Formatief handelen met OLT

Formatief handelen met OLT

Inleiding

Voorpagina

HET SCHRIJVEN VAN EEN NETTE,
SOCIAAL ACCEPTABELE ZAKELIJKE E-MAIL

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Naam: Max van Dijk
Studentnummer: 1014250
Vak: Nederlands
Datum: 17 november ’23
Docent: Dhr. Machiel Blok
SLC: Chantal Touw

Vaardighedenhiërarchie

Uitwerking deelvaardigheid 1

Omschrijving deelvaardigheid & SMART-doelen

Je schrijft op een boeiende manier; met voorbeelden, vergelijkingen en variatie. Hiermee bedoel ik dat de lezer van jouw tekst verder WIL lezen, je moet hem bij de tekst houden. Dit sluit aan op de hoofdvaardigheid omdat je hiermee jouw tekst laat leven!

 

  • Aan het einde van deze module kan jij bij de lezer emoties oproepen met behulp van voorbeelden in jouw tekst.
  • Aan het einde van deze module kan jij met behulp van vergelijkingen bij de lezer een betere voorstelling van het onderwerp van jouw tekst oproepen.
  • Aan het einde van deze module kan jij met behulp van variatie in zinsopbouw, zinslengte en woordkeuze de lezer geboeid en geinteresseerd houden.

Misconcepties

  • Leerlingen gebruiken te veel voorbeelden en vergelijkingen.

In een tekst over gezond eten schreef een leerling het volgende:

Het is belangrijk dat wij gezonde groentes eten zoals wortelen, tomaten, sla, peen, bieten, aardappels en paprika's. Deze groentes zijn net zo gezond als Superman sterk is.

De vergelijking is leuk, maar door de lange opsomming aan voorbeelden kan de lezer vermoeid worden of erger nog: afhaken.

 

  • Leerlingen denken dat wanneer zinnen langdradig zijn ze gelijk ‘beter’ zijn.
  • Leerlingen gebruiken vaak moeilijke woorden waarvan ze niet 100% de betekenis kennen.

Deze twee misconcepties komen vaak samen voor. Hieronder een voorbeeld uit een tekst van een student over een klacht bij een voetbalwedstrijd:

Hierbij wil ik aangeven dat de scheidsrechter, die overigens ver over de aanvangstijd aankwam door een file, volledig afdoend handelde toen onze centrumverdediger een penalty veroorzaakte. Hij snapt werkelijk waar niets van het prachtige spel dat wij voetbal noemen, we zijn begoocheld.

Er staan hier onnodig veel bijvoeglijke bepalingen in, ook zijn twee woorden (afdoend en begoocheld) niet correct opgeschreven/gebruikt.


 

Keuze en verantwoording manier van toetsen (APA)

Ik kies ervoor om deze formatieve toets zo vorm te geven dat de lesdoelen getoetst worden op een manier dat ik gelijk overzicht heb op wie het gelukt is om mijn kennis over boeiend taalgebruik over te nemen. Ik neem hier minstens een kwartier voor, aan het einde van de les.

De reden dat ik dit op meerdere niveaus doe, is omdat ik wil weten op welk beheersingsniveau de leerling nu zit. In Handboek voor leraren lees ik dat leerlingen namelijk dingen uit het hoofd weten (Onthouden), zaken in eigen woorden kunnen uitleggen (Begrijpen) en natuurlijk ook de theorie moet gebruiken om problemen op te lossen (Toepassen) (Geerts & van Kralingen, 2020).

Hierop verder bordurend hield ik me ook aan de theorie vanuit Kleppen dicht. Ik stelde niet teveel vragen, dacht erover na. Hierdoor gaven de leerlingen bij een indicatie van het niveau waar ze op dat moment zaten (Van Slobbe & Van Ast, 2020). Dit gaf me een volledig overzicht in korte tijd.

Formatieve toets

Mogelijke vervolgstappen

Op basis van de resultaten van deze exit-ticket maakt een leerling voor het huiswerk een opdracht die past bij de vraag die hij nog minder goed in zijn repertoire had. Als een leerling alles correct had, gaat hij verder aan verdiepende opdracht. Dat werkt als volgt:

  • Vraag 1 fout > maak als huiswerk vraag 2 van KERN op pagina 42.
  • Vraag 2 fout > maak als huiswerk vraag 1 van KERN op pagina 42.
  • Vraag 4 fout > maak als huiswerk vraag 3ab en 4ab van KERN op pagina 43.
  • Alles goed? > maak als huiswerk vraag 6 van KERN op pagina 43.


