Slim studeren met AI (Bachelor)

Slim studeren met AI (Bachelor)

1. Inleiding

Wat is Generatieve AI? Soorten, Voordelen en Toepassingsmethoden Duidelijk UitgelegdWelkom bij deze e-learning over AI! Of het nu is om op nieuwe ideeën te komen of voor verrassende literatuursuggesties, het aantal toepassingen is enorm. Dit aantal wordt steeds groter. Om AI op een verantwoorde manier voor je studie in te zetten, is het van belang er mee te leren omgaan. Daartoe heeft de universiteitsbibibliotheek VU (UBVU), verantwoordelijk voor het informatievaardigheidsonderwijs, deze e-learning gemaakt. Deze e-learning is bedoeld voor beginnende studenten. Je zet de eerste stappen op weg naar AI-geletterdheid!

Na afronding kan je:

  1. uitleggen hoe AI-tools en AI-modellen tot standkomen via het verzamelen en verwerken van data
  2. relevante AI-tools en taalmodellen herkennen
  3. beoordelen wanneer de inzet van AI-tools zinvol is
  4. effectieve prompts maken voor het zoeken en vinden van literatuur
  5. reflecteren op privacy en de herkomst van data
  6. AI-output correct annoteren met oog voor auteursrecht

Het doorlopen van de gehele e-learning duurt ongeveer 60 minuten. De tijd is afhankelijk of je alle onderdelen doorloopt. De stof wordt afgewisseld met opdrachten ter toetsing. Check je voorkennis door het maken van de quizzes aan het begin van elk hoofdstuk. En check je opgedane kennis aan het eind van elk hoofdstuk.

Wil je snel bijgepraat worden over AI? Ga dan naar FAQ. Hier worden je belangrijkste vragen bondig beantwoord.


Heb je vragen over deze e-learning? Neem contact op met de UB: vraag.ub@vu.nl.

 

 

FAQ

1. Wat is AI?

Als het over AI gaat, wordt meestal bedoeld: AI op basis van Large Language Models (LLMs). Deze modellen zijn getraind via enorme hoeveelheden tekst en kunnen daardoor nieuwe tekst genereren. Ze kunnen teksten voor je samenvatten, vertalen of analyseren. Het bekendste voorbeeld is GPT-4 (OpenAI).

Meer info vind je in hoofdstuk 2 van deze e-learning.

2. Wat is het beleid van de VU m.b.t. AI-gebruik?

De VU ziet AI als een krachtig hulpmiddel bij het studeren. Daartoe wil ze de AI literacy van studenten ontwikkelen. Deze 'geletterdheid' heeft overigens niet als doel om AI in te zetten. Het gaat erom dat je de afweging leren maken waneer het gebruik van AI wenselijk en zo ja, op welke manier. Ook leren ze wat de risico's zijn.

Verder lezen: https://vu.nl/nl/nieuws/2025/nieuw-kader-voor-generatieve-ai-in-het-onderwijs

3. Mag je AI-tools gebruiken voor je studie?

Zeker. Zorg er wel voor dat je dit op de juiste manier doet. Gebruik bij voorkeur tools waar de universiteit een licentie voor heeft. Werk dus liever met Copilot dan CPT-4, omdat van deze tool de privcay van gebruikers gewaardborgd is. En als een licentie ontbreekt, ga dan tenminste kritisch om met je tools.

Verder info in hoofdstuk 4 en 6.

4. Mag een docent jou verplichten een AI-tool te gebruiken?

Nee, hoewel AI een steeds grotere rol zal spelen in het onderwijs. Ook richtlijnen zullen in de toekomst veranderen. Houd de berichtgeving over de laatste ontwikkelingen dus goed in de gaten.

5. Hoe is AI van meerwaarde voor je studie?

Door AI te beschouwen als studiemaatje dat je kan helpen bij verschillende taken. AI kun je vragen om complexe concepten uit te leggen of oefenvragen te genereren. Of je vraagt om tegenargumenten te bedenken of alternatieve perspectieven aan te voeren. Uiteindelijk helpt dit je eigen standpunt beter te onderbouwen. Hoe je AI ook inzet, zie haar als hulmiddel, nooit als vervanging van je eigen denkwerk ziet..

Meer info in hoofdstuk 3.

6. Wat zijn de risico's van het gebruik van AI?

AI-geletterdheid houdt in dat je weet waar de belangrijkste valkuilen liggen. Tools kunnen hallucineren. Dit houdt in dat ze fictieve bronnen of niet-bestaande titels bedenken. Hoewel sommige beweringen overtuigend klinken, zijn ze onjuist. Een risico is dat je een opdracht geeft, er een antwoord volgt, maar niet precies waarom het dit antwoord is. Bedrijven geven slechts beperkte informatie geven over de werking van hun producten. Waak er ook voor dat je AI gebruikt zonder vermelding of als vervanging van eigen werk. Dat kan leiden tot fraude of plagiaat, een doodzonde in de wetenschap.

Verder lezen? Ga naar hoofdstuk 6 en 7.

7. Neemt AI academische skills over?

Deels  AI helpt j met taken die je voorheen zelf moest doen, zoals het samenvatten van een tekst of het zoeken van relevante informatie. Overigens 'verdwijnen' er niet alleen taken, er komen ook vaardigheden bij. Zo moet je nog kritischer zijn op de informatie als die van AI afkomstig is. Skills helemaal overnemen, doet AI overigens niet. Het gaat om ondersteuning bij taken die je nog steeds zelfs moet kunnen uitvoeren en waarvoor je zelf verantwoordelijk blijft.

8. Neemt AI banen over?

Ja, maar dat is slechts het halve verhaal. Net zoals met eerdere innovaties zullen met de komst van AI banen verdwijnen of de inhoud ervan verandert aanzienlijk. Dit betreft met name banen in de dienstensector, zoals vertalers en werknemers in callcenters. Wie fysiek werk verricht, zoals bedienend en bouwpersoneel, worden er minder door geraakt. Ondanks de ingrijpende gevolgen voor de arbeidsmarkt, leidt AI niet automatisch tot massa-ontslagen. Tegelijk scheppen de ontwikkelingen immers ook kansen. Er zullen, opnieuw net als met technologische doorbraken uit het verleden, nieuwe banen ontstaan.   

