Waar gaat de profielmodule 'Vergroening stedelijke omgeving' over? In de stad kom je op verschillende plekken 'groen' tegen. Dat begint al bij jou thuis, als je huisdieren hebt, of in de achtertuin. Wie heeft jullie tuin ontworpen en aangelegd? Als je verder de buurt in gaat of in de omgeving van het dorp kijkt zijn er vaak parken en bijvoorbeeld een kinderboerderij.
Mensen willen van al dit groen in de buurt en het dorp genieten, ze recreëren en ontspannen zich in de natuur, maar weten ze ook waarom het belangrijk is planten en dieren te houden in de stad?
Wat ga ik doen?
Opdracht: Vooruitkijken
Waar moet je aan denken bij vergroening van de stedelijke omgeving? Wat voor bedrijven en beroepen horen daar bij en welke competenties heb je nodig om deze beroepen uit te kunnen voeren?
Van daktuin tot landgoed
Hoveniers weten alles over het aanleggen en verzorgen van tuinen. Of het nu gaat om een landgoed van vele hectaren of om een kleine daktuin. Hoveniers luisteren naar de wensen van hun klanten en komen met een oplossing. Ze weten wat er mogelijk is en welke materialen nodig zijn.
Van alle markten thuis
Hoveniers planten niet alleen bomen en planten, maar kunnen ook muren metselen, paden en terrassen aanleggen en vijvers en fonteinen en watervallen maken. Ze zijn dus van alle markten thuis.
Veel opdrachtgevers
Hoveniers werken voor particulieren, maar ook voor gemeenten. Ze leggen sportparken en parken aan en zorgen voor het onderhoud daarvan. Hoveniers zijn vaak zelfstandig ondernemers.
1 Ontwerpen van de tuin
Voordat er een een tuin aangelegd wordt, is er een ontwerptekening van de tuin gemaakt. Daarin zijn de wensen van de klant zo goed mogelijk verwerkt. Hierbij ga je als volgt te werk:
Wat heb ik?
Wat wil ik?
Wat moet ik ervoor doen?
Een tuintekening is een plattegrond op schaal. Je gaat verderop leren werken met tekenen op schaal.
Op de ontwerptekening staat precies waar een pad of boom moet komen. De tekening is altijd van bovenaf getekend. Je leest de tekening dus alsof je vanuit een vliegtuig naar beneden kijkt. Voor het maken van een ontwerptekening worden symbolen gebruikt.
Met een ontwerptekening krijgt de klant een beeld van het eindresultaat. Het ontwerp kun je bespreken met de klant en je kunt makkelijk wijzigingen aanbrengen. Ook kun je op basis van een ontwerptekening een kostenberekening maken.
Je gaat een tuintekening leren ‘lezen’.
Het is natuurlijk niet te doen om alle plantjes, stenen en andere details te tekenen in een schets. Een schets is een ‘vluchtige’ tekening die een idee geeft van het ontwerp. Voor het intekenen van tuinelementen als bomen, bestrating, planten en het gazon, worden symbolen gebruikt en standaardpatronen. Zo begrijpt iedere vakman wat je bedoelt.
We gaan de meest algemene symbolen en patronen bekijken.
We moeten bij een tuin ontwerpen en aanleggen rekening houden met het klimaat. De tuinen die we ontwerpen en aanleggen zijn gericht op de toekomst, wat inhoudt dat er meer groen in gebruikt wordt dan stenen (harde materialen). Een voordeel hiervan is dat er bij de grote hoosbuien, die er door de klimaatsveranderingen zijn, het water weg kan lopen in de grond. Heb je alleen bestrating dan kan het water geen kant op en komt in het riool terecht. Hierdoor kan het riool overstromen met alle problemen van dien. Door het gebruik van meer planten komen er ook weer meer bijen, vogels en andere insecten in de tuin. Op deze manier kan iedereen zijn steentje bijdragen aan het milieu en een duurzame tuin.
Verticaal tuinieren, Bakkersplein Castricum
Duurzaam materiaal.
De duurzame tuin is een milieuvriendelijke tuin, je kiest voor verantwoorde producten en materialen. De verhouding tussen groen (heesters, bomen en planten) en grijs (bestrating en overkappingen etc.) is groen tweederde en grijs eenderder van het totale oppervlak.
