4.1 Wat zijn bronnen

De definitie die wordt gebruikt voor bronnen bij geschiedenis is: "Alles waardoor je iets te weten kunt komen over de geschiedenis."

Informatie over het verleden wordt niet zomaar uit de bronnen gehaald. Archeologen zijn mensen die voorwerpen uit het verleden opgraven en historici (mensen die geschiedenis hebben gestudeerd) onderzoeken deze voorwerpen. Historici maken een interpretatie van de informatie die zij uit de bronnen kunnen halen. Daarmee wordt bedoelt dat de historicus aan de hand van een bron een invulling geeft aan een bepaald onderwerp. Bijvoorbeeld een brief kan de historicus vertellen hoe het dagelijks leven van een Romeinse soldaat er uitzag. 

De vier verschillende bronnen

De vier verschillende bronnen zijn:

  1. Directe bronnen
  2. Indirecte bronnen
  3. Geschreven bronnen
  4. Ongeschreven bronnen

Directe bronnen zijn bronnen die uit de tijd zelf en/of door iemand die iets zelf heeft meegemaakt. Denk bijvoorbeeld aan het dagboek van Anne Frank of een brief.

Indirecte bronnen zijn bronnen die niet uit de tijd zelf komen en niet zijn gemaakt door iemand die het zelf heeft meegemaakt. Deze bronnen hebben als doel om informatie door te geven. Denk aan schoolboeken en informatieve boeken over het verleden.

Geschreven bronnen zijn waar tekst in is gebruikt. Denk aan de hiƫrogliefen van de Egyptenaren, het boek van Adolf Hitler en wetboeken uit de Middeleeuwen.

Ongeschreven bronnen zijn alle bronnen die niet vallen binnen de geschreven bronnen. Denk aan potten, pannen, gereedschap, foto's, filmfragmenten, wapens, hout en botten. 

Dagboek Anne Frank, geschreven directe bron

Informatief boek over Griekse mythes, geschreven indirecte bron

Potten van de eerste boeren, directe ongeschreven bron