9. Bij wie kan je terecht voor vragen over AI?

Informatie over AI vind je op meerdere plaatsen. Als je meer wilt weten over het het universitetsbeleid ten aanzien van AI, houd dan de VU-website in de gaten. Niet zeker of je AI mag gebruiken tijdens een vak, en op welke manier? Vraag het de docent van het vak. En alle informatie rondom AI-geletterdheid, van de invulling van het begrip tot tips hoe je geletterd wordt, vind je via deze e-learning. De UB houdt hem up to date, zodat hij aansluit op de meest recente ontwikkelingen.

2. Wat is AI?

Letterlijk betekent AI: Artificial Intelligence. Denk hierbij niet aan futuristische robots of sciencefiction, maar aan technologie die alledaagse taken uitvoert waarvoor normaal gesproken menselijke intelligentie nodig is. Netflix-aanbevelingen, spamfilters of routeplanning: dat zijn voorbeelden van klassieke AI.

AI-systemen analyseren data, herkennen patronen en doen voorspellingen of nemen beslissingen. Binnen AI zijn er verschillende subvelden, zoals machine learning, natural language processing en computer vision. Generatieve AI — zoals ChatGPT — is daar een recente en opvallende vorm van, omdat het niet alleen herkent, maar ook nieuwe content kan maken. Deze e-learning richt zich op generatieve AI (GenAI).

In de rest van dit hoofdstuk worden begrippen rondom AI nader uitgelegd.

Bekijk alvast onderstaande video waarin Lieven Scheire uitlegt waar het fout kan gaan bij het trainen van AI. Dit voorbeeld helpt bij het begrijpen hoe AI in de basis werkt.

 

Quiz: test je voorkennis!

2.1. Wat is GenAI?

Klassieke AI herkent en classificeert. Denk aan systemen die spam Generatieve AI | Rathenau Instituutherkennen, routes plannen of aanbevelingen doen. Ze analyseren bestaande data en nemen op basis daarvan beslissingen of voorspellingen. Generatieve AI maakt iets nieuws. Het genereert tekst, beeld, audio of code op basis van een invoer (ofwel een prompt).

Voorbeelden zijn ChatGPT, DALL·E of MS Copilot. Deze systemen zijn getraind op enorme hoeveelheden data en voorspellen welk woord of beeld het meest logisch volgt — zonder echt te begrijpen wat ze zeggen of maken. Wil je meer weten over dergelijke AI-tools? Ga dan door naar hoofdstuk 4.2 (Welke AI-tools en modellen zijn relevant?).

Een handige vuistregel: klassieke AI herkent, generatieve AI creëert.

2.2. Wat zijn Large Language Models?

GenAI is een verzamelnaam voor AI-systemen die nieuwe content kunnen maken. Large Language Models (LLMs) duiden op een specifiek type GenAI. Dit type richt zich op taalverwerking. LLMs zijn getraind op enorme hoeveelheden tekst en kunnen daardoor zinnen genereren, samenvatten, vertalen of analyseren. Het bekendste voorbeeld is GPT-4 (OpenAI). Kort gezegd: LLMs vormen de motor onder veel GenAI-toepassingen.

Hieronder vind je een overzicht van AI en haar subsets:

 

2.3. Hoe werkt GenAI?

Als GenAI nieuwe tekst maakt (of beeld, audio of softwarecode), lijkt het alsof je met een slimme gesprekspartner praat. In werkelijkheid is het een statistisch model dat voorspelt welk woord (of beeld, geluid of stukje code) waarschijnlijk volgt op de vorige. Vaak gaat dat goed, soms niet, waarover in de volgende hoofdstukken meer.

Het voorspellen door GenAI gebeurd in vier stappen:

  • Pre-training: eerst wordt het model gevoed met heel veel informatie. In miljarden zinnen (of andere data) leert het patronen ontdekken. Gaandeweg herkent het de grammatica, stijl en structuur.
  • Tokenisatie en vectorisatie: het model deelt de tekst op in onderdelen (tokens), die worden omgezet in getallen (vectoren). Zo kan het model rekenen met taal.
  • Voorspelling via neurale netwerken: het model gebruikt een zogeheten transformer-architectuur om te bepalen welke woorden belangrijk zijn. Het voorspelt telkens het meest waarschijnlijke volgende token.
  • Fine-tuning met menselijke feedback: na de pre-training wordt het model bijgeschaafd met hulp van menselijke trainers. Zij geven feedback op wat wenselijk, beleefd of correct is.

Wil je de begrippen rondom AI op een andere manier hebben uitgelegd? Of is het nog niet helemaal duidelijk? Bekijk dan onderstaande video (t/m 4:00 min.):

2.4. AI in onderwijs en onderzoek

Boeken, artikelen, datasets... Of wetenschappers nu college geven of onderzoek doen, voor hun werk maken zij gebruik van grote hoeveelheden informatie. Bij de verwerking daarvan is GenAI een krachtig hulpmiddel. Ook jij kunt deze behulpzame assisstent gebruiken, mits je dat op een kritische manier doet (zie in hoofdstuk 3 voor tips daartoe).

Quiz: test je kennis!

3. Wanneer pas je AI toe?

Bron: gegenereerd met MS Copilot. 

Je weet nu wat AI is en hoe het werkt. Maar op welke manier kan je AI-tools toepassen? En hoe kan je dit inzetten in jouw studie?

In dit hoofdstuk wordt je op de hoogte gebracht van relevante AI-toepassingen die jouw helpen in je studie.

Quiz: test je voorkennis!

3.1. AI als studie-assistent

Steeds vaker maken studenten gebruik van AI-tools als aanvulling op traditionele studievaardigheden. Denk aan tools zoals Copilot, Elicit of NotebookLM die functioneren als digitale assistenten. Deze tools kunnen je helpen bij het structureren van je gedachten, het herschrijven van teksten of het genereren van ideeën. Ze kunnen goed van pas komen in de beginfase van een opdracht, wanneer je nog zoekende bent naar een invalshoek of structuur. In plaats van eindeloos naar een wit scherm te staren, kun je GenAI vragen voor suggesties voor een opbouw, een voorbeeldinleiding of zelfs een lijst met mogelijke onderzoeksvragen. Dit verlaagt de drempel om te beginnen en helpt je sneller tot de kern te komen.