Duurzaam materiaal is materiaal dat de natuur zo min mogelijk belast als het gemaakt of bewerkt wordt en als het transport zo min mogelijk belastend is voor het milieu. Een voorbeeld hiervan is dat hardsteen niet uit b.v. China geïmporteerd wordt maar uit Europa. Er zijn dan veel minder vervoerskosten aan verbonden.
De levende tuin.
Het ontwerpen van een tuin heeft de nodige voeten in aarde. Je gaat onderzoeken wat er allemaal nodig is om een tuin te ontwerpen en aan te leggen, waarbij het heel erg belangrijk is dat je bekijkt welke vernieuwingen er zijn op het gebied van tuinen. Hierin moet duurzaamheid en milieu een grote rol spelen.
De tuintrend was er de laatste jaren op gericht om:
van de tuin een tweede woonruimte te maken
veel bestrating en grind
weinig diversiteit in groen
weinig plek voor insecten en dieren in de tuin.
Het klimaat verandert, de temperatuur van de aarde stijgt nog sneller dan verwacht, meer en zwaardere hoosbuien komen veel vaker voor. Bij een hoosbui valt in heel korte tijd heel erg veel regen en het riool kan dat vaak niet aan, het water loopt de straten op en de huizen binnen. Hierdoor is het belangrijk geworden om naar andere oplossingen te zoeken.
Doordat er overal zoveel bestrating is, kan het water niet meer de grond intrekken en wordt het overtollige regenwater afgevoerd naar de rioleringen, die deze hoeveelheden water niet meer kunnen verwerken en daardoor overstromen.
Je kan dit door simpele aanpassingen verminderen:
Meer groen in de tuin en minder bestrating
Regenwatervijver aanleggen
Aanleg geveltuin
Regenton
Infiltratiekratten
Grindpalen in de tuin
Dakgoot schoonhouden
Daktuin aanleggen
Wateropvang en waterhergebruik voor toilet, wasmachine, tuin
Je gaat dit allemaal onderzoeken en meenemen in je tuinontwerp.
Hergebruik van materialen en het gebruik van slijtvaste en duurzame materialen zijn van groot belang.
We zien hieronder een paar voorbeelden van tuinen voor het maken van een tuinontwerp en een beplantingsplan.
Welke tuintrends en duurzame vernieuwingen er zijn en te ontdekken op het gebied van tuinaanleg en beplantingen.
De tuin die je gaat ontwerpen is een tuin waar het voor mens en dier een prettige omgeving is. Iedereen heeft zijn eigen smaak, maar de volgende vijf punten zijn in iedere tuin van belang:
Een tuin waar mensen en dieren zich thuis voelen
Een tuin voor vlinders en vogels
Een tuin die opgebouwd is uit gerecyclede materialen
Een tuin gemaakt van duurzame materialen
Een tuin die gelijk milieubesparend is (zonne-energie, wind-energie, water)
Als je nog moeite hebt met sommige opdrachten dan kun je in deze video nog uitleg krijgen.
1.3 Huiswerk opdrachten
Huiswerkopdracht A Plattegrond maken
tijdsduur ongeveer 20 minuten
Rondom een winkel is een deel van de grond nog niet ingericht. Jij gaat met behulp van een plattegrond een ontwerp voor de inrichting maken. In het ontwerp neem je op: een kas, een terras met windscherm, een kippenverblijf, een border, een dierenweide en een composthoop.
Voor deze opdracht heb je het bestand plattegrond_kb.xlsm nodig.
1 Maak het ontwerp voor de grond rondom de winkel.
Voordat je aan de opdracht begint
Het bestand staat met een link onder deze opdracht in Wikiwijs.
Open het bestand plattegrond_kb.xlsm.
Sla het bestand op
Lever het bestand in via ELO
Uitvoering van de opdracht
Lees de instructie in het digitale bestand.
Plaats de elementen op de goede plek in de plattegrond. Dit kun je doen door ze te verslepen.
Houd rekening met de eisen aan de plek die in het digitale bestand staan en met de schaduw gedurende de dag.
