Webquest gebarentaal
Welkom bij de webquest over Gebarentaal.
Vandaag ga je meer leren over doof of slechthorend zijn, gebarentaal en het zoeken op internet.
Je gaat dit doen door te werken met een webquest. Huh, wat is dat? Dat betekent dat jij op onderzoek gaat en je hierbij internet gebruikt om je informatie te vinden.
Voor deze webquest maak je tweetallen. Deze tweetallen heb je aan het eind van de webquest nodig.
De eerste opdrachten zul je alleen maken, maar aan het eind van opdracht 3 zal je samenwerken met jou tweetal.
Je volgt de stappen stap voor stap.
1. Inleiding
Hier vind je de inleiding op het onderwerp.
2. Taak
Bij taak vind je de opdrachten van deze webquest.
3. Werkwijze
Bij werkwijze vind je hoe je deze opdrachten stap voor stap gaat maken.
4. Bronnen
Hier vind je allerlei bronnen die jij kunt gebruiken om informatie op te zoeken.
5. Beoordeling
Hier vind je de beoordeling, je kunt hier dus zien wanneer je het goed gemaakt hebt. Tijdens het werken kun je de beoordeling ook bekijken om te kijken of het goed gaat.
6. Terugblik
Wanneer je klaar bent, vind je bij terugblik een vragenlijstje. Dit vragenlijstje vul je zo goed mogelijk in.
7. Docentpagina
Deze pagina is niet voor jullie. Meerdere mensen kunnen deze webquest gebruiken. Hier staat nog een korte uitleg voor deze meesters of juffen.
Ik wil jullie heel veel succes wensen!
1. Inleiding
Gebarentaal is ook taal
Dagelijks praten we met elkaar en luisteren we naar elkaar.
Even lekker naar muziek luisteren terwijl je lekker op de bank ligt.
Ook zijn we gewend dat we kunnen praten, maar niet voor iedereen is dat normaal.
Er zijn mensen niet niets horen of slecht horend zijn vanaf hun geboorte. Zij kunnen dan vaak ook niet praten.
Maar hoe communiceren ze dan?
Juist, via gebarentaal. Hun omgeving zal ook gebarentaal leren.
Stel dat je een keer iemand tegenkomt die slecht horend is of doof en de enige manier om met diegene te praten is via gebarentaal kun je na vandaag een paar dingen zeggen.
Zijn jullie er klaar voor?
Bekijk het volgende filmpje maar eens. Begrijp je wat ze gebaren?
Een verhaal in gebarentaal
2. Taak
Beste leerlingen,
Vandaag ga je meer leren over gebarentaal. Maar hoe ga je dit nou doen?
De webquest neemt je mee door verschillende opdrachten. Deze opdrachten voer je zo goed mogelijk uit.
Onder het kopje bronnen vindt je verschillende bronnen waar jij informatie kan vinden voor de opdrachten.
Wanneer je klaar bent kun je jezelf controleren aan de hand van de beoordeling.
Eerst even een goede voorbereiding:
- Maak tweetallen (ieder werkt aan zijn eigen webquest, aan het eind ga je deze aan elkaar laten zien.)
- Open een word document (zodat je hier je gevonden informatie kunt typen)
- Is de koptelefoon aangesloten bij de computer? Deze heb je namelijk nodig voor de filmpjes.
Dan ben je nu klaar voor het echte werk.
Opdracht 1: even inleiden
Maak een lijstje met dingen die jij al wist over gebarentaal en of doof/slechthorend zijn.
Opdracht 2: Geschiedenis en kennis
Gebarentaal is dus ook een soort taal maar hoelang bestaat deze taal en hoe is dit begonnen? En als je gebarentaal kunt, kun je dan ook met mensen praten uit andere landen met gebarentaal. Of heeft ieder land zijn eigen gebarentaal? Kunnen mensen die doof zijn of slechthorend eigenlijk ook naar de discotheek? En hoe gaat dit dan?
Probeer hier een stukje over te schrijven in eigen woorden. Maak hele zinnen en let daarbij op de leestekens.
Opdracht 3:
Oefen nu met de handgebaren jou eigen naam. Nadat je even hebt geoefend kun je dit laten zien aan je tweetal. Ook kan hij of zij zijn of haar naam aan jou laten zien.
