OUD Communicatie VAI, BOL, p.1.2

OUD Communicatie VAI, BOL, p.1.2

Les 1 - Voorlichting, Advies, Instructie (VAI)

Inleiding lessenreeks

Als (persoonlijk) begeleider maatschappelijke zorg en verzorgende IG wil je de gezondheid van de zorgvragers tijdens je werk bevorderen.

Dit doe je door bijvoorbeeld een advies te geven over gezond eten of stoppen met roken. Ook kun je de zorgvrager instrueren over het gebruik van de alarmknop of geef je informatie over bijvoorbeeld een onderzoek. In de komende 9 lessen leer je hoe je op deskundige wijze volgens een plan voorlichting, advies en instructie kan geven.


Studieactiviteit:

Onder het kopje " studieactiviteit" staat de voorbereiding van de les beschreven. Er wordt van je verwacht dat je dit voor de start van de les hebt gedaan.

Dit is alleen van toepassing bij les 7. Dus maak voor de start van les 7 de studieactiviteit.

 

Oefenopdrachten:

Voor MZ komt het overal terug in het werk.

 

Oefenopdrachten VZ-IG:

B1-K1-W2:

V1: Wat is adviseren en instrueren over preventie?

V2: Verschillen en overeenkomsten methodisch zorg verlenen en planmatig voorlichting geven.

V3: Hoe worden voorlichting, advies en instructie gegeven in jouw BPV?

O1: Verschillende soorten voorlichting geven.

 

CANMEDS

Het thema ''Voorlichting advies en instructie'' is gekoppeld aan de rol van gezondheidsbevorderaar en communicator.

 

Resultaat lessenserie VAI

Aan het einde van deze lessenserie heb je in een groepje een voorlichtingsplan geschreven. Maak je een voorlichtingsfilmpje en zorg je voor een aanvullend voorlichtingsmiddel. De eerste uitleg over de eindopdracht van deze lessenserie ontvangen jullie in les 5. In deze les zullen ook de groepjes gevormd worden voor de eindopdracht.

 

Wat jullie gemaakt hebben leveren jullie aan het eind van deze lessenserie in bij de docent. De docent beoordeeld alles en als het voldoende is heb je de lessenserie Voorlichting, Advies en Instructie behaald. 

Filmpje start voorlichting, advies en instructie

Bekijk dit filmpje klassikaal. 

 

Wat voor filmpje zie je hier? Is het een voorlichting, advies of instructie?

Wat proberen de makers van dit filmpje te bereiken, of wat is het doel van dit filmpje?

Doelen van deze les

Aan het einde van deze les:

  • vertel je in eigen woorden wat voorlichting, advies en instructie is
  • vertel je in eigen woorden wat het doel van voorlichting advies en instructie is.
  • benoem je voorbeelden van voorlichting advies en instructie op micro-, meso-, macroniveau.
  • vertel je in eigen woorden wat lichamelijke, psychische en sociale gezondheid is.

Onderwijsleergesprek

De docent doorloopt samen met de klas de volgende Powerpoint over Voorlichting, Advies en Instructie en de begrippen Micro- Meso- en Macroniveau. 

Opdracht 1

Jullie hebben zojuist geleerd dat voorlichting advies en instructie gebruikt worden om gedrag te beinvloeden. In het beroep van begeleider maatschappelijke zorg of verzorgende IG gaat het vaak specifiek om gezondheidsgedrag. Maar wat is nou eigenlijk gezondheid?

Opdracht (20 min)

In groepjes van vier gaan jullie discusieren over wat gezondheid is. Vervolgens maken jullie een digitale poster over gezondheid.

Denk bij gezondheid ook aan:

  • lichamelijke gezondheid
  • psychische gezondheid
  • sociale gezondheid

Nabespreking (10 min)

De groepjes laten één voor één de gemaakte pooster op het bord zien en bespreken hoe zij als groep de onderwerpen lichamelijke, psychische en sociale gezondheid verwerkt hebben in de poster.

De docent bespreekt de opdracht klassikaal na geeft eventueel nog aanvullingen op de begrippen lichamelijk, psychische en sociale gezondheid.

 

Evalueren en afsluiten

Jullie hebben als klas vandaag kennis gemaakt met de eerst les van voorlichting, advies en instructie.

