Dark Ager

Dark Ager

0. Info startweek

Kader/Mavo

Geloofsgenoot

Het Christendom

Misschien heb je al eens wat geleerd over het Christendom. Om even jezelf een geheugensteuntje te geven beantwoord je de onderstaande vragen:

  1. Noem drie dingen die jij al weet over het Christendom.

In deze badge ga je het volgende leren:

  1. De verspreiding van het Christendom in Europa.
  2. Het leven in een klooster

—------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Verspreiding van het Christendom

Om te begrijpen hoe het Christendom kon verspreiden in Europa, beginnen we in Engeland.

Het verhaal wat wordt gekoppeld aan de komst van het Christendom in Engeland gaat als volgt: de monnik Beda zag een tot slaaf gemaakte op een Romeinse slavenmarkt. Deze jonge man had felblauwe ogen en blond haar. Hij was echt een mooie verschijning. Beda vroeg aan de verkoper waar deze jongeman vandaan kwam. Volgens de slavenhandelaar waren alle tot slaaf gemaakte Angelen. Dit volk kwam uit het huidige Engeland. Beda besloot dat dit volk tot het Christendom bekeerd moest worden, aangezien deze jongemannen er uitzagen als engelen. Monnik Augustinus werd met open armen ontvangen in Engeland en vanaf toen begon vanuit daar het bekeringswerk.

 

Missionaris Willibrord (658-739) was één van de velen die zich bezighield met het bekeringswerk. Een missionaris is iemand die het geloof gaat verspreiden. Dat doen zij aan de hand van bekeringswerk en dat zijn dus de dingen die zij doen om mensen tot het Christendom te laten bekeren.

Zijn eerste taak was de kerk van Sint-Maarten in Utrecht her op te bouwen, nadat deze was verwoest door het Germaanse volk: de Friezen. Vanuit Utrecht trok Willibrord naar het Friese grondgebied. Hier bereikte hij niet wat hij voor ogen had toen hij zijn bekeringswerk aanging.

Zijn opvolger was Bonifatius (672-754). Bonifatius had meer kennis dan Willibrord en kon dus op meer vragen antwoord geven. Bonifatius ging meerdere keren naar de Friezen, maar het leverde maar weinig op. Hij heeft zelfs een tijdje het bekeringswerk neergelegd. Op latere leeftijd begon hij weer en dit keer niet alleen. Bonifatius had contact met Pepijn de Korte en hij stuurde Frankische krijgers om Bonifatius te steunen in zijn bekeringswerk. Dit eindigde niet goed.

Bonifatius en zijn legertje werden op een dag aangevallen door het Friese volk. De Frankische krijgers kregen van Bonifatius de opdracht hun wapens neer te leggen, zo had God het namelijk niet gewild. De krijgers gingen als een menselijk schild om Bonifatius heen staan en de Friezen slachten alle mannen en Bonifatius af.

Pas later toen Karel de Grote aan de macht was, werden er stappen gezet in het bekeringswerk.

 

  1. Maak een tweeluik over de verspreiding van het Christendom. Dit doe je als volgt:

1. Deel een stuk papier door twee. Je hebt nu twee vakken waarin je een tekening kan maken.

2. Maak op tekening één een afbeelding van het werk van Willibrord

3. Maak op tekening twee een afbeelding van het werk van Bonifatius of het einde van zijn leven.

4. Versier je tweeluik, zodat het lijkt alsof het echt ergens opgehangen kan worden (denk aan een mooi lijstje en het gebruik van kleuren). Er mag geen wit meer zichtbaar zijn.

 

Het leven in een klooster

Het leven in een klooster was niet voor iedereen weggelegd. Het doel van het leven in een klooster was om direct na de dood in de hemel opgenomen te worden. Dit deed men door zich compleet terug te trekken uit de wereld om in complete eenzaamheid of met gelijkgezinden samen te leven.

 

De monniken hadden wel een dagindeling in het klooster. De dag werd ingedeeld in acht delen. Elk dagdeel had een werkzaamheid die hoorde bij het vereren van God en Jezus of het onderhouden van het klooster. Voor elk dagdeel werd er ook gebeden. Eén van de werkzaamheden was het overschrijven van christelijke geschriften. Door deze inzet van de monniken zijn er veel geschriften bewaard gebleven en vertaald. Voor de rest werkten de monniken in en rondom het klooster. Zij werkten in de moestuinen en zorgden dat het klooster schoon bleef. Ook werd er voor elkaar gekookt.

Om als monnik bij het klooster te kunnen intreden moesten zij zich aan drie dingen houden: armoede, kuisheid en gehoorzaamheid. Bij armoede was het de bedoeling dat zij afstand namen van al hun bezit. Voor kuisheid moesten de monniken zich onthouden van seksueel verkeer en voor gehoorzaamheid onderwierpen de monniken zich aan de abt. De abt was de baas van het klooster.

 

  1. Je gaat je nu verplaatsen in de schoenen van een monnik. Je gaat een dagboekbladzijde schrijven waarin jij de dag van een monnik beschrijft. Dat doe je als volgt:

1. Het moet minimaal 150 woorden zijn.

2. Je benoemt minimaal 2 gebeden

3. Je benoemt minimaal 3 werkzaamheden

4. In jouw dagboekbladzijde komen twee van de drie afspraken voor het intreden in het klooster terug.

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

De Islam

Terwijl het Christendom zich aan het ontwikkelen en verspreiden was in het westen van de wereld gebeurde er een soortgelijk iets in het oosten van de wereld. Hier ontstond namelijk de Islam.

 

  1. Wat weet jij al over de Islam?

 

—------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Om te begrijpen hoe de Islam zich heeft kunnen verspreiden gaan we eerst kijken naar het Midden-Oosten voor de komst van Mohammed, de eerste profeet van de Islam.

