Welkom bij de quest webshop maken week 1.
Elke week zullen jullie worden ingeschreven bij één praktijkles. Verder zijn er opdrachten die jullie zelfstandig zullen moeten maken als huiswerk voor de volgende keer.
Het is belangrijk om dit te doen omdat we steeds per week een stapje verder gaan. Eerst zullen we voorbereidende opdrachten maken, om vervolgens te starten met het bouwen van de webshop zelf.
Een van de belangrijkste dingen voor je begint, is nadenken over de bedrijfsformule. Je denkt dan na over hoe je bedrijf, je webshop dus, er precies uit gaat zien:
Wat wil je aanbieden? Wat is je assortiment?
Wie wil je dat er in je webshop komen? Wie is je doelgroep?
Hoe zorg je ervoor dat je je onderscheidt van concurrenten? Wat is je marktpositie?
Als je dit goed op een rijtje hebt, werk je de marketingmix uit. Deze bestaat uit 6 P’s. Bekijk het volgende figuur maar eens.
De marketingmix bestaat uit 6 P’s:
- product
- presentatie
- prijs
- promotie
- personeel
- plaats.
De 6 P’s zijn ooit bedacht voor een winkel. Maar je kunt ze ook voor een webshop of ander bedrijf gebruiken, als je maar wat ruimer denkt. De 6 onderdelen zijn namelijk heel goed in te zetten als ‘kapstok’ waar je al je activiteiten aan ophangt. Het is daarbij belangrijk dat alle 6 P’s goed op elkaar, en op de bedrijfsformule, afgestemd zijn. Je webshop wordt dan een logisch geheel.
TIP: Denk bij de marketingmix altijd aan je (mogelijke) klanten. Wat zou de klant hiervan vinden? Probeer de klant voor je te winnen en aan je te binden.
Opdrachten week 1
De opdrachten maak je steeds in je verzameldocument.
Opdracht 1: Maak de ondernemerstest uit de theorie en benoem voor jezelf:
- 3 sterke ondernemerskwaliteiten
- 3 zwakke ondernemerskwaliteiten
Opdracht 2: Benoem de 6 onderdelen van de marketingmix.
Opdracht 3: Wat is de belangrijkste vraag waar je steeds over nadenkt met de marketingmix?
Week 2: Wie is mijn klant?
Theorie week 2
Voor we een product kunnen gaan verkopen moeten wij eerst onze doelgroep bepalen. Kijk naar onderstaand filmpje.
De doelgroep wordt vaak ingedeeld op basis van kenmerken als leeftijd, geslacht, opleidingsniveau en inkomen. De doelgroep vormt het startpunt bij het bepalen van het profiel van de ideale klant, een persona. Bij het bedenken en ontwerpen van een nieuw product en het formuleren van de marketingstrategie, is het heel handig die ideale klant in gedachten te nemen. Wat zou hij of zij doen? Wat zou hij of zij willen? Het bepalen en omschrijven van de ideale klant kan gedaan worden in de volgende drie stappen.
Je weet nu wat een doelgroep is en hoe je die kunt herkennen.
De 1e vraag die je jezelf stelt: welk product (=artikel) wil ik verkopen? Bijvoorbeeld: Voor webshop de zoete toffee is dat al redelijk duidelijk: snoepgoed. Maar snoepgoed is nog veel te breed. Je denkt dus na over de opbouw van je assortiment. Belangrijke vraag is hier steeds: wat wil de doelgroep? Wat willen zij bij jou gaan kopen of afnemen?
Van daaruit stel je jezelf deze vragen:
Hoeveel artikelgroepen wil ik aanbieden?
Wil je veel verschillende soorten artikelen aanbieden, of juist maar een paar soorten met daarbinnen veel variatie. Wat zou de doelgroep het meeste aanspreken?
Welke artikelgroepen wil ik aanbieden?
Wil je bijzondere artikelgroepen aanbieden, of juist populaire? En bied je ook artikelen aan die zijdelings met je hoofdartikelen te maken hebben?
Welke informatie wil ik verder nog kwijt bij een product?
Wat is een visie?
Een visie is hetgeen wat het bedrijf wilt bereiken in de toekomst. Het geeft een helder beeld weer van de ideale situatie als de missie wordt behaald. Bij het formuleren van een visie gaat het dus om een droomscenario. Het geeft een beeld weer van de toekomst. Bij het opstellen van een visie kan jij dus de volgende vraag stellen:
Wat als de organisatie de missie behaald; hoe ziet het er dan over 10 jaar uit?
Door bovenstaande vraag te beantwoorden heb je al de basis van jouw visie. Dit moet uiteraard ook de werknemers motiveren en inspireren. Enkele kenmerken van een visie zijn:
Uiteindelijke doel van de organisatie in de toekomst
Een kijk op de langere termijn
Gericht op de markt of de wereld (leefomgeving)
Een beknopt voorbeeld kan zijn ‘een wereld zonder alzheimer’. In de strategie omschrijf hoe dit uiteindelijk behaald wordt. Een ander voorbeeld kan zijn voor een liefdadigheidsinstelling ‘een wereld zonder armoede’.