 

Zijn de onderstaande lesdoelen behaald:

  • vertel je in eigen woorden wat voorlichting, advies en instructie is
  • vertel je in eigen woorden wat het doel van voorlichting advies en instructie is.
  • benoem je voorbeelden van voorlichting advies en instructie op micro-, meso-, macroniveau.
  • vertel je in eigen woorden wat lichamelijke, psychische en sociale gezondheid is.

 

De docent deelt voor de evaluatie een post-it uit. Op deze post-it schrijf je wat je verwacht te gaan leren deze lessenserie of waar jij aan denkt bij het vak voorlichting, advies en intstructie. De post-it lever je in bij de docent voor je het lokaal verlaat.

 

Les 2 - Primaire preventie

terugblik vorige les

  • Weten jullie nog waar we het in de eerste les over gehad hebben?
  • De docent wijst 2 personen aan die kort uitleg geven over wat we de vorige les geleerd en gedaan hebben.

Doelen van deze les

Aan het einde van de les:

  • Vertel je in eigen woorden wat preventie is.
  • Vertel je in eigen woorden wat de begrippen primaire, secundaire en tertiare preventie betekenen en noem je hierbij een voorbeeld.
  • Vertel je in eigen woorden wat voorlichting op micr-, meso-, macroniveau is.
  • Maak je een voorlichtingsfolder in een groepje.

Kennisactivering

Deze les gaat over preventie. Maar wat is nou eigenlijk preventie?

Preventie is het voorkomen of beperken van onwenselijke situaties. Dit doe je door vooraf maatregelen te treffen die de onwenselijke situatie kunnen voorkomen. Dit noemen we preventieve maatregelen.

Preventieve maatregelen kom je op vele plaatsen en binnen diverse beroepsgroepen tegen. Denk aan brandblussers in gebouwen om uitslaande brand te voorkomen, of politie die op straat surveileert om de orde te handhaven. Zelf doe je ook aan preventie. Je doet waarschijnlijk als je weg gaat de deur op slot om te voorkomen dat iemand gaat inbreken en je bent gevaccineerd tegen het krijgen van bijvoorbeeld de mazelen.

Als begeleider maatschappelijk zorg of verzorgende IG houd je je ook bezig met preventie. De docent laat onderstaand filmpje zien, waarin een voorbeeld te zien is van preventie in de zorg. Vervolgens krijg je de opdracht om kort na te denken over welke voorbeelden van preventie je in de zorg kan bedenken. De docent schrijft deze op het bord.

Hoe kun je vallen bij ouderen voorkomen?

Drie vormen van preventie

Preventie wordt onderverdeeld in drie verschillende vormen:

  • primaire preventie
  • secundaire preventie
  • tertiaire preventie

 

Primaire preventie

Dit is gericht op het voorkomen van ongezond gedrag, ziekte en ongezonde situaties. Primaire preventie richt zich op het bevorderen van gezond gedrag. Iemand is nog niet ziek, maar er is wel sprake van risicogedrag. Een voorbeeld zijn de reclame campagnes van NIX18.

Secundaire preventie

Dit is het opsporen en vroegtijdig behandelen van ziekten en stoornissen. De taak als zorgverlener is om gezondheidsproblemen te signaleren en bevindingen juist te rapporteren. Secundaire preventie is gericht op herstel. Een voorbeeld is het bevolkingsonderzoek voor borstkanker.

Tertiaire preventie

Tertiaire preventie is gericht op mensen die ziek zijn of een stoornis hebben. Het doel is dat zij zo weinig mogelijk last hebben van hun beperking en zoveel mogelijk zelf kunnen doen en zich zo prettig mogelijk voelen. Het streven is een goede kwaliteit van leven. Herstel is niet meer mogelijk. Als zorgverlener richt je je op het voorkomen dat de ziekte verergerd. Een voorbeeld is stervensbegeleiding of pijnbestrijding bij reuma.

Aan de slag met primaire preventie

  • We gaan klassikaal naar onderstaand filmpje kijken.
  • Daarna overleggen jullie in tweetallen wat voor filmpje je gezien hebt?
  • Leg uit wat voor vorm van preventie je gezien hebt.
  • Wat viel je verder op aan het filmpje?
  • Was dit preventie op micro- meso- of macroniveau?

De docent spreekt het filmpje klassikaal na en legt eventueel nogmaals uit wat het micro- meso- en macroniveau inhouden.

