M&M - Introductie leren over het verleden

M&M - Introductie leren over het verleden

0. Info startweek

1. Jij begint

Inleiding

Geschiedenis bevat veel verschillende onderdelen. Van de Grieken en Romeinen tot de Tweede Wereldoorlog, er is van alles gebeurd! Aangezien het zo een uitgebreid vak is ga je in deze quest ontdekken wat vaste onderdelen zijn en welke onderdelen jou het meest nieuwsgierig maken.

Dit ga je doen aan de hand van een aantal opdrachten. Je komt in aanraking met verschillende soorten bronnen bijvoorbeeld. Bronnen vertellen ons heel veel over het verleden!

Motivatiemotor

➜ Noteer in een nieuw Pages document wat je al weet over geschiedenis. Geef met groen aan welke onderdelen jou het meeste interesseren en geef met rood aan welke onderdelen je het minst interesseren. 
➜ Maak een tegel aan in Egodact en beantwoord de vragen die horen bij de voorbereiding.

Verderkijker

➜  Zoek het woord 'bron' op en beschrijf in je eigen woorden wat het woord betekend. Plaats je antwoord in Egodact onder het kopje 'voorbereiding'

Leerdoelen

  1. Aan het einde van deze quest kan je de 10 tijdvakken benoemen aan de hand van: het tijdperk, belangrijke kenmerken, naam en afbeelding.
  2. Aan het einde van deze quest heb je voor jezelf in kaart gebracht welke onderdelen van het vereleden jouw nieuwsgierigheid aanwakkert.
  3. Aan het einde van deze quest kan je vier verschillende soorten bronnen aantonen aan de hand van voorbeelden.

2. De 10 tijdvakken

Om het verleden zo overzichtelijk mogelijk te maken zijn voor het schoolvak geschiedenis de 10 tijdvakken en historische vaardigheden gemaakt. In dit onderdeel van deze quest ga je eerst kennis maken met de 10 tijdvakken. De historische vaardigheden zullen op een rij worden gezet voor je, de vaardigheden zitten door de opdrachten verwerkt!

De 10 tijdvakken

➜ Misschien ben je wel eerder in contact gekomen met de 10 tijdvakken, bijvoorbeeld tijdens de geschiedenis les in groep 8. Noteer in een Pages document wat jij al weet over de 10 tijdvakken. Bekijk de afbeelding hieronder voor een geheugensteuntje.
Afbeeldingen 10 tijdvakken
Afbeeldingen 10 tijdvakken

Om wat meer te begrijpen waar de tijdvakken voorstaan moet je een werkblad ophalen bij mevrouw Scheringa (SMY). Je krijgt bij het ophalen een uitleg van wat de bedoeling precies is, maar hier is een schriftelijke instructie.

➜ Op het werkblad dat je hebt opgehaald zie je de afbeeldingen en de namen van de periodes staan. Het is nu de bedoeling dat je zowel de afbeeldingen en de namen uitknipt
➜ Je gaat nu de namen bij de juiste afbeeldingen leggen. Probeer dit eerst zonder gebruik te maken van het internet. (Het is een aanrader om dit in een Blox van mevrouw Scheringa te doen, dan kan jouw product namelijk direct nagekeken worden!).
➜ Blijf schuiven tot je de juiste combinaties hebt gemaakt. Je plakt de juiste combinaties vervolgens op een wit papier.
➜ Vervolgens ga je zelfstandig op het internet opzoek naar de juiste jaartallen die horen bij de tijdvakken. Deze schrijf je bij de juiste combinatie op het papier.
➜ Maak hier een foto van en zet deze in Seesaw en onder het kopje 'uitvoering' in Egodact.
 

3. Nieuwsgierig naar het verleden

Waarschijnlijk weet je al een hele hoop over het verleden. Je hebt misschien dingen geleerd van TV of YouTube en heb je geschiedenisles gehad op de basisschool. Niet alles zal je even nieuwsgierig maken. Aan de hand van een opdracht ga je onderzoeken waar je graag meer over zou willen weten.

Kennisoogst

Er zullen nu een aantal onderwerpen en weetjes door je hoofd zwemmen. Om daar wat structuur bij aan te brengen is het handig om een woordspin te maken. Op die manier kan je de verschillende zaken verder uitdenken en overzicht krijgen in jouw denkproces.

Via deze website kan je lezen hoe je het beste een woordspin kan maken: https://leerweetjes.wordpress.com/voortgezet-onderwijs/studievaardigheden/woordweb-maken/

Als hoofdonderwerp (de middelste cirkel) gebruik je het begrip 'geschiedenis'.

➜ Noteer om het hoofdonderwerp heen de tijdvakken waar je al bekend mee bent.
➜ Noteer bij elk tijdvak wat je al weet. 
➜ Geef met groen aan over welk onderwerp je meer wilt weten.
Zet je woordspin in Seesaw en onder het kopje 'uitvoering' in Egodact.