Ik kan dus differentiëren op verwerking van de lesstof, met name het beheersingsniveau. Studenten die dus moeite hebben met een bepaalde vraag uit de LessonUp krijgen een specifieke opdracht waarmee ze aan de slag gaan (Berben, 2020, p. 59).

Uitwerking deelvaardigheid 2

Omschrijving deelvaardigheid & SMART-doelen

Je laat zien dat je formeel- en informeel taalgebruik niet door elkaar heen gebruikt. Dit is belangrijk omdat jouw zakelijke e-mail op deze manier 'sociaal acceptabel' is. Dit sluit weer aan op de hoofdvaardigheid.

 

  • Aan het einde van deze module herken jij in een tekst formeel- en informeel taalgebruik.
  • Aan het einde van deze module past het taalgebruik in jouw tekst bij het onderwerp en de doelgroep.
  • Aan het einde van deze module weet je dat het taalgebruik bij een zakelijke e-mail niet hetzelfde is als ouderwets.

Misconcepties

  • Leerlingen vinden het lastig om hun taalgebruik aan te passen naar de doelgroep (“je” en “jouw” in een mail naar de directeur of in een gesprek met de docent).

Leerlingen zien docenten steeds meer als een gelijke, ook geldt dit voor (vroeger) autoritaire figuren zoals bijvoorbeeld een directeur of zelfs een opa of oma. Het is dus helaas ook zo dat dit doorwerkt in hun schrijftaal.

  • Leerlingen gebruiken soms opeens ouderwetse woorden zoals “aangaande” of “derhalve”, zonder dat dit binnen hun standaard vocabulaire valt.

Ik liet de leerlingen laatst een zogenaamde mail sturen naar onze rector, hieronder heb ik een voorbeeld zin:

Het is stuitend dat wij op onze school zo'n kleine kantine hebben. Derhalve pleit ik voor een investering in onze infrastructuur. Op het gebied van onderwijs steken wij met hoofd en schouders boven de omliggende scholen, laten we dit ook bereiken met onze catering.

Het is een prachtig geschreven stuk. Maar het woord 'derhalve' wordt niet vaak gebruikt en voelt daardoor niet op z'n plek. Ook noemt ze 'hoofd en schouders', dit is een hypercorrectie; de schrijfster denkt dat dit netter is, maar het woord 'kop' hoort gewoon in deze uitspraak.

Keuze en verantwoording manier van toetsen (APA)

Ik wil met deze toepassing checken of leerlingen de kennis vanuit mijn uitleg op z'n minst kunnen onthouden en begrijpen. Ik gebruik deze informatie om de leerlingen in te delen in groepen.

Ik heb deze toepassing zo vormgegeven dat ik weet of de belangrijkste begrippen worden beheersd. Dit doe ik met een digitale toepassing die hun aantal punten bijhoudt, hier kan ik zien of veel of weinig leerlingen de stof beheersen. Wat ik hier deed is het doel van fase 3 van het directe instructiemodel (Geerts & Van Kralingen, 2020).

Het mooie is verder dat ik de toetsgegevens gebruik om daadwerkelijk mijn onderwijs in de verdere fases van mijn lessen vorm te geven. Ik laat me dus leiden door de reacties van mijn leerlingen, hierdoor kan ik zien wie herhaling nodig heeft en wie onderdelen kan overslaan (Van Slobbe & Van Ast, 2020, p.82). 

Formatieve toets

Mogelijke vervolgstappen

Na mijn uitleg en formatieve toetsing over formeel taalgebruik worden de leerlingen verdeeld in drie groepen. Hieronder zet ik uiteen op welke manier ik dit precies doe:

  • Alle kaartjes juist? > Groep 1 - instructieonafhankelijk > opdracht 6 & 7 uit KERN op pagina 101 volledig zelfstandig. Daarna opdracht 8 op de gang.
  • >5, maar <8 juist? > Groep 2 - instructiegevoelig        > opdracht 3 uit KERN op pagina 99 zelfstandig, nakijken wanneer docent klaar is met groep 1. Daarna opdracht 5 & 6.
  • <5 juist?                > Groep 3 - instructieafhankelijk     > opdracht 1 en 2 uit KERN op pagina 98 en 99 samen met de docent. Daarna zelfstandig aan opdracht 3, 5 & 6.

