De grafische rekenmachine en de afgeleide

De grafische rekenmachine en de afgeleide

Differentiëren met de TI 84(+)

Start: voorkennis en machine-instellingen

Voorkennis                                                    

Je moet enige oefening hebben gehad in het tekenen van grafieken op je GR.
Ook moet je theorie over het differentiequotiënt hebben bestudeerd en hellinggrafieken
hebben getekend.

Zorg er voor, dat je machine "schoon" is.
Dat wil zeggen: zorg voor een zichtbaar assenstelsel, en een leeg Y-venster.
Geen zichtbaar assenstelsel? Controleer of je WINDOW-venster in orde is.
Bijvoorbeeld: (achter de // staat toelichting)
Xmin = -3
Xmax = 3         //  x = 0 is in beeld
Xscl = 1           // op de x-as staan de streepjes om de 1.
Ymin = -2
Ymax = 10       // y = 0 is ook in beeld, dus beide assen moeten zichtbaar zijn.
Yscl = 2           // op de y-as staan de streepjes om de 2.
Xres = 1           // langzaamste tekenmodus; ook het nauwkeurigst.

Zie je nog steeds geen assenstelsel, toets dan 2ND FORMAT in
en zet een zwart balkje van AxesOff naar AxesOn.
Bovenstaand WINDOW is ook te noteren als [-3,3]1 x [-2,10]2 , 1

Afspraak over schrijfwijze
 
In "rekenmachine-taal" schrijf ik X en Y en gebruik ik de decimale punt.
In "wiskunde-taal" schrijf ik x en y en gebruik ik de decimale komma.

Volgende paragraaf: de eerste techniek.

 

De eerste techniek: het gebruik van CALC, optie 6

Optie CALC 6 (dy/dx)                                                                        

 
Opmerking vooraf: letterlijke GR-invoer staat vanaf nu altijd tussen < > .
Dus <ENTER> betekent: gebruik de ENTER-toets.
Waar verwarring kan ontstaan gebruik ik soms het woord  "toets" .

Voer  [ - 3, 3]1 x [ - 2, 10]2  ,1 als WINDOW in.
Voer Y1 = X2 in.

Breng Y1 in beeld (met TRACE), <CALC> < 6> , <1.5> , <ENTER> . 
Optie CALC 6 heet dy/dx
In beeld linksonder verschijnt: dy/dx = 3

Dat is het hellingsgetal van de grafiek bij die ene x-waarde x = 1,5.
Als je in het Y-venster direct een x-waarde intoetst, krijg je na <ENTER> de y-waarde.
<1.5> <ENTER> geeft links onderin je venster X = 1.5 en rechtsonder Y = 2.25

De combinatie van die twee uitkomsten ,  bij x = 1,5 horen y = 2,25 en dy/dx = 3 , 
levert na enig rekenwerk de raaklijn op.

Zie voorbeeld in volgend onderdeel.

 

 

 

 

Voorbeeld                                                                      

Voer in: Y1 = X^3 – 2X^2  met Window: [-2, 3]1 x [-8, 8]2 ,1
Toets <TRACE> , daarna <2> . Machine geeft Y = 0; Toets <CALC> <6> en weer <2> .
De machine geeft dy/dx = 4.

Dat wil zeggen: in punt (2,0) is de rc. van de raaklijn (want dat is dat hellinggetal!) = 4.

De raaklijn heeft dus als vergelijking:  y = 4x + b, waarbij geldt dat 0 = 4 · 2 + b, dus b =  – 8.

Conclusie

De lijn :  y = 4x – 8 is de raaklijn aan de grafiek van f(x) = x3 – 2x2 in punt (2,0).
Hint: voer in: Y2 = 4X – 8 en controleer dit!

 

 

 

 

   Oefeningen bij eerste methode                                             

 

 1. Y1 = 2X^3 + X – 4  WINDOW: [ - 2,3]1 x  [ - 8,8]2 , 1

     a. Teken de grafiek.

     b. Bereken dy/dx bij x = - 1, x = 0, en x = 2.

     c. Bereken ook de y-coördinaten bij deze x-waarden en stel de vergelijkingen op

        van de drie raaklijnen.

 

 2. Y1 = 0.5X^3 – 4X^2 + 3X – 1  WINDOW: [ - 2, 8]2 x [ - 30, 10]5 , 2

     a. Teken de grafiek. Verander Xres in 1 en teken de grafiek opnieuw. Wat valt je op?

     b. Bereken dy/dx bij x = - 1, x = 1, en x = 4. Gebruik deze resultaten bij onderdeel c, d en e.

     c. Stel de vergelijking op van de raaklijn in punt A met xA = 4.

     d. De raaklijn aan de grafiek in punt B met xB = - 1 snijdt de y-as in C. Bereken yC.

     e. De raaklijnen aan de grafiek in de punten B en E met xE = - 1 snijden elkaar in S.

         Bereken de coördinaten van S.

 

 

 

De tweede techniek: het gebruik van DRAW, optie 5

Optie DRAW 5 (Tangent)                                                  


“Tangent” betekent “rakende” of “raaklijn”.