De volken in het Midden-Oosten leefden vooral van het houden van schapen, geiten en kamelen. De leiders waren de familiehoofden en er werd van de bewoners verwacht dat zij hun naasten liefhebben. Daarnaast hadden deze volken een polytheïstische geloof. Dat betekent dat zij in meerdere goden geloofden.

 

  1. Welk volk had hiervoor ook een geloof met meerdere goden?
  2. Kan je drie van die goden noemen?

 

In de zesde eeuw gingen deze volken zich steeds meer vestigen in oases. Dat zijn groende gebieden in droge gebieden.

Hun vaste woonplaatsen zorgden ervoor dat zij over konden gaan op landbouw. Hierdoor ontstond er ook handel onder de verschillende stammen. Rijkere boeren kregen hierdoor steeds meer te zeggen in het bestuur. De rijke boeren verdeelden hun winst en rijkdommen niet, waardoor er een verschil in rijk en arm ontstond.

 

Mohammed zag deze bizarre omstandigheden van een afstand. Hij was een koopman, waardoor hij veel rondtrok, ook richting het westen. Hier kwam hij in contact met het jodendom en het christendom. De traditionele waarden van broederschap en zorgen voor de armen nam hij mee terug naar het Midden-Oosten aan het begin van de zevende eeuw. Daarnaast nam hij het idee van één god over van deze twee geloven.

Door zijn vele handelscontacten kwamen zijn ideeën terecht in Mekka. Daar waren de hoge koopmannen en familiehoofden niet blij mee. Mohammed werd naar Medina gedreven, zo een 300 kilometer verder op. In Medina werd hij met open armen ontvangen, hier zou hij voor een lange tijd verblijven. Uiteindelijk ging Mohammed terug naar Mekka, waar hij twee jaar later stierf in 632.

 

  1. Maak een strip over het leven van Mohammed. Deze strip moet bestaan uit minimaal 4 plaatjes en moet kleur bevatten.

 

Na de dood van Mohammed was de verspreiding van de Islam niet afgelopen. Veel Moslims zagen Mohammed als de laatste boodschapper van God. Daarbij schreven zij de sharia, de religieuze wet. Je houden aan deze wet zou zorgen dat je gestuurd zou worden op het juiste pad.

Om de Islam verder te verspreiden werden er een hele hoop oorlogen gevoerd in het westen van Europa en in Afrika. Als eerste probeerden de Moslims via het Frankische Rijk Europa binnen te komen. Dat lukte niet, het Frankische leger versloeg het leger van de Moslims.

In Afrika wisten ze wel veel landen te veroveren en te laten bekeren tot de Islam. Via Marokko wisten de Moslims Spanje te bereiken. De Spaanse koning vroeg aan Karel de Grote voor hulp, dat mocht alleen niet baten. De Moslims worden en hebben voor een langere tijd een gedeelte van Spanje in hun macht gehad.

 

  1. Benoem twee dingen die zijn veranderd binnen de verspreiding van de Islam na de dood van Mohammed.
  2. Als je kijkt naar de oorsprong van de Islam door Mohammed en de manier waarop de Islam uiteindelijk werd verspreid, past dit bij het idee van Mohammed? Leg uit.

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

De eindopdracht

Voor de eindopdracht ga je het Christendom en de Islam met elkaar vergelijken.

Zowel het Christendom als de Islam hebben allebei een aantal regels waar je als gelovige aan moet houden. Voor de Christenen zijn dat de 10 geboden, voor de Moslims zijn dat de 5 zuilen. Nu is het aan jou om zowel voor de 10 geboden en de 5 zuilen icoontjes te maken waarin de boodschap duidelijk wordt overgebracht.

 

  1. Zoek de 5 zuilen op.
  2. Maak een schets per zuil van een afbeelding die de inhoud van de zuil weergeeft.
  3. Maak de definitieve versie van de afbeeldingen.
  4. Knip deze uit en plak ze op een A3 papier
  5. Geef het A3 papier een passende titel, dit wordt namelijk het product wat je inlevert.
  6. Doe hetzelfde, alleen dan voor de 10 geboden. Je plakt deze op hetzelfde A3 papier.
  7. (H/V) Schrijf op de poster twee overeenkomsten en twee verschillen van de 10 geboden en de 5 zuilen op.

 

Reflectie

 

Nog niet behaald

Doel

Behaald

 

Aan het einde van deze badge kan ik in eigen woorden uitleggen hoe het Christendom zich verspreiden over Europa

 
 

Aan het einde van deze badge kan ik in eigen woorden beschrijven hoe het leven in een klooster er uit zag.

 
 

Aan het einde van deze quest kan ik aan de hand van een stripverhaal uitleggen hoe de Islam is ontstaan.

 
 

Aan het einde van deze badge kan ik uitleggen hoe de Islam zich heeft verspreid tot Europa.

 
 

(H/V) Aan het einde van deze quest kan ik in eigen woorden uitleggen wat de verschillen en overeenkomsten zijn tussen de religieuze wetten van het Christendom en de Islam.

 

 

Knights with benefits

Het Romeinse Rijk van de vorige badge was natuurlijk niet ineens verdwenen. Er was een hele hoop gebeurd dat er uiteindelijk voor zorgde dat het West-Romeinse Rijk viel en er een nieuw bestuur aan de macht kwam.

 

  1. Noem 5 dingen die jij nog weet over het Romeinse Rijk
  2. Wat weet jij al over de middeleeuwen?

 

Om het ‘nieuwe Europa’ beter te begrijpen gaan we kijken naar Frankrijk. Het land van de Franken, Karel de Grote, de heer en de vazal. Of zoals we het nu kennen van vakanties in de Dordogne en Parijs: baguette (stokbrood), berets (zo een leuk petje), en mime.

Dit zijn de doelen die daarbij horen:

 

  1. Aan het einde van deze badge kan je uitleggen wat het feodalisme is.
  2. Aan het einde van deze badge kan je verschillende manieren noemen waarmee Karel de Grote het bestuur centraal kon houden.
  3. Aan het einde van deze badge kan jij in afbeeldingen laten zien wie Karel de Grote was en wat hij heeft gedaan voor het Frankische Rijk.

