Inleiding
De industriële revolutie(1750-1850) is een tijd in de Nederlandse geschiedenis wat heeft gezorgd voor grote veranderingen. Door de uitvinding van de stoommachine door James Watt in 1769 in Engeland konden spullen met machines gemaakt worden. Je zou denken dat de werkomstandigheden voor de arbeiders dan beter zou worden, omdat ze veel minder hoefden te doen omdat de machine alles deed. Dit is niet het geval. De machines konden dag en nacht doorwerken zonder moe worden. De arbeiders maakten hierdoor lange werkdagen.
De koopkracht voor de arbeiders verbeterde door de dalende prijzen van producten. Dit kwam omdat een machine veel sneller producten kon maken dan dat een arbeider dit zou doen.
Omdat een arbeider in de fabriek slecht betaalt werd moesten kinderen ook werken in de fabriek. Als het kind oud genoeg was om te werken ging het mee naar de fabriek om zware arbeid te verrichten.
In deze webkwestie ga je kijken naar de ontwikkeling van kinderarbeid. Je gaat hier over lezen, filmpjes kijken en opdrachten over maken.
Start met het lezen van de werkwijze. Hier staat beschreven welke stappen je gaat nemen om de opdrachten te maken.
Taak
De opdrachten
Als jullie de werkwijze goed hebben gelezen kunnen jullie nu aan de slag met de opdrachten. Maak afspraken met elkaar wie wat gaat doen. Probeer het zo af te spreken dat jullie allebei evenveel doen.
Vergeet niet om bij het antwoord op de vraag erbij te zetten om welke vraag het gaat.
Vraag 1: In de tijd van de opkomst van de stoommachines maakten de arbeiders lange werkdagen. Waarom lieten de fabrieksdirecteuren kinderen werken in de fabriek en kunnen jullie 4 soorten werk noemen die de kinderen moesten doen?
Vraag 2: Vergelijk het leven van een kind van jou leeftijd dat werkte in een fabriek met jullie zelf. Noem minimaal 5 verschillen en kies hieruit wat voor jullie het belangrijke verschil is.
Vraag 3: Omdat niet iedereen blij was met kinderarbeid kwamen er mensen in opstand hiertegen. Tot welke wet heeft dit geleid en hoe is dit tot stand gekomen?
Vraag 4: Kinderarbeid komt vandaag de dag nog steeds voor. Zoek 3 landen op waar nog steeds kinderarbeid is en vergelijk de soorten werk van deze kinderen met de soorten werk van kinderen uit de industriele revolutie. Wat valt jullie op?
Vraag 5: Wat zouden jullie kunnen doen tegen kinderarbeid zonder dat dit geld zou kosten?
Werkwijze
Werkwijze
De werkwijze van de opdrachten die je gaat maken staat hier beschreven in een stappenplan.
Stap 1: maak tweetallen. Samen gebruiken jullie één computer.
Stap 2: lees de inleiding. Hier staat kort de situatie beschreven die jullie inzicht geven hoe het er op dat moment aan toe ging in Nederland.
Stap 3: Lees de beoordelingspunten door die jullie zelf gaan evalueren.
Stap 4: lees de opdrachten een keer door. Om deze opdrachten te maken gaan jullie gebruik maken van het internet. Er staan bij bronnen sites waar je eventueel infomatie vandaan kunt halen door de tekst te lezen of een filmpje te kijken.
Stap 5: Maak de opdrachten in een word-document en sla iedere keer het gemaakte werk op zodat je een volgende keer zo weer kunt beginnen.
Stap 6: Als jullie klaar zijn met de opdrachten vullen jullie de evaluatie in die onderaan de pagina van "beoordeling" staat. Daarna print je het word document twee keer uit. Deze leveren jullie allebei met jullie eigen naam in bij je meester of juf. Als het dan is nagekeken mogen jullie het werk mee naar huis nemen.
Bronnen
Beoordeling
Beoordeling
De opdrachten die jullie gaan maken worden zowel door de leerkracht als jullie zelf beoordeeld.
De leerkracht beoordeeld de opdrachten die jullie maken. Hier zijn per vraag 25 punten te verdienen. In totaal dus 100 punten. De beoordeling van de samenwerking gaan jullie zelf doen. Ook hier zijn 100 punten te verdienen. In het schema onderaan deze pagina zien jullie waar jullie jezelf op beoordelen. Deze tabel kopieer je naar het word document waar jullie de antwoorden van de opdrachten hebben staan en vul je in. Per vraag moeten jullie bespreken hoeveel punten (maximaal 10) jullie hebben verdiend. 1 punt is dat het echt niet goed ging, bij 5 punten ging het zoals het hoort en 10 punten is echt uitstekend. Mocht bijvoorbeeld de afstemming tussen wie wat doet beter verlopen zijn dan normaal, dan kunnen jullie jezelf 7 of 8 punten geven. Mocht het net iets slechter gaan dan normaal, dan kunnen jullie jezelf 3 of 4 punten geven.