In het kippenverblijf komen 20 kippen. Hoe groot moet de oppervlakte van het kippenverblijf zijn in m2? Rond af op een heel getal.
Als je klaar bent met de opdracht lever je het bestand plattegrond_kb.xlsmin via de ELO
In de tuin die jullie gaan ontwerpen is een tuin waar het voor mens en dier een prettige omgeving is. Maar ieder heeft zijn eigen smaak. De volgende vijf punten zijn in iedere tuin belangrijk! Met deze 5 punten creëer je een toekomstgerichte tuin:
Een tuin waar mensen en dieren zich thuis voelen
Een tuin voor vlinders en vogels
Een tuin die opgebouwd is uit gerecyclede materialen
Een tuingemaakt van duurzame materialen
Een tuin die gelijk milieubesparend is ( zonne-energie, wind- energie, water)
Opdracht:
Beantwoord de vragen in de opdracht en zoek een situatie in jouw omgeving waaraan je kan zien dat duurzaamheid wordt toegepast in een tuin.
In het bestand onderaan schrijf de betekenis achter de begrippen die vetgedrukt zijn.
Sla deze lijst op in je one-drive in de map PM3.
Deze lijst vul je elke keer aan.
1.4 Een tuintekening ontwerpen
Opdracht A: Maak een ontwerp
Je gaat een tuinontwerp maken. Hierbij werk je op A3 papier. Dit A3 papier teken je in zoals het is getekend in het bestand hieronder. Let op: Zorg ervoor dat het tuinontwerp vrij ligt van de kaderlijn en kaderhoek!!
Maak de opdracht beplantingsplan maken. Volg de aanwijzingen uit de opdracht en gebruik het bestand catalogus_kb.pdf
2. Theorie aanleg van de tuin
Bij het aanleggen van een tuin is dit een logische volgorde:
uitzetten van de tuin
grondwerk
kabels en leidingen (ook licht)
erfafscheiding plaatsen (haag of schutting)
verhardingen
beplantingen (van groot naar klein)
gazon
Het kan zo zijn dat je afwijkt van deze volgorde omdat de situatie daarom vraagt. Bij beplanting hou je niet alleen rekening met groot en klein, maar ook de bereikbaarheid. Zo kan het zijn dat je van achter naar voor werkt.
2.1 Theorie aanleg
Uitzetten
Bij het uitzetten van een tuin zet je als eerste de omtrek van de tuin uit.
Daarna maak je de verschillende onderdelen duidelijk met behulp van piketten en pootlijnen.
Een rechte lijn is heel gemakkelijk te maken door een draad tussen paaltjes te spannen. U kunt de richtingslijn van een muur dus in de hele tuin overbrengen, door deze met draad en paaltjes te verlengen.
Landmeters werken met speciale hulpmiddelen. De twee meter lange, stokken met afwisselend rood en witte strepen heten jalons. De echte piketten zijn gepunte, ronde of vierkante paaltjes van 40 tot 60 cm.
Wanneer je vanaf een uitgezette lijn een rechte hoek (90°) wilt maken, kan dat heel eenvoudig met een haakse hoek. Als dit op de lijn gebeurt, dan noemen we dit ook wel een loodlijn
Gereedschappen voor het uitzetten, NAP, PP, Laser:
In Nederland vind je drie grondsoorten die veel voorkomen, namelijk:
zandgrond
kleigrond
veengrond
De verhouding van de bestanddelen is bepalend voor de naam van de grondsoort.
Zandgrond bestaat voor het merendeel uit zand. Deze grondsoort bevat (bijna) geen humus (verrotte plantenresten). De grond heeft een lichte kleur en voelt scherp aan. Zand laat gemakkelijk water door en droogt snel uit.
Kleigrond voelt zacht en vettig aan. Kleigrond bestaat voor het merendeel uit heel fijne deeltjes die aan elkaar kleven. Er zit slechts een beetje humus in. Een eigenschap van klei is dat deze bij langdurige regen dicht slibt en bij langdurig droog weer open scheurt. Kleigrond is voedselrijk. De kleur van een kleigrond kan grijs (zeeklei), grijsgeel (kiss), geel (leem) of bruin (rivierklei) zijn.