Daarnaast kan GenAI ook fungeren als een persoonlijke studiecoach. Je kunt AI inzetten om complexe concepten uit te leggen, oefenvragen te genereren of zelfs om je te helpen bij het plannen van je studiewerk. Sommige studenten gebruiken AI als een soort sparringpartner: ze voeren een idee in en vragen om tegenargumenten of alternatieve perspectieven. Dit stimuleert kritisch denken en helpt je om je eigen standpunt beter te onderbouwen. Belangrijk is wel dat je GenAI niet als vervanging van je eigen denkwerk ziet, maar als een hulpmiddel dat je ondersteunt in je leerproces.

3.2. Toepassingen: waar AI je écht kan helpen

AI kan op veel manieren een handige studiehulp zijn. Bekijk de tabbladen hieronder voor voorbeelden bij het zoeken en vinden van literatuur. Dit is slechts een kleine greep van mogelijkheden die bestaan. Sommige voorbeelden kun je zelfs combineren om nieuwe toepassingen te vormen.

Let op: check altijd bij je docent of gebruik van AI-tools is toegestaan. Gebruik zonder toestemming of zonder juiste bronvermelding kan worden gezien als fraude.

Wil je leren hoe je de beste resultaten krijgt? Ga dan door naar hoofdstuk 5 ‘Hoe krijg je de beste resultaten?’.

 

1. Formulering onderzoeksvraag

Door AI om suggesties te vragen op basis van een onderwerp, kun je sneller tot een scherpe en afgebakende vraag komen. Bijvoorbeeld: “Welke onderzoeksvragen zijn relevant binnen het thema klimaatmigratie?” AI kan dan verschillende invalshoeken aandragen, zoals juridische, economische of sociale perspectieven.

2. Samenvatten teksten

Zeker bij lange of complexe artikelen kan AI helpen om snel de kern te begrijpen. Je kunt bijvoorbeeld vragen: “Vat dit artikel samen in 200 woorden, met nadruk op de conclusie.” Dit is handig bij literatuuronderzoek, maar ook bij het voorbereiden van tentamens. Let op: AI-samenvattingen zijn niet altijd volledig of accuraat, dus controleer ze altijd met de originele tekst. En let op dat je geen artikelen deelt in een chatbot die achter een 'paywall' vandaan komen! Hiermee pleeg je namelijk inbreuk op het auteursrecht. 

3. Snelle introductie op onderwerp

Verschillende AI-tools kunnen je helpen snel op een nieuw onderwerp te oriënteren. Hierbij kan je denken aan AI-tools die bijvoorbeeld kerninformatie en artikelen samenvatten.

4. Verbeteren van eigen tekst

Je kunt een alinea invoeren en vragen om een herschrijving in academische stijl, of om grammaticale fouten te corrigeren. AI-tools zoals Writefull of Grammarly zijn hier speciaal voor ontwikkeld.

5. Genereren zoektermen

Op basis van een beschrijving van je onderwerp, kan AI suggesties doen voor synoniemen of verwante termen die je kan gebruiken in databases.

6. Genereren referenties

Je kunt AI-tools vragen om een bron in APA-stijl te zetten. Of je kunt een AI-tool vragen om een literatuurlijst op te stellen op basis van een onderwerp. Let wel op: AI verzint soms bronnen die niet bestaan of geeft maar een bepaalde selectie bronnen. Controleer altijd of de genoemde bronnen echt bestaan, bijvoorbeeld via Libsearch of Google Scholar.

7. Socratische tegenstander

AI kan fungeren als een tegenstander in een discussie. Op deze manier kan je je standpunt beter leren onderbouwen. Door een gesprek of debatstructuur te gebruiken in je prompts, kan je AI vragen om tegenargumenten te geven of kritische vragen te stellen. Dit helpt je om je redenering aan te scherpen en sterker te maken.

8. Rol als coach

AI kan je begeleiden bij het uitvoeren van complexe taken. Geef stapsgewijze instructies en ga samen stap voor stap door het proces heen. Op deze manier leer je gestructureerd.

3.3. AI is slim, maar niet feilloos

Hoewel AI-tools vele mogelijkheden bieden en indrukwekkende resultaten kan leveren, is het belangrijk om je bewust te zijn van de beperkingen. AI-tools, zoals ChatGPT, zijn getraind op enorme hoeveelheden data. Deze zogenoemde Large Language Models voorspellen welk woord waarschijnlijk volgt op het vorige, zonder dat ze weten of de inhoud klopt. Dit kan leiden tot ‘hallucinaties’: overtuigend klinkende maar feitelijk onjuiste informatie. Een voorbeeld van een hallucinatie is dat een chatbot een niet-bestaand artikel verzint en hierbij een auteursnaam en DOI geeft.

Het is daarom belangrijk dat je AI-output altijd kritisch beoordeelt. Stel jezelf vragen als: (1) “Klinkt dit logisch?” of (2) “Kan ik dit verifiëren?”. (Zie hoofdstuk 5.4 voor een checklist controleren GenAI-output). Als je AI-tools gebruikt, gebruik het dan als startpunt en niet als eindpunt. Gebruik je eigen kennis en/of feedback van docenten en/of betrouwbare bronnen bij het beoordelen van AI-output. Alleen dan kun je AI op een verantwoorde manier inzetten in je studie.

Daarnaast is transparantie belangrijk. Als je AI-tools gebruikt voor een opdracht, geef je dit aan als dat gevraagd wordt. Onvermeld gebruik kan gezien worden als fraude, zeker als je AI-output presenteert als je eigen werk. Bespreek met je docent wat wel en niet is toegestaan, en wees transparant over je werkwijze.

Quiz: test je kennis!

4. Wat zijn relevante AI-tools?

Er zijn dus verschillende toepassingen waarvoor je AI kan inzetten in je studie. Maar welke specifieke AI-tools kan je daarbij gebruiken? In dit hoofdstuk maak je kennis met verschillende AI-tools die je kunnen ondersteunen bij je studie. Denk aan AI-tools die je helpen bij het zoeken naar literatuur, het structureren van teksten of het genereren van ideeën. Het is hierbij belangrijk dat je kritisch kijkt naar wat een AI-tool doet, hoe deze werkt, en/of het gebruik ervan in een bepaalde context wenselijk is.

Quiz: test je voorkennis!

