soorten en rassen
Bij biologie heb je in het derde leerjaar iets gehad over ordening. Binnen de wereld gaan we hier een klein stukje verder mee.
Om even weer het geheugen op de frissen gaan we een stukje herhalen.
In de biologie kunnen we de organismen indelen in de vier rijken.
- bacterie
- schimmel
- planten
- dieren
Wij gaan in dit thema verder met het dierenrijk. Het rijk van de dieren wordt vervolgens weer onderverdeeld in acht verschillende afdelingen.
- eencellige dieren
- sponzen
- holtedieren
- wormen
- weekdieren
- geleedpotigen
- stekelhuidigen
- gewervelden
De afdeling van de Geleedpotigen en de Gewervelden kunnen we nog verder indelen in klassen. Omdat we vooral met honden, paarden, vogels, konijnen en knaagdieren te maken hebben, richten we ons nu op de afdeling van de gewervelden. De gewervelden kunnen we weer indelen in vijf verschillende klassen.
- vogels
- vissen
- amfibie
- reptielen
- zoogdieren
Binnen de zoogdieren vallen heel erg veel verschillenden diersoorten. Op school hebben we er al behoorlijk wat. Een voorbeeld van een diersoort is de hond. Binnen het soort hond komen ontzettend veel rassen voor. Voorbeelden hiervan zijn de Jack russel, labrador.
Maar hoe weet je nu wanneer dieren tot hetzelfde soort behoren, en wanneer dieren tot hetzelfde ras behoren.
- Dieren behoren tot hetzelfde soort als ze kunnen paren en vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen.
- Dieren behoren tot hetzelfde ras als ze dezelfde raseigenschappen hebben.
welzijn
geschikt of ongeschikt
hygiene
soorten voeding
Voeding voor dieren is erg belangrijk. Je zult je wel aan een aantal regels moeten houden. Als je dieren het juiste voer en de juiste hoeveelheid voert, blijft het dier gezond. Dat is natuurlijk belangrijk.
soorten voeding:
Er bestaan heel erg veel soorten dieren die allemaal hun eigen voederbehoefte hebben. Zo krijgt een hond vooral brokken die vol zitten met vlees, maar een cavia eet vooral plantaardig voedsel. Je zult dus moeten kijken wat het dier in de natuur eet en daar de voeding op aanpassen.
Voor de meeste huisdieren is dit allemaal te koop in de dierenwinkel. In een dierenpark wordt het voedsel klaargezet door mensen die werken in de dieetkeuken. Vaak is er een dietist voor dieren bij betrokken die zorgt dat het dier de juiste voeding en voedingsstoffen binnen krijgt. Zo'n voedingsplan per dier noem je een rantsoen. Dit rantsoen moet je wel welke keer bekijken en bijstellen.
hoeveelheid
De hoeveelheid voeding die je het dier geeft is ook belangrijk. Sommige dieren weten zelf heel goed hun eigen maat. Ze stoppen dus met eten als ze genoeg hebben. Het voordeel hiervan is dat ze nooit meer eten dan ze nodig hebben. Ze worden dus niet snel te dik. Heel veel huisdieren kunnen dit helaas niet. Ze eten door totdat hun bak leeg is. Denk aan veel honden. Het gevolg is dat dieren snel te dik worden. Je moet daarom het voedsel goed afwegen.
soorten voeding
De voeding die wij aan onze huisdieren voeren kun je kopen in verschillende vormen. De meeste diernen krijgen droge brokken. Die brokken zijn speciaal samengesteld voor het diersoort waar ze aan gegeven worden. Zo bestaan konijnenbrokken uit plantaardige voedingsmiddelen en kattenbrokken uit gedroogt vlees. Dit soort brokken noemen samengestelde brokken.
Samengestelde brokken kan ook uit verschillende onderdelen bestaan. Dit noem je vaak gemengd voer. Het nadeel is dat dieren heel snel het lekkere eruit eten en de rest laten staan. Zo wordt een dier ook weer snel te dik.
gemend voer
ruwvoer en krachtvoer
Voeding kan je indelen in twee soorten:
- ruwvoer
- krachtvoer
Ruwvoer komt direct van het land en is onbewerkt. Dit voer is voor de planteneters onder de dieren. Hooi bijvoorbeeld is een ruwvoer. Voor konijnen en knaagdieren is ruwvoer de hoofdvoeding.
ruwvoer
Krachtvoer is bewerkt voer. Krachtvoer wordt gegeven als onderhoudsvoer. Daarnaast krijgt een dier extra krachtvoer als het iets moet produceren. Een kip die een ei moet leggen, eet dus meer krachtvoer dan een kip die geen ei hoeft te leggen.
Oefening: hoeveel voer eet ik
Start
voereters
Dieren kan je indelen in drie verschillende voereters.
- herbivoren
- omnivoren
- carnivoren
Elke vooreter heeft zijn eigen soort voeding, eigen soort gebit en de lengte van het darmstelsel is bij alle drie ook anders.
Herbivoren
Herbivoren is de latijnse benaming voor planteneters. Deze dieren heten dus alleen plantaardig voedsel. Om dit voedsel goed te kunnen fijnmalen en verteren is het gebit en het darmstelsel aangepast op de harde celwand van planten.
hanteren en fixeren
Hanteren van een dier
Het kan niet anders als je dieren houd dat je dieren vast moet houden. In de dierenwereld noem je het vasthouden van dieren hanteren. Hanteren van dieren doe je als je het dier verplaatst van a naar b, of als je het dier in een ander hok plaatst. je let hierbij altijd op de veiligheid van jezelf en van het dier. het hanteren van een diersoort is bij elk dier verschillend. Als je dit op de juiste manier doet, doe je het dier geen pijn en heeft het geen onnodige stress.
fixeren van een dier
Een dier moet af en toe gecontroleerd worden op te lange nagels, tanden of een algehele gezondheidsceck. Bij deze handelingen is het noodzakelijk een dier te fixeren. Fixeren is een dier zo vasthouden dat het zich niet meer kan bewegen. Zo kunnen handelingen veilig worden uigevoerd zonder dat je het dier pijn doet. Ook het hanteren van elk diersoort is anders.
verschil in hanteren en fixeren van een kat
Oefening: vragen hanteren en fixeren
Goed zo!
Je hebt alle vragen beantwoord. Je kunt je
antwoorden bekijken door terug te gaan naar
de vragen.
dieren trainen
gezondheidscontrole
huisvesting
I.O en de eisen
Voor het Thema Tofsport sluit je het thema af met een I.O. De I.O die hoort bij dit thema is een instructiefilmpje maken van een dier dat je traint, en een intervieuw afnemen op een bedrijf dat werkt met dieren. In de I.O. staan de eisen waar je aan moet voldoen. Lees de I.O. goed door zodat je weet waar je op beoordeeld wordt!
vragen over voeding
