Voor de uitwerking van deze module van Ethiek heb ik gekozen voor deze elektronische leeromgeving. In het verleden heb ik hier tevens gebruik van gemaakt en vond ik deze ELO prettig werken om mijn lessenserie vorm te geven.
In deze lessenserie komen de vijf ethische stromingen aanbod. Bij elke stroming wordt uitgelegd wat deze stroming inhoud, tevens wordt de stroming gekoppeld aan de casus. Deze casus is afkomstig van de ELO van Windesheim. De student of leerling wordt na het doornemen van de informatie van de stroming uitgedaagd om de kennis toe te passen. Dit gebeurt door opdrachten of toegevoegde links waarmee de student/leerling aan de slag kan.
Ik heb zoveel mogelijk geprobeerd om variatie in de werkvormen toe te passen, zodat het uitdagend is/blijft om als student/leerling met deze "taaie stof" aan de gang te blijven.
Deugdethiek: Aristoteles
Inleiding op deugdethiek
Bij de deugdethiek wordt Aristoteles als grondlegger gezien. Hij leefde van 384 tot 322 voor Christus. Hij leefde aan het einde van de klassieke periode (500-330 voor Chr).
Aristoteles
Deze tijd wordt gekenmerkt door de volgende kenmerken:
de Perzische oorlogen beginnen
de stad Athene wordt de belangrijkste stadstaat van Griekenland en ontwikkeld zich tot een democratie
tevens de periode van de beeldhouwers: Polucletus en Phidias: bekend van de belangrijkste bouwwerken op de Akropolis
leefwereld van de bekende filosofen: Socrates en Plato.
van Plato is Aristolteles een leerling
na de klassieke periode komt het tijdperk van het hellenisme (330-30 voor Chr.)
veroveringen door Alexander de Grote en de vestiging van zijn wereldrijk
periode van hellenisme loopt tot de opkomst van het Romeinse wereldrijk
Aristoteles was jarenlang de huisleraar van Alexander de Grote
Akropolis
Alexander de Grote
PowerPoint deugdethiek
Hieronder staat de link naar de PowerPoint van de deugethiek. Deze PowerPoint is ingesproken. Niet bij alle dia's is er wat ingesproken, omdat sommige dia's voor zichzelf spreken
Casus: Dhr. Ossenkamp is 61 jaar. Hij is gehuwd. Zijn vrouw is 3 jaar jonger en het stel heeft 3 uitwonende kinderen in de leeftijd van 32, 34 en 37 jaar. Het oudste kind heeft zelf 3 kinderen. Het echtpaar was dit jaar 40 jaar getrouwd. In verband met de hieronder beschreven omstandigheden is dit niet gevierd. Het gezin omschrijft zichzelf als warm. Opvoeding en omgangsvormen waren open, maar wel streng vanuit normen die men vond horen bij het dorp en de PKN kerk. Het gezin was altijd actief in dorpsverenigingen en kerk. Hun huwelijk was stabiel en beiden gingen volledig voor elkaar. Dit hoorde ook bij hun normen en waarden. “Je belooft niet voor niets trouw aan elkaar”. Ook qua intimiteit pasten ze goed bij elkaar en beiden genoten van intimiteit en seks. Dhr. Ossenkamp heeft een ernstige progressieve vorm van preseniele dementie. Rond zijn 55e kreeg hij geheugenstoornissen en begon hij vreemd en onverwacht geïrriteerd gedrag te vertonen. De prognose lijkt slecht en de verwachting is dat dhr. nu nog een levensverwachting heeft van maximaal drie jaar. Sinds een half jaar is dhr. opgenomen in een verpleeghuis. Hij herkent zijn vrouw en kinderen nog wel, maar bij bezoek is er geen echt warm contact en je ziet vooral angst bij dhr. over alle onzekerheid om hem heen. Een keer per maand gaat hij een zondag naar huis. Meer dan dat is niet haalbaar in verband met de stress die dit oplevert bij hem. Al 5 jaar lang heeft het echtpaar niet meer een huwelijkse relatie zoals ze die eerder hadden. Mw. had vooral een zorgrelatie. Voor zijn opname was zij vier jaar lang zijn begeleider in alles wat moest gebeuren. Zij heeft mede door de agressieve buien die dhr. kon hebben en door de onmacht die zij ervoer bij de aftakeling van haar man een dysthyme stoornis ontwikkeld. “Ik kan niet meer” zegt ze vaak tegen haar kinderen. Kinderen zien ook dat hun vlotte moeder is veranderd in een sombere, passieve vrouw. De kinderen hebben een goed contact met hun moeder.
