Welkom!
Introductie
Deze Wikiwijs is bedoelt voor de werkweek van Big History. In deze Wikiwijs staat het veldwerk beschreven voor de docenten zodat zij dit veldwerk kunnen overdragen aan hun leerlingen.
De leerlingen hebben net geleerd over verschillende bodems en landschapstypen van Nederland. Doormiddel van dit super leuke veldwerk kan de docent testen of de leerlingen de stof voldoende beheersen.
De opdracht is een sociaal constructivistische opdracht. Dit is een leerproces waarbij leerlingen op een actieve manier kennis opdoen door hun opgedane kennis te delen met anderen. Ook worden er groepje gemaakt van 4 tot maximaal 5 leerlingen. Dit is het beste voor een positieve wederzijdse afhankelijkheid, directe interactie tussen de leerlingen en de individuele aanspreekbaarheid van de leerlingen.
Handleiding docenten
Draaiboek docenten
Draaiboek les 1: Voorbereidende les
- Open de les
- Herhaal de theorie
- Deel materiaal uit voor de leerlingen
- Laat leerlingen groepjes maken en noteer de groepjes
- Sluit de les af.
Draaiboek les 2: Grondboring
- Open de les in het lokaal
- Herhaal nogmaals de opdrachten en ga langs elk groepje om te kijken of ze klaar zijn voor de grondboring
- Spreek een eindtijd af wanneer alle leerlingen terug moeten zijn
Draaiboek les 3: Nabespreking en presentaties
- Open de les
- Presentaties leerlingen
- Na elke presentatie korte klassikale bespreken
- Nadat alle presentaties gegeven zijn, klassikale evaluatie, wat hebben we geleerd?
- Sluit de les af
Voorbereiding veldwerk
Er zijn voor deze grondboring drie lessen nodig. Een voorbereidende les, de les waarin de grondboring plaats gaat vinden en een les waarin de grondboring wordt nabesproken en waarin de presentaties zullen plaatsvinden.
Les 1 Voorbereidende les 60 min
Les 2 Grondboring 60 min
Les 3 Nabespreking en presentaties 60 min
Daarnaast wordt de klas verdeeld in groepjes van vier personen per groepje. Dit is het beste voor een positieve wederzijdse afhankelijkheid, directe interactie tussen de leerlingen en de individuele aanspreekbaarheid van de leerlingen.
Kennis en vaardigheden leerlingen
Voorafgaand het veldwerk moeten de leerlingen geleerd hebben over de geologische tijdschaal, fysisch en historische geografie van Nederland. Ook moeten ze hebben geleerd over de verschillende landschapstypen en bodemsoorten die voorkomen in Nederland. Het veldwerk is een toets moment van deze theorie om als docent na te gaan of de theorie is blijven hangen.
Leerdoelen
- Aan het einde van dit veldwerk hebben de leerlingen kennis opgedaan over verschillende soorten bodemtypes en kunnen ze hierover vertellen in de PowerPoint presentatie.
- Aan het einde van dit veldwerk hebben de leerlingen kennis opgedaan van de verschillende landschapstypen die voorkomen rondom hun eigen levensgebied en kunnen ze hierover vertellen in de PowerPoint presentatie.
- Aan het einde van de les hebben de leerlingen een breder beeld over de fysisch en historische geografie van het leefgebied waar zij in wonen.
Het Veldwerk
Uitleg grondboring
Benodigdheden
- Pen
- Schrift
- Telefoon (om foto’s mee te maken)
- Grondboor
- Meetlint of liniaal
Hoe voer je het veldwerk uit?
In het kopje hieronder vind je het stappenplan. Wanneer je precies deze stappen volgt kun je een goede grondboring uitvoeren. Sta bij elke stap eerst even stil of jullie alles (goed) hebben uitgevoerd voordat jullie verder gaan met het uitvoeren van de volgende stap.
Stappenplan
Stap 1
Kies een plek uit waar je gaat boren en markeer deze plek met een kruisje op google maps.
Stap 2
Kijk goed om je heen. Wat zie je precies? Denk aan vegetatie (plantengroei), landgebruik of iets anders opvallends.
Stap 3
Maak de plek waar je gaat grondboren helemaal vrij. Haal bijvoorbeeld gras, takjes en bladeren weg zodat er niets in het boorgat terecht kan komen.
Stap 4
Draai de boor vervolgens in de grond. Boren doe je zo:
- Pak de boor met twee handen vast.
- Draai de boor met de klok mee.
- Stop pas met draaien als het oog van de boor gevuld is. dat is ongeveer drie keer draaien.