Ik geef mijn les op basis van het IGDI-model. Ik geef verschillende groep een WHHTUK-instructie waardoor ze weten wat ze moeten doen. Door dit model kan ik schakelen tussen een verlengde instructie en feedback geven. Zo begeleid en ondersteun ik leerlingen richting zelfstandige verwerking (Berben, 2020, p. 44).

Uitwerking deelvaardigheid 3

Omschrijving deelvaardigheid & SMART-doelen

Je weet hoe je argumenten formuleert die jouw standpunt ondersteunen. De zakelijke e-mail moet netjes zijn, dat betekent ook dat jouw argumenten correct moeten zijn. Als jouw argumenten niet kloppen, valt jouw standpunt in het water. De netheid van jouw zakelijke e-mail is dus onderdeel van de hoofdvaardigheid.

 

  • Aan het einde van deze module weet jij juiste en geldige argumenten te formuleren.
  • Aan het einde van deze module weet jij waar relevante informatie staat voor jouw standpunt.
  • Aan het einde van deze module weet jij de juiste argumenten te selecteren voor het doel & de doelgroep van jouw tekst.

Misconcepties

  • Leerlingen vervallen in drogredenen; ze gebruiken snelle conclusies of cirkelredeneringen.

Een leerling deed laatst twee uitspraken tegen mij:

Meneer, met de metro reizen duurt altijd te lang. Ik had vorige week vertraging en daardoor was ik te laat bij de kapster.

Mijn vader zegt dat mensen arm zijn omdat ze te weinig geld hebben.

De eerste uitspraak deed ze op basis van een enkele ervaring, dan had ze eigenlijk nog geen conclusie kunnen trekken. (snelle conclusie)

De tweede uitspraak is overduidelijk een cirkelredenering. Arm zijn betekent dat je weinig financiële middelen hebt. De uitspraak redeneert dus vanuit het origineel (weinig geld hebben > arm) en dat klopt niet.

  • Leerlingen vinden het lastig om bronnen te zoeken voor hun onderzoek en kiezen daardoor “sketchy” sites.
  • Leerlingen vinden soms zoveel argumenten voor hun standpunt dat ze het lastig vinden om de juiste te selecteren voor hun standpunt.

Een leerling zei vorig jaar tegen me dat Wikipedia gebaseerd is op bronnen, niet wetende dat mensen dat kunnen aanpassen zonder dat het onmiddelijk gemodereerd wordt. Hierdoor kunnen leerlingen lelijk de mist ingaan. 

Ook kan het gebeuren dat een leerling op een verouderde, sketchy site komt waarvan de laatste aanpassing werd gedaan in 2005. 

Leerlingen zoeken meestal met een vraag op Google, klikken de eerste de beste site aan en nemen deze argumenten vervolgens voor waar aan zonder de bron te zoeken/vinden. Op zulke sites zien ze vaak ook meer dan 10 argumenten voor het desbetreffende standpunt, ze vinden het dan lastig om te selecteren welk argument nou het 'beste' is.

Keuze en verantwoording manier van toetsen (APA)

Ik gebruik de video en de Formative om de leerlingen hun tijd beter te laten besteden. Ik flip de classroom omdat ik hierdoor de tijd beter kan gebruiken om met leerlingen "opdrachten en oefeningen te maken, vragen te beantwoorden, in groepjes te werken, met digitaal lesmateriaal te werken, onderzoek te doen, etc. (Berben, 2020, p.79).

Daarbij stellen Van Slobbe & van Ast (2020) ook dat het belangrijk is om controlevragen te stellen na jouw voor de les gegeven uitleg of instructie omdat dit ervoor zorgt dat je nog kan "bijsturen, misconcepties vermijden en een uitleg op een net iets andere manier geven" (p. 36). De kracht van dit model zit "hem daarin dat je de vrijgekomen momenten, dus de momenten dat je samen bent met de leerlingen, effectiever gebruikt (p.64).

Formatieve toets

Leerlingen moeten eerst onderstaande video bekijken, voorafgaand aan de les. Dan maken ze bij de start van de les gelijk een Formative. Zo wil ik weten of ze uberhaupt de video hebben gekeken en of ze het snappen.  

