M&M - Mannen in de woestijn

M&M - Mannen in de woestijn

0. Info startweek

1. Jij begint

Motivatiemotor

➜ Maak een tegel aan in Egodact. Vul alle vragen onder 'voorbereiding' in. Wees zo volledig mogelijk met je antwoorden. Beschrijf daarin waarom je deze quest hebt gekozen en wat je hoopt van deze quest te leren.

 

Verderkijker

Je gaat in deze quest (verder) kennismaken met de stichters van de godsdiensten jodendom, christendom en islam. Deze drie godsdiensten hebben de overeenkomst dat ze allemaal geloven in één God. Met een moeilijk woord heet dat monotheïsme. In de tijd dat deze godsdiensten ontstonden, was het normaal dat mensen in meerdere goden geloofden. Dat noemen we polytheïsme.
De godsdiensten jodendom, christendom en islam kennen veel overeenkomsten. Veel bekende verhalen, komen in alledrie de godsdiensten voor. Misschien heb je wel eens gehoord van het verhaal van Noach. Zijn verhaal staat in de Tenach (heilige boek van de joden), de Bijbel (van de christenen, en de Koran (van de moslims). In de Koran wordt Noach Nuh genoemd. De godsdiensten ontstonden ook allemaal in (ongeveer) dezelfde regio in de wereld. Namelijk het midden-oosten.

Zowel Mozes, Jezus als Mohammed hebben een tijd alleen in de woestijn doorgebracht. Op die plek kregen zij boodschappen van God en bereidden ze zich voor op hun taak om Gods boodschap met andere mensen te delen.

Al eeuwenlang zoeken mensen de woestijn op om na te denken. In de woestijn is bijna niemand. Het is er stil. Je bent overgeleverd aan jezelf en aan je eigen gedachten. De perfecte plek dus voor reflectie.

➜ Maak opdracht 1 in je werkboekje.

Je werkboekje kun je hier downloaden en openen in Keynote.

 

 

2. Mozes

a. Wie was Mozes?

Mozes, de prins van Egypte

Lees de onderstaande tekst goed door en bekijk het filmpje op deze pagina. Maak vervolgens opdracht 2 en 3 in je werkboekje.

 

Mozes is een belangrijke man voor het volk Israël. Hij is een van de belangrijkste profeten binnen de godsdienst jodendom. Het volk Israël is volgens het heilige boek van de joden, de Tenach, duizenden jaren geleden begonnen met Abraham in het land Kanaän, dat nu wordt bewoond door Israëlieten en Palestijnen. Omdat er vierhonderd jaar voor Mozes' geboorte een hongersnood was in Kanaän, zijn zijn voorvaders naar Egypte vertrokken. Mozes wordt geboren in Egypte. Er wordt geschat dat hij leefde in de 13e eeuw voor Christus. Het volk Israël is sterk gegroeid en de Farao ziet dit volk als een bedreiging. Hij zet deze mensen, die ook wel het joodse volk worden genoemd, daarom in als dwangarbeiders in grote bouwprojecten. Alle joodse jongetjes die worden geboren, moeten gedood worden. Op die manier hoopt de Farao dat het volk niet verder kan groeien.

Als Mozes wordt geboren, houdt zijn moeder hem drie maanden verborgen. Ze wil niet dat Mozes wordt gedood. Na drie maanden is het moeilijk om hem nog verborgen te houden. Hij begint meer geluid te maken en dat gaat opvallen. Daarom wordt Mozes in een mandje dat kan drijven, in de rivier de Nijl gelegd. Mozes drijft de rivier af en wordt gevonden door de dochter van de Farao. Zij is zich aan het wassen in de rivier. De dochter van de Farao besluit Mozes te adopteren. Mozes groeit op aan het hof van de Farao.

Mozes weet dat hij geen Egyptenaar is, maar hoort bij het joodse volk. Op een dag ziet hij hoe een Egyptische soldaat een volksgenoot van hem slaat. Mozes werd zo boos, dat hij de soldaat doodsloeg. Toen de Farao erachter kwam wat Mozes gedaan had, wilde hij hem doden. Daarom vluchtte Mozes voor de Farao. Hij kwam terecht in Midjan en ging daar werken als schaapsherder.