Bij een gespreksgroep vanuit de patiëntenvereniging voor jong dementerenden heeft mw. een jaar geleden een man ontmoet waar ze goed haar verhaal bij kwijt kan. Deze man is sinds kort weduwnaar van een vrouw die op haar 58e aan een vorm van preseniele dementie is overleden. Sinds haar man in het verpleeghuis is opgenomen merkt mw. Ossenkamp dat ze meer is gaan voelen voor deze man. Dit geldt ook voor hem. Ze komen wekelijks bij elkaar op bezoek en kunnen alles aan elkaar kwijt. Mw. merkt dat ze eigenlijk meer voelt dan alleen vriendschap en dat geldt ook voor deze man. Ze willen niet samenwonen, maar eigenlijk zou mw. Ossenkamp wel eens bij hem blijven slapen. “ik ga echt niet met hem naar bed hoor, dat kan ik niet maken tegenover papa” heeft ze haar kinderen gezegd. Twee kinderen zijn erg boos en vinden dat hun moeder hun vader verraadt. Bovendien vinden ze het niet passen bij de normen en waarden die vader en moeder beiden uitdroegen. Ze gunnen moeder de vriendschap, maar vinden echt dat moeder moet stoppen met bezoek aan zijn huis. Eén kind ziet dat zijn moeder opknapt en dat ze niet meer zo somber is en weer kan lachen en spelen met haar kleinkinderen.
Moeder voelt zich schuldig: Zij vraagt jouw hulp als ethisch expert: “wat moet ik doen, help me om een goede keuze te maken” “ik hield van mijn man en ik houd van mijn man zoals hij was in mijn herinnering, maar de man die ik bezoek is niet de man die hij was, hij heeft niet meer de ziel die hij had” “ik blijf hem bezoeken en voor hem zorgen, maar ik wil zo graag ook de extra steun van mijn vriend en dan meer dan alleen als kennis”
Opdrachten bij deugdethiek
Hieronder volgen enkele opdrachten bij deze lessenserie van deugdethiek
De eerste opdracht is een woordzoeker om de begrippen van de deugdethiek je beter eigen te maken
De tweede opdracht hoort bij de casus. Ga met deze beide opdrachten aan de slag
In de PowerPoint heb ik al gesproken over de beroepsethiek. De definitie van beroepsethiek is het geheel van waarden en normen waaraan de beroepsoefenaar zich bij de uitoefening van zijn/haar beroep dient te houden. Beroepsethiek is niet alleen voorbehouden aan de zorg, bij tal van beroepen heeft men te maken met beroepsethiek
Bij beroepsethiek kan je denken aan de volgende praktijkvoorbeelden:
vakbekwaamheid
verantwoord omgaan met informatie
beroepsgeheim
respect onder collega's
eerlijk gedrag
maatschappelijke verantwoordelijkheid
milieuzorg
Regels die hierover gemaakt zijn, kunnen worden vastgelegd in een code: de beroepscode. De beroepscode van een advocaat zal anders zijn opgesteld dan de beroepscode van een verpleegkundige. Al zal ook een advocaat zich te houden hebben aan de beroepscode die voor zijn/haar beroep is opgesteld. Denk bij een advocaat ook aan de geheimhoudingsplicht/beroepsgeheim
Als je kijkt vanuit de deugdethiek naar de beroepsethiek dan zal iedere professional dingen bij zich zelf onderkennen, waarvan je denkt, dit heeft nog wel mijn aandacht nodig. Ik denk aan het volgende voorbeeld: je bent net leerling verpleegkundige en je bent gewend geen blad voor je mond te nemen, met andere woorden je zegt nog wel eens wat wat je beter genuanceerder had kunnen zeggen of beter over na had moeten denken voordat je dit gezegd hebt. De deugd voorzichtigheid is op dat moment een leerpunt voor je. In de dagelijks praktijk zal je door je werkbegeleider hierop gewezen worden. Als leerling verpleegkundige kan je hierover een leerdoel formuleren en hiermee aan de slag gaan om dit leerpunt te verbeteren. Na een aantal weken kan je dit evalaueren met je werkbegeleider en kan je verbetering laten zien.