—------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Voordat we gaan kijken naar Europa van de achtste en negende eeuw gaan we kijken wat er daarvoor gebeurd is.

Toen het Romeinse Rijk eenmaal was gevallen, was Clovis aan de macht in het gebied van het huidige Frankrijk. Toen Clovis was overleden is zijn gebied verdeeld over zijn vier zonen. Dat is best bijzonder, want normaal werd een land via de erfenis gegeven aan de oudste zoon. Zo ging dit verder tot Karel de Grote aan de macht kwam.

 

Voor we gaan kijken naar Karel de Grote, gaan we het eerst even kort hebben over Pepijn de Korte. Pepijn de Korte ging een bijzondere samenwerking aan met de paus van Rome.

Rome moest zich verdedigen tegen een vijandig volk uit het oosten van de wereld. De paus vroeg daarom Pepijn de Korte om hulp. Dat zou Pepijn de Korte geven als hij werd benoemd tot koning. Daar gaf de paus toestemming voor en zo werd Pepijn de Korte gekroond tot koning.

 

  1. Stel je moet bovenstaande informatie kort uitleggen aan iemand die hier niks van weet. Hoe zou je dat doen? Schrijf je uitleg op.

 

Karel de Grote was de zoon van Pepijn de Korte. Samen met zijn broer Karloman bestuurde hij het Frankische Rijk. Karloman overleed in 771 en Karel de Grote zag zijn kans en veroverde het gebied van Karloman. Zo werd Karel de Grote alleenheerser van het Frankische Rijk.



 

Het Frankische rijk. De oranje gebieden zijn de uitbreidingen van Karel de Grote.

 

In het jaar 800 werd Karel de Grote gekroond tot keizer van het Frankische rijk. Dit gebeurde door de paus van Rome. Dit was zeer bijzonder, want Karel de Grote was de eerste keizer sinds de val van het Romeinse Rijk.

Karel de Grote was een zeer belangrijke man vanaf dit moment in de wereld. Leiders uit het oosten van de wereld waren ook bekend met Karel de Grote. Om te laten blijken dat ze hem serieus namen kreeg Karel de Grote op een gegeven moment een olifant als cadeau, genaamd Abul-Abbas. Abul-Abbas heeft een aantal jaar in het Frankische Rijk geleefd. Uiteindelijk is hij een ongelukkige dood tegemoet gegaan toen hij verdronk in de Rijn.

 

  1. Wat maakt de kroning van Karel de Grote tot keizer zo bijzonder?
  2. Waarom kon Karel de Grote alleenheerser worden van het Frankische Rijk?
  3. Wat zegt Abul-Abbas over de positie van Karel de Grote in de wereld?

 

Bestuur

Het Frankische rijk was een groot gebied om te besturen. Dit geldt voor alle koningen die aan de macht waren tijdens de vroege Middeleeuwen. Karel de Grote had hier wat op bedacht. Dat moest ook wel, aangezien hij een alleenheerser was.

Karel de Grote vond het belangrijk dat hij goed overzicht hield over zijn rijk. Zijn doel om het onderwijs verder te ontwikkelen, het Christendom te verspreiden en te zorgen dat iedereen netjes belasting betaalt. Dat kon hij niet alleen.

Hij benoemde een aantal hogere heren tot leenmannen. Zij ‘leende’ dus een stuk land van Karel de Grote en in ruil daarvoor mochten zij een gedeelte van de inkomsten van hun stukje land houden.

Wat veel leenmannen deden om het voor henzelf ook het bestuur behapbaar te houden was hun stukje land ook weer verdelen over een aantal heren. Zij waren dus ook leenmannen, maar dan van een leenman. Zo een leenman wordt ook wel een vazal genoemd. Dit systeem wordt ook wel het feodalisme genoemd, dat betekent ook wel het leenstelsel.

Kijk naar het plaatje hieronder voor wat meer duidelijkheid.

Feodalisme

 

Op deze stukken land was het hofstelsel in gebruik. Hier leer je meer over in de badge: dame/heer des huizes.

 

  1. Stel je moet het feodalisme aan iemand uitleggen die hier nog nooit van heeft gehoord. Hoe zou je dat doen? Schrijf deze uitleg uit en zorg dat je deze uitleg ook op een fysieke manier toont. Denk bijvoorbeeld aan het verdelen van een koekje (dit voorbeeld mag je niet gebruiken).

 

Andere hervormingen van Karel de Grote

Karel de Grote hield zich niet alleen bezig met het bestuur van zijn gebied. Zoals je in het vorige stukje hebt geleerd hield hij zich ook bezig met het onderwijs.

Karel de Grote wilde graag dat zijn onderdanen goed onderwijs konden krijgen. Vandaar dat hij een vorm van leerplicht instelde waarbij jongens uit rijke families naar school moesten. Hier leerden zij schrijven en lezen. Hij liet zelfs een nieuw alfabet ontwikkelen dat we kunnen zien als de start van ons huidige alfabet. Karel de Grote kon zelf ook een beetje lezen en schrijven en hij had zelfs een eigen handtekening!

Ook liet hij een nieuwe munt invoeren die door zijn hele rijk moest worden gebruikt. Daarnaast maakte hij het Christendom ook de religie van het Frankische Rijk. Hij heeft zich uiteindelijk ook in de dom van Aken laten begraven.

Dit deed hij allemaal om te zorgen dat het bestuur compleet centraal bleef en door hem uitgevoerd kon worden.

 

Eindopdracht

Zoals je hebt geleerd in deze quest heeft Karel de Grote aardig wat dingen veranderd in het Europa van de zevende en achtste eeuw.

Gelukkig zijn er nog aardig wat bronnen van deze tijd overgebleven. Het is nu aan jou om een beeldbank te maken over Karel de Grote. Een beeldbank is een verzameling afbeeldingen die horen bij één periode of persoon.

