Nask 2: Scheikunde
Wat is scheikunde:
wanneer je aan google de vraag stelt wat is scheikunde vindt je het volgende:
Scheikunde of chemie is de natuurwetenschap die zich richt op de studie van samenstelling en opbouw van stoffen, de chemische veranderingen die plaatsvinden onder bepaalde omstandigheden, en de wetmatigheden die daaruit te destilleren zijn
eigenlijk kun je zeggen: bij scheikunde ben je bezig met stoffen, en de eigenschappen van stoffen.
Stoffen
Op deze website vind je opdrachten en practicums voor het vak NaSK 2 (Scheikunde) die horen bij Hoofdstuk 1 stoffen en mengsels. Het doel van deze opdrachten is om jou actief in de les bezig te laten zijn met vak scheikunde. Met elke opdracht / practicum kun je punten verdienen. De punten die je verdient tellen mee voor toetscijfer.
Belangrijk: Punten verdien je in de les en niet thuis.
Lessen:
In klas 3 heb je 2 uur in de week scheikunde. Het doel is om 1 les in de week bezig te zijn met theorie en de andere les praktisch bezig te zijn met scheikunde in het praktijklokaal.
sommige opdrachten maak je individueel, en andere opdrachten in duo's.
Practicum
Practicum:
onderdeel van scheikunde zijn practicums. practicums zijn proefjes/ experimentjes waarbij je de scheikunde theorie in de praktijk gaat brengen. Naast de theorie leer je ook vaardigeden.
schriftje:
Tijdens de practicum lessen werken we met schriftje (deze krijg je van de docent). In het schriftje noteer je waarnemingen, geef je antwoord op vragen en noteer je de resultaten van je proefjes.
Aan de slag met het schriftje:
- schrijf op de voorkant van het schriftje je naam (voornaam en achternaam) + klas
- open het schrift en noteer op de eerste bovenaan op het witte gedeelte inhoudsopgave
- noteer op de eerste regel: naam experiment en blz

Regels in het practicum lokaal:
noteer de volgende regels op de laatste bladzijde van je schrift .
algemene regels
- Jas en tas op de gang in het rek. alleen etui of pen mag mee naar binnen.
- Labjas aan en dicht. Capuchon zit aan de binnenkant van de labjas en niet over de labjas heen.
- Ik mag niet spuiten met spuitflessen op mijn klasgenoten.
- Ik werk rustig en geconcentreerd, en volg instructies op.
- als ik iets mors, of laat vallen ruim ik dit gelijk op. als ik glaswerk laat vallen ruim ik dit op in de glasbak
- aan het einde van de les, maak ik al het gebruikte glaswerk schoon en zet het netjes weg. en maak de tafel schoon
regels met de brander:
Practicum 1: eerste practicum les
Leerdoelen:
aan het einde van deze les:
- kun je de brander op de juiste manier aantsteken
- weet je hoe je veilig werkt met de brander.
- weet je welke kleur vlam je gebruikt bij verwarmen.
1.1 Stofeigenschappen
Leerdoelen 1.1
Aan het einde van deze paragraaf weet je:
- weet je wat stofeigenschappen zijn
- kun je stoffen herkennen aan hun stofeigenschappen en kun je hierbij voorbeelden geven
- ken je de betekenis van een aantal gevarensymbolen.
Inleiding:
Tijdens de introductie les heb je geleerd dat wij in de scheikunde continu bezig zijn met stoffen. Scheikundige zijn continu bezig met onderzoek naar stoffen. Hoe maak ik nieuwe stoffen, hoe kan ik nieuwe medicijnen maken of hoe kan ik bestaande stoffen veranderen, zodat deze bijvoorbeeld sneller afbreken in het milieu.
Het draait niet altijd in de scheikunde om maken van nieuwe stoffen. Er wordt ook onderzoek gedaan naar bestaande stoffen en waar we deze nog meer voor kunnen gebruiken. Zowel bij het maken van nieuwe stoffen als het veranderen en aanpassen van bestaande stoffen zijn de stofeigenschappen van belang.
Stofeigenshappen zijn de kenmerken waaraan je een stof kunt herkennen. Elke stof heeft zijn eigen unieke combinatie van stofeigenschappen.
Waaraan kun je bijvoorbeeld suiker herkennen ?
Opdracht 1: stofeigenschappen
opdrachten 1 stofeigenschappen
lees paragraaf 1 stofeigenschappen door op bladzijde 8 t/m 12 door
- log in op de chromebook en pc en ga naar teams. klik op link in teams.
- open het gelinkte bestand hieronder en beantwoord de vragen.
- als je alle vragen hebt beantwoord download het bestand door rechtsboven op het pijltje te klikken en klik op downloaden met wijzigingen.
- open teams en ga naar opdrachten.
- klik op opdracht 1 stofeigenschappen en klik op bijvoegen. zoek het bestand en voeg deze toe
- klik daarna op inleveren opdracht.