4.1. Wanneer is een AI-tool nuttig?

AI-tools lossen niet alles magisch op. Het zijn hulpmiddelen die je slim moet inzetten, afhankelijk van je doel. Stel jezelf daarom altijd eerst de vraag: “wat wil ik bereiken?” Zoek je hulp bij het structureren van een tekst, het vinden van literatuur, het analyseren van data of het genereren van ideeën? Elke AI-tool heeft zijn eigen sterktes en uitdagingen. Een AI-tool zoals Copilot is bijvoorbeeld handig voor brainstormen of het herformuleren van tekst. Een dergelijke chatbot is daarentegen minder geschikt voor het vinden van betrouwbare bronnen. Daarvoor zijn bijvoorbeeld tools als Elicit of Consensus beter in te zetten. Deze AI-tools verwijzen expliciet naar wetenschappelijke literatuur.

Een goede afweging maken betekent ook dat je leert herkennen wanneer AI-tools je leerproces ondersteunen, en wanneer het je juist afhoudt van zelf nadenken. Gebruik AI-tools dus niet als shortcut, maar als sparringpartner. Zie het bijvoorbeeld als een gereedschapskist: je kiest het juiste gereedschap voor de juiste taak.

4.2. Let op! Gebruik binnen de VU

Wees op de hoogte wat de VU aanbiedt op het gebied van AI. De VU biedt namelijk de eenvoudige versie van Copilot aan. De VU heeft geoordeeld dat hiervan de privacy van gebruikers voldoende geborgd is, mits je bent ingelogd met je VU-account. Je data wordt dan niet hergebruikt om het model te trainen. Meer info hierover vind je via deze link. Wees daarnaast bewust dat Copilot gebruikmaakt van Bing om real-time op het internet te zoeken.

Bij gebruik van andere AI-tools, zoals ChatGPT of Elicit, ben je zelf verantwoordelijk voor de risico’s. De overige AI-tools vallen buiten de licentie van de VU en worden dus niet ondersteund door de IT-helpdesk of de UB.

Wat betekent dit concreet? Wanneer je bijvoorbeeld een tekst uploadt naar ChatGPT, weet je niet precies wat er met die data gebeurt. Deel dus nooit gevoelige informatie, zoals namen, e-mailadressen, onderzoeksgegevens, etc. via GenAI. De stelregel is: wanneer je twijfelt, gebruik dan Copilot of vraag advies bij de UBVU.

4.3. Welke AI-tools en modellen zijn relevant?

Er bestaan tal van AI-tools. Er zijn een aantal AI-tools die handig kunnen zijn om te gebruiken tijdens je studie. Hieronder een overzicht van veelgebruikte AI-tools, met hun toepassingen, voordelen en beperkingen. Let op: dit is een kleine greep uit velen AI-tools.

AI-tool

Toepassing

Voordeel

Beperking

1. Copilot

Tekst, coderen, beeld

Breed inzetbaar, intuïtief

Hallucinaties, geen bronvermelding

2. Claude

Tekst, brainstorm, redeneren, beeld, coderen

Sterk in nuance, lange context

Beperkt beschikbaar

3. ChatGPT

Tekst, brainstorm, redeneren, beeld, coderen

Breed inzetbaar, intuïtieve interface

Foutgevoelig, hallucineert bronnen

4. Elicit

Literatuuronderzoek

Systematisch en wetenschappelijk, samenvattingen met bronvermelding

Engelstalige focus

5. Consensus

Evidence-based antwoorden, wetenschappelijke consensus

Peer-reviewed bronnen

Minder geschikt voor creatieve taken

6. NotebookLM

Literatuuranalyse, werken met eigen documenten

Contextueel zoeken in eigen bronnen

Beperkt tot geüploade data

7. DALL-E, Adobe Firefly

Beeldgeneratie

Creatieve visuele output

Beperkte controle over stijl

Het is goed om te weten dat bovenstaande AI-tools op o.a. de volgende onderliggende LLMs draaien: GPT-4 (OpenAI), Claude 3 (Anthropic), Gemini (Google). Weet dat deze modellen de wereld niet snappen zoals de mens. Ze weten niet wat feitelijk geldig is, maar ze zijn statistisch en gebaseerd op waarschijnlijkheid.

Bekijk onderstaande video voor een demonstratie hoe je bronnen kan zoeken in de volgende AI-tools: Consensus, ScholarGPT, Elicit, en Semantic Scholar:

4.4. De kwaliteit van je prompt bepaalt het resultaat

Een taalmodel (LLM), zoals Copilot of ChatGPT, werkt anders dan een zoekmachine. Daarom worden er specifieke eisen gesteld aan een goede vraagstelling. Deze vraagstelling, oftewel prompt, die je stopt in een AI-tool bepaalt dus de kwaliteit van het resultaat. Een onduidelijke prompt levert vaak een oppervlakkig of onbruikbaar antwoord op. Een duidelijke en gestructureerde prompt kan daarentegen leiden tot goede output. Maar hoe stel je dan zo’n duidelijk en gestructureerde prompt op? In hoofdstuk 5.2. vind je een overzicht van elementen.

Quiz: test je kennis!

5. Hoe krijg je de beste resultaten?

Zoals je in de vorige hoofdstukken kon lezen kunnen AI-tools helpen bij allerlei taken. De kwaliteit van de output hangt alleen sterk af van de manier waarop jij de AI-tool gebruikt. In dit hoofdstuk leer je hoe je AI effectief inzet door goede instructies te geven, kritisch te blijven nadenken over de herkomst van de informatie, en bewust te kiezen welke AI-tool je wanneer gebruikt.

Quiz: test je voorkennis!

5.1. Heldere instructies maken het verschil

Een taalmodel is een kunstmatige intelligentiemodel dat is getraind om het volgende woord op een ontbrekend woord in een zin te voorspellen, gegeven jouw input of prompt. Hoe specifieker en duidelijker jouw prompt is, hoe beter het model begrijpt wat je bedoelt. Een goede prompt bevat verschillende elementen afhankelijk van je doel. Wanneer je geen specifieke elementen gebruikt in je prompt, krijg je vaak een generiek, oppervlakkig of zelfs irrelevant antwoord.

Hoe ziet dit er specifiek uit? Als je bijvoorbeeld vraagt: Wat is klimaatverandering?”, krijg je een standaarddefinitie. Als je daarentegen vraagt: “Leg in maximaal 150 woorden uit wat klimaatverandering is. Leg het uit alsof je een middelbare scholier tegenover je hebt. Geef hierbij een voorbeeld uit Nederland.”, dan dwing je het taalmodel tot een gerichte, begrijpelijke en contextuele uitleg. Dit soort prompts helpen je niet alleen betere output te krijgen, maar ook om zelf scherper te formuleren wat je eigenlijk wilt weten.

