter
5 punten
|
Ruim voldoende
10punten
|
Heel goed
15 punten
|
|
Varkensboerderij
|
Ik weet nog niet wat een varken doet op een varkensboerderij.
|
Ik weet wat een varken doet op een varkensboerderij.
|
Ik weet wat een varken doet op een varkensboerderij en weet iets over de stallen.
|
|
Biologische varkensboerderij
|
Ik weet nog niet wat een biologische varkensboerderij is.
|
Ik weet wat een biologische varkensboerderij is.
|
Ik weet wat een biologische varkensboerderij is en ik kan vertellen wat het verschil tussen een gewone en een biologische varkensboerderij is.
|
|
De vijf vrijheden
|
Ik weet nog niet wat een dier moet hebben in de stal en wat het dier fijn vindt.
|
Ik weet wat een dier moet hebben in de stal en ik weet wat het dier fijn vindt.
|
Ik weet wat een dier moet hebben in de stal, ik weet wat het dier fijn vindt en ik kan zeggen waarom dit belangrijk is voor een dier.
|
Tel nu alle punten bij elkaar op.
Heb je 15 punten gehaald, dan weet je helaas nog niet genoeg over het varken.
Heb je 20 of 25 punten gehaald, dan gaat het al de goede kant op.
Heb je 30 punten of meer dan weet je al best veel!
Heb je 35 of 40 punten gehaald, dan ben je al een echte varkenskenner.
Het je 45 punten gehaald, dan kun je een echte varkensboer worden.
6. Terugblik
Stel je eens voor:
Samen met je moeder ga je boodschappen doen voor je kinderfeestje.
's Avonds eten al je vriendjes en vriendinnetjes bij jou.
Je wilt ook vlees kopen.
Nu sta je samen met je moeder voor het varkensvlees.
Je denkt na welk vlees je nu moet pakken.
Wat zou je doen?
Pak je het gewone varkensvlees of kies je het biologische varkensvlees?
Waarom doe je dat?
7. Docentpagina
Onderwerp: De varkensboerderij, de biologische boerderij en de vijf vrijheden van het dierenwelzijn.
Niveau: Groep (4)-5-6
Vakgebied: Biologie/dierenwelzijn
Uitvoering: In tweetallen
Tijdsinvestering: 60 minuten
Materialen:
Voor de webquest:
- Een computer met internet / eventueel met WORD.
- Lijntjespapier
Voor de opdrachten:
- Foto's/opdracht voor opdracht 1 (zie te downloaden documenten)
- Papier
- Potlood
- Materialen voor de stal (Bijvoorbeeld: kurken, dopjes, satéprikkers, enz.)
Leerdoelen:
- De leerlingen weten hoe de levensloop van het varken in een gewone
varkensboerderij is.
- De leerlingen weten wat er bij een biologische varkensboerderij anders wordt
gedaan dan bij een gewone varkensboerderij.
- De leerlingen weten wat de vijf vrijheden zijn en kunnen deze koppelen aan de
varkens.
Het eindproduct:
- De beantwoorde vragen op papier of in WORD.
- Een volgorde van de levensloop van het varken met behulp van afbeeldingen.
- Een tekening/ontwerp van een varkensstal ingericht op de vijf vrijheden van
het dierenwelzijn.
Te downloaden documenten:
Opdrachtenblad + Antwoordenblad voor opdracht 1
Makers van de webquest: Ellen van Nistelrooij en Lisa van den Wildenberg.