Veengrond bevat veel humus (ten dele verrotte plantenresten). Humus geeft de grond een donkere kleur. In humus zitten voedingsstoffen. Een andere eigenschap van humus is dat het vocht vasthoudt. Het is dus belangrijk voor een plant dat er humus in de grond zit.
De meeste planten houden van een grond die bestaat uit:
veel humus (voedsel en vocht)
klei (voedsel en vocht) en
zand/grint (lucht).
GRONDBEWERKING
Grondbewerking gebeurt in de natuur door:
het klimaat (droogte, nat regenen, bevriezen, ontdooien, opdrogen etc.)
natuurlijke organismen (mollen, wormen en andere diertjes, schimmels).
De mens kan de grond bewerken middels spitten, ploegen, frezen, schoffelen, cultiveren, hakken. Een aantal van deze manieren van grondbewerken zal nader besproken worden. Al deze methoden van grondbewerking maken dat de grond losser wordt. De grond droogt nu minder snel uit, en er bevindt zich meer lucht in de grond. Een pas gespitte grond is lekker rul (luchtig), waardoor de planten makkelijk wortelen. Alle vormen van grondbewerking hebben altijd invloed op de lucht- en waterhuishouding.
In het bestand hieronder kun je meer lezen over spitten.
In de video zie je hoe een heg met 1 rij wordt geplant.
nadat een sleuf wordt gegraven, zet je de planten aan 1 kant.
De sleuf is mooi recht afgestoken en de planten druk je tegen de afgestoken kant.
De grond heb je naar de andere kant gegooid en kun je nu aanvullen.
Daarna druk je de grond aan en zet de planten rechtop.
Wil je een dubbele rij planten, maak dan de sleuf iets breder.
Zet de planten aan beide zijden in de sleuf.
Het is wel lastiger om de grond weer aan te vullen.....
Machinaal heggen planten.
Hieronder een plantmachine die speciaal is ontworpen voor het planten van hagen.
Zie video.
kant en klaar heggen planten
Hieronder een film over de aanplant van een kant en klaar haag.
kant en klaar heg
Deze kant en klaar heg, prijs 60 euro per strekkende meter, is 2 meter hoog. Ook hier wordt de kraan ingezet om een handje te helpen.
machinaal kant en klaar heggen planten
Martijn Naber Curatio heg planten
bomen planten
reden boompaal
boom krom
boom planten
Hieronder de werkvolgorde bij het planten van een boom met 1 paal:
Graaf een ruim plantgat.
Plaats de paal op het zuidwesten
Zet de boom op de juiste diepte.
Houdt tussen paal en stam boven een vuist afstand, onder een voet.
Gooi het plantgat dicht
Druk de grond aan
Plaats de boomband.
hoge paal of lage paal?
Meestal zie je dat hoveniers en groenvoorzieners een lange paal gebruiken.
Zie afbeelding links boven. Men vindt het mooi staan. Een paal staat bij een boom, zodat de boom in de eerste jaren goed kan wortelen.
Zonder paal vangt de boom veel wind als de boom in het blad zit. Zonder paal zal de boom in de grond gaan wiebelen en zich niet goed kunnen vastzetten. Omwaaien is dan goed mogelijk. Maar om te zorgen dat de boom niet omwaait, kun je ook een kniepaal gebruiken. Ook met een kniepaal wordt de boom vastgehouden en zal bij wind niet gaan wiebelen.
Een andere reden om kniepalen te gebruiken of extra te plaatsen is dat de stam minder snel wordt beschadigd bij maaiwerkzaamheden.
De persoon die gras maait, wordt gedwongen om ruimer om de boom heen te maaien.
paal recht of scheef of ???
2.2 Huiswerk opdrachten
Opdracht: foto's maken
Maak van 2 planten uit verschillende groepen houtachtigen en 2 planten uit verschillende groepen kruidachtigen een foto. Upload de foto in het word document. Zet de naam van de plant erbij en zet erbij in welke groep de plant hoort. Vermeld ook de kenmerken, zoals bloeitijd, wel of niet wintergroen, hoogte en andere kenmerken die ertoe bij jouw plant.
Welke voorbeelden van haagplanten worden hier gegeven.