In 5.2. leer je welke elementen handig kunnen zijn om je prompt zo volledig mogelijk te formuleren.

5.2. Prompting: do's en dont's

Prompting is een vaardigheid die je kunt trainen. Hoe vaker je experimenteert met verschillende formuleringen, hoe beter je leert wat werkt. Er zijn een aantal do’s en dont’s die je helpen om effectiever te communiceren met AI-tools.

 

✅Do’s:

Hieronder een opsomming van elementen waarmee je rekening kan houden in je prompt:

1. Taak


Omschrijving:
Omschrijf duidelijk je taak of instructie.

Voorbeeld(en):
"Vat dit artikel samen in 150 woorden."

2. Persona


Omschrijving:
Simuleer een persona voor toon en stijl.

Voorbeeld(en):

  • "Schrijf vanuit een eerstejaars bachelorstudent pschologie."
  • "Neem het standpunt in van een sociologie-onderzoeker. Gebruik hierbij een wetenschappelijke toon, maar vermijd jargon."
  • "Doe alsof je een WO-docent bent. En stel mij steeds vragen terug."
3. Stappen


Omschrijving:
Schets stappen en/of volgorde van het resultaat.

Voorbeeld(en):
"Bespreek eerst de voordelen van AI en sluit daarna af met mogelijke vervolgstappen. Beschrijf de vervolgstappen op een puntsgewijze manier."

4. Context


Omschrijving:
Geef voldoende context en/of beperkingen.

Voorbeeld(en):
"Gebruik de volgende bronnen voor het beantwoorden van mijn vragen. [Linkjes naar jouw bronnen en/of PDF files]."

5. Doel


Omschrijving:
Definieer doel en doelgroep.

Voorbeeld(en):
"Herschrijf deze alinea voor een eerstejaars pedagogiek bachelorstudent (WO). Het doel van deze alinea is om hen te informeren over [...]."

6. Format


Omschrijving:
Geef instructies over de uitvoer.

Voorbeeld:

  • "Maak een tabel van de volgende informatie [...]."
  • "Geef een lijstje met bulletpoints over [...]."
  • Andere voorbeelden: taal, aantal woorden, kort, puntsgewijs, met opmaak, afbeelding, diagram.


Goede prompts zijn dus duidelijk, specifiek en passen bij het doel. Wees er daarom eerst van bewust dat je je doel helder hebt. Op basis van je doel kijk je welke elementen uit bovenstaande tabel nodig zijn om zo volledig mogelijk te zijn in je prompt. Vraag dus niet alleen: “Vat dit artikel samen.”, maar liever: “Vat dit artikel samen in 200 woorden voor een tweedejaarsstudent psychologie, met nadruk op de conclusie van het artikel.

Ook kan je AI vragen welke informatie nog ontbreekt om de opdracht zo goed mogelijk uit te voeren. Daarnaast zijn ook verschillende promptlibraries beschikbaar waar voorbeeldprompts staan:


❌Dont’s:

  1. Stel geen vage of te brede vragen.
  2. Verwacht geen perfecte antwoorden zonder zelf na te denken.
  3. Neem AI-output niet klakkeloos over zonder controle.
  4. Gebruik AI niet als eindredacteur, maar als meedenker of sparringspartner.

Prompten is dus meer dan alleen ‘iets vragen’. Het is een iteratief proces waarbij je je prompt aanpast op basis van de gegenereerde antwoorden. Je kan het in die zin ook vergelijken met leren argumenteren: je probeert via taal richting te geven aan een systeem dat zelf geen intenties of doelen heeft, maar wél statistisch leert welke woordvolgende logisch is.

Benieuwd naar een demonstratie van goede versus slechte prompting? Bekijk dan onderstaande video:

5.3. Toolversies: gratis of betaald?

Vele AI-tools, zoals ChatGPT, hebben een gratis versie en een betaalde versie. De gratis versie van ChatGPT is bijvoorbeeld minder krachtig dan de betaalde versie. Betaalde AI-tools bieden vaak toegang tot nieuwere modellen, snellere verwerking, meer contextgeheugen (belangrijk bij langere opdrachten), en extra functies.

Toch is zo’n gratis versie niet per definitie slecht. Voor eenvoudige brainstorms, korte samenvattingen of het herschrijven van alinea’s is een gratis AI-tool vaak voldoende. Als je echter werkt aan een complex academisch project, waarbij je meerdere documenten wilt analyseren of langere gesprekken voert met een AI-tool, dan kan een betaalde versie het verschil maken in kwaliteit en efficiëntie.

Let ook op de privacyvoorwaarden: (gratis) AI-tools kunnen jouw input gebruiken om hun modellen verder te trainen. Bij AI-tools die via een onderwijsinstelling worden aangeboden, zijn vaak betere afspraken over gegevensbescherming.

 

Bron: ChatGPT, 2025

5.4. Weet waar je data vandaan komt

Een veelvoorkomende misvatting is dat AI-tools, zoals ChatGPT, ‘het internet afzoeken’ voor hun antwoorden. Dit klopt niet! De meeste AI-modellen zijn getraind op grote hoeveelheden tekst tot een bepaald moment in het verleden. Deze modellen genereren antwoorden op basis van patronen in die data. Ze hebben dus geen live toegang tot actuele informatie, tenzij AI-tools zijn gekoppeld aan een zoekmachine. Denk hierbij bijvoorbeeld aan MS Copilot of Perplexity.

Het is daarom belangrijk om bewust te zijn dat AI-tools geen garantie bieden voor feitelijke juistheid. AI-tools kunnen overtuigend klinken maar uiteindelijk hallicuneren. Voorbeelden van hallucinaties zijn: verzonnen bronnen, foutieve data of verzonnen citaties. Zeker in een academische context is dat problematisch.

Tip: gebruik AI-output dus altijd als startpunt voor verder onderzoek, en niet als eindproduct. Controleer feiten, check bronnen, en wees kritisch op: toon, biases, en volledigheid van de informatie. AI-tools kunnen een krachtig hulpmiddel zijn, maar jij blijft verantwoordelijk voor de inhoud die je gebruikt.

Hieronder vind je een checklist die je helpt bij het beoordelen van GenAI content:

 

Quiz: test je kennis!