Opdracht 2: stoffen herkennen aan stofeigenschappen
In de eerste opdracht heb je geleerd over verschillende stofeigenschappen. In deze opdracht ga je in duo's van 3 verschillende stoffen de speciefieke stofeigenschappen opzoeken die horen bij de stof. hieronder zie je een voorbeeld van de stof water.

opdracht:
- Haal bij de docent de kaartjes op met de drie verschillende stoffen.
- pak een chromebook of pc en start deze op en log in.
- open powerpoint. elke stof werk je uit op 1 slide in powerpoint. jullie powerpoint heeft dus in totaal 3 slides
- zoek een plaatje op van de stof. en voeg deze toe aan de powerpoint.
- Zoek van elke stof acht verschillende stofeigenschappen op en zorg dat deze op de slide komen te staan.
- Als de stof "gevaarlijk" is voeg dan ook de juiste gevaren symbolen toe aan de slide.
als je klaar bent sla de powerpoint op onder de volgende naam: opdracht2-naamleerlingen (voorbeeld: opdracht2-keesjansen-Harryklaasen)
- open teams en ga naar opdrachten en kies voor opdracht 2 stoffen herkennen aan hun eigenschappen.
- voeg de powerpoint toe en lever de opdracht in.
practicum: stofeigenschappen
In paragraaf 1.1 heb je geleerd over stofeigenschappen. Tijdens dit practicum gaan jullie 6 stoffen de stofeigenschappen bepalen / onderzoeken. Het doel is om aan de hand van de stofeigenschappen te bepalen welke stof in welk potje zit.
onderzoeksvraag: welke stof zit in welk potje.
1.2 Fasen en fase overgangen
leerdoelen 1.2:
aan het einde van deze paragraaf weet je:
- ik weet wat het deeltjesmodel is en ken hiervan de 4 kenmerken
- ik weet in welke fase (toestandsaanduiding) een stof kan voorkomen en weet de betekenis
- ik weet welke zes faseovergangen er kunnen plaatsvinden.
- ik kan uitleggen wat de invloed van temperatuur is op de snelheid en aantrekkingskracht van moleculen.
Introductie:
in de afgelopen lessen hebben we gekeken naar stoffen en stofeigenschappen. zo heb je geleerd dat één van de stofeigenschappen van een stof de fase (bij kamertemperatuur) is. een stof kan in drie fasen voorkomen. Vast, vloeibaar/vloeistof en gas.
Opdracht 3: puzzel
opdracht 3: puzzel + opdrachten boek.
Haal de puzzel op bij de docent.
- gebruik je boek als hulpmiddel voor het oplossen van de puzzel (paragraaf 1.2 blz. 19 t/m 21)
- sommige antwoorden bestaan uit meerdere woorden. schrijf de woorden dan aan elkaar vast.
- als je de puzzel hebt opgelost dan vindt je een woord als oplossing.
als je klaar bent met de puzzel maak dan de opdrachten 6 t/m 10 op bladzijde 22 t/m 25.
opdracht 4
1.3 Zuivere stoffen en mengsels
leerdoelen 1.3:
aan het einde van deze paragraaf kun je:
- uitleggen wat het verschil is tussen een zuivere stof en een mengsel
- uitleggen wat er met de temperatuur van een zuivere stof gebeurt tijdens een faseovergang
- uitleggen wat er gebeurt met de temperatuur van een mengsel tijdens een faseovergang.
Introductie:
opdracht 5
practicum smeltpunt / stolpunt
Doel: Het doel van dit practicum is om het smeltpunt / stolpunt te bepalen van twee onbekende stoffen en te bepalen of je te maken hebt met zuivere stoffen of mengsels.
Practicum:
- Pak per duo 1 chromebook en zet deze op de verhoging op de tafel (zorg er voor dat je veilig werkt.
- open teams ga naar opdrachten en kies voor smeltpunt / stolpunt bepalen.
- open het pdf bestand practicum stolpunt / smelpunt en volg de instructie. (vergeet niet de namen te noteren in het bestand)
- noteer je meetresultaten in het bestand.
- Ruim als je klaar bent alle gebruikte spullen netjes op (vergeet niet het gebruikte glaswerk goed schoon te maken)
- als je tijd hebt kun je alvast beginnen met de verwerking van de meetresultaten.
Verwerking meetresultaten (2e les)
tijdens het practicum heb je op meerdere momenten de temperatuur gemeten. Deze metingen ga je nu uitwerken in een grafiek. In totaal gaan jullie twee grafieken maken.
- 1e grafiek digitaal in Excel
- 2e grafiek op papier.
grafiek excel:
- open teams en open het excel bestand.
