Antwoorden verbranding
Opgaven verbranding + antwoorden
-
Wat zijn de voorwaarden voor verbranding?
Brandstof, zuurstof en ontbrandingstemperatuur
-
Noem 3 manieren om een brand te blussen
weghalen brandstof ( bv gas uitdraaien), weghalen zuurstof (schuimblusser), afkoelen tot onder de ontbrandingstemperatuur ( water)
-
Vul de volgende tabel in
vuurverschijnselen
|
Wat is het?
|
Vlam
|
Hete gassen, zo heet dat ze zichtbaar licht uitzenden
|
Gloeien
|
Vaste stof die zo heet is, dat er zichtbaar licht uitgezonden wordt
|
vonk
|
Wegspattende, gloeiende vaste deeltjes
|
Opgaven brand + antwoorden
Geef de reactievergelijk van de verbranding van
-
Zwavel, er ontstaat zwaveldioxide.
S + O₂ -> SO₂
-
Methaan
CH₄ + 2 O₂ -> CO₂ +2 H₂ O
-
Waterstof
2H₂ + O₂ -> 2H₂O
Antwoorden volledige en onvolledige verbranding
Opgaven volledige en onvolledige verbranding + antwoorden
-
Koolmonoxidemelder
Op bovenstaand plaatje zie je een koolstofmonoxide melder.
-
Leg uit waarom het plaatsen van een koolstofmonoxide melder belangrijker is in een caravan dan het plaatsen van zo’n melder in je huis. Caravan is een kleinere ruimte en moeilijker te ventileren
-
De dichtheid van koolmonoxide is iets kleiner dan de dichtheid van lucht. Waar kun je melder het beste plaatsen, bij de grond , op een hoogte van 1,20 m of aan het plafond?
Aanbevolen hoogte is 1,20, omdat CO ongeveer dezelfde dichtheid heeft als lucht, zal het niet echt omhoog gaan of naar de bodem zakken
-
Geef de reactievergelijking van de verbranding van methaan, waarbij koolstofmonoxide en water ontstaat.
2CH₄ + 3 O₂ -> 2CO + 4H₂O
-
De MAC-waarde ( de maximaal aanvaardbare concentratie) van CO is 55 mg per m³ lucht. Hoeveel CO mag er aanwezig zijn in een caravan met een inhoud van 22 m³?
22 x 55 mg = 1210 mg CO maximaal
-
Geef de reactievergelijking van de volledige verbranding van
a. propaan (C₃H₈)
C₃H₈ + 5O₂ -> 3CO₂ + 4H₂O
b. butaan (C₄H10)
2 C₄H10 + 13O₂ -> 8CO₂ + 10H₂O
c. octaan (C₈H18)
2 C₈H18 + 25O₂ -> 16CO₂ + 18H₂O
3. De gasbrander brandt met een gele vlam. Heb je hier te maken met volledige of onvolledige verbranding? Onvolledig, de gele kleur komt door gloeiend roet. Als je meer lucht, dus zuurstof toevoegt wordt de vlam blauw. Er ontstaat geen roet meer.
4 Op de camping koken Jan en Floris op een propaangasbrander. Ze verbruiken 4,4 g propaan.
Geef de reactievergelijking van de volledige verbranding van propaan
a. propaan (C₃H₈)
C₃H₈ + 5O₂ -> 3CO₂ + 4H₂O
Ze hebben de totale massa van de reactieproducten gemeten. De totale massa is 20,4 g.
b. Bereken hoeveel gram zuurstof is gebruikt?
20,4 – 4,4 = 16 g zuurstof
c Bereken in welke verhouding propaan en zuurstof met elkaar reageren?
4,4: 16 of 1:3,6
-
Bereken hoeveel dm³ zuurstof Jan en Floris voor de verbranding nodig hebben. Gegeven is de dichtheid van zuurstof = 1,43 g/dm³.
Dichtheid = massa/volume dus volume = massa/dichtheid
Massa = 16 g Volume = 16/1,43 = 11,2 dm³
Antwoorden broeikaseffect en zure regen
Opgaven broeikaseffect en zure regen
-
Noem 3 dingen die je zou kunnen doen om het versterkt broeikaseffect te verminderen.
Je moet zorgen voor minder CO₂ uitstoot, dus minder autoritten, vliegreizen. Je zou andere brandstoffen moeten gebruiken of windenergie of zonne- energie gebruiken. Je zou ook meer bomen kunnen planten.
-
Waarom is het belangrijk dat afspraken over vermindering van CO₂ uitstoot wereldwijd gemaakt worden?
Als je alleen in Nederland de CO₂ uitstoot verminderd, maar in de rest van de wereld niks doet, gebeurt er natuurlijk nog weinig.
-
Noem 4 menselijke activiteiten waarbij brandstoffen worden gebruikt.
- opwekken elektrische energie
- verwarming
- vervoer
- industrie
-
In elektrische auto’s zit geen benzinemotor maar een elektromotor. Omdat deze geen benzine maar elektrische energie gebruikt, denkt Martijn dat de elektrische auto’s niet bijdragen aan het versterkte broeikaseffect.
a. Bedenk een reden waarom Martijn gelijk zou kunnen hebben.
Elektrische auto’s stoten geen CO₂ uit.
b. Bedenk een reden waarom Martijn ongelijk zou kunnen hebben.
Als bij het opwekken van de elektrische energie, fossiele brandstoffen zijn gebruikt is er natuurlijk nog CO₂ vrijgekomen
Antwoorden oefentoets
Oefenopgaven voor de toets over wiki ‘verbranding’
Opgave 1
Geef de reactievergelijking van de verbranding van
-
Koolstofmono oxide
2CO + O₂ -> 2CO₂
-
Natrium, er ontstaat natriumoxide (Na₂O)
4Na + O₂ -> 2Na₂O
-
IJzer, er ontstaat ijzeroxide ( Fe₂O₃)
4Fe + 3O₂ -> 2Fe2O3
-
Kaarsvet ( C18H26O2)
2C18H26O2 + 47 O₂ -> 36CO₂ + 26 H₂O
Opgave 2
Jan verbrandt 4,5 gram magnesium. Na de reactie weegt hij het reactieproduct en leest op de weegschaal af dat er 7,5 gram magnesiumoxide (MgO) is ontstaan.
-
Met welke stof reageert het magnesium bij verbranding?
met zuurstof
-
Geef de reactievergelijking van de verbranding van magnesium.
2Mg + O₂ -> 2MgO
-
Bereken in welke massaverhouding magnesium en zuurstof reageren.
7,5 – 4,5 = 3 gram. Dus: 4,5 g Mg reageert met 3 g O₂
De verhouding is dus 3: 2.
Opgave 3
Geef de reactievergelijking voor de volledige verbranding van ethanol (C₂H₆O)
C₂H₆O + 3O₂ -> 2CO₂ + 3 H₂O