Dit doe je als volgt:

  1. Je kiest 4 foto's die passen bij de volgende onderwerpen: bestuur, onderwijs, christendom, geldeconomie.
  2. Je legt per foto in 100 woorden uit wat we zien en je koppelt het aan de stof die je hebt geleerd.

 

Reflectie

 

Nog verbeteren

Doelen

Op orde

 

Aan het einde van deze badge kan jij in afbeeldingen laten zien wie Karel de Grote was en wat hij heeft gedaan voor het Frankische Rijk.

 
 

Aan het einde van deze badge kan je uitleggen wat het feodalisme is.

 
 

Aan het einde van deze badge kan je verschillende manieren noemen waarmee Karel de Grote het bestuur centraal kon houden.

 






 

Dame/heer des huizes

In de badge ‘verhoudingen heer/vazal’ heb je al gelezen dat je in deze badge gaat leren over het hofstelsel. Het woord ‘hof’ doet je misschien denken aan het hoffelijke leven in de 17de eeuw, maar daar zijn we nog niet in de tijd. We zijn nog steeds bij de vroege middeleeuwen, waar dat 'hoffelijke leven’ er toch echt heel anders uit zag.

  1. Maak een tekening over wat je voor je ziet als je denkt aan een hof.
  2. Bewaar deze tekening! Die ga je later nog nodig hebben.

 

Wat je gaat leren in deze badge:

  1. Aan het einde van deze badge weet jij hoe het dagelijks leven in de vroege middeleeuwen eruitzag.
  2. Aan het einde van deze badge kan jij in eigen woorden het drieslagstelsel uitleggen.

—------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Als we kijken naar de samenleving van de vroege middeleeuwen, was het een agrarische samenleving. Dat betekent dat het een landbouwsamenleving was. Als we kijken naar het rijk van Karel de Grote woonde het grootste gedeelte van de burgers in kleine boerendorpen. Deze dorpen waren zelfvoorzienend. Hierdoor was handel buiten de dorpen niet nodig, de burgers konden alles in hun eigen dorpje vinden.

 

  1. Neem de dikgedrukte woorden over en zoek de betekenis op. Zet ze in eigen woorden.
    1. Bekijk het onderstaande filmpje. Maak tijdens het kijken aantekeningen.
    2. Maak nadat je het filmpje hebt gekeken nog een tekening over het ‘hof’.
    3. Omcirkel de onderdelen die anders zijn dan op de eerste tekening.

 

https://www.youtube.com/watch?v=YEDGoQCv0Zg

Aan het einde van het bovenstaande filmpje wordt het drieslagstelsel genoemd. Dit was een vorm van landbouw die werd gebruikt om de domeinen zelfvoorzienend te houden. Bekijk hieronder het filmpje.

https://www.youtube.com/watch?v=a77tS26_htg

  1. Teken het drieslagstelsel en zet de juiste benamingen op de onderdelen.
  2. Leg uit waarom het twee- en drieslagstelsel werd gebruikt.

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Je hebt nu een hele hoop geleerd over het dagelijks leven van de gewone burger tijdens de vroege middeleeuwen.

Nu vraag je je vast af hoe het nou zit met de ridders en de jonkvrouwen. Daar gaan we ons mee bezig houden in de eindopdracht. Kijk eens naar het filmpje hieronder.

https://www.youtube.com/watch?v=LgraF8JOTfg

 

Op het einde van dit filmpje zie je de ridders met hun schilden weglopen. Ze hebben niet hetzelfde schild, maar de schilden zijn wel mooi versierd. Deze versieringen waren niet willekeurig geschilderd. De schilden lieten het wapenschild van de heer zien waar deze ridders bij behoorden.

 

Een wapenschild laat altijd zien bij welke familie iemand hoort. Heeft jouw familie een wapenschild? Ontdek dat bij deze website: https://cbgfamiliewapens.nl/

Als je het wapenschild van jouw achternaam hebt gevonden (als die er is), maak een screenshot en plaats hem.

 

Voor nu is het tijd om je eigen wapenschild te ontwerpen:

  1. Eerst maak je een schets voor jouw wapenschild. Denk eraan dat je dus ook een vorm moet kiezen. Bekijk hiervoor verschillende wapenschilden op het internet.
  2. Deel jouw wapenschild op in vier delen. In elk deel ga je een afbeelding maken die met jou en/of je familie te maken heeft. Denk bijvoorbeeld aan een bijzonder verhaal of een beroep dat veel voorkomt in jouw familie. Misschien zijn er wel bepaalde huisdieren die veel in jouw familie te vinden zijn.

 

Reflectie

 

Nog niet behaald

Doel

Behaald

 

Aan het einde van deze badge weet jij hoe het dagelijks leven in de vroege middeleeuwen eruitzag.

 
 

Aan het einde van deze badge kan jij in eigen woorden het drieslagstelsel uitleggen.

 

 

Havo/Vwo

Geloofsgenoot

Het Christendom

Misschien heb je wel eens eerder wat geleerd over het Chirstendom. Om even jezelf een geheugensteuntje te geven beantwoord je de onderstaande vragen:

  1. Noem drie dingen die jij al weet over het Christendom.

 

In deze badge ga je het volgende leren:

  1. De verspreiding van het Christendom onder de Friezen.
  2. Het leven in een klooster

—------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Verspreiding van het Christendom

Om te begrijpen hoe het Christendom überhaupt in Europa kon verspreiden, beginnen we in Engeland.

Het verhaal wat wordt gekoppeld aan de komst van het Christendom in Engeland gaat als volgt: de monnik Beda zag een tot slaaf gemaakte op een Romeinse slavenmarkt. Deze jonge man had felblauwe ogen en blond haar. Hij was echt een mooie verschijning. Beda vroeg aan de verkoper waar deze jongeman vandaan kwam. Volgens de slavenhandelaar waren alle tot slaaf gemaakte Angelen. Dit volk kwam uit het huidige Engeland. Beda besloot dat dit volk tot het Christendom bekeerd moest worden, aangezien deze jongemannen er uitzagen als engelen. Monnik Augustinus werd met open armen ontvangen in Engeland en vanaf toen begon vanuit daar het bekeringswerk.

