Hoofdstuk 8.3 gaat over de eenheden van inhoud. De informatie voor deze paragraaf krijgen jullie digitaal aangeboden. Hoofdstuk 8 gaat over meetkunde, jullie hebben tijdens de voorkennis van hoofdstuk 8 de ruimtelijk figuren bekeken, de eenheden van lengte en oppervlakte. Vandaag gaan we kijken naar de eenheden van inhoud. De eenheden van inhoud hebben jullie nodig om de inhoud van de ruimtelijke figuren te berekenen. Ik wens jullie alvast veel succes met de opdrachten. Hieronder staan de stappen die je moet zetten om digitaal aan het werk te kunnen.
Hoe gaan jullie digitaal aan het werk?
Stap 1. Je pakt je oortjes.
Stap 2. Je leest elke pagina, door op het peil te klikken kan je steeds verder.
Stap 3. Je leest de opdracht en maakt hierbij de oefeningen.
Stap 4. Je bekijkt de filmpjes, die bij de opdrachten staan.
Stap 5. Aan het einde van de digitale les maak je een oefentoets.
Leerdoelen
Aan het einde van de les kunnen jullie omrekenen met de eenheden van inhoud.
Aan het einde van de les kunnen jullie de opdrachten over de inhoud in het praktijk maken.
Voorkennis
In de twee filmpjes krijgen jullie uitleg over de eenheden van lengte en de eenheden van oppervlakte.
H8.3 Eenheden van inhoud
Wat betekent inhoud?
Inhoud betekent hoeveel ruimte iets inneemt of hoeveel ergens in zit. Elke dag heb je te maken met verschillende eenheden van inhoud. Je komt de inhoudsmaten vaak in de supermarkt tegen, bijvoorbeeld in een pak melk, in een fles water en in verschillende blikken. Deze producten hebben alleemaal een inhoud, bijvoorbeeld 1 liter melk, 500 ml(milliliter) water en 33 cl (centiliter) Fanta. Met inhoudsmaten worden de eenheden van inhoud bedoeld.
Eenheden van inhoud
De inhoud geeft aan welke hoeveelheid er in iets past, bijvoorbeeld hoeveel zand er in de zandbak of hoeveel water in een zwembad past. Dat geef je aan in liters of in kubieke meters, kubieke decimeters enzovoort. Deze afkortingen krijgen een klein 3’tje boven de laatste letter.
Hieronder zien jullie het metriekstelsel voor het berekenen van de inhoud. Het drietje boven de eenheden noem je 'kubieke'. Dat drietje staat er, omdat je 3 afmetingen combineert met elkaar. De drie afmetingen zijn lengte, breedte en hoogte. Je vermeningvuldigt de drie afmetingen met elkaar, zo bereken je de inhoud van de verschillende ruimtelijke figuren.
Op de afbeelding zie je dat verschillende inhoudsmaten van liters gelijk zijn aan de kubieke inhoudsmaten. In het schema van de inhoud- eenheden, zet je stappen van x 1000 of : 1000.
Een kubieke meter (m3) wordt ook wel een kuub genoemd.
Hieronder zie je alle eenheden van inhoud. De donker groene eenheden komen het meest voor.
De meest gebruikte eenheden zien je hieronder.
Door de video's van hieronder te bekijken, kom je erachter waarom sommige inhoudsmaten in liters gelijk zijn aan de kubieke inhoudsmaten. De tweede video bekijken tot minuut 3:17 is voldoende.
Voorbeeld vraag
0,3 kubieke meter hoeveel deciliter is dat?
0,3 m3 =...................................dL
Stap 1. Kijk naar het schema en leer deze schema uit je hoofd.
Stap 2. Je gaat eerst van de eenheid m3 naar dm3. 1 dm3 is gelijk aan 1 Liter. Je zet dus een stap naar rechts, je doet x 1000.
Stap 3. Je gaat nu te werk met de inhoudsmaten van liter. Om van liter naar deciliter te gaan zet je een stap naar rechts, je doet dus x 10.
Stap 4. Je schrijft je berekening en antwoord op. ( 0,3 x 1000 x 10 = 3000 dL )
Tip: vergeet je berekening niet op de toets!