Youtube-video over argumenteren:


Knop naar de Formative:

Formative - brongebruik en argumenteren

 

Als u de knop niet fijn vindt, heb ik ook een QR-code toegevoegd:
Een QR-code om mee te doen als gaststudent

Mogelijke vervolgstappen

Nadat we de Formative klassikaal hebben besproken verdeel ik de klas in twee groepen:

0 of 1 goed? > Groep 1: instructie en inoefening met de theorie uit het boek. Daarna gaan ze als groep aan de slag met een stelling, artikelen en doelgroep. Op basis hiervan maken ze 3 argumenten, gebaseerd op de artikelen.

2 of 3 goed? > Groep 2: worden in groepjes verdeeld. Elke groep krijgt een stelling, artikelen en een doelgroep. Op basis hiervan maken ze 5 argumenten, gebaseerd op de artikelen. Wanneer ik klaar ben met Groep 1 loop ik rond om hier en daar feedback te geven en te coachen.

Hoofdvaardigheid

Eindtoets

Een idee voor de stad Rotterdam.

Schrijf volgens de geleerde richtlijnen een zakelijke e-mail van 250-400 woorden aan de heer Aboutaleb, de burgemeester van de stad Rotterdam. Bedenk zelf het e-mailadres.

In de e-mail:

  • Laat je weten wat jouw indruk is van de stad Rotterdam. Geef hierbij een korte toelichting/ uitwerking met voorbeelden.
  • Laat je weten dat je een idee hebt bedacht om de stad Rotterdam te verbeteren. Dit idee mag over van alles gaan. Denk bijvoorbeeld aan een idee om het toerisme in de stad te vergroten, een idee dat goed is voor de inwoners van de stad, een idee dat goed is voor de sporters en sportliefhebbers van de stad of een idee waar de scholieren van de stad iets aan hebben.
  • Werk je idee om de stad te verbeteren uit het vorige punt kort uit en beargumenteer waarom het volgens jou een goed en haalbaar idee is. Zorg ervoor dat je minimaal drie argumenten uitwerkt.
  • Stel vervolgens aan burgemeester Aboutaleb voor om jouw bedachte plan ten uitvoer te brengen.

Denk er verder aan dat:

  • je jezelf voorstelt en dat je een passende inleiding schrijft;
  • je zelf een logische alinea-indeling bedenkt;
  • je de e-mail op een passende manier afsluit. Dat doe je door één of meerdere goede afsluitende zinnen te bedenken;
  • je goed op je spelling, leestekens en formulering let;  
  • je creatief bent, maar dat je geen overbodige zaken aanhaalt in de e-mail;
  • het duidelijk is wat je van burgemeester Aboutaleb verwacht.
  • je burgemeester Aboutaleb op een zakelijke manier benadert (je wilt gehoord worden of iets gedaan krijgen, dus wees beleefd en zakelijk);
  • je je houdt aan alle regels en geleerde richtlijnen voor het schrijven van een zakelijke e-mail.

Tip: vul voor jezelf eerst een bouwplan in waarin je nadenkt over de inhoud en de opbouw en de conventies! Ga daarna pas echt over tot het schrijven van mooie volzinnen. Controleer vervolgens je werk qua spelling, formulering en leestekens.

 

Bouwplan voor Eindtoets

 

Aan:

Van:

CC:

Onderwerp:

 

 

 

Aanhef

 

 

 

 

 

Regel wit

 

Kern e-mail

 

(let op alinea-indeling)

 

alinea

tekstonderdeel

deelonderwerp

1

Inleiding

 

 

 

 

 

 

 

Regel wit

-

Middenstuk algemeen

 

 

2

Middenstuk

 

 

 

 

 

 

Regel wit

3

Middenstuk

 

 

 

 

 

 

Regel wit

4

Middenstuk

 

 

 

 

 

Regel wit

5

Afsluiting of slot

 

 

 

 

Regel wit

 

Afscheidsgroet

Met vriendelijke groet(en),

 

of

 

Hoogachtend,

Regel wit

 

Naam

Voor- en achternaam

 

Single Point Rubric bij Eindtoets

Mijn Single Point Rubric is gebaseerd op de hoofdvaardigheid, niet enkel op de drie deelvaardigheden:

Link naar Rubric

Proces

Single Point Rubric vanuit leerteam 3


Feedback Nina

Wat heb ik gedaan met de feedback van Nina?

Ik heb:

  • eventuele spelfouten weggehaald;
  • bij de misconceptie van deelvaardigheid 3 een concreet voorbeeld erbij gedaan;
  • mijn eindopdracht rubric op een andere manier wél zichtbaar gemaakt.

 

Feedback Judith

Wat heb ik gedaan met de feedback van Judith?