Plichtethiek: Kant
Inleiding Plichtethiek
De grondlegger van de plichtethiek is Immanuel Kant. Zijn naam betekent: God met ons. Kant werd geboren in Köningsberg (het tegenwoordige Kaliningrad in Rusland). Zijn hele leven heeft hij daar gewoond. Hij wed geboren op 22 april 1724 en overleed op 12 februari 1804. Hij wordt gezien als een van de invloedrijkste filosofen na Aristoteles.
Hij schreef een driedelige werk: Kritieken. Daar is hij het meest bekend mee geworden
Zijn meeste bekende werk is: Kritik der reinen vernunft (De kritiek van de zuivere rede. geschreven in 1781)
boek van Immanuel Kant
Dit driedelige werk bestaat uit de volgende drie werken:
Kritik der reinen Vernunft (1781)
Kritik der praktischen Vernunft (1788)
Kritik der Urteilskraft (1790)
In deze werken onderzoekt Kant de werking van ons verstand en de grenzen van ons kenvermogen.
Het levensmotto van Kant was: Sapere Aude: dit betekent: Durf te denken. Kant gaat uit van de autonome mens, die zelf in staat is tot denken en zich niet onmondig laat leiden door een ander.
PowerPoint plichtethiek: Kant
Hieronder staat de link naar de ingesproken PowerPoint van plichtethiek
Deze link staat ook in PowerPoint. Het herhalen en oefenen van deze kennis zorgt er voor dat je de kennis beter kunt onthouden
Casus bij plichtethiek
Een verzorgende hoort van een patiënt in het verpleeghuis dat een collega de slaappillen van deze patiënt, oxazepam 10mg (ongeveer 20 tabletten) mee heeft genomen om retour apotheek te sturen. De patiënt had deze niet meer nodig. Bij controle blijkt dat de collega deze medicijnen niet in de retourbak heeft gedaan en niet heeft afgetekend. Bij navragen begint de collega te huilen en geeft toe dat ze de medicijnen mee naar huis heeft genomen, omdat ze de laatste tijd onder enorme druk staat en niet naar haar huisarts durft te gaan. Ze heeft een slechte relatie met de huisarts. Als verantwoordelijke voor de medicijnen moet de verzorgende bijhouden welke medicijnen door patiënten retour zijn aangeboden. Zij is specifiek verantwoordelijk hiervoor. Als er sprake is van een incident moet de verzorgende dit melden op een incidentenformulier. Dat hoort bij haar rol. De collega vraagt haar smekend niet te noteren op het incidentenformulier dat de medicijnen niet zijn ingeleverd, omdat dit grote consequenties kan hebben. Op ontvreemden van eigendom van patiënten staat onmiddellijk ontslag, op sjoemelen met medicatie staat mogelijk ontslag. Dit wordt dan beoordeeld door de directie.
De collega van 46 jaar is sinds drie jaar weduwe. Zij heeft ondanks haar verdriet altijd geprobeerd alles te geven in haar werk. Patiënten waarderen haar zeer. Ook door collega’s wordt ze gewaardeerd. Ze is altijd bereid een dienst over te nemen als dit zo uitkomt en ze is een voorbeeld van een goede zorgverlener. Haar twee kinderen doen het goed op school en haar oudste zoon kan waarschijnlijk na zijn Vwo naar de Universiteit en haar jongste zoon gaat volgend jaar naar de 2e klas van het MBO. Mocht zij worden ontslagen dan kan dit grote consequenties hebben. Ze zal dan uit haar koophuis naar een klein huurhuis moeten en het is dan ook de vraag hoe het met de studie van haar oudste zoon moet. Hij heeft al eens naar zijn moeder aangegeven dat hij bij financiële problemen van zijn moeder eerst HBO gaat doen en daarna werken en zelf voor zijn studie sparen.