Eenheden omrekenen
Opgaven 36
Vraag 36 uit je boek ga je nu digitaal maken. Vraag 37 uit je boek maak je in je schrift als huiswerk.
In de praktijk hebben wij te maken met verschillende eenheden van inhoud of lengte. Bijvoorbeeld wanneer je boodschappen doet en verschillende producten koopt. Daarom is het belangrijk om ook vragen te maken wat aansluit op de praktijkvoorbeelden. Opgaven 38 t/m 43 uit je boek zijn gericht op de eenheden die je in de praktijk tegen komt.
Voorbeeld uitwerking vraag 42
Vraag 42 uit jullie Getal & Ruimte boek heb ik hieronder als een voorbeeld uitgewerkt. Lees de vraag goed, probeer de vraag te begrijpen en bekijk de stappen die ik heb gezet.
Vraag 42.
In een blikje frisdrank zit 33 cl. In een grote frisdrankautomaat passen 550 blikjes.
Zijn alle blikjes bij elkaar meer of minder dan 1 m3 frisdrank?
Laat het met een berekening zien.
Stap 1. Je berekent eerst de inhoud van alle frisdrank blikjes die in de frisdrankautomaat zitten.
Uitwerking: Je hebt 550 frisdranken die een inhoud hebben van 33 cl. Om de totale inhoud te berekenen doe je 550 x 33 cL = 18150 cL
Stap 2. Je gaat berekenen of alle blikjes bij elkaar meer of minder dan 1 m3 frisdrank zijn.
Uitwerking: Je gaat 18150 cL omzetten naar m3. Je gaat 2 stappen naar links, dan kom je bij de liter vervolgens deel je door 1000 en zo kom je op het antwoord.
18150 cL : 10 : 10 : 1000 = 0,181…m3
Stap 3. 0,181…m3 is minder dan 1 m3, dus alle blikjes zijn minder dan 1 m3
Het arrangement H8.3 Eenheden van inhoud is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Döne Guneyli
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2022-05-25 10:12:12
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Inleiding
Welkom allemaal!
Hoofdstuk 8.3 gaat over eenheden van inhoud. De informatie voor deze paragraaf krijgen jullie digitaal aangeboden. Hoofdstuk 8 gaat over meetkunde, jullie hebben tijdens de voorkennis van hoofdstuk 8 de ruimtelijk figuren bekeken, de eenheden van lengte en oppervlakte. Vandaag gaan we kijken naar de eenheden van inhoud. De eenheden van inhoud hebben jullie nodig om de inhoud van de ruimtelijke figuren te berekenen. Ik wens jullie alvast veel succes met de opdrachten. Hieronder staan de stappen die je moet zetten om digitaal aan het werk te kunnen.
Hoe gaan jullie digitaal aan het werk:
Stap 1. Je leest elke pagina, door op het peil te klikken kan je steeds verder.
Stap 2. Je leest het lesmateriaal en maakt hierbij de oefeningen.
Stap 3. Je bekijkt de filmpjes, die bij de opdrachten staan.
Stap 4. Aan het einde van de digitale les maak je een toets.
Inleiding
Welkom allemaal!
Hoofdstuk 8.3 gaat over eenheden van inhoud. De informatie voor deze paragraaf krijgen jullie digitaal aangeboden. Hoofdstuk 8 gaat over meetkunde, jullie hebben tijdens de voorkennis van hoofdstuk 8 de ruimtelijk figuren bekeken, de eenheden van lengte en oppervlakte. Vandaag gaan we kijken naar de eenheden van inhoud. De eenheden van inhoud hebben jullie nodig om de inhoud van de ruimtelijke figuren te berekenen. Ik wens jullie alvast veel succes met de opdrachten. Hieronder staan de stappen die je moet zetten om digitaal aan het werk te kunnen.
Hoe gaan jullie digitaal aan het werk:
Stap 1. Je leest elke pagina, door op het peil te klikken kan je steeds verder.
Stap 2. Je leest het lesmateriaal en maakt hierbij de oefeningen.
Stap 3. Je bekijkt de filmpjes, die bij de opdrachten staan.
Stap 4. Aan het einde van de digitale les maak je een toets.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Opgaven 36
Inhoud in de praktijk
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.