6. Hoe ga je verantwoord om met AI?

AI is in staat om meer data te verwerken dan mensen, en dat doen ze ook nog eens vele malen sneller. Hoewel AI van grote waarde kan zijn voor wetenschappers, is de techniek bepaald niet feilloos. Ze gaat gepaard met risico’s en beperkingen. Dat hoeft het gebruik ervan niet in de weg te staan. Als je weet waar mogelijke valkuilen liggen, is het mogelijk om die te vermijden.

Quiz: test je voorkennis!

6.1. Risico’s en beperkingen

Hieronder een opsomming van risico's en beperkingen:

1. Hallucinaties

GenAI komt met fictieve bronnen of bedenkt een niet-bestaand boek. Hoewel sommige beweringen overtuigend klinken, zijn ze onjuist. Dit is vooral riskant in academisch werk, bijvoorbeeld als het medische of juridische toepassingen betreft. Meer weten over hallucinaties? Bekijk dan onderstaande video:

2. Bias en discriminatie

Uit AI-modellen komt wat er in gaat. Dus als er vooroordelen in de trainingsdata zitten, nemen ze die over en/of versterken ze die. Je kunt hierbij denken aan stereotypen in de generatie van beeld of voorkeur voor bepaalde groepen in tekstoutput.

Valt je bijvoorbeeld iets op aan onderstaande beelden? (Gebruikte prompt: maak een afbeelding van een arts en verpleegkundige in een ziekenhuisomgeving.)

                   

Bron afbeeldingen: gegenereerd met MS Copilot (2025)

In het geval dat het je nog niet was opgevallen: de artsen op de drie afbeeldingen zijn jonge mannen en de verpleegkundigen zijn jonge vrouwen. Valt je nog meer op?

3. Black box

Je geeft AI een opdracht en vervolgens rolt er iets uit. Maar waarom specifieke dit antwoord? Dat blijft vaak onduidelijk, onder meer omdat bedrijven achter AI beperkte informatie geven over de werking van hun producten. Dit maakt het moeilijk om de output echt te begrijpen en daar de verantwoordelijkheid voor te nemen.

4. Milieu- /klimaatimpact

AI-modellen draaien op servers en deze servers vragen veel energie. Daarmee is niet gezegd dat AI-gebruik per definitie het klimaat schaadt, zoals regelmatig in de krant staat. Als de energie wordt opgwekt via fossiele brandstoffen, is dat inderdaad het geval. Maar bij andere energiebronnen (zon, wind en nucleair) komt geen CO2 vrij. Ook neemt het energie-gebruik per prompt af. Kostte een GhatGPT-prompt aanvankelijk nog 2,9 Wh, inmiddels is dat afgenomen tot het niveau van een zoekactie via Google (0,3 Wh). Een ander aspect is het waterverbruik van AI. Ook dat ligt genuanceerder dan gedacht. Hoewel er veel water nodig is om de severs te koelen, hoeft dat nauwelijks te leiden tot milieubelasting als het verdampt of terugstroomt in de natuurlijke watercyclus. Tot slot is AI niet enkel een belastende factor, ook ontlast ze het klimaat en milieu via slimme oplossingen, bijvoorbeeld omdat ze klimaatdata sneller analyseert dan mensen en logistiek efficiënter plant.

5. Overschatting creativiteit

Hoewel de resultaten vaak indrukwekkend zijn, vervangt AI niet de menselijke creativiteit. Het kan deze creativiteit wel beperken als je te afhankelijk van wordt. Hiermee samen hangt de afname van kritisch denken, terwijl dit juist nodig is om de resultaten van AI te controleren. Als AI te veel overneemt, verwaarlozen gebruikers hun eigen denkvermogen en schrijfvaardigheid.

6. Desinformatie en manipulatie

AI maakt het eenvoudig om deepfakes, nepnieuws of gemanipuleerde beelden te maken. Dit kan leiden tot misleiding, polarisatie of politieke beïnvloeding.

7. Machtsconcentratie Big Tech

Slechts een paar grote bedrijven, veelal afkomstig uit de Verenigde Staten, controleren de ontwikkeling van GenAI. Dit beperkt de transparantie en democratische controle. Dit weegt extra zwaar door het ontbreken van publieke alternatieven.

8. Aantasting academische integriteit

Gebruik van AI zonder vermelding of als vervanging van eigen werk, kan leiden tot fraude of plagiaat. De grens tussen ‘hulp’ en ‘vervanging’ is soms vaag. In de wetenschap is dit een doodzonde. Meer over dit onderwerp in hoofdstuk 7 'Hoe refereren op een correcte manier?'.

6.2. Omgaan met risico’s en beperkingen

In het vorige onderdeel somden we mogelijke risico's en beperkingen op. Maar hoe kan je omgaan met deze risico's en beperkingen? Hieronder verschillende acties die jij kan ondernemen:

Risico's & beperkingen

Acties

1. Hallucinaties
  • Check altijd bronnen: vraag om een DOI of URL en controleer of die echt bestaat.
  • Gebruik fact-checking tools: combineer AI-output met Google Scholar, LibSearch, PubMed of Consensus.
2. Bias en discriminatie
  • Wees alert op stereotypen: vraag jezelf af wie er zichtbaar wordt gemaakt, en wie niet.
  • Gebruik diverse prompts: vraag AI om perspectieven vanuit verschillende culturen of genders.
  • Vergelijk meerdere outputs: laat AI meerdere versies genereren en vergelijk de verschillen.
3. Black box-probleem
  • Vraag om uitleg: laat AI uitleggen waarom ze een bepaald antwoord geeft.
  • Gebruik uitlegbare AI-tools: sommige tools (zoals LIME of SHAP) geven inzicht in beslislogica.
  • Blijf zelf nadenken: zie AI als suggestie, niet als waarheid.
4. Milieu-impact
  • Gebruik AI bewust: stel jezelf de vraag of deze prompt echt nodig is.
  • Combineer prompts: stel één goede vraag in plaats van tien losse.
5. Overschatting creativiteit
  • Gebruik AI als inspiratiebron, niet als eindproduct.
  • Voeg je eigen stem toe: herschrijf AI-output in je eigen stijl.
  • Experimenteer met onverwachte combinaties: laat AI je helpen, maar jij blijft de regisseur.
  • Gebruik AI om je denken te trainen: laat AI je uitleg geven en verbeter die zelf.
6. Desinformatie & manipulatie
  • Controleer beeldmateriaal: vraag AI of een afbeelding gegenereerd is.
  • Blijf kritisch op virale content: vraag je af wie de maker ervan is en waarom hij/zij die heeft gemaakt.
7. Machtsconcentratie bij Big Tech
  • Gebruik open source modellen als alternatief. Voorbeeld: Mistral.
  • Ondersteun publieke AI-initiatieven, zoals Hugging Face of EduGenAI.
  • Blijf op de hoogte van AI-beleid via je universiteit en/of de EU AI Act.
8. Academische integriteit
  • Wees transparant: vermeld altijd of en hoe je AI hebt gebruikt.
  • Gebruik AI als sparringpartner, niet als ghostwriter.
  • Check je faculteitsregels: niet elke faculteit staat AI-gebruik toe.