Opdrachten week 2
De opdrachten maak je steeds in je verzameldocument.
Opdracht 4:
Leg uit in eigen woorden wat een "doelgroep" betekent.
Opdracht 5:
Bepaal voor jouw webshop de doelgroep. Doe dit aan de hand van het schema uit de theorie. Je mag dit beschrijven, maar je kan hier ook een poster/tekening van maken.
Opdracht 6: Geef antwoord op de onderstaande vragen.
Hoeveel artikelgroepen wil ik aanbieden?
Wil je veel verschillende soorten artikelen aanbieden, of juist maar een paar soorten met daarbinnen veel variatie. Wat zou de doelgroep het meeste aanspreken?
Welke artikelgroepen wil ik aanbieden?
Wil je bijzondere artikelgroepen aanbieden, of juist populaire? En bied je ook artikelen aan die zijdelings met je hoofdartikelen te maken hebben?
Welke informatie wil ik verder nog kwijt bij een product?
Opdracht 7:
Kies de producten die je wil gaan verkopen. Dit mogen zelfbedachte producten zijn, maar ook bestaande.
Heb je een zelfbedacht product? Zorg dan dat je een prototype/schets maakt van het product.
Opdracht 8:
Zoek 3 visies van andere bedrijven op en plak ze in je verzameldocument.
Schrijf nu de visie van jouw bedrijf eronder.
Week 3: Product foto's maken
Theorie week 3
Altijd als ik een Cheeseburger of iets anders bestel bij de MacDonalds ben ik teleurgesteld als ik
het broodje krijg. Waarom? Omdat de foto’s boven de balie er zoveel lekkerder uitzien dan hoe de
broodjes in werkelijkheid zijn. Of dit manipuleren van het beeld goed is betwijfel ik, maar het leidt
wel tot aankoop van deze etenswaren. Goede productfotografie kan de verkoop dus bevorderen
en stimuleren en dit is ook de reden waarom productfotografie zo belangrijk is. Als een bedrijf
goede productfoto’s inzet, straalt een bedrijf professionaliteit en betrouwbaarheid uit, maar daar
naast raakt de bezoeker ook vertrouwd met het product. Ofwel: goede en professionele product
fotografie is eigenlijk niet te missen op een webshop
Kenmerken van een goede productfoto
Het doel van productfotografie is natuurlijk het verkopen van een product. Om dit doel te bereiken, moet de fotograaf met een aantal dingen rekening houden, zoals:
Je moet in één oogopslag kunnen zien hoe het product eruitziet.
De foto moet realistisch zijn.
De foto moet het product er aantrekkelijk uit laten zien. Dit geldt met name voor voedingsmiddelen.
De foto moet goed belicht zijn.
De foto moet een neutrale of interessante achtergrond hebben.
Wanneer de foto aan al deze eisen voldoet, is het resultaat een productfoto die een hoop nieuwe klanten zal opleveren voor jouw bedrijf.
In je webshop heb je dus een goede productfoto nodig. Naast een goede productfoto voegen webshops vaak ook nog sfeerfoto's toe. Waarom doen ze dat?
Sfeerfoto’s in je webwinkel bieden in veel gevallen echt meerwaarde. Een voor de hand liggend voorbeeld: bedenk wat jou eerder zou aanzetten tot kopen: een dekbedovertrek in de verpakking of een foto van een mooi opgemaakt bed in een sfeervolle kamer? Een trui die vrijstaand gefotografeerd is of een trui die gedragen wordt door een model, zodat je meteen kunt zien hoe dit kledingstuk valt? Hier hoef je niet lang over na te denken toch?
Opdrachten week 3
De opdrachten maak je steeds in je verzameldocument.
Opdracht 9:
Geef een voorbeeld van een productfoto en een sfeerfoto.
Opdracht 10:
Voor deze opdracht gaan jullie productfoto's maken van jullie product(en). Zorg ervoor dat je ook minstens 1 sfeerfoto maakt.
Week 4: Prijsbepaling en promotie
Theorie week 4
Prijsbepaling
Hoe kan het dat de prijs van hetzelfde artikel per winkel kan verschillen?
De prijs is heel belangrijk voor een klant. Het bepaalt voor een groot deel of een klant een artikel wel of niet koopt. Dat alles een prijs heeft, is duidelijk. Maar wat is een redelijke prijs voor een artikel? Maak je het te duur, dan koopt niemand het. Maar ook te goedkoop werkt niet altijd. De klant twijfelt dan misschien aan de kwaliteit. Wat is een redelijke prijs?
Je kijkt bij het bepalen van je prijs naar de kosten die je maakt, de winst die je wilt maken en de prijs van je concurrenten. Je houdt ook rekening met je doelgroep. Soms kun je speciale prijzen maken voor grootverpakkingen. Dat is interessant voor zakelijke klanten.
Hoe bepaal je de prijs?