Nu gaan we klassikaal naar onderstaand plaatje kijken.

  • Welke vorm van preventie zie je op dit plaatje?
  • Is dit preventie op micro- meso- of macroniveau?
  • Is hier spraken van voorlichting, advies of instructie?

Opdracht 1

In groepjes van vier gaan jullie een voorlichtingsfolder maken over primaire preventie op meso- of macroniveau. Aan het eind van deze les lever je de folder via de mail in bij de docent voor feedback.

De docent verdeeld onderstaande onderwerpen.

  • Gezonde voeding  
  • Valpreventie
  • Vaccinatie voor HPV
  • Preventie van roken
  • Preventie alcoholgebruik
  • Preventie drugsgebruik
  • Gezond bewegen
  • Preventie van SOA's

Van te voren denk je na over onderstaande punten

  • Voor wie schrijf je het? De doelgroep.
  • Wat zijn de kenmerken van deze doelgroep, leeftijd, geslacht, religie/ cultuur?
  • Wat is je doel?
  • Welke informatie wil je overdragen?
  • Hoe gaan jullie de rollen verdelen?

De folder moet aan onderstaande punten voldoen:

  • Bevat plaatjes en tekst
  • Ziet er verzorgd uit en is goed leesbaar
  • Sluit aan op de doelgroep voor wie de voorlichting bedoeld is
  • Geeft correcte informatie

Evalueren en afsluiten

De docent evalueert de les en sluit af.


Zijn de volgende leerdoelen behaald: 

  • Vertel je in eigen woorden wat preventie is
  • Vertel je in eigen woorden wat de begrippen primaire, secundaire en tertiaire preventie betekenen en noem hierbij een voorbeeld.
  • Vertel je in eigen woorden wat voorlichting op micr-, meso-, macroniveau is.
  • Maak je een voorlichtingsfolder, deze is ingeleverd bij de docent. 

Les 3 - Secundaire preventie

Terugblik vorige les

  • Weten jullie nog welke vorm van preventie we vorige les besproken hebben?
  • Wie kan er 2 voorbeelden geven van deze preventie?

Lesdoelen

Aan het einde van deze les:

  • Kun je vertellen wat secundaire preventie is.
  • Kun je minimaal 4 voorbeelden noemen van secundaire preventie.
  • Benoem je welke rol jij als begleider maatschappelijke zorg / verzorgende IG bij secundaire preventie speelt.

Onderwijsleergesprek

De docent doorloopt met jullie de presentatie over secundaire preventie. 

Opdracht 1

Secundaire preventie

Er zijn verschillende voorbeelden van secundaire preventie. Enkele zijn vandaag en al eerder genoemd in de presentatie. Stel je moet voorlichting geven over bijv. het preventieve borstonderzoek bij vrouwen. Wat vertel je wel en niet?

 

Jullie verdelen de lesgroep in 6 groepjes. En krijgen voor de voorbereiding van het onderwerp 20 min de tijd. Dit is erg kort, dus verdeel de groep goed en ga snel aan de slag!

Elk groepje krijgt van de docent een onderwerp mbt secundaire preventie.

  • Je verdeelt de groep.
  • Je zoekt beeldmateriaal voor bij de voorlichting.
  • Je noteert kort wat aantekeningen die je kan vertellen.
  • Na deze voorbereiding ga je met je groepje een korte voorlichting geven. 
  • Jullie krijgen maximaal 5 minuten voor de voorlichting, dus houdt het kort en bondig.  

 

Groep 1: Gehoorscreening bij baby's

Groep 2: Hielprik bij baby's

Groep 3: Borstonderzoek bij vrouwen                                          

Groep 4: Baarmoederhals onderzoek bij vrouwen

Groep 5: Prostaatonderzoek bij mannen

Groep 6: Zelfonderzoek moedervlekken

Presenteren

In de komende 40 min gaan jullie per groepje een korte presentatie geven over je secundaire preventie onderwerp. Laat beeldmateriaal zien en vertel kort wat jullie aan aantekeningen hadden over je onderwerp. 

Let op! Zorg ervoor dat je presentatie maximaal 5 minuten duurt, dus houdt het kort. 

Evalueren en afsluiten

Wie kan er kort 2 vormen van secundaire preventie benoemen?

 

Zijn onderstaande doelen bereikt?

