Taak

De opdrachten

Als jullie de werkwijze goed hebben gelezen kunnen jullie nu aan de slag met de opdrachten. Maak afspraken met elkaar wie wat gaat doen.  Probeer het zo af te spreken dat jullie allebei evenveel doen.

Vergeet niet om bij het antwoord op de vraag erbij te zetten om welke vraag het gaat.

Vraag 1: In de tijd van de opkomst van de stoommachines maakten de arbeiders lange werkdagen. Waarom lieten de fabrieksdirecteuren kinderen werken in de fabriek en kunnen jullie 4 soorten werk noemen die de kinderen moesten doen?

Vraag 2: Vergelijk het leven van een kind van jou leeftijd dat werkte in een fabriek met jullie zelf. Noem minimaal 5 verschillen en kies hieruit wat voor jullie het belangrijke verschil is.

Vraag 3: Omdat niet iedereen blij was met kinderarbeid kwamen er mensen in opstand hiertegen. Tot welke wet heeft dit geleid en hoe is dit tot stand gekomen?

Vraag 4: Kinderarbeid komt vandaag de dag nog steeds voor. Zoek 3 landen op waar nog steeds kinderarbeid is en vergelijk de soorten werk van deze kinderen met de soorten werk van kinderen uit de industriele revolutie. Wat valt jullie op?

Vraag 5: Wat zouden jullie kunnen doen tegen kinderarbeid zonder dat dit geld zou kosten?