Relatie plichtethiek en beroepsethiek
Vanuit de plichtethiek is de volgende relatie te leggen met de beroepsethiek. In je werk kan je situaties tegen komen die vanuit de plichtethiek beoordeeld kunnen worden. Als je de situatie vanuit de plicthethiek bekijkt kan dit jou helpen om tot een goede/betrouwbare werknemer uit te groeien. Denk bijvoorbeeld aan het vergeten van medicatie geven aan een client of het niet opschrijven van een belangrijke observatie van client. Als dit ontdekt wordt door een collega kan je hier uitvluchten voor verzinnen of een andere collega de schuld geven. Maar daarbij merk je dat dit niet eerlijk is tegenover die collega. Jij was verantwoordelijk voor die handeling omdat jij op die dag voor die client zorg droeg. Vanuit de plichtethiek wordt van jou gevraagd om eerlijk te handelen. Dat betekent de waarheid zeggen ongeacht de consequenties. Er is niet voor niks een spreekwoord: eerlijk duurt het langst. Juist als je eerlijk bent kan het ook zijn dat de consequenties minder ernstig zijn, dan dat je erom heen draait of een ander de schuld geeft. Daarbij laat je tevens zien dat je bereidt bent verantwoordelijkheid te nemen voor jouw handelen en dat je betrouwbaar bent in je handelen
Eerlijk duurt het langst
Utilisme: Bentham en Mill
Inleiding Utilisme
De grondleggers van het utilisme zijn: John Stuart Mill en Jeremy Bentham
Jeremy Bentham
boek van Jeremy Bentham
Jeremy Bentham is geboren op 15 februari 1748 en overleed 6 juni 1832. Hij studeerde rechten, omdat hij advocaat wilde worden. Zijn ambitie voor advocaat maakt plaats voor een wijsgerige interesse in wetgeving en rechtspraak. Zo wordt hij een vooraanstaand rechtsfilosoof
Hij schrijft de volgende boeken waarin hij zijn gedachtegoed uiteen zet:
Principles of Morals and Legislation: dit boek schreef hij in 1781. Hij stelt in dit boek: "Geluk is de aanwezigheid van zoveel mogelijk genot en zo min mogelijk pijn".
The rationale of evidence: dit boek schreef hij in 1827
Bentham ontwikkelt een systeem waarmee hij zegt in staat te zijn de mate van geluk kwantitatief te kunnen meten. Hij doet dit aan de hand van parameters zoals: tijd, intensiteit en onzekerheid. Als voorbeeld anaylseert Bentham dronkenschap:
Dronkenschap brengt volgens Bentham intens genot, maar is van korte duur en wordt gevolgd door pijn, namelijk van een kater. Een belangrijke rol in de rekenmethode van Bentham speelt het geluk van anderen. Wie alleen zijn eigen geluk najaagt, beseft niet dat zijn geluk toeneemt wanneer anderen ook gelukkig zijn.
Bentham inspireerde John Stuart Mill
John Stuart Mill
Boek: On Libarty van John Mill
John Stuart Mill werd geboren 20 mei 1806 in Londen, Engeland en hij overleed op 8 mei 1873 in Avignon, Frankrijk. Hij is een belangrijk filosoof en econoom uit de 19e eeuw. Volgens de beginselen van utilisme is een handeling goed als zij zoveel mogelijk geluk voor zoveel mogelijk mensen teweeg brengt. Mill echter combineert dit belang door nadruk te leggen op zelfbeschikking en persoonlijke vrijheid. Hij zegt dat zoveel mogelijke persoonlijke vrijheid het grootste geluk teweegbrengt voor de meerderheid van de mensen
Hij schreef twee boeken:
Over vrijheid: dit boek verscheen in 1859: bovenstaande visie werkt hij uit in dit boek.
De term paternalisme wordt verder uitgelegd in het vervolg
Uitleg paternalisme
Uitleg Paternalisme:
In bijgevoegde mindmap wordt uitgelegd wat paternalisme inhoudt
Zoals de definitie in de mindmap omschrijft gaat het bij paternalisme om het beperken van iemands vrijheid, omdat je vindt dat het in het belang is van die persoon
Daarbij zijn 2 soorten te onderscheiden: sterk en zwak.