4. Bronnen

Iets over het verleden leren wordt gedaan aan de hand van bronnen. Voor de verderkijker heb je in eigen woorden beschreven wat het woord 'bron' betekend. In dit hoofdstuk ga je verder leren over verschillende soorten bronnen en ga je er zelf naar op zoek. 

4.1 Wat zijn bronnen

De definitie die wordt gebruikt voor bronnen bij geschiedenis is: "Alles waardoor je iets te weten kunt komen over de geschiedenis."

Informatie over het verleden wordt niet zomaar uit de bronnen gehaald. Archeologen zijn mensen die voorwerpen uit het verleden opgraven en historici (mensen die geschiedenis hebben gestudeerd) onderzoeken deze voorwerpen. Historici maken een interpretatie van de informatie die zij uit de bronnen kunnen halen. Daarmee wordt bedoelt dat de historicus aan de hand van een bron een invulling geeft aan een bepaald onderwerp. Bijvoorbeeld een brief kan de historicus vertellen hoe het dagelijks leven van een Romeinse soldaat er uitzag. 

De vier verschillende bronnen

De vier verschillende bronnen zijn:

  1. Directe bronnen
  2. Indirecte bronnen
  3. Geschreven bronnen
  4. Ongeschreven bronnen

Directe bronnen zijn bronnen die uit de tijd zelf en/of door iemand die iets zelf heeft meegemaakt. Denk bijvoorbeeld aan het dagboek van Anne Frank of een brief.

Indirecte bronnen zijn bronnen die niet uit de tijd zelf komen en niet zijn gemaakt door iemand die het zelf heeft meegemaakt. Deze bronnen hebben als doel om informatie door te geven. Denk aan schoolboeken en informatieve boeken over het verleden.

Geschreven bronnen zijn waar tekst in is gebruikt. Denk aan de hiërogliefen van de Egyptenaren, het boek van Adolf Hitler en wetboeken uit de Middeleeuwen.

Ongeschreven bronnen zijn alle bronnen die niet vallen binnen de geschreven bronnen. Denk aan potten, pannen, gereedschap, foto's, filmfragmenten, wapens, hout en botten. 

Dagboek Anne Frank, geschreven directe bron
Dagboek Anne Frank, geschreven directe bron
Informatief boek over Griekse mythes, geschreven indirecte bron
Informatief boek over Griekse mythes, geschreven indirecte bron
Potten van de eerste boeren, directe ongeschreven bron
Potten van de eerste boeren, directe ongeschreven bron

4.2 Bronnen over jou

Nu je kennis hebt gemaakt met de vier verschillende soorten bronnen ga je in je eigen omgeving op zoek naar bronnen.

Deze bronnen gaan over jou. Je gaat dus aan de hand van vier bronnen wat over jezelf vertellen.

➜ Maak een nieuw Pages document aan.
➜ Zoek in totaal vier verschillende bronnen die wat over jou vertellen. Maak hier een foto van en zet deze in het Pages document.
➜ Deze bronnen zijn waarschijnlijk een combinatie van twee van de vier soorten bronnen. Benoem bij elke bron welke soort bron het is. Leg in 3 zinnen uit waarom jouw gekozen bron dat soort bron is.
➜ Vertel in per bron in 5 zinnen wat een historicus zou schrijven over jou aan de hand van die bron.
➜ Let op: je hoeft niet van elke soort bron één bron te vinden.
Zet dit product in Seesaw en onder het kopje 'uitvoering' in Egodact.

4.3 Bronnen bij jouw gekozen onderwerp

Voor hoofdstuk twee van deze quest heb je jouw kennis over geschiedenis in beeld gebracht aan de hand van een woordspin. Je hebt als het goed is een onderwerp groen gekleurd. Je gaat voor dit onderdeel een klein onderzoek doen naar dit onderwerp, in dit onderzoek zullen de eerder besproken onderdelen van deze quest aanbod komen. Je gaat dus aan de slag als een echte historicus!

➜ Maak een nieuw Pages document aan en maak een titel die past bij jouw onderwerp.
➜ Je gaat op het internet op zoek naar vier verschillende bronnen die passen bij jou iets vertellen over dit onderwerp.
➜ Beschrijf per bron in 5 zinnen wat deze jou vertellen
➜ Benoem per bron welke soorten bronnen jouw gekozen bron is. Je hoeft niet van elk soort bron een bron gevonden te hebben.
Zet jouw product in Seesaw en onder het kopje 'eindresultaat' in Egodact.

5. Reflective journal

Om de quest af te ronden moet je gaan reflecteren op je eigen proces. Dit ga je doen aan de hand van de onderstaande rubric.

1. Je maakt een screenshot van de rubric

2. Je kleur per doel het vakje in waarin jij jezelf vindt passen op dit moment.

3. Leg per doel in minimaal 25 woorden uit waarom jij je op een bepaald niveau scoord.

 

Zoek hierna mevrouw Scheringa op en zij zal jouw nog wat vragen doornemen en je feedback geven op jouw producten!

  • Het arrangement M&M - Introductie leren over het verleden is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2023-09-04 21:08:50
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    .
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur en 0 minuten
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.