DRAW vind je als <2ND><PRGM>

Voer in: Y1 = X^3 – 2X^2 , <TRACE>, <DRAW> <5> en  <2>. met WINDOW [ - 2,3]1 x [ - 8,8]2  , 1
In beeld verschijnt nu de raaklijn zèlf, maar ook haar vergelijking. Omdat de GR hiervoor het sjabloon Y = AX + B gebruikt en alleen maar A en B door een (benaderde) waarde vervangt, ziet het er soms wat raar uit. In dit geval:  Y =  4.000001X +  - 8.000002 
Het “goede” antwoord is natuurlijk(?)  y = 4x – 8  Zie TIP.

Om deze lijn weg te krijgen (je hebt hem niet zelf ingevoerd als Y2!) toets je <DRAW> <1>, Clear Drawing

 

TIP
Wees hier op bedacht: Als je in het MODE-venster op de tweede regel het keuze-balkje op FLOAT hebt staan, krijg je in bepaalde gevallen niet-afgeronde uitkomsten. Zet je het balkje op 2 en voer je bovenstaand voorbeeld nog eens uit, krijg je Y = 4X +- 8.  Die  +-  moet je zelf omzetten in een enkele min!
De rekenmachine kan namelijk alleen maar vergelijkingen vinden of oplossen door een heel systeem van benaderingen en stopt na een beperkt aantal pogingen. De laatste, die je te zien krijgt, is vaak wel erg nauwkeurig maar soms niet exact!

Let op: als gevraagd wordt om de vergelijking van de raaklijn algebraïsch op te stellen,

gebruik je niet deze methode. Dan is deze manier alleen ter contrôle toegestaan.

 

 

Oefeningen bij tweede methode

1.  Gegeven is de functie f(x) = - 0,5x3 + 3x2 – 4x + 1

     Voer deze functie in bij Y1 met WINDOW [ - 2, 6]1 x [ - 8, 6]2  , 1

     a. Teken de raaklijn aan de grafiek van  f  in punt A met xA = 0 en noteer de vergelijking.

     b. Teken de raaklijn aan de grafiek van f  in het rechtersnijpunt van de grafiek met de x-as.
          Noteer ook hiervan de vergelijking. Geef a en b zonodig in twee decimalen. 
    TIP
        
Gebruik de optie <CALC> <2> om eerst de x-coördinaat van dat punt te berekenen.


     c. De raaklijn aan de grafiek van  f  in punt B met xB= 1 snijdt de grafiek ook in een punt C.
     
  Bereken de coördinaten van C en geef je antwoord in twee decimalen nauwkeurig.
    TIP
        
Voer de vergelijking van de raaklijn in bij Y2.

 

 

 

De derde techniek: het gebruik van MATH, optie 8

In voorbereiding

optie MATH 8, nDeriv(                                           

Oudere TI-84+ machines, waarop geen nieuwe software is geïnstalleerd, hebben een redelijk Spartaans notatiesysteem voor formules. Een TI-84 (+) kan worden voorzien van het nieuwste softwarepakket, OS255,
met behulp van TI-Connect en door ook de bijbehorende handleiding te downloaden. Hiervoor heb je een verbindingskabeltje nodig van GR naar PC.

Op de "ouderwetse" manier, die je overigens kunt simuleren door op een nieuwe machine in het MENU naar beneden te scrollen en op de regel "MATPRINT     CLASSIC"  voor CLASSIC te kiezen, werkt het
als volgt: ga naar het Y-menu, kies Y2 en Toets <MATH> <8> . Er verschijnt:  nDeriv(

Toets nu <Y1> (Via sneltoets <ALPHA> <F4>, <F4> staat boven <TRACE> en kies Y1) dan naar Y-Vars met  < → > en <2>. Daarna< , X , X , >  en <ENTER>

Er staat nu Y2 = nDeriv( Y1, X, X) Daarmee kan de GR de grafiek van de hellingfunctie tekenen.

Opmerking: de optie <CALC> <6> <2>, toegepast op een getekende Y1-functie, waarmee je dy/dx uitrekent bij x = 2, komt overeen met Y2 = nDeriv( Y1, X, 2)

Je kunt op Y2 allerlei opties loslaten, want Y2 gedraagt zich als een gewone functie. Dus <CALC> <5>, Intersect, werkt uitstekend. Zie voorbeeld.

Voorbeeld

  • Het arrangement De grafische rekenmachine en de afgeleide is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Jan Geus Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2011-01-11 16:34:37
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Functionaliteiten van de GR bij het leren omgaan met het begrip "afgeleide functie".
    Leerniveau
    HAVO 4; HAVO 5; VWO 4; VWO 5;
    Leerinhoud en doelen
    Rekenen/wiskunde;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    0 uur en 50 minuten
    Trefwoorden
    afgeleide, afgeleide functies, grafische rekenmachine, technisch-instrumentele vaardigheden, ti-84, wiskunde_b
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.