 

Missionaris Willibrord (658-739) was één van de velen die zich bezighield met het bekeringswerk. Zijn eerste taak was de kerk van Sint-Maarten in Utrecht her op te bouwen, nadat deze was verwoest door het Germaanse volk: de Friezen. Hierdoor werd het bisdom van Utrecht opgericht in naam van Willibrord.

Vanuit Utrecht trok Willibrord naar het Friese grondgebied. Hier bereikte hij niet wat hij voor ogen had toen hij zijn bekeringswerk aanging.

Zijn opvolger was Bonifatius (672-754). Bonifatius had meer kennis dan Willibrord en kon dus op meer vragen antwoord geven. Bonifatius ging meerdere keren naar de Friezen, maar het leverde maar weinig op. Hij heeft zelfs een tijdje het bekeringswerk neergelegd. Op latere leeftijd begon hij weer en dit keer niet alleen. Bonifatius had contact met Pepijn de Korte en hij stuurde Frankische krijgers om Bonifatius te steunen in zijn bekeringswerk. Dit eindigde niet goed. Bonifatius en zijn legertje werden op een dag aangevallen door het Friese volk. De Frankische krijgers kregen van Bonifatius de opdracht hun wapens neer te leggen, zo had God het namelijk niet gewild. De krijgers gingen als een menselijk schild om Bonifatius heen staan en de Friezen slachten alle mannen en Bonifatius af.

Pas later toen Karel de Grote aan de macht was, werden er stappen gezet in het bekeringswerk.

 

  1. Er staan drie begrippen dik gedrukt in de tekst. Zoek de betekenis op en leg deze uit in je eigen woorden.
  2. Maak een drieluik over de verspreiding van het Christendom. Dit doe je als volgt:

1. Deel een stuk papier door drie. Je hebt nu drie vakken waarin je een tekening kan maken.

2. Maak op tekening één een afbeelding van de bekering van Engeland

3. Maak op tekening twee een afbeelding van het werk van Willibrord

4. Maak op tekening drie een afbeelding van Bonifatius.

5.  Versier je drieluik, zodat het lijkt alsof het echt ergens opgehangen kan worden (denk aan een mooi lijstje en het gebruik van kleuren). Er mag geen wit meer zichtbaar zijn.

 

Het leven in een klooster

Het leven in een klooster was niet voor iedereen weggelegd. Het doel van het leven in een klooster was om direct na de dood in de hemel opgenomen te worden. Dit deed men door zich compleet terug te trekken uit de wereld om in complete eenzaamheid of met gelijkgezinden samen te leven.

 

De monniken hadden wel een dagindeling, het motto was dan ook: ‘ora et labora’, oftewel ‘bid en werk’. De dag werd ingedeeld in acht delen. Elk dagdeel had een werkzaamheid die hoorde bij het vereren van God en Jezus of het onderhouden van het klooster. Voor elk dagdeel werd er ook gebeden. Eén van de werkzaamheden was het overschrijven van christelijke geschriften. Door deze inzet van de monniken zijn er veel geschriften bewaard gebleven en vertaald. Dit kwam soms ook ongelukkig uit, aangezien ook monniken weleens schrijf- of vertalingsfouten maakten. Dit heeft ertoe geleid dat bijvoorbeeld de Bijbel door de tijd heen wat veranderingen qua taal en mogelijke interpretatie heeft gehad.

Daarnaast zorgden de monniken voor het eten. Zij waren zelfvoorzienend, dus alles kwam van de kloostergronden af en zorgden voor zichzelf en hun broeders in het klooster.  

Om als monnik bij het klooster te kunnen intreden moesten zij zich aan drie dingen houden: armoede, kuisheid en gehoorzaamheid. Bij armoede was het de bedoeling dat zij afstand namen van al hun bezit. Voor kuisheid moesten de monniken zich onthouden van seksueel verkeer en voor gehoorzaamheid onderwierpen de monniken zich aan de abt. De abt was de baas van het klooster.

 

  1. Je gaat je nu verplaatsen in de schoenen van een monnik. Je gaat een dagboekbladzijde schrijven waarin jij de dag van een monnik beschrijft. Dat doe je als volgt:

1. Het moet minimaal 200 woorden zijn.

2. Je benoemt minimaal 3 gebeden

3. Je benoemt minimaal 3 werkzaamheden

4. In jouw dagboekbladzijde komen de drie afspraken voor het intreden in het klooster terug.

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

De Islam

Terwijl het Christendom zich aan het ontwikkelen en verspreiden was in het westen van de wereld gebeurde er een soortgelijk iets in het oosten van de wereld. Hier ontstond namelijk de Islam.

 

  1. Wat weet jij al over de Islam?

 

—------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Om te begrijpen hoe de Islam zich heeft kunnen verspreiden gaan we eerst kijken naar het Midden-Oosten voor de komst van Mohammed, de eerste profeet van de Islam.

De volken in het Midden-Oosten leefden vooral van het houden van schapen, geiten en kamelen. De leiders waren de familiehoofden en er werd van de bewoners verwacht dat zij hun naasten liefhebben. Daarnaast hadden deze volken een polytheïstische geloof.

 

  1. Wat is een polyteistisch geloof?
  2. Noem een ander voorbeeld van een volk met een polytheïstische geloof
  3. Benoem 5 goden van dit andere polytheïstische geloof

 

In de zesde eeuw gingen deze volken zich steeds meer settelen in oases. Hun vaste woonplaatsen zorgden ervoor dat zij over konden gaan op akkerbouw en veeteelt. Hierdoor ontstond er ook handel onder de verschillende stammen. Het gevolg hiervan was dat de rijkere boeren het voor het zeggen hadden. De rijke boeren verdeelden hun winst en rijkdommen niet, waardoor er een verschil in rijk en arm ontstond.

