Voorbeeld uitwerking vraag 42

Vraag 42 uit jullie Getal & Ruimte boek heb ik hieronder als een voorbeeld uitgewerkt. Lees de vraag goed, probeer de vraag te begrijpen en bekijk de stappen die ik heb gezet.

 

Vraag 42.

In een blikje frisdrank zit 33 cl. In een grote frisdrankautomaat passen 550 blikjes.

Zijn alle blikjes bij elkaar meer of minder dan 1 m3 frisdrank?

Laat het met een berekening zien.

 

Stap 1. Je berekent eerst de inhoud van alle frisdrank blikjes die in de frisdrankautomaat zitten.

Uitwerking: Je hebt 550 frisdranken die een inhoud hebben van 33 cl. Om de totale inhoud te berekenen doe je 550 x 33 cL = 18150 cL

 

Stap 2. Je gaat berekenen of alle blikjes bij elkaar meer of minder dan 1 m3 frisdrank zijn.

Uitwerking: Je gaat 18150 cL omzetten naar m3. Je gaat 2 stappen naar links, dan kom je bij de liter vervolgens deel je door 1000 en zo kom je op het antwoord.

18150 cL : 10 : 10 : 1000 = 0,181…m3

 

Stap 3. 0,181…m3 is minder dan 1 m3, dus alle blikjes zijn minder dan 1 m3