Vul deze in op het formulier en zorg dat je een plaatje erbij krijgt als voorbeeld. Kies zelf ook nog 1 ander voorbeeld van een plant die geschikt is als haag.
Je gaat nu met een tuintekening aan de slag. Als je een tuintekening hebt begint het met het uitzetten. Dit kan met behulp van een piket, meetlint en een pootlijn. Dit moet je ook zelf kunnen.
In deze opdracht leer je om met de gegevens uit de tekst de juiste keuze te maken in een catalogus.
In deze opdracht leer je om de gegevens vanuit een tekening om te zetten. Je gaat een boom planten met 1 boompaal!
Maak de opdracht.
2.4 Bestraten
In de tuin kun je levenloze en dode materialen toepassen. Wat is het verschil? Dat ga je uitzoeken door een interactieve module door te werken op de computer. Verder ga je in twee praktische opdrachten leren hoe je dit kunt toepassen. Je gaat een straatje leggen en een maairand. Op het plaatje zie je een aantal mogelijke bestratingsverbanden.
Je gaat tijdens deze opdracht nog een keer uitzetten om deze vaardigheid beter onder de knie te krijgen. Verder ga je een maairand aanleggen. Dit is een verharding van klinkers die een afscheiding kan vormen tussen een gazon en een plantvak.
Maak deze opdracht samen.
Tijdens deze opdracht werk je aan de competentie met mensen samenwerken en overleggen en beroepshandelingen uitvoeren en vakdeskundigheid toepassen.
2.5 Uitzetten van de tuin, gevorderden
Je gaat nog een keer uitzetten. Maar nu is de opdracht iets lastiger doordat:
de tuin geen rechthoekige vorm heeft;
er een blokhaag of dubbele haag of ronde haag in voorkomt;
Tijdens deze opdracht werk je aan de competentie met mensen samenwerken en overleggen en beroepshandelingen uitvoeren en vakdeskundigheid toepassen.
3. Theorie onderhoud in de tuin
3.1 Bemesting
Bemesten van de tuin en bodemverbetering
Planten hebben voedingsstoffen nodig om te kunnen groeien en om sterk en gezond te blijven. Planten met een gebrek aan voedingsstoffen zijn gevoeliger voor ziekten en bloeien minder en dragen minder vrucht. Belangrijk bij het geven van mest is het tijdstip waarop je het doet, en de soort en hoeveelheid mest die je geeft. Zandgrond en kleigrond hebben heel andere wensen wat betreft de bemesting. Het is dus eerst zaak om te weten wat voor een grond je gaat bemesten. Bemesten kan met kunstmest gebeuren of met organische mest. Kunstmest geeft direct resultaat maar is snel verdwenen, organische mest zorgt voor verbetering van de grond, heeft tijd nodig om opgenomen te worden en werkt langer door.
Aan welke factoren voldoet een grond voor plantengroei?
Juiste bodemstructuur
Goede zuurgraad
Voldoende voedingsstoffen
Gezond bodemleven
Water en lucht zijn net zo belangrijk als de samenstelling van de grond.
Wat kun je zoal doen om de bodem te verbeteren?
Organische stof toevoegen
Door de toevoeging van organische stoffen wordt het bodemleven gestimuleerd. Er komen insecten en wormen in de grond, die de bodem verbeteren. Je kunt hiervoor compost gebruiken, of gecomposteerde kokosnootvezels, maar je kunt ook plantenresten onderwerken. Tot 30 cm is diep genoeg.
Kalk toevoegen
Als je kalk toevoegt wordt de grond luchtiger. Het heeft ook invloed op de zuurgraag van de grond. Kalk bindt de deeltjes in zandgrond, terwijl het de binding in klei juist vermindert.
Mulchen
Je verbetert de grondlaag door mulch toe te voegen. Het zorgt voor een daling van de zuurgraad van de grond, het houdt de groei van onkruid wat tegen en beschermt in de zomer tegen verdamping uit de grond en in de winter houdt het de wortels van planten warmer. Voor organisch mulchen kun je gebruiken tuinafval wat gecomposteerd is, verteerde stalmest, houtsnippers, gecomposteerde kokosnootvezels, gesteriliseerde champignonmest, en compost.