Mohammed zag deze bizarre omstandigheden van een afstand. Hij was een koopman, waardoor hij veel rondtrok. Ook richting het westen. Hier kwam hij in contact met het jodendom en het christendom. De traditionele waarden van broederschap en zorgen voor de armen nam hij mee terug naar het Midden-Oosten aan het begin van de zevende eeuw. Daarnaast nam hij het idee van één god over van deze twee geloven.

Door zijn vele handelscontacten kwamen zijn ideeën terecht in Mekka. Daar waren de hoge koopmannen en familiehoofden niet blij mee. Mohammed werd naar Medina gedreven, zo een 300 kilometer verder op. In Medina werd hij met open armen ontvangen, hier zou hij voor een lange tijd verblijven. Uiteindelijk ging Mohammed terug naar Mekka, waar hij twee jaar later stierf in 632.

 

  1. Maak een strip over het leven van Mohammed. Deze strip moet bestaan uit minimaal 6 plaatjes en moet kleur bevatten.

 

Na de dood van Mohammed was de verspreiding van de Islam niet afgelopen. Veel Moslims zagen Mohammed als de laatste boodschapper van God. Daarbij schreven zij de sharia, de religieuze wet. Je houden aan deze wet zou zorgen dat je gestuurd zou worden op het juiste pad.

Om de Islam verder te verspreiden werden er een hele hoop oorlogen gevoerd in het westen van Europa en in Afrika. Als eerste probeerden de Moslims via het Frankische Rijk Europa binnen te komen. Dat lukte niet, het Frankische leger versloeg het leger van de Moslims.

In Afrika wisten ze wel veel landen te veroveren en te laten bekeren tot de Islam. Via Marokko wisten de Moslims Spanje te bereiken. De Spaanse koning vroeg aan Karel de Grote voor hulp, dat mocht alleen niet baten. De Moslims worden en hebben voor een langere tijd een gedeelte van Spanje in hun macht gehad.

 

  1. Benoem twee dingen die zijn veranderd binnen de verspreiding van de Islam na de dood van Mohammed.
  2. Als je kijkt naar de oorsprong van de Islam door Mohammed en de manier waarop de Islam uiteindelijk werd verspreid, past dit bij het idee van Mohammed? Leg uit.
  3. Waarom zouden de Moslims gebieden in Europa willen veroveren?

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

De eindopdracht

 

Voor de eindopdracht ga je het Christendom en de Islam met elkaar vergelijken.

Zowel het Christendom als de Islam hebben allebei een aantal regels waar je als gelovige aan moet houden. Voor de Christenen zijn dat de 10 geboden, voor de Moslims zijn dat de 5 zuilen. Nu is het aan jou om zowel voor de 10 geboden en de 5 zuilen icoontjes te maken waarin de boodschap duidelijk wordt overgebracht.

 

  1. Zoek de 5 zuilen op.
  2. Maak een schets per zuil van een afbeelding die de inhoud van de zuil weergeeft.
  3. Maak de definitieve versie van de afbeeldingen.
  4. Knip deze uit en plak ze op een A3 papier
  5. Geef het A3 papier een passende titel, dit wordt namelijk het product wat je inlevert.
  6. Doe hetzelfde, alleen dan voor de 10 geboden. Je plakt deze op hetzelfde A3 papier.
  7. (H/V) Schrijf op de poster twee overeenkomsten en twee verschillen van de 10 geboden en de 5 zuilen op.

 

Reflectie

 

Nog niet behaald

Doel

Behaald

 

Aan het einde van deze badge kan ik in eigen woorden uitleggen hoe het Christendom zich verspreiden over Europa

 
 

Aan het einde van deze badge kan ik in eigen woorden beschrijven hoe het leven in een klooster er uit zag.

 
 

Aan het einde van deze quest kan ik aan de hand van een stripverhaal uitleggen hoe de Islam is ontstaan.

 
 

Aan het einde van deze badge kan ik uitleggen hoe de Islam zich heeft verspreid tot Europa.

 
 

(H/V) Aan het einde van deze quest kan ik in eigen woorden uitleggen wat de verschillen en overeenkomsten zijn tussen de religieuze wetten van het Christendom en de Islam.

 

 

Knights with benefits

Het Romeinse Rijk van de vorige badge was natuurlijk niet ineens verdwenen. Er was een hele hoop gebeurd dat er uiteindelijk voor zorgde dat het West-Romeinse Rijk viel en er een nieuw bestuur aan de macht kwam.

 

  1. Noem 5 dingen die jij nog weet over het Romeinse Rijk
  2. Wat weet jij al over de middeleeuwen?

 

Om het ‘nieuwe Europa’ beter te begrijpen gaan we kijken naar Frankrijk. Het land van de Franken, Karel de Grote, de heer en de vazal. Of zoals we het nu kennen van vakanties in de Dordogne en Parijs: baguette (stokbrood), berets (zo een leuk petje), en mime.

Dit zijn de doelen die daarbij horen:

  1. Aan het einde van deze badge kan jij in eigen woorden uitleggen hoe Europa is veranderd na de val van het Romeinse Rijk.
  2. Aan het einde van deze badge kan je uitleggen wat het feodalisme is.
  3. Aan het einde van deze badge kan je verschillende manieren noemen waarmee Karel de Grote het bestuur centraal kon houden.

—------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Tussen 400 en 800 is er enorm veel gebeurd in het gebied dat we nu Frankrijk noemen.

Laten we beginnen bij Clovis.