Sterk paternalisme: je beperkt iemands vrijheid tegen diens wil, terwijl je die persoon wel bij de beslissing had kunnen betrekken. Een goed voorbeeld hiervan is de behandeling van kanker. Iemand heeft uitdrukkelijk aangegeven niet meer behandeld te willen worden tegen kanker, de arts stelt toch een behandeling voor en voert druk uit op deze patient om toch de behandeling te doen. Dit druist in tegen de belangrijkste regels van de ethiek, namelijk: respect voor autonomie en niet-schaden.
Zwak paternalisme: dit komt met enige regelmaat in de zorg voor en is goed te rechtvaardigen. In bepaalde situaties kan gedwongen behandeling gepast zijn, mits die behandeling bedoeld is om de wilsbekwaamheid te herstellen of om schade aan de persoon of diens omgeving te voorkomen. Denk hierbij aan suïcide of andere ziekten van psychische aard waarbij patienten soms tijdelijk wilsonbekwaam zijn en tegen zichzelf beschermd moeten worden
Relatie utilisme en paternalisme:
Hoe staat het utilisme tegenover het paternalisme? Als je kijkt naar wat het utilisme inhoudt: een morele handeling moet zoveel mogelijk geluk voor zoveel mogelijk mensen opbrengen, komt dit dan overeen met het paternalisme? Kijk je naar het zwak paternalisme, dan kan een gedwongen handeling van een psychiatrische patiënt de veiligheid van de andere groep mensen bevorderen. Zoals hierboven al is aangegeven is sterk paternalisme niet te rechtvaardigen of te verdedigen, dus onwenselijk. Bentham kan met zwak paternalisme tot op zekere hoogte nog meekomen. Voor John Mill ligt dit anders. Mill heeft de vrijheid van een mens zo hoog in het vaandel staan dat hij vindt dat ieder volwassen mens in een ontwikkelde samenleving in beginsel vrij is om te doen en te laten wat hij wenst. De overheid dient zich volgens Mill ver te houden van moralisme en paternalisme. De overheid mag wel het toebrengen van direct en fysiek schade aan anderen bestraffen. Ieder individu heeft daarmee een soort van rechtsvrije sfeer waarbinnen hij/zij ongehinderd zijn eigen gang kan gaan en over zichzelf kan beschikken.
Opdracht bij utilisme
Ga aan de slag met de volgende opdracht:
Hieronder staat een bestand met een woordzoeker. De studenten beantwoorden de vragen en zo komen ze aan de antwoorden die ze terug kunnen vinden in de woordzoeker. Om het voor de docent te vergemakkelijken, zijn er bij het docentenexemplaar wel de woorden ingevuld en de goede antwoorden worden onderaan het document gegeven.
Meneer Broere woont in een aanleunwoning van een zorgcomplex waar hij samen met zijn vrouw heeft gewoond. Zijn vrouw is 3 maanden geleden overleden. Meneer Broere is 89 en hij heeft een redelijke gezondheid. Hij voelt zich, ondanks het gemis van zijn vrouw erg thuis in de woning. De woning is op de begane grond met een klein tuintje. Formeel zou hij nu naar een eenpersoonsappartement 1 hoog moeten, maar hij geeft aan dat hij dat echt niet meer kan op zijn leeftijd. Hij durft niet met de lift en hij geniet enorm van zijn tuintje. “Als ik hier weg moet, ga ik dood”. Verzorgenden die hem goed kennen geven aan dat meneer Broere sterk gehecht is aan zijn eigen huis, verhuizing zal hem veel stress en verdriet opleveren.