Bemesten van de grond
Als je de grond gaat bemesten zijn er een aantal zaken waar je op moet letten;
Geeft de juiste hoeveelheid mest
Bemest op het goede moment. In het voorjaar gaan planten weer groeien en zullen dan grote behoefte hebben aan voedingsstoffen. Zandgrond en een moestuin hebben vaker mest nodig dan een voedselrijke grond.
Organische stoffen zijn naast voedingsleveranciers ook bodemverbeteraars en zijn dus beter dan kunstmest. Het is ook minder belastend voor het milieu.
De zuurgraad van de grond moet goed zijn
Bemesting (N-P-K-Mg-etc.)
Kijk maar eens op elke willekeurige zak/pak mest, kunstmest of organische mest. Het zijn allemaal voedende elementen die je planten, of het nu bloemen, groenten, bomen of onkruid zijn, nodig hebben om te groeien, bloeien, etc. Een beetje zoals wij eten nodig hebben. Wij hebben de schijf van vijf. En planten, van welke aard dan ook, hebben ook een soort eigen schijf van voedingsstoffen die ze in bepaalde hoeveelheden nodig hebben. En net als bij mensen zijn er stoffen waar je ziek van wordt als je er te weinig of juist te veel van binnen krijgt.
Wat zijn dan de bouwstenen die een plant nodig heeft om te leven? Eerst maar de opsomming, en dan daarna de uitleg ervan.
Koolstof = C Stikstof = N Magnesium = Mg
Waterstof = H Fosfor = P Calcium = Ca
Zuurstof = O Kalium = K Zwavel = S
Nou, dat zijn al aardig wat letters . En dan nog de onmisbare sporenelementen:
IJzer = Fe Mangaan = Mn Zink = Zn Boor = B Molybdeen = Mo Koper = Cu
En dan nog wat sporenelementen waarvan het nog niet helemaal duidelijk is (of in ieder geval niet wetenschappelijk bewezen) dat ze nuttig zijn voor planten:
Silicium = Si Kobalt = Co Natrium = Na Chloor = Cl Iodium = I Aluminium = Al
Al deze bouwstoffen worden opgenomen door de plant en hebben een bepaalde functie. Hieronder dan de beschrijving wat deze stoffen zijn en wat deze stoffen doen of laten bij een plant.
Koolstof, waterstof en zuurstof (C, H en O)
Dat zijn de 3 gemakkelijkste elementen. Het zijn de drie essentiële bouwstoffen voor de plant waar je weinig of niets aan hoeft te doen. Een plant is voornamelijk uit deze 3 elementen opgebouwd. Het gaat dus om koolstof en zuurstof, dat wat in de lucht aanwezig is. En water, dat wat vanzelf naar beneden komt vallen.
Het enige wat je hoeft te doen om te zorgen dat planten via de wortels deze stoffen kunnen opnemen, is zorgen dat de plant in de grond is geplant, ze niet wordt verstikt door plastic of ander niet-lucht-doorlatend materiaal, en geef ze water wanneer dat niet in voldoende mate vanzelf uit de lucht komt vallen (en zorg voor een goed afwatering zodat er bij teveel regen dat water wel weer voldoende weg kan lopen, want er zijn maar weinig plantenwortels die graag in kletsnatte grond blijven staan .
Sommige mensen pakken hun vorstgevoelige planten -bij gebrek aan overwinteringsplaats- in plastic noppenfolie, maar die gaan dan vervolgens wel vaak dood. En dat komt ongetwijfeld omdat de planten geen adem meer konden halen. Mocht je voor hetzelfde dilemma komen te staan, gebruik dan iets wat luchtdoorlatend is, bijvoorbeeld jute zakken en wat stro. Maar pak ze niet in in verstikkend plastic materiaal. En laat ze vervolgens dan weer niet een winter lang in jute zitten, want een plant heeft ook licht nodig, vrij veel zelfs, maar dat is dan weer een ander verhaal, licht is geen scheikundig element. Oftewel, houd jute en stro bij de hand en pak de planten voor een paar dagen in als de vorst streng dreigt te worden.
Stikstof (N)
Wat doet het
- Stikstof is een component van chlorofyl, de stof die bladeren en stengels de groene kleur geeft. Stikstof bevordert de groei van de plant: de stengels en de bladeren, de zogenaamde vegetatieve groei. Het maakt ook planteiwitten aan in de plant.