 

6.3. Belangrijkste privacyrisico’s

Wil je snel iets weten? Voer je vraag in en enkele tellen later rolt er al een antwoord uit. Vanwege het gebruikersgemak staat niet iedereen erbij stil dat AI ‘onthoudt’ welke gegevens je invoert. Soms tijdelijk, een andere keer permanent. AI-bedrijven kunnen daarvoor verschillende redenen hebben, bijvoorbeeld de verdere training van het model of omdat het waardevolle gegevens betreft. Dat kan problematisch zijn als je AI voedt met persoonlijke, vertrouwelijke en/of academische informatie.

Hieronder verschillende privacyrisico's opgesomd:

  1. De meeste AI-modellen zijn ‘black boxes’:
    Je hebt geen zicht op wie toegang heeft tot je data, waar ze worden opgeslagen (buiten de EU of niet) en of ze worden gedeeld met derden.

     
  2. Risico op datalekken of misbruik:
    Als je gevoelige informatie invoert, kunnen die — bij een lek of fout — op straat komen te liggen. Je kunt hierbij denken aan patiëntgegevens, onderzoeksdata of persoonlijke reflecties. Als die in het openbaar terecht komen, kan dit juridische, ethische of reputatieschade opleveren.

     
  3. Wet- en regelgeving:
    Volgens de Europese privacywetgeving (AVG,GDPR) mag je persoonsgegevens alleen verwerken als dat noodzakelijk en rechtmatig is. Veel AI-tools voldoen daar (nog) niet aan. Gebruik van AI in onderwijs of onderzoek vereist dus extra zorgvuldigheid.

     
  4. Vergroting digitale afhankelijkheid:
    Door onbewust veel data te delen met grote techbedrijven, versterk je hun machtspositie. Dit beperkt de controle over je eigen informatie en over de ontwikkeling van publieke, transparante AI-alternatieven.

6.4. Zelf doen

Wat kun je zelf doen om deze privacyrisico's uit de weg te gaan? Hieronder mogelijke acties:

  1. Gebruik AI-tools die binnen je instelling zijn goedgekeurd, zoals MS Copilot op de VU.
  2. Voer geen persoonsgegevens of vertrouwelijke informatie in.
  3. Lees het privacybeleid van de AI-tool die je gebruikt.
  4. Gebruik lokale of open source modellen als je met gevoelige data werkt.
  5. Vraag je af: ‘Zou ik dit ook in een e-mail aan een onbekende zetten?'

Quiz: test je kennis!

7. Hoe refereer je op een correcte manier?

Wetenschap bouwt voort op het werk van andere onderzoekers. In je eigen werk geef je rekenschap van de schatplichtigheid jegens eerder onderzoek. Daarom is het cruciaal om transparant te zijn over je gebruikte methodes, data en analyses. Zo stel je anderen in staat te controleren of je de juiste bronnen hebt gehanteerd en of je deze correct hebt geïnterpreteerd etc. Daarnaast kunnen andere wetenschappers het onderzoek herhalen om te kijken of het dezelfde resultaten oplevert. Zonder toetsbaarheid geen wetenschap. De opkomst van AI brengt nieuwe uitdagingen met zich mee.

In dit hoofdstuk leer je meer over AI en plagieëren, citeren, parafraseren en refereren.

Quiz: test je voorkennis!

7.1. Plagiëren, citeren, parafraseren & refereren

Als onduidelijk is waar je eigen bevindingen eindigen en die van anderen beginnen, kun je beschuldigd worden van plagiaat. Plagiaat is het overnemen van andermans werk of ideeën zonder correcte bronvermelding. Letterlijk betekent het: stelen van woorden of ideeën. Het kan gaan om:

  • het kopiëren van tekst zonder bronvermelding
  • het parafraseren zonder verwijzing
  • het hergebruiken van eigen eerder werk zonder dit te vermelden (zelfplagiaat)

Het heet een wetenschappelijke doodzonde als je die presenteert alsof het eigen werk is. Voor wie zich hieraan schuldig maakt, kan het ernstige gevolgen hebben. De ontdekking van plagiaat kan leiden tot:

  • intrekking van publicaties
  • disciplinaire maatregelen
  • reputatieschade
  • of zelfs het verlies van diploma’s of functies

Ter voorkoming daarvan kun je andermans werk letterlijk aanhalen. Via het gebruik aanhalingstekens geef je aan dat een fragment van iemand anders komt. Dit heet citeren. Ook is het mogelijk om andermans werk in eigen woorden na te vertellen zonder dat de oorspronkelijke betekenis verandert. Je gebruikt dus niet de exacte bewoording, bijvoorbeeld omdat de originele te technisch, te lang of ongeschikt is voor je doelgroep. Dit heet parafraseren. Parafraseren helpt om de inhoud toegankelijker te maken, maar je blijft wel trouw aan de inhoud.

Als je citeert en parafraseert moet je altijd een bronvermelding geven, ofwel: refereren. Refereren betekent dat je in je tekst duidelijk aangeeft waar je informatie vandaan hebt gehaald. Er bestaan verschillende manieren om te verwijzen naar geraadpleegde bronnen. Check bij je faculteit welke manier daar wordt gehanteerd.

7.2. AI en plagiaat: risico’s en tips

Een recente vorm van plagiaat is als je door AI-gegenereerde output gebruikt zonder aan te geven wat de herkomst is. Die is immers gebaseerd op bestaande teksten of ideeën. Door jezelf geen rekenschap te geven, doe je alsof het jouw teksten of ideeën zijn. Het is dus belangrijk om aan te geven wanneer je AI gebruikt en hoe je dit gedaan hebt.