Probeer nu aan de hand van het alfabet en het woordenboek een zin te maken. Begrijpt jou tweetal wat je zegt?
Oefen bijvoorbeeld ik hou van jou.
Je kunt het woordenboek hiervoor gebruiken bij bronnen.
Bedenk om en om een zin en oefen deze uit je hoofd. Zodat je het aan elkaar kan laten zien.
3. Werkwijze
Je gaat de opdrachten maken volgens de stappen:
Stap 1. Voorbereiden: tweetallen maken, word openen, koptelefoon aansluiten.
Stap 2. Opschrijven wat je al weet
Stap 3: Noteer kort de gevonden informatie
Stap 4. Vertel in je eigen woorden in goede zinnen wat je allemaal te weten bent gekomen
Stap 5. Lees alles nog even een keer goed door. Moet ik nog iets veranderen of is het goed.
Stap 6. Oefen goed met de gebarentaal zodat je je naam uit je hoofd weet. En laat het aan je tweetal zien wat je
geleerd en geoefend hebt.
Stap 7. Controleer jezelf bij de beoordeling.
Stap 8. Vul bij de terugblik aan de hand van vragen jou ervaring in.
Het verslag
Voeg de opdrachten die je gemaakt hebt en je terugblik samen in een document en lever deze in.
4. Bronnen
De volgende bronnen kun je gebruiken om informatie te zoeken. Je mag natuurlijk ook zelf bronnen zoeken die je kunt gebruiken:
5. Beoordeling
Beoordeel je eigen opdrachten
Onderdeel
|
Kan beter
|
Goed
|
Uitstekend
|
Opdracht 1
|
Enkel een paar woorden opgeschreven
|
Goed nagedacht over wat je al wist
|
Goed nagedacht wat je al wist en dit kort opgeschreven
|
Opdracht 2
|
Korte zinnen opgeschreven zo kort mogelijk. Niet gelet op de zinsopbouw en leestekens
|
Goede zinsopbouw. Uitgebreid informatie opgeschreven in je eigen woorden.
|
Goede zinsopbouw en leestekens. Je hebt uitgebreid informatie opgeschreven in je eigen woorden.
|
Opdracht 3
|
Moest vaak spieken wanneer ik het aan mijn tweetal uitbeeldde.
|
Ik moest af en toe even goed nadenken maar deed het uit mijn hoofd.
|
Ik kon met weinig nadenken het uitbeelden aan mijn tweetal.
|
Samenwerking
|
We hebben af en toe druk met elkaar gekletst zonder dat dit over het onderwerp ging.
|
We hebben zelfstandig goed gewerkt. Tijdens het aan elkaar laten zien waren we af en toe druk met elkaar bijv. aan het kletsen.
|
We hebben eerst zelfstandig goed gewerkt. En hebben serieus aan elkaar uitgebeeld.
|
6. Terugblik
Reflectie en evaluatie
Kopieer en plak de volgende vragen in je word document. Geef zo goed mogelijk antwoord op alle vragen
1. Had je al eens eerder een webquest gemaakt? Zo ja, welk onderwerp?
2. Wat is je eerste reactie van deze webquest?
3. Noem minimaal 2 dingen die goed gingen?
4. Wat ging er minder goed?
5. Hoe is het samenwerken gegaan?
6. Noem 2 dingen die je goed vond aan het werken met deze webquest.
7. Wat vond je minder leuk of ging minder goed met het werken met de webquest?
8. Heb je nog een tip om deze webquest te verbeteren?
7. Docentpagina
Beste docenten,
Deze webkwestie gaat over gebarentaal. Deze webkwestie heb ik gemaakt omdat de leerlingen het enorm enthousiast vonden.
De leerlingen maken tweetallen. Maar maken opdracht 1 en 2 alleen. Na het zelfstandig oefenen bij opdracht 3, laten ze de gebarental aan elkaar zien.
Op de beoordelingspagina kunt staat de manier van beoordelen. De leerling beoordelen zichzelf en leveren een deel op papier in. Dit hebben ze zelf al gecontroleerd.
Deze normen kunt u aanhouden of u kunt uw eigen manier van beoordelen toepassen.
Heel veel succes met het gebruiken van deze webkwestie.
Met vriendelijke groet,
Jessica K.