- lees goed de instructie op het tablad instructie
- verwerk je resultaten en maak de grafiek
grafiek papier:
- haal grafiefpapier / ruitjespapier op bij de docent
- Maak een grafiek op papier. zet hierbij de tijd op de horizontale as en de temperatuur op de verticale as
1.4 Mengsels
Leerdoelen 1.4:
aan het einde van deze paragraaf kun je :
- uitleggen wat een oplossing is en voorbeelden hiervan benoemen
- uitleggen wat een suspensie is en voorbeelden hiervan benoemen
- uitleggen wat een emulsie is en voorbeelden hiervan benoemen
- kun je herkennen of een mengsel een oplossing, suspensie of een emulsie is.
opdracht 6
Toetsvoorbereiding
Het wordt nu tijd om voor te bereiden op de 1e toets van het jaar. Hieronder vindt je een aantal tips om je goed voor te bereiden op je toets scheikunde.
Tips:
- werk de leerdoelen uit. Als jij de leerdoelen kunt uitleggen aan je klasgenoot dan beheers je de stof en ben je klaar voor de toets.
- maak zelf een hand geschreven samenvatting / spiekbrief / begrippenlijst.
- maak de hieronder opgeschreven opdrachten in je boek en kijk ze na en verbeter de foute antwoorden. snap je niet wat je fout hebt gedaan, stel dan vragen aan de docent.
- maak de oefentoets en kijk deze na. als je twijfelt of iets goed of fout is vraag je docent.
- begin op tijd. je maakt het je zelf makkelijker door op tijd te beginnen met leren.
Scheikunde is vooral doen. Als je doet wat geadviseerd wordt kun je goed scoren op scheikunde.
voor de eerste toets gaan we deze week aan de slag met een tweetal opdrachten om je te helpen in voorbereiding op de toets.
opdracht begrippenpuzzel
Instructie:
Om je te helpen in jou voorbereiding op de toets ga je in deze opdracht aan de slag met het maken van een digitale
opdracht (3p):
- Ga naar https://puzzel.org
- kies voor kruiswoordpuzzel.
- verwerk in je opdracht minimaal 15 begrippen die horen bij .
- Bji elk begrip moet je ook een vraag of omschrijving toevoegen.
- Je puzzel moet ook een eindoplossing hebben. klik op instellingen.
- verander de naam van je puzzel in: begrippen puzzel H1 - je eigen naam + klas
- bedenk een eindoplossing die te maken heeft met H1. dit kan een begrip zijn, een woord of een zin.
Inleveren:
- als je puzzel klaar is klik dan op publiceren
- kies voor sla op als plaatje. als het goed is wordt er nu een plaatje van je puzzel gedownload.
- lever het plaatje in teams in bij opdracht begrippenpuzzel.
De docent print de volgende les de puzzels uit zodat deze kunnen worden gemaakt als voorbereiding op de toets.
opdracht spiekbrief
doel: het schrijven van een hand geschreven spiekbrief:
instructie:
jullie krijgen 25 min voor het schrijven van een spiekbrief over de stof van H1 stoffen en mengsels. de spiekbrief mag maximaal 1 kantje van een a4 papier groot zijn en moet handgeschreven zijn. deze opdracht wordt indiviueel gemaakt. iedereen maakt dus zelf een spiekbrief
Na 30 min verzameld de docent de spiekbrieven en gaat zowel de klas als de docent bepalen welke spiekbrief het beste is.
hulpmiddelen:
- boek
- gemaakte opdrachten (terug te vinden in teams)
Leerdoelen H1
De toets gaat over de stof van Hoofdstuk 1: paragraag 1 t/m 4
De toets gaat over de volgende leerdoelen:
oefentoets
Beoordeling en planning
Planning
Hieronder vind je globaal de planning voor hoofdstuk 1. Afhankelijk van het rooster is les 1 een practicum les
week |
les 1 |
les 2 |
bijzonderheden |
37
(9 -13 sep)
|
practicum 1 |
1.1 stofeigenschappen |
|
38
(16-20 sep)
|
practicum 2 |
1.2 fase en faseovergangen |
|
39
|
practicum 3 |
1.3 stolpunt / smeltpunt |
|
40 |
|
1.3 stolpunt / smeltpunt |
|
41 |
practicum 4 |
1.4 soorten mengsels |
|
42 |
|
|
|
43 |
|
|
|
beoordeling:
aan het einde van het hoofdstuk krijg je een cijfer. Het cijfer bestaat uit twee onderdelen.
1. 30 % van je cijfer kun je verdienen met de opdrachten in de les. door actief mee te doen en opdrachten goed uit voeren scoor je opdracht punten.
2. 70% van je cijfer verdien je met de theorietoets aan het einde van het hoofdstuk.
voorbeeld cijferbepalen:
- met de opdrachten kun je in totaal 30 punten behalen
- met de toets kun je in totaal 70 punten behalen.
- totaal 100 punten
Kees haalt 25 punten op de opdrachten in de les, en haalt 40 punten op de toets. het cijfer dat kees heeft behaald is:
25 + 40 = 65 = 6,5
Scheikunde