Op een dag ziet Mozes een struik in brand staan. Dat gebeurde wel vaker door de warmte en droogte in dat gebied. Maar deze struik verteerde niet door het vuur. Uit het vuur hoort Mozes een stem die hem de opdracht geeft het volk Israël te bevrijden uit Egypte.

De Farao laat het joodse volk niet zomaar gaan. Hij wil zijn slaven niet kwijt. Pas nadat tien zware plagen Egypte hebben getroffen, mag het volk Israel onder leiding van Mozes Egypte verlaten.

Mozes leidt het joodse volk door de woestijn, op weg naar het beloofde land. Naar Kanaän, het land waar hun verre voorouder Abraham ooit heeft gehoord dat zijn nageslacht tot een groot volk zou uitgroeien.

b. Mozes in de woestijn

Na de uittocht uit Egypte begint Mozes met zijn volk aan de tocht door de woestijn. Op naar het beloofde land. In de woestijn leert God aan Mozes en het volk Israël hoe hij wil dat ze leven. Mozes spreekt met God op de berg Sinaï en krijgt daar van God de '10 geboden'.

Lees het verhaal uit de Bijbel over de 10 geboden in hoofdstuk 20 van het bijbelboek Exodus.

Maak daarna opdracht 4 in je werkboekje.

 

Je zou kunnen zeggen dat Mozes in de woestijn nadacht over de vraag...

'Hoe ziet een goede samenleving eruit?'

... en dat hij daar van God inspiratie voor kreeg.

Maak opdracht 5 in je werkboekje waarin jij nadenkt over jouw tien geboden voor een goede samenleving.

3. Jezus

a. Wie was Jezus?

Lees de onderstaande tekst goed door en bekijk de video. Maak vervolgens opdracht 6 in je werkboekje.

 

Jezus Christus is geboren in het jaar 0 in Bethlehem, een klein stadje vlak onder Jeruzalem. Jezus is niet zo maar een man. Christenen geloven dat Jezus de zoon van God is. Jezus Christus is de grondlegger van de godsdienst christendom. 

Jezus groeide op in Nazareth, als zoon van de timmerman Jozef en zijn vrouw Maria. Als Jezus 30 jaar oud is, gaat hij als godsdienstleraar rondtrekken door het land waar het volk Israël woont. In die tijd waren er meer rabbi's, maar Jezus was toch anders. Jezus wilde de mensen leren hoe God naar hen kijkt. Jezus keek vol liefde en begrip naar mensen, maar zag ook de dingen die ze fout doen.

In de Bijbel wordt het leven van Jezus beschreven in vier boeken, die we samen de evangeliën noemen. Deze boeken zijn geschreven door Matteus, Marcus, Lucas en Johannes. Het woord 'evangelie' betekent: 'goede boodschap'. De volgelingen van Jezus geloven namelijk dat de boodschap van Jezus goed is voor alle mensen. Tussen zijn leeftijd van 30 to 33 trekt Jezus door het land om te vertellen over Gods genade voor mensen en over hoe je goed met elkaar omgaat. Jezus doet dat op een andere manier dan andere rabbi's uit zijn tijd. Dit leidde vaak tot conflicten met de joodse godsdienstige leiders. Maar het maakte Jezus ook geliefd door mensen die niet meetelden in de samenleving.

- Jezus koos leerlingen uit die gewone mensen waren, zoals vissers. Sommigen van zijn leerlingen konden niet lezen of schrijven.

- Hij behandelde mannen en vrouwen als gelijken terwijl dat niet normaal was.

- Jezus behandelde hoeren en zieke mensen als medemensen. Hij keek naar hun hart en niet naar hun positie in de samenleving. Jezus kwam steeds op voor zieke, arme of zwakke mensen.

- Hij legde zich niet neer bij dingen die in die tijd normaal waren volgens het joodse geloof of de romeinse bestuurders. Zeker niet als zwakke mensen daaronder lijden.