- Trek de boor met twee handen uit het boorgat.
Stap 5
Leg de boor horizontaal naast het boorgat en druk met je vingers de afzettingen eruit. Houd er rekening mee dat je een lange lijn van opeenvolgende boringen gaat maken. onthoud dus goed wat boven en onder is.
Stap 6
Als de boor leeg is herhaal je de bovenstaande stappen en boor je opnieuw.
Stap 7
Leg alle boringen op een lange rij om zo een doorsnede van de bodem te maken.
Stap 8
Maak een foto van al je boringen.
Stap 9
Bekijk de boring goed. Zie je duidelijk het verschil tussen de lagen?
Invulblad leerlingen
Eindopdracht
De eindopdracht bestaat uit een PowerPoint presentatie over de grondboring per groepje. De presentatie duurt ongeveer 10 minuten per groepje en hierin wordt antwoord gegeven op de volgende vragen:
- Kenmerken en bodemsoorten die voorkomen in het gebied.
- Waar zijn de grondboringen gedaan en hoe diep waren deze boringen?
- Hoe is het gekozen gebied fysisch-geografisch en historisch-geografisch gezien ontstaan
- Hoe beïnvloed de fysisch-geografische en historisch-geografische ontstaanswijze het hedendaagse en toekomstige gebruik?
Beoordeling
Beoordelingsrubric Veldwerk
|
Onderdeel
|
Onvoldoende (0)
|
Voldoende (1)
|
Goed (2)
|
|
Actieve bijdrage tijdens de grondboring
|
De leerling deed niet mee, gaf geen input en was passief tijdens de grondboring.
|
De leerling deed mee en was betrokken tijdens de grondboring
|
De leerling deed mee, gaf input en was actief betrokken de grondboring.
|
|
Actieve bijdrage tijdens de presentatie.
|
De leerling deed niet mee, gaf geen input en was passief tijdens de presentatie.
|
De leerling deed mee en was betrokken tijdens presentatie.
|
De leerling deed mee en was actief betrokken tijdens de presentatie.
|
|
Kenmerken en bodemsoorten die voorkomen in het gebied.
|
Tijdens de presentatie is er geen aandacht besteed aan de kenmerken en bodemsoorten in het gebied.
|
Tijdens de presentatie is er aandacht besteed aan de kenmerken en bodemsoorten in het gebied.
|
Tijdens de presentatie is er uitgebreid aandacht besteed aan de kenmerken en bodemsoorten in het gebied.
|
|
Waar en hoe diep waren de boringen?
|
Tijdens de presentatie is er geen aandacht besteed aan de locatie en diepte van de boringen.
|
Tijdens de presentatie is er aandacht besteed aan de locatie en diepte van de boringen.
|
Tijdens de presentatie is er uitgebreid aandacht besteed aan de locatie en diepte van de boringen.
|
|
Hoe is het gekozen gebied fysisch-geografisch en historisch-geografisch gezien ontstaan?
|
Tijdens de presentatie is er geen aandacht besteed aan de fysisch-geografische en historisch-geografische ontstaanswijze.
|
Tijdens de presentatie is er aandacht besteed aan de fysisch-geografische en historisch-geografische ontstaanswijze.
|
Tijdens de presentatie is er uitgebreid aandacht besteed aan de fysisch-geografische en historisch-geografische ontstaanswijze.
|
|
Hoe beïnvloed de fysisch-geografische en historisch-geografische ontstaanswijze het hedendaagse en toekomstige gebruik?
|
Tijdens de presentatie is er geen aandacht besteed aan het hedendaagse en toekomstige gebruik.
|
Tijdens de presentatie is er aandacht besteed aan het hedendaagse en toekomstige gebruik.
|
Tijdens de presentatie is er uitgebreid aandacht besteed aan het hedendaagse en toekomstige gebruik.
|
|
Totaal aantal punten
|
|
|
|
Eindcijfer = (aantal punten : 13) x 9 = cijfer.
De leerlingen hebben de opdracht behaald indien er overal V of G gescoord wordt.
Voor elke O die behaald wordt moet een G tegenover staan om de opdracht alsnog voldoende af te ronden.
Inleveren
Zorg dat de leerlingen hun bevindingen ergens kunnen inleveren. Eventueel zet je bij dit kopje een link naar de inlevermap voor de leerlingen.
Evaluatie
Aan het einde van het veldwerk evalueer je de bevindingen van de leerlingen. Laat de leerlingen hun bevindingen uitwerken tot een korte presentatie met daarop de antwoorden van het invulblad en bijbehordende foto's van de grondboring zelf.