Stap 1: Hoeveel kost het product voor jou? Dit noem je de inkoopwaarde.
Stap 2: Bepaal hoeveel euro/procent jij winst wil maken. Dit noem je de brutowinstmarge.
Stap 3: Tel de inkoopwaarde en brutowinstmarge bij elkaar op. Dit bij elkaar opgeteld noemen we de verkoopprijs.
Stap 4: Bereken hoeveel procent btw (Belasting toegevoegde waarde) er gerekend moet worden.
Stap 5: Tel de verkoopprijs en de btw bij elkaar op. Dit noemen we consumtenprijs.
De consumentenprijs is de prijs die de klant uiteindelijk betaald.
Voorbeeld: De winkelier koopt een product in voor €2,30 exclusief btw. Hij rekent een brutowinstmarge van 40%. De btw bedraagt 21%. Bereken de consumtenprijs.
Bij promotie gaat het erom dat je webshop en assortiment bekend maakt en houdt. Het uiteindelijke doel is natuurlijk om zoveel mogelijk te verkopen. Hoe zorg je daarvoor? Wat voor reclame gebruik je? Welk soort promotie-activiteiten zet je in?
Veel mensen zoeken naar artikelen via Google. Je kunt je bij Google aanmelden als adverteerder. Jouw webshop komt dan bovenaan te staan bij bepaalde zoekwoorden. Dit kost wel geld. Je kunt er ook voor zorgen dat je webshop zo ingericht is dat hij bij Google zo hoog mogelijk in de lijst met zoekresultaten komt te staan. Bedenk daarvoor eerst welke zoekwoorden klanten vaak gebruiken als ze op internet zoeken naar online snoepwinkels. Gebruik zoveel mogelijk van deze zoekwoorden in de omschrijving van je webshop en in de omschrijving van de artikelen. Bij het ontwikkelen van een webshop kun je vaak keywords of metatags opgeven. Zet hier ook zoveel mogelijk zoekwoorden in.
Door middel van sociale media geef je je bedrijfsnaam, je eigen naam of bijvoorbeeld een artikel extra aandacht en zo vergroot je de bekendheid. Een sterk en bekend merk zorgt ervoor dat je opvalt tussen al je concurrenten. Dit is bovendien gratis!
Opdrachten week 4
De opdrachten maak je steeds in je verzameldocument.
Opdracht 11:
Bepaal aan de hand van het stappenplan de prijs voor het product die je gaat verkopen. Laat hierbij ook de berekeningen zien.
Opdracht 12:
Maak voor minimaal één van je producten reclame. Maak een reclameposter waarbij je product in de korting is. Houdt rekening met de volgende punten:
- Om welk artikel gaat het?
- Wat was de oude prijs?
- Wat is de nieuwe prijs?
- Hoelang duurt de actie?
Opdracht 13:
Maak onderstaande opdrachten en schrijf ook de berekening op.
A: Je koopt een oplader in voor €8,00. Je wilt een brutowinstmarge hanteren van 30%. De btw is 21%, bereken de consumentenprijs.
B: Je koopt een kilo appels in voor €5,00. Je wilt een brutowinstmarge hanteren van 45%. De btw is 9%, bereken de consumentenprijs.
C: Je koopt een kast in voor €80,00. Je wilt een brutowinstmarge hanteren van 120%. De btw is 21%, bereken de consumentenprijs.
D: Je koopt een ventilator in voor €15,30. Je wilt een brutowinstmarge hanteren van 45%. De btw is 21%, bereken de consumentenprijs.
Week 5 Presentatie
Theorie week 5
Presentatie
Een goede huisstijl is de basis van je presentatie. Ook in de huisstijl sluit je aan bij je doelgroep. Stel je wil graag verkopen aan zakelijke klanten dan mag de huisstijl dus niet te kinderachtig zijn. In een huisstijlgids beschrijf je hoe de huisstijl eruitziet. Hier staat in elk geval iets over:
kleuren
lettertype
logo.
Presentatie gaat over meer dan de huisstijl alleen. Je denkt ook na over de inrichting van de webshop. Hoe zet ik de artikelen neer? Wat staat op welke plek? Wat laat ik zien van de artikelen? Welke artikelen zet ik bij elkaar? Gebruik ik wel of geen foto’s? Wat doe ik met kleur, compositie en sfeer? Hoe geef ik de prijs weer? Hoe breng ik aanbiedingen extra onder de aandacht? Of nieuwe artikelen? Allemaal vragen die met de presentatie te maken hebben. Hier lees je later meer over.
Opdrachten week 5
Opdracht 13:
Zoek op internet verschillende bedrijven en hun huisstijl op.
Vertel welke huisstijl jou aanspreekt.
Wat straalt de huisstijl uit?
Opdracht 15:
Kies een lettertype uit die je kunt gebruiken voor de webshop.
Opdracht 16:
Ontwerp een logo voor de webshop.
Tip: Zoek op internet eens op hoe je deze gemakkelijk kunt maken. Bijvoorbeeld via https://www.canva.com/nl_nl/maken/logo/
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.