De boodschap van Jezus maakt de leiders van het land uit zijn tijd zo boos, dat ze hem willen vermoorden. Toen Jezus 33 jaar oud was, werd hij gekruisigd en stierf hij. Maar volgens de Bijbel is dit niet het einde! Na drie dagen is Jezus opgestaan uit de dood. Christenen geloven dat het kwaad in de wereld door Jezus' opstanding is overwonnen. En dat er hoop en vergeving is voor iedereen.

b. Jezus in de woestijn

Net als Mozes heeft ook Jezus zich een tijd lang teruggetrokken in de woestijn. Dat deed hij vlak voordat hij ging rondtrekken om zijn goede boodschap aan mensen uit te leggen. In de Bijbel staat dat Jezus 40 dagen en 40 nachten in de woestijn was zonder iets te eten. Als hij na die 40 dagen erge honger heeft gekregen, komt de duivel bij Jezus. Hij is volgens de bijbel de tegenstander van God. De duivel is uit op het kwaad en komt naar Jezus toe om hem op de proef te stellen.

Lees in de Bijbel Matteüs 4 vers 1 tot 11

 

Bij zijn doop heeft Jezus nog gehoord dat hij 'Gods geliefde zoon' was. Jezus vertrouwt erop dat God voor hem zorgt. Nu heeft de duivel Jezus op drie manieren op de proef gesteld, oftewel getest. Dat deed hij op het moment dat Jezus op zijn zwakst was. Dan is het moeilijk om te blijven vertrouwen op God. De duivel probeerde Jezus te verleiden om...

1. stenen in brood te veranderen, en zo zijn honger te stillen

2. van het dak van de tempel te springen, zodat hij door God gered kon worden

3. voor de duivel te knielen en om daarmee de macht over de wereld te krijgen

De vraag waar Jezus door deze opdrachten over na moet denken, is:

'Op wie vertrouw ik?'

Maak opdracht 7 in je werkboekje.

 

 

4. Mohammed

a. Wie was Mohammed?

Lees onderstaand verhaal en bekijk het filmpje. Maak vervolgens opdracht 8 in je werkboekje.

 

Mohammed wordt rond 570 na Christus in Mekka geboren. Mohammed is de belangrijkste profeet in de godsdienst Islam. Mekka was tijdens het leven van Mohammed een belangrijke stad in het land dat wij nu kennen als Saoudi Arabië. De maatschappij waarin Mohammed opgroeide, bestond uit verschillende stammen. De meeste stammen leefden als nomaden. Dat betekent dat zij rondreisden met al hun spullen en geen vaste steden of dorpen hadden.

Mohammed groeide op in een stam die veel handelde. De vader van Mohammed was een koopman, maar hij stierf al voor de geboorte van zijn zoon. Toen ook de moeder van Mohammed stierf toen hij zes jaar oud was, werd Mohammed opgevoed door zijn oom en opa.

Veel arabieren geloofden in die tijd in meerdere goden. Dit wordt ook wel polytheïsme genoemd. Mohammed geloofde van jongs af aan in één God.

Mohammed werkte toen hij jong was als schaapsherder en werd later- net als zijn vader en oom- koopman. Een rijke weduwe, Chadidja, nam hem in dienst en stuurde Mohammed als leider van een handelskaravaan op reis. Op zijn reizen kwam Mohammed in contact met joden en christenen en leerde hij over hun godsdiensten. Toen Mohammed terugkwam in Mekka, trouwde hij met Chadidja. Zij kregen samen zes kinderen.

Door zijn huwelijk kon Mohammed minder werken en meer tijd besteden aan gebed. Hij trok er vaak alleen op uit, naar de bergen in de buurt van Mekka, om dichter bij God te kunnen zijn. In het jaar 610 (Mohammed is dus ongeveer 40 jaar oud) verschijnt een boodschapper van God aan Mohammed. Die boodschapper is een engel en hij heet Djibriel. In de ruim 20 jaar daarna krijgt Mohammed steeds vaker boodschappen van God. Deze boodschappen worden later samengevoegd in de Koran, het heilige boek van de moslims.