Ik heb:

  • woorden in mijn lesdoelen gemarkeerd, vooral gericht op het doel wat je hebt met de handelingen die centraal staan;
  • wel de misconcepties benoemd, alleen niet in mijn formatieve toetsing. Dit doe ik eerder in de les.

 

Ik ben blij met de concrete en heldere feedback die ik heb gekregen van mijn teamgenoten. Bedankt!

 

Korte reflectie op het volgen van deze module

Situatie
In OP1 van het studiejaar 2023/2024 volg ik de minor Digitale didactiek, in deze minor volgen wij ook meerdere modules en de module Formatief Handelen met OLT is daar één van. Binnen deze module leerden wij als klas van dhr. Machiel Blok hoe wij later als docent formatief kunnen handelen.

Taak
Als student wilde ik leren hoe ik effectiever kon lesgeven, ik denk dat er op dit moment in mijn lessen kostbare tijd verloren gaat. Wat ik wilde bereiken was dus dat ik toepassingen op een effectieve manier kon ontwikkelen zodat leerlingen mijn lesdoelen gemakkelijker kunnen behalen in mijn toekomstige lessen. Er werd dus van mij verwacht dat ik een vaardighedenhiërarchie maakte, daar drie deelvaardigheden uitkoos, deze verder ontwikkelde en onderbouwde met theorie en feedback vanuit mijn leerteam.

Actie
Ik heb het aangepakt door eerst feedback te vragen op mijn vaardighedenhiërarchie, ik kreeg een GO, dus ik kon verder met het uitwerken van mijn deelvaardigheden. Vanuit mijn stage kreeg ik al een eindopdracht waar ik niet vanaf mocht wijken, dus ik wist de hoofdvaardigheid al; een zakelijke e-mail schrijven. Nadat ik me had ingelezen in de theorie en presentaties van onze lessen koos ik ervoor mijn toepassingen voor mijn deelvaardigheden uit te werken. Ik koos voor een LessonUp, een Educaplay en een Formative, deze stonden in het rijtje keuzes op een presentatie, daarom koos ik ze. Ik had met alle drie ervaring, maar die had ik nooit bewust ingezet om mijn lessen te verbeteren, ze dienden voor deze module in mijn lessen nog echt al vervanging van pen en papier. Toen ik deze deelvaardigheden had uitgewerkt, werkte ik mijn eindopdracht verder uit en maakte er een Single Point Rubric bij.

Resultaat
Ik denk dat de handelingen die ik hierboven heb beschreven ervoor gezorgd hebben dat ik als resultaat een heldere, overzichtelijke WikiWijs heb gecreëerd die voldoet aan de eisen zoals beschreven in de rubric van deze module. Het lastigste vond ik wel hoe ik alles netjes kon invoegen, ik heb zoveel mogelijk ingevoegd als ik kon.

Reflectie
Ik vind dat ik het goed heb gedaan, zeker met de ondersteuning vanuit de docent. Hij was zo aardig om de inleverdatum te verlengen zodat ik echt een goed product kon aanleveren. Ook wil ik mijn leerteam bedanken voor hun feedback en support. Hierdoor ben ik echt tevreden met wat ik heb aangeleverd. Met name Judith en Nina; bedankt voor de feedback.
Ik heb in deze module echt geleerd hoe ik met OLT data kan verzamelen om zo mijn formatief handelen te concretiseren en ook daadwerkelijk vorm te geven. De volgende keer denk ik dat met mijn formatief handelen de leesvaardigheid van mijn leerlingen zou verbeteren, ik denk dat dit makkelijker past binnen de planning van mijn stageschool. Ik ga wat ik heb geleerd ook zeker toepassen in andere situaties, ik denk dat data niet voor niets ‘het nieuwe goud’ wordt genoemd, de analyse ervan kan in meerdere facetten, mits het in goede zin gebruikt wordt, van ons leven gebruikt worden.

  • Het arrangement Formatief handelen met OLT is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Max van Dijk
    Laatst gewijzigd
    2023-11-17 21:30:32
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    In deze Wiki laat ik zien hoe ik deelvaardigheden bij de hoofdvaardigheid 'Het schrijven van een zakelijke e-mail' heb uitgewerkt. In deze beschrijving geef ik aan wat de lesdoelen, misconcepties en mogelijke vervolgstappen zijn. Tot slot geef ik een formatieve toets, deze toetst de hoofdvaardigheid. Bij het slot hoort ook een reflectie.
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur 0 minuten
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.