Op de wachtlijst staat het echtpaar Beuning. Zij is beginnend dement en moet binnen redelijke tijd uit huis omdat er brandgevaar bestaat doordat ze vergeet dat het eten opstaat. Bovendien biedt het huis de nodige risico’s op vallen. Mevrouw Beuning kan naar een verpleeghuis, maar de aanleunwoning biedt meer kans om nog langer samen te kunnen wonen. Mevrouw Beuning wil absoluut niet weg, maar haar dochter heeft al aangegeven dat zij onder druk haar moeder wel meeneemt naar het nieuwe huis. Moeder wil misschien wel mee als dochter belooft dagelijks een paar uur langs te komen. De dochter voelt zich snel verantwoordelijk om als vrouw te zorgen voor anderen. En zeker voor haar ouders. Ze doet dit overigens uit schuldgevoel, niet uit eigen keuze. Het echtpaar Beuning heeft een slechte relatie. Ze maken veel ruzie, maar ja, ze zijn nu eenmaal lang samen en “wat je samen begint, maak je ook samen af”. Ze kunnen niet met en niet zonder elkaar. Als mw. Beuning zou worden gescheiden van haar man, dan zal haar angst waarschijnlijk toenemen. Ook meneer Beuning wil liever samen met zijn vrouw verhuizen.
Relatie utilisme en beroepsethiek
Welke relatie is er te zien tussen utilisme en beroepsethiek? Als je zoekt op internet naar informatie omtrent dit onderwerp zijn er meerdere artikelen te vinden over de vergoeding van dure medicijnen voor een relatief kleine groep mensen. De voorbeelden uit de praktijk zijn hierover te vinden: je kunt denken aan mensen met de zeldzame ziekte van Pompe en Fabry. In 2013 onstond hier een hele discussie over of deze medicatie vanuit de basisverzekering vergoed moest worden. Het College van Zorgverzekeringen had twijfels over de effectiveit van het middel in relatie tot de prijs die ervoor betaald moest worden.
Wat heeft deze discussie wel opgeleverd? Een prijsverlaging van het medicijn: dit is vanuit utilisme geredeneerd goed voor alle mensen, zo is er meer geld beschikbaar voor iedereen. Tevens gaan op Europees niveua artsen meer samenwerken om kennis omtrent zeldzame ziekten te delen. Wat uiteindelijk ook voor iedereen meer kennis oplevert: dus het bevorderen van geluk voor iedereen. En uiteindelijk blijft de medicatie vergoed uit de basisverzekering.
Medische ethiek/ principe ethiek
Inleiding principe ethiek
De grondleggers van de medische ethiek, ook wel principe ethiek genoemd zijn: Tom Beauchamp en James Childress. Het boek wat zij schreven wordt het handboek van de medische ethiek genoemd. De titel van dit boek is: Principles of biomedical ethics. In dit boek beschrijven ze 4 principes waaruit gehandeld kan worden. Hiermee bieden de schrijvers een denkkader voor artsen om op morele problemen te reflecteren. Deze principes zijn morele uitgangspunten die handelen richting geven.
Childress en Beauchamp
De theorie van Beauchamp en Childress bestaat uit vier principes, namelijk:
Emre is een meisje van 17 jaar. Zij volgt sinds een half jaar een intensieve groepsbehandeling in een psychiatrische jeugdzorginstelling voor zorgvragers met een persoonlijkheidsstoornis met ernstige gedragsproblematiek. Doel van de opname is het leren reguleren van de gedragsproblemen en meer zelf verantwoordelijk te leren zijn voor eigen gedrag. Daarnaast is er aandacht voor een gezonde leefstijl en voor scholing. De behandeling duurt ongeveer twee jaar en doel is om daarna zelfstandig of begeleid te kunnen wonen en werk of studie te kunnen doen. Om afhankelijk en manipulerend gedrag te doorbreken wordt de eigen verantwoordelijkheid voor gedrag van zorgvragers dermate belangrijk gevonden dat zelfbeschadigend gedrag of suïcidaal gedrag wel steeds wordt besproken en in acute situaties ook directief aangepakt, maar dat hierbij de verantwoordelijkheid steeds bij de zorgvrager zelf ligt. Dit wordt in de intake ook besproken met de zorgvrager en familie