Clovis trad in 476 op als heerser van dit gebied. Dit gebied werd op dit moment het Gallische rijk genoemd. Het Gallische rijk was voor Clovis aan de macht kwam bondgenoten met het Romeinse Rijk. Clovis dacht hier alleen anders over. 30 jaar lang heeft Clovis er alles aan gedaan om het rijk uit te breiden. Zo veroverde hij gebieden van de Franken die in bezit waren van het Romeinse Rijk. Het gehele gebied kreeg een andere naam, namelijk het Merovingische Rijk.

 

Het oranje gebied was het Merovingische Rijk van Clovis.

 

Clovis komt uiteindelijk te overlijden en op dat moment gebeurt er iets bijzonders. Normaal gezien krijgt de oudste zoon de titel ‘erfgenaam’, oftewel hij krijgt het gebied als erfenis. Clovis denkt hier anders over en hij laat zijn rijk verdelen over zijn vier zonen. Op dit moment is het Merovingische Rijk dus verdeeld in vier. De vier nieuwe koningen gingen door met het uitbreiden van het grondgebied en ze werkten best goed samen.

In de eeuwen daarna bleef dit rijk zich uitbreiden en verdelen over meerdere koningen. Het werd dan ook vanaf de zevende eeuw het Frankische Rijk genoemd.

 

  1. Maak een tekening over het stukje tekst hierboven. Je tekening moet op A4 en mag tekst bevatten. Je gaat laten zien aan de hand van één scene hoe het grondgebied van Clovis door de jaren heen is veranderd. Je kan bijvoorbeeld het moment tekenen waarop die verandering begon.

 

Voor we gaan kijken naar Karel de Grote, gaan we het eerst even kort hebben over Pepijn de Korte. Pepijn de Korte ging een bijzondere samenwerking aan met de paus van Rome.

Rome moest zich verdedigen tegen een vijandig volk uit het oosten van de wereld. De paus vroeg daarom Pepijn de Korte om hulp. Dat zou Pepijn de Korte geven als hij werd benoemd tot koning. Daar gaf de paus toestemming voor en zo werd Pepijn de Korte gekroond tot koning.

 

Pepijn de Korte heeft een aantal kinderen op de wereld gezet, maar we focussen ons even op twee van deze kinderen: Karel (de Grote) en Karloman. Toen Pepijn de Korte was overleden kwamen deze twee zoons aan de macht. En toen Karloman in 771 overleed, snelde Karel zich naar het gebied van Karloman en veroverde dit. Verder bleef Karel zijn gebied uitbreiden.



Het Frankische rijk. De oranje gebieden zijn de uitbreidingen van Karel de Grote.

 

In het jaar 800 werd Karel de Grote gekroond tot keizer van het Frankische rijk. Dit gebeurde door de paus van Rome. Dit was zeer bijzonder, want Karel de Grote was de eerste keizer sinds de val van het Romeinse Rijk.

Karel de Grote was een zeer belangrijke man vanaf dit moment in de wereld. Leiders uit het oosten van de wereld waren ook bekend met Karel de Grote. Om te laten blijken dat ze hem serieus namen kreeg Karel de Grote op een gegeven moment een olifant als cadeau, genaamd Abul-Abbas. Abul-Abbas heeft een aantal jaar in het Frankische Rijk geleefd. Uiteindelijk is hij een ongelukkige dood tegemoet gegaan toen hij verdronk in de Rijn.

 

  1. Wat maakt de kroning van Karel de Grote tot keizer zo bijzonder?
  2. Wat zegt de kroning van Karel de Grote over de rol van de paus van Rome in Europa?
  3. Waarom kon Karel de Grote alleenheerser worden van het Frankische Rijk?
  4. Wat zegt Abul-Abbas over de positie van Karel de Grote in de wereld?

 

Bestuur

Het Frankische rijk was een groot gebied om te besturen. Dit geldt voor alle koningen die aan de macht waren tijdens de vroege Middeleeuwen. Karel de Grote had hier wat op bedacht. Dat moest ook wel, aangezien hij een alleenheerser was.

Karel de Grote vond het belangrijk dat hij goed overzicht hield over zijn rijk. Zijn doel om het onderwijs verder te ontwikkelen, het Christendom te verspreiden en te zorgen dat iedereen netjes belasting betaalt. Dat kon hij niet alleen.

Hij benoemden een aantal hertogen en hogere heren tot leenmannen. Zij ‘leende’ dus een stuk land van Karel de Grote en in ruil daarvoor mochten zij een gedeelte van de inkomsten van hun stukje land houden.

Wat veel leenmannen deden om het voor henzelf ook het bestuur behapbaar te houden was hun stukje land ook weer verdelen over een aantal heren. Zij waren dus ook leenmannen, maar dan van een leenman. Zo een leenman wordt ook wel een vazal genoemd. Dit systeem wordt ook wel het feodalisme genoemd, dat betekent ook wel het leenstelsel.

Kijk naar het plaatje hieronder voor wat meer duidelijkheid.

Feodalisme

 

Op deze stukken land was het hofstelsel in gebruik. Hier leer je meer over in de badge: dame/heer des huizes.

 

  1. Stel je moet het feodalisme aan iemand uitleggen die hier nog nooit van heeft gehoord. Hoe zou je dat doen? Schrijf deze uitleg uit en zorg dat je deze uitleg ook op een fysieke manier toont. Denk bijvoorbeeld aan het verdelen van een koekje (dit voorbeeld mag je niet gebruiken).

 

Andere hervormingen van Karel de Grote

Karel de Grote hield zich niet alleen bezig met het bestuur van zijn gebied. Zoals je in het vorige stukje hebt geleerd hield hij zich ook bezig met het onderwijs.

Karel de Grote wilde graag dat zijn onderdanen goed onderwijs konden krijgen. Vandaar dat hij een vorm van leerplicht instelde waarbij jongens uit rijke families naar school moesten. Hier leerden zij schrijven en lezen. Hij liet zelfs een nieuw alfabet ontwikkelen dat we kunnen zien als de start van ons huidige alfabet. Karel de Grote kon zelf ook een beetje lezen en schrijven en hij had zelfs een eigen handtekening!