Dit zijn de belangrijkste risico’s van AI-gebruik in relatie tot plagiaat:

1. Onbewust plagiaat

Gebruikers nemen AI-output over zonder te beseffen dat het gebaseerd is op bestaande teksten of ideeën. Zonder bronvermelding kan dit als plagiaat worden beschouwd.

Tip: Behandel AI-output als een externe bron. Controleer en herschrijf in eigen woorden, met bronvermelding waar nodig.

2. Zelfplagiaat via hergebruik van AI-gegenereerde tekst

Als je AI gebruikt om eerdere teksten te herschrijven of hergebruiken zonder dit te vermelden, kan dat als zelfplagiaat gelden.

Tip: Wees transparant over hergebruik en vermeld het gebruik van AI in je werk.

3. Verlies van auteurschap

Als je AI een groot deel van je tekst laat schrijven, is het onduidelijk wie de ‘auteur’ is. Dit kan leiden tot vragen over eigenaarschap en integriteit.

Tip: Gebruik AI als hulpmiddel, niet als vervanger. Jij blijft verantwoordelijk voor de inhoud.

4. Onzichtbare bronnen

AI-tools geven vaak geen duidelijke bronvermelding. Als je AI-output overneemt zonder te weten waar het vandaan komt, kun je onbedoeld plagiaat plegen.

Tip: Gebruik AI-output alleen als startpunt. Zoek de originele bron op voordat je het verwerkt.

5. Gemakzucht

AI maakt het makkelijk om snel teksten te genereren. Dit kan leiden tot oppervlakkig werk en het overslaan van kritisch denken of eigen analyse.

Tip: Gebruik AI om je denken te verdiepen, niet te vervangen. Reflecteer op wat je zelf wilt zeggen.

7.3. AI en plagiaat: verantwoording

Onthoud goed: AI is een hulpmiddel, jij blijft verantwoordelijk voor de inhoud. Je kunt verschillende dingen doen om te laten zien waar en hoe je gebruikt hebt gemaakt van AI.

  1. Vermeld het in je inleiding.
    • Bijvoorbeeld: ‘Bij het schrijven van dit werkstuk heb ik gebruikgemaakt van ChatGPT (versie GPT-4, OpenAI) ter ondersteuning bij het structureren van paragrafen en het herformuleren van enkele zinnen. De uiteindelijke inhoud is door mij gecontroleerd en aangepast.’
    • Of: ‘Voor het genereren van voorbeeldvragen en het samenvatten van literatuur heb ik gebruikgemaakt van een GenAI-tool. Alle bronnen zijn door mij handmatig gecontroleerd.’
       
  2. Zet het in een voetnoot.
    • Bijvoorbeeld: ‘De eerste versie van paragraaf 3 is gegenereerd met behulp van ChatGPT. Deze tekst is vervolgens herschreven en aangevuld op basis van eigen analyse.’
    • [Voetnoot: OpenAI. (2025). ChatGPT (versie 4). https://chat.openai.com]’
       
  3. Voeg een korte AI-verantwoording toe aan het eind van je werkstuk.
    • Bijvoorbeeld: ‘Voor dit werkstuk is gebruikgemaakt van ChatGPT (OpenAI, 2025) ter ondersteuning bij het brainstormen over structuur en het herformuleren van enkele alinea’s. De inhoud is kritisch beoordeeld en aangepast door de auteur.’

7.4. AI-herkenning

Het kost tijd om je AI-gebruik op een correcte wijze te verantwoorden. Soms is het misschien verleidelijk dit over te slaan, want hoe groot is de kans dat je betrapt wordt? Groter dan je zou denken. Docenten kunnen op verschillende manieren herkennen wanneer AI de eigenlijke auteur van een tekst is.

  1. Stijl- en toonverschillen:
    • AI-gegenereerde tekst heeft vaak een andere schrijfstijl dan jouw eerdere werk. Docenten of begeleiders herkennen:
      • plotselinge stijlsprongen
      • onnatuurlijk vloeiende zinnen
      • of een te algemene, ‘gladde’ toon

  2. Inhoudelijke inconsistenties:
    • AI kan foutieve of verzonnen informatie geven (hallucinaties), zoals:
      • niet-bestaande bronnen of citaten
      • onlogische redeneringen
      • of oppervlakkige uitleg van complexe concepten
         
  3. Detectietools:
    • Er bestaan tools die AI-gegenereerde tekst proberen te herkennen (zoals Turnitin AI Detection of GPTZero). Deze zijn niet 100% betrouwbaar, maar kunnen wel aanleiding geven tot nader onderzoek.
       
  4. Vergelijking met eerder werk:
    • Als je eerdere opdrachten of schrijfopdrachten beschikbaar zijn, kunnen docenten verschillen in stijl, diepgang of structuur opmerken.
       
  5. Gebrek aan onderbouwing:
    • AI-teksten missen vaak echte bronverwijzingen of bevatten vage verwijzingen zonder controleerbare literatuur.

Quiz: test je kennis!

8. Tips, verder lezen & referenties

8.1. Tips & verder lezen

8.2. Referenties

Feedback & maak kans op een prijs!

Wil je ons helpen de e-learning te verbeteren én kans maken op één van de 3 mooie prijzen (waaronder een cadeaubon t.w.v. 50 euro voor Grand Café the Living)? Vul dan onderstaand evaluatieformulier in!

 

  • Het arrangement Slim studeren met AI (Bachelor) is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2025-09-09 15:54:18
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Een e-learning die bachelorstudenten leert hoe ze AI op een kritsche manier gebruiken voor hun studie.
    Leerniveau
    WO - Bachelor; WO - Master; HBO - Bachelor;
    Leerinhoud en doelen
    Informatica;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Blikmans-Middel, Martijn. (2025).

    Critical AI Literacy

    https://maken.wikiwijs.nl/217082/Critical_AI_Literacy

    E-learnings team informatiediensten. (2025).

    Slim studeren met AI (Bachelor)

    https://maken.wikiwijs.nl/217678/Slim_studeren_met_AI__Bachelor_

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Voorkennis hoofdstuk 2

    Hoofdstuk 2

    Voorkennis hoofdstuk 3

    Hoofdstuk 3

    Voorkennis hoofdstuk 4

    Hoofdstuk 4

    Voorkennis hoofdstuk 5

    Hoofdstuk 5

    Voorkennis hoofdstuk 6

    Hoofdstuk 6

    Voorkennis hoofdstuk 7

    Hoofdstuk 7

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.