Emre heeft zich de afgelopen week drie keer gesneden met een scheermes. Een keer in haar borst en twee keer in haar arm. De wonden waren zo diep dat zij hiervoor verbonden moest worden. Zij snijdt zich in andere weken ongeveer een keer per week. Drie dagen geleden heeft Emre 30 tabletten paracetamol 500 mg geslikt. Nadat zij dit heeft verteld is meteen haar maag gespoeld en heeft zij noritdrank gekregen. Dit is de tweede overdosis medicatie tijdens de opname. “Ik wil niet echt dood, maar ik wil ook dit kutleven niet”, zegt ze. De moeder van Emre gaat in gesprek met de psychiater en de verpleegkundig contactpersoon. Zij is erg boos en ontdaan dat Emre vrijheid krijgt om buiten de instelling te zijn en dat zij op deze manier scheermesjes kan kopen en paracetamol. Zij wil dat Emre zoveel mogelijk binnen blijft en dat er ook regelmatig controle is welke spullen zij heeft. “Thuis pakte ik ook spullen van haar af, dat doe je toch als je om iemand geeft!” “Jullie leveren geen zorg en stellen geen grenzen.” “Zij is nog maar een kind.” “Straks gaat ze dood door jullie schuld.” De verpleegkundige en psychiater leggen nog een keer uit waarom zij dit op deze manier doen. Ook zij erkennen de risico’s, maar dat risico is nodig om de toekomst voor Emre mogelijk beter te maken. Juist bescherming zal op langere termijn haar nog afhankelijker maken en het nog moeilijker maken een eigen leven te kunnen leiden. Een van de collega’s op de afdeling ergert zich regelmatig aan het bemoederende gedrag van moeder als moeder op bezoek is bij Emre en de collega geeft ook eerlijk aan dat hij regelmatig doet alsof hij niets ziet als moeder het even te kwaad heeft met het gedrag van Emre en dat moeder dan stilletjes zit te huilen.
Deze vorm van ethiek is vooral van toepassing bij morele dillema's in de zorg. Daar kennen we allemaal de voorbeelden van. Bij de oudere zorgvrager kan de vraag gesteld wroden: hoe lang gaat de arts door met behandelen? Hoe zinvol is het om met een zware behandeling te starten? Hoe zinvol is het om een oudere zorgvrager naar de SEH van een ziekenhuis te brengen? Vooral als mensen al dementerend zijn. De meeste zorgvragers knappen van zo'n ritje niet op. Denk aan een oudere zorgvrager boven de 80 waarbij een vorm van kanker geconstateerd is. Het is bekend dat kankercellen bij mensen op oudere leeftijd minder hard groeien. De behandeling met chemotherapie is vaak zwaar. Je kunt je afvragen: is het zinvol om deze chemotherapie te starten?
In mijn eigen tijd dat ik werkzaam was als verpleegkundige werd bij een mevrouw van boven de 85 jaar een borstamputatie uitgevoerd. Deze mevrouw begon te dementeren. Het ziekenhuis, de operatie, een drain was zo belastend voor haar, dat zelfs haar behandelend arts achteraf zei: had ik dit wel moeten doen? Haar dochter had behoorlijk aangedrongen op deze operatie. Zolang er leven is, is er hoop. Maar het uitvoeren van de operatie gaf andere schrijnende situaties. Vanuit de principe ethiek had er mogelijk een andere keuze gemaakt kunnen worden.
Zorgethiek
Inleiding zorgethiek
Zorgethiek wordt als volgt omschreven: bij zorgethiek richt men zich op het verbeteren van het welzijn van zowel de mensen die zorg verlenen als van mensen die zorg ontvangen. Bij zorgethiek ziet men de mensen als kwetsbare, onderling verbonden wezens die voor elkaar en voor zichzelf moeten zorgen. Het gaat hier om zorg die mensen uit zichzelf voor elkaar hebben en het gaat om de netwerken waarbinnen zorgrelaties bestaan. Het gaat bij zorgethiek niet om rechten en plichten.
Bekende denker die gebruik maakt van zorgethiek: Joan Tronto. Zij is een Amerikaanse zorgethica. De coronapandemie bracht een schrijnend gebrek aan rechtvaardigheid en zorgzaamheid aan het licht was haar ontdekking. Zolang rijkdom en privileges oneerlijk verdeeld blijven, gaat volgens Tronto "goede zorg" automatisch naar de mensen die toch al het beste af zijn. In de maanden van de coronapandemie was te zien dat zorgtaken en de gevolgen van de pandemie terecht kwamen bij die groepen die ook voor corona al in de verdrukking zaten.