Fosfor (P)
Wat doet het
- Speelt een belangrijke rol bij de ademhaling en energievoorziening van de plant
- Bevordert de wortelontwikkeling van de jonge plant
- Bevordert de bloei, zaadvorming en afrijping
- Bevordert de houdbaarheid van de oogst
- Bevordert de knolvorming bij knolgewassen
Kalium (K) (wordt ook wel Kali genoemd)
Wat doet het
- Nodig voor het transport van water en koolhydraten
- Bevordert de stevigheid van de plant
- Bevordert de vorming van wortels en knollen
- Bevordert de vorming van vruchten
- Vermindert de gevoeligheid voor droogte en vorst
- Verhoogt de weerstand tegen schimmelziekten
- Bevordert de smaak en houdbaarheid van de oogst
Magnesium (Mg)
Wat doet het
- Speelt een rol bij de fotosynthese (opname zonlicht en omzetting van licht in energie).
- Speelt een rol bij verschillende chemische reakties in de plant
Calcium (Ca)
Wat doet het
- Speelt een rol bij voedselopname en verschillende chemische reacties in de plant (o.a. zuurverbinding)
- Verbetert de bodemstructuur
- Bevordert de opname van voedingsstoffen, zeker op zure gronden
Het is onverstandig om tegelijk te kalken en te bemesten. De kalk zorgt ervoor dat de meststoffen te overvloedig aangeboden worden aan de plant, wat schadelijk is. Zorg dat er altijd een aantal weken tussen bemesten en kalken zitten.
Sporenelementen
Sporenelementen zijn, als ze nodig zijn, in slechts heel kleine hoeveelheden nodig voor een plant. Maar die kleine hoeveelheden zijn dan wel onmisbaar voor de plant. In een goed onderhouden biologische tuin zul je tekorten aan sporenelementen zelden zien omdat alle sporenelementen voorkomen in compost, stalmest en andere organische materialen die gebruikt worden bij biologisch tuinieren.
Tot slot
Als je bovenstaande hebt gelezen en alles bij elkaar optelt zie je ongetwijfeld dat er meestal niet 1 gebrek is, en ook niet 1 oplossing. Soms kun je denken dat een plant te weinig stikstof krijgt, maar is er dan te weinig stikstof in de grond, of is het er wel maar kan de plant het niet opnemen, door een gebrek aan een ander element, bijvoorbeeld? Het duurt even maar je moet vooral je eigen grond leren kennen, leren wat een bepaalde groente nodig heeft (bijvoorbeeld, prei groeit niet zonder voldoende stikstof), leren wat een bepaalde groente niet wil (bijvoorbeeld, bonen worden groot en slap en ziekelijk bij veel stikstof).
Je moet dus zorgen dat je grond in orde is, door een goed humusgehalte toe tevoegen. Door alle compost en oude stalmest is er veel humus, veel bodemleven, meer luchtigheid, veel noodzakelijke sporenelementen. En dat is de allerbeste basis voor de moestuin. Het zorgt ervoor dat wanneer we meststoffen gebruiken, die ook daadwerkelijk kunnen worden opgenomen door planten. En bedenk daar dan wel bij: te weinig voeding is niet goed, maar teveel voeding is ook niet goed, je zult zelf het juiste evenwicht in je tuin moeten vinden.
Verschillende soorten mest
Compost en dierlijke mest
Verbeteren beiden ook de bodem. Compost maakt zanderige grond beter bewerkbaar en zorgt voor het beter vasthouden van vocht. Kleigrond wordt door toevoeging van compost luchthoudender en beter bewerkbaar. Aan kleigrond kan het best in de herfst compost worden toegevoegd, aan zandgrond in het voorjaar. Een laagje van 1 à 1,5 cm is voldoende, teveel compost is niet goed voor de planten. Dierlijke mest bevat meer voedingsstoffen dan compost. Het is te koop in korrels of poeder. Het geeft niet direct zijn voedingsstoffen af. Stalmest moet minstens één jaar oud zijn, koemest bevat ammoniak, wat slecht is voor de planten. Dierlijke mest wordt bij zandgrond in het voorjaar gegeven en bij kleigrond in de herfst.