Het uiteindelijke cijfer wordt berekend op de volgende manier:
Stel dat jullie 80 punten hebben gescoord bij de opdrachten en jullie geven jezelf 70 punten voor de samenwerken dan
hebben jullie in totaal 150 punten gescoord. Dit aantal(150) wordt gedeeld door 2(75) en dit aantal(75) wordt gedeeld door 10(7.5). Het uiteindelijke cijfer wordt dus een 7.5.
Waar jullie jezelf op gaan beoordelen is:
|
Beoordelingspunt
|
Aantal punten
|
|
De manier waarop jullie hebben overlegd tijdens de opdrachten. Ging
dit in goed overleg?
|
|
|
De manier waarop jullie hebben besproken wie wat gaat doen?
|
|
|
Hebben jullie je aan je eigen taak gehouden?
|
|
|
Hebben jullie ongeveer evenveel gedaan?
|
|
|
Hebben jullie in goed overleg proberen samen te werken?
|
|
|
Hoeveel punten zouden jullie jezelf geven bij opdracht 1?
|
|
|
Hoeveel punten zouden jullie jezelf geven bij opdracht 2?
|
|
|
Hoeveel punten zouden jullie jezelf geven bij opdracht 3?
|
|
|
Hoeveel punten zouden jullie jezelf geven bij opdracht 4?
|
|
|
Hoeveel punten zouden jullie jezelf geven bij opdracht 5??
|
|
Terugblik
Afsluiting
De opdrachten die jullie hebben moeten maken zijn nu klaar, goed gedaan! Jullie zijn tot inzichten gekomen over kinderen die in de industriele revolutie leefden. Misschien vond je het wel zielig voor die kinderen dat ze de veel en lang moesten werken of vond je het normaal dat ook de kinderen moesten werken om geld voor de familie te verdienen. Door deze opdrachten ben zijn jullie misschien wel tot inzichten gekomen over je eigen bestaat op dit moment. Moeten jullie bijvoorbeeld al "werken"?
Het word document gaan jullie straks printen. Maar eerst gaan jullie zelf reflecteren op de samenwerking. Om dit te evalueren gaan jullie het schema invullen wat onderaan de pagina "verwerking" staat. Deze tabel kopieeren jullie naar het word document en vullen het in. Daarna print je het document 2 keer en schrijft ieder zijn of haar eigen naar erop. Het uiteindelijke document lever je in bij de leerkracht.
Docentpagina
Leerkrachtinformatie
Titel: Van werken in de fabriek naar werken op school.
Onderwerp: De ontwikkeling van kinderarbeid tijdens de industriele revolutie.
Schooltype: Deze webkwestie is te gebruiken voor alle soorten basisonderwijs. Het is zelfstandig te maken door de leerlingen waarbij het internet als bron gebruikt wordt.
Bestemd voor de groepen: Het onderwerp kinderarbeid kan schoolbreed begruikt worden voor een les of project. Ik heb deze webkwestie gemaakt voor de bovenbouw groepen 6, 7 en 8.
Vakgebieden: Geschiedenis en Nederlands.
Uitvoering door hoeveel leerlingen: De opdrachten worden gemaakt in tweetallen. Op deze manier wordt het samenwerken geoefend en wordt er aan het einde de samenwerking geevalueerd.
Tijdsinvestering voor leerlingen: De leerlingen zijn er ongeveer 1.5 uur mee bezig. Dit kan prima in twee keer 45 minuten omdat het in een word document gemaakt wordt. Dit kan tussendoor worden opgeslagen.
Opbrengst en leerpunten: De leerlingen krijgen inzicht over de manier waarop kinderen in de tijd van de industriële revolutie leefden. Wat moesten deze kinderen in het dagelijkse leven doen en wat veranderde door de komst van de stoommachines, zijn inzichten die de leerlingen krijgen. Ook de manier waarop bepaalde aspecten veranderde en of er nu nog steeds kinderarbeid is zijn de andere inzichten die de leerlingen gaan inzien.
(extra) materialen die nodig zijn: Een computer of laptop met internet en word. Op internet staan veel sites die met kinderarbeid te maken hebben. Ik heb een selectie hiervan bij de bronnen staan.
Webkwestiemaker: Marcel Saalmink. Student Pabo Arnhem.
Extra informatie
Met deze webquest kunnen leerlingen zelfstandig aan de slag met opdrachten over kinderarbeid. De leerlingen maken de opdrachten op de computer of laptop. De leerlingen werken met deze webquest met een bepaalde werkwijze waarbij de leerlingen gestructureerd aan het werk zijn. De werkwijze staat beschreven als een stappenplan:
1: inleiding
2: taak
3: werkwijze
4: bronnen
5: beoordeling
6: terugblik
Deze webquest is zo gemaakt dat bij de beoordeling van het uiteindelijke cijfer de leerlingen zelf een aandeel hebben bij het bepalen van het cijfer. De leerlingen bepalen de ene helft van het cijfer door punten aan te geven bij het evalueren van de samenwerking. Dit staat beschreven bij de beoordeling.