Daarom van haar de volgende quote: Zonder rechtvaardige samenleving geen goede zorg
Zonder rechtvaardige samenleving geen goede zorg
Terugblik naar vorige lessen aan de hand van onderstaande vragen
Lesson up naar les over zorgethiek
Gebruik onderstaande link naar de les in Lesson-up
Casus: Een echtpaar van beiden 86 jaar woont in een eengezinswoning in een groot dorp. De man wil graag voor zijn demente vrouw zorgen (helpen bij wassen, helpen bij eten, ingaan op de angst en onzekerheid van zijn vrouw, regelmatig verschonen als ze, ondanks incontinentiemateriaal, natte kleren heeft). Zijn eigen gezondheid is broos. Hartklachten, rugproblemen en oververmoeidheid omdat zijn vrouw ’s nachts vaak gaat dwalen. Zijn vrouw heeft altijd voor hem gezorgd en hij wil dit terug doen voor haar. Hij offert zich min of meer op. Huisarts acht de kans op opbranden of hartaanval bij deze man binnen korte termijn groot. Er is thuiszorg, zij doen twee keer daags de zorg rond opstaan en naar bed gaan. Eén keer per week gaat mw. naar de dagbesteding, maar hier is ze regelmatig angstiger dan thuis. Huisarts adviseert dat mw. wordt opgenomen in een verpleeghuis. Het echtpaar wil dit niet. Twee zoons komen regelmatig langs en willen ook graag opname van moeder, maar zij vinden dat vader hierin moet beslissen. Het echtpaar is altijd zelfstandig geweest. Moeder deed alles in huis en heeft ervoor gezorgd dat vader een drukke succesvolle carrière kon opbouwen. Beiden zijn altijd voor zelfstandigheid geweest en je laat niet zomaar anderen voor je zorgen. Er is financiële ruimte om zelf extra thuiszorg in te kopen, maar de man wil toch zelf de directe zorg voor zijn vrouw doen en hij wil op dit moment geen extra mensen in huis.
Meneer en mevrouw Overveen
Relatie zorgethiek en beroepsethiek
De relatie zorgethiek en beroepsethiek heeft eigenlijk weinig toelichting nodig. Het werken met mensen vraagt altijd werken vanuit een relatie met mensen, want anders kan je dit werk niet doen. Vraag je een collega verpleegkundige waarom ze dit werk doet. Verbaas je dan niet over de antwoorden. Vaak hoor je hen zeggen:
Ik wil graag iets voor anderen betekenen
Ik ben een zorgzaam type, sta graag klaar voor de ander
Ik doe dit werk vanuit mijn hart
Ik heb een compassie voor mensen die afhankelijk zijn van jou om een dag een beetje beter te maken.
In bovenstaande antwoorden komen de waarden terug die uitgangspunt van zorgethiek zijn. Kijk je als zorgverlener naar een zorgvrager en zijn situatie, dan is het herkenbaar dat je dit vanuit de vier fasen van het proces van zorgen.
Als ik terugkijk naar mijn eigen tijd als verpleegkundige dan is dit heel herkenbaar. En nu zoveel jaar later, denk ik nog steeds vanuit deze richting.
Document van website: Medische ethiek in de ouderenzorg in het licht van de filosofie van Martha Nussbaum: door Elly Bouman, juli 2013
Document van website: De rol van empathie in de bevordering van de vaardigheden die autonomie mogelijk maken. Een zorgethische verkenning. door drs. N. Bosselaar, Augustus 2011 Scriptie-opzet: Autonomie /zorgethische visie op (uvt.nl)
Het arrangement Zorg Hoofdfase 2 Ethiek is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Josien Blaak
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2022-11-22 10:20:10
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Bij deze module leer je over de verschillende stromen binnen de ethiek en hoe je deze kunt toepassen in de dagelijkse praktijk van het werkveld van zorg en welzijn
Bij deze module leer je over de verschillende stromen binnen de ethiek en hoe je deze kunt toepassen in de dagelijkse praktijk van het werkveld van zorg en welzijn
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.