Pas na een aantal jaar begon Mohammed in het openbaar te spreken over de boodschappen die hij van God had gekregen. Hij riep de mensen in Mekka op om geen andere goden meer te aanbidden. Veel mannen en vrouwen waren hiervan onder de indruk en werden moslim. Moslim betekent 'zich onderwerpen aan God'. De religieuze leiders van de grootste stam in Mekka waren bang dat de boodschap van Mohammed een bedreiging zou worden voor hun eigen positie. Ze probeerden Mohammed daarom te vermoorden.

Het werd voor Mohammed en de moslims steeds gevaarlijker in Mekka. In een kleinere stad ten noorden van Mekka, genaamd Medina, werd Mohammed uitgenodigd om de leider en rechter te worden. De moslims uit Mekka vluchtten in het jaar 622 in het geheim naar Medina. Een groot deel van de bevolking in Medina bekeerde zich tot de Islam.

Met steun van de bevolking in Medina besloot Mohammed een oorlog te beginnen tegen zijn eigen oude stam in Mekka. Alhoewel zijn oude stam een groot leger op Medina af stuurde, wist Mohammed die steeds te verslaan. Uiteindelijk trok Mohammed met zijn leger naar Mekka zelf. Daar had Mohammed inmiddels een goede reputatie gekregen, waardoor er niet werd gevochten toen hij daar aankwam met zijn leger.

Mohammed had inmiddels het grootste leger van heel Arabië verzameld. Binnen de korste keren was Mohammed de leider van heel Arabië geworden. Nadat Chadidja was overleden, trouwde Mohammed met nog vijftien vrouwen. Mohammed stierf in het jaar 632 na Christus. Vlak voor zijn dood ging Mohammed naar de Kaäba in Mekka en hield daar een preek. Tot op de dag van vandaag is het voor moslims verplicht om minimaal één keer in hun leven de Kaäba in Mekka te bezoeken.

b. Mohammed in de woestijn

In de vorige stap heb je al gelezen dat Mohammed in de woestijn van de engel Djibriel boodschappen van God kreeg. Al deze boodschappen zijn vastgelegd in het boek dat wij nu kennen als de Koran

Bekijk en beluister Soera 1  (het eerste hoofdstuk) uit de Koran.

 

Deze Soera is één van de bekendste teksten uit de Koran. Deze tekst wordt dagelijks meerdere keren door moslims uitgesproken tijdens de salat. De salat is het gebed dat moslims vijf keer per dag bidden. Dat doen ze vaak op een kleed die in de richting van Mekka ligt. In dit gebed wordt Allah geëerd en gedankt. 

Maak opdracht 9 in je werkboekje.

 

Je zou kunnen zeggen dat Mohammed in de woestijn bezig was met de vraag:

"Welke boodschap geef ik door?"

Maak opdracht 10 in je werkboekje.

5. Afronding

➜ Maak de vragen op de laatste dia van je werkboekje.

➜ Loop je werkboekje nog een keer goed door. Is alles compleet? Zijn je antwoorden duidelijk en in je eigen woorden? Kun je er nog een taalfoutje uit halen?

➜ Upload jouw werkboekje als PDF in Seesaw. Koppel de Seesaw link aan jouw tegel in Egodact. Stuur mevrouw Rebel een berichtje dat je de quest hebt afgerond. 
  • Het arrangement M&M - Mannen in de woestijn is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2022-10-24 11:33:17
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    .
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur en 0 minuten

    Bronnen

    Bron Type
    https://player.ntr.nl/index.php?id=WO_NTR_428648
    https://player.ntr.nl/index.php?id=WO_NTR_428648
    Video
    https://youtu.be/DluSbZLZGGI
    https://youtu.be/DluSbZLZGGI
    Video
    https://player.ntr.nl/index.php?id=WO_NTR_428927
    https://player.ntr.nl/index.php?id=WO_NTR_428927
    Video
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.