Aan het einde van de les:

  • Kun je vertellen wat secundaire preventie is.
  • Kun je minimaal 4 voorbeelden noemen van secundaire preventie.
  • Benoem je welke rol jij als begeleider maatschappelijke zorg/ verzorgende IG bij secundaire preventie speelt.

Les 4 - Tertiaire preventie

Terugblik vorige les

Wat hebben we de vorige lessen allemaal besproken:

  • Wie kan er uitleggen wat primaire preventie ook al weer was?
  • Wie kan er uitleggen wat secundaire preventie ook al weer was?
  • Wie kan er uitleggen wat micro- meso- en macroniveau betekend?

 

Jullie gaan over deze vragen even kort in stilte nadenken. 

De docent wijst verschillende studenten aan om de vragen te beantwoorden.

Lesdoelen

Aan het eind van deze les:

  • Kun je in eigen woorden vertellen wat tertiaire preventie is.
  • Kun je minimaal 2 voorbeelden noemen van tertiaire preventie.
  • Kun je benoemen welke rol jij als begeleider maatschappelijk zorg / verzorgde IG bij tertiaire preventie speelt.

Onderwijsleergesprek

De docent doorloopt klassikaal de volgende powerpoint persentatie. 

Samenwerkingsopdracht

Lees de volgende casus:

Mevrouw de Boei is 70 jaar. Zij is na een ziekenhuisopname van 2 weken nu opgenomen in het verpleegtehuis om te revalideren. Mevrouw heeft in het ziekenhuis een onderbeenamputatie ondergaan van haar linkerbeen. Dit kwam vanwege een niet genezende open wond aan haar been.

Mevrouw heeft sinds haar jeugd Diabetes Mellitus, hiervoor spuit zij elke dag insuline.

Mevrouw heeft haar leven lang problemen gehad met haar ziektebeeld. Zo vond zij het erg lastig om zich aan haar suikervrij dieet te houden en zondigde zij regelmatig. Hierdoor voelde zij zich vaak ziek. Zij werd dan ook regelmatig opgenomen in het ziekenhuis.

In het verleden is vaak geprobeerd om mevrouw te leren haar eigen bloedsuiker te prikken en aan de hand hiervan te bepalen hoeveel insuline zij moet spuiten.

Het ziekenhuis heeft in de overdracht aangegeven dat mevrouw geleerd moet worden om beter om te gaan met haar ziekte.

In het verpleegtehuis waar mevrouw revalideert is het volgende beeld ontstaan: mevrouw is verdrietig vanwege de onderbeenamputatie. Zij is stil en kijkt verdrietig. Ze heeft weinig moed om echt goed mee te werken aan de revalidatie, zij ziet er het nut niet van in. Zij doet uitspraken als: “Beetje bij beetje ga ik dood. Mijn been is er al af. Straks volgt de rest en als laatst wordt mijn hoofd ook geamputeerd. Scheelt weer een begrafenis”.

Mevrouw spuit haar insuline niet meer zelf, terwijl zij dit voor de ziekenhuisopname nog wel deed. Ze vindt dat het geen zin meer heeft om insuline te spuiten en vindt het wel best dat de zorgverleners dit voor haar doen.

Mevrouw zit vaak in haar rolstoel en laat zich regelmatig naar de rokersruimte rijden, waar zij de ene sigaret na de ander opsteekt.

Maak groepjes van 3. Maak een opzet gericht op het geven van tertiaire preventie aan mevrouw de Boei. Houd hierbij rekening met het volgende:

  • Leeftijd en begripsvermogen
  • Persoonlijkheid
  • Aanwezige kennis
  • Naasten
  • Cultuur
  • Houding

 

Jullie gaan bovenstaande oefenen in een rollenspel. 1 student is mevrouw de Boei, 1 student is de zorgverlener en 1 student is observator. De observator bekijkt of de onderwerpen van bovenstaande aan bod komen tijdens het gesprek.

Maak het niet te makkelijk, zorg dat mevrouw de Boei allerlei argumenten heeft om te weerleggen zoals: ‘ ja jij hebt makkelijk praten, jij hebt nog 2 benen’.

Wissel van rol zodat je elke rol een keer hebt gehad.

De docent loopt rond en zal, nadat iedereen klaar is met de opdracht, een drietal uitkiezen die het rollenspel klassikaal uitvoert.

Rollenspel

Jullie gaan 20 minuten in je groepje oefenen