Ook liet hij een nieuwe munt invoeren die door zijn hele rijk moest worden gebruikt. Daarnaast maakte hij het Christendom ook de religie van het Frankische Rijk. Hij heeft zich uiteindelijk ook in de dom van Aken laten begraven.

Dit deed hij allemaal om ervoor te zorgen dat het bestuur compleet centraal bleef en door hem uitgevoerd kon worden.

 

Eindopdracht

Zoals je hebt geleerd in deze quest heeft Karel de Grote aardig wat dingen veranderd in het Europa van de achtste en negende eeuw.

Gelukkig zijn er nog aardig wat bronnen van deze tijd overgebleven. Het is nu aan jou om een beeldbank te maken over Karel de Grote. Een beeldbank is een verzameling afbeeldingen die horen bij één periode of persoon.

Dit doe je als volgt:

  1. Je kiest 6 foto's die passen bij de volgende onderwerpen: bestuur, onderwijs, christendom, geldeconomie en belangrijke gebeurtenissen.
  2. Je legt per foto in 100 woorden uit wat we zien en je koppelt het aan de stof die je hebt geleerd.

 

Reflectie

 

Nog verbeteren

Doelen

Op orde

 

Aan het einde van deze badge kan jij in eigen woorden uitleggen hoe Europa is veranderd na de val van het Romeinse Rijk.

 
 

Aan het einde van deze badge kan je uitleggen wat het feodalisme is.

 
 

Aan het einde van deze badge kan je verschillende manieren noemen waarmee Karel de Grote het bestuur centraal kon houden.

 

Dame/heer des huizes

In de badge ‘verhoudingen heer/vazal’ heb je al gelezen dat je in deze badge gaat leren over het hofstelsel. Het woord ‘hof’ doet je misschien denken aan het hoffelijke leven in de 17de eeuw, maar daar zijn we nog niet in de tijd. We zijn nog steeds bij de vroege middeleeuwen, waar dat 'hoffelijke leven’ er toch echt heel anders uit zag.

  1. Maak een tekening over wat je voor je ziet als je denkt aan een hof.
  2. Bewaar deze tekening! Die ga je later nog nodig hebben.

 

Wat je gaat leren in deze badge:

  1. Aan het einde van deze badge weet jij hoe het dagelijks leven in de vroege middeleeuwen eruitzag.
  2. Aan het einde van deze badge kan jij in eigen woorden het drieslagstelsel uitleggen.

—------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Als we kijken naar de samenleving van de vroege middeleeuwen, was het een agrarische samenleving. Als we kijken naar het rijk van Karel de Grote woonde het grootste gedeelte van de burgers in kleine boerendorpen. Deze dorpen waren autarkisch. Hierdoor was handel en nijverheid buiten de dorpen niet nodig, de burgers konden alles in hun eigen dorpje vinden.

 

  1. Neem de dik gedrukte woorden over en zoek de betekenis op. Zet deze betekenis in eigen woorden.
    1. Bekijk het onderstaande filmpje. Maak tijdens het kijken aantekeningen.
    2. Maak nadat je het filmpje hebt gekeken nog een tekening over het ‘hof’.
    3. Welke overeenkomsten en verschillen zie je in jouw tekeningen?

 

https://www.youtube.com/watch?v=YEDGoQCv0Zg

 

Aan het einde van het bovenstaande filmpje wordt het drieslagstelsel genoemd. Dit was een vorm van landbouw die werd gebruikt om de domeinen autarkisch te houden. Bekijk hieronder het filmpje.

https://www.youtube.com/watch?v=a77tS26_htg

  1. Teken het drieslagstelsel en zet de juiste benamingen op de onderdelen.
  2. Wat deden de boeren om het braakland weer vruchtbaar te maken?
  3. Leg uit waarom dit niet altijd lukte.
  4. Leg uit waarom het twee- en drieslagstelsel werd gebruikt.

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Je hebt nu een hele hoop geleerd over het dagelijks leven van de gewone burger tijdens de vroege middeleeuwen.

Nu vraag je je vast af hoe het nou zit met de ridders en de jonkvrouwen. Daar gaan we ons mee bezig houden in de eindopdracht. Kijk eens naar het filmpje hieronder.

https://www.youtube.com/watch?v=LgraF8JOTfg

 

Op het einde van dit filmpje zie je de ridders met hun schilden weglopen. Ze hebben niet hetzelfde schild, maar de schilden zijn wel mooi versierd. Deze versieringen waren niet willekeurig geschilderd. De schilden lieten het wapenschild van de heer zien waar deze ridders bij behoorden.

 

Een wapenschild laat altijd zien bij welke familie iemand hoort. Heeft jouw familie een wapenschild? Ontdek dat bij deze website: https://cbgfamiliewapens.nl/

Als je het wapenschild van jouw achternaam hebt gevonden (als die er is), maak een screenshot en plaats hem.

 

Voor nu is het tijd om je eigen wapenschild te ontwerpen:

  1. Eerst maak je een schets voor jouw wapenschild. Denk eraan dat je dus ook een vorm moet kiezen. Bekijk hiervoor verschillende wapenschilden op het internet.
  2. Deel jouw wapenschild op in vier delen. In elk deel ga je een afbeelding maken die met jou en/of je familie te maken heeft. Denk bijvoorbeeld aan een bijzonder verhaal of een beroep dat veel voorkomt in jouw familie. Misschien zijn er wel bepaalde huisdieren die veel in jouw familie te vinden zijn.

 

Reflectie

 

Nog niet behaald

Doel

Behaald

 

Aan het einde van deze badge weet jij hoe het dagelijks leven in de vroege middeleeuwen eruitzag.

 
 

Aan het einde van deze badge kan jij in eigen woorden het drieslagstelsel uitleggen.

 

 

  • Het arrangement Dark Ager is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2023-12-14 21:32:32
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Geschiedenis
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur en 0 minuten
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.