Kunstmest
Je hebt samengestelde en enkelvoudige meststoffen.
Een bekende samengestelde messtof (bevat meerdere stoffen) is NPK. Dit bevat Stikstof, fosfor en Kalium, meestal in de verhouding 12-10-18. Het is direct op te nemen door de planten, maar verbetert de grond niet. Gebruik niet teveel kunstmest of buiten het groeiseizoen, want dan spoelt het weg in de grond, zonder zin te hebben. Teveel kunstmest zorgt voor zwakke planten, die kwetsbaarder zijn voor plagen en ziekten en de wortels kunnen verbranden.
Heeft een plant alleen behoefte aan N, dan kun je volstaan met een enkelvoudige meststof.
Natuurlijke meststoffen
Worden wel gebruikt als aanvulling op bemesting met compost of dierlijke mest. Ze stimuleren het bodemleven. Enkele natuurlijke meststoffen zijn beendermeel, bloedmeel, basaltmeel, lavameel, bentoniet.
Kalkmeststof
Een belangrijk voedingselement en verbetert de grond. Het verhoogt de zuurgraad van de grond. Het maakt voedingsstoffen vrij in de grond. De meeste planten gedijen goed op een PH waarde tussen 5,5 en 7,5. Op zandgrond kan teveel kalk de humusvoorraad in de grond te sterk laten dalen. Het is het best om eerst de zuurgraad van de grond te bepalen met een test, voor kalk te strooien.
3.1 Snoeien
Het onderhouden van een tuin bestaat niet alleen uit onkruid bestrijden. Vaak moet er ook gesnoeid worden. Je kan om meerdere redenen snoeien:
De begroeiing is te groot geworden of zit in de weg.
De begroeiing heeft een strakke vorm, deze moet bijgehouden worden.
Je wilt de groei/ bloeiwijze van een plant houden.
Na het snoeien heb je vaak nogal wat afval, dit wordt gescheiden afgevoerd.
Afhankelijk van het seizoen ga je één van de volgende opdrachten doen:
Opdracht A: Opkronen van bomen / snoeien langs paden
Deze digitale ondersteuning voor WPS bestaat uit de stappen Wat, Hoe en Doen. Bij Doen beoordeelt de leerling of het vormsnoeien juist wordt uitgevoerd door foto's naar het vakje goed of het vakje fout te slepen.
Deze praktijkkaart gaat over het gescheiden inzamelen van tuinafval. Je scheidt het grove van het fijne groenafval.
3.2 Onderhouden gazon
Jij gaat deze les onderhoud uitvoeren aan het gazon. Wat je gaat doen hoor je van de docent. Een gazon heeft regelmatig onderhoud nodig. Dit onderhoud bestaat voor een groot deel uit maaien. Ook de kanten van het gazon moeten worden bijgehouden.
Praktijkkaart: Graskant steken
Deze praktijkkaart gaat over het onderhouden van grasvelden. Je spant een pootlijn en steekt het gras langs de kant weg met een graskantensteker.
Deze praktijkkaart gaat over het machinaal maaien van grasvelden. Je maait een gazon met een cirkelmaaier.
Praktijkkaart: Maaien gazon met een messenkooimaaier
Deze praktijkkaart gaat over het machinaal maaien van grasvelden. Je maait een gazon met een messenkooimaaier.
Deze video gaat over het machinaal maaien van grasvelden. Je maait een gazon met een messenkooimaaier.
3.3 Onderhoud in een plantvak
Je gaat samen in een plantvak onderhoud uitvoeren, en wel onkruid verwijderen. Dit onderhoud is nodig omdat niet altijd alleen de planten in het plantvak staan die jij er in wilt hebben.
Wat heb je gedaan in deze module over vergroening stedelijke omgeving? Heb je nieuwe dingen geleerd en hoe vond je dat? Hoe vond je het om na te denken over het ontwerp van een tuin of hoe je informatie overbrengt op mensen? Vond je het moeilijk of juist leuk om zo creatief bezig te zijn?
Het arrangement KB Profielmodule 3: Vergroening stedelijke omgeving is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Maarten van Rossum
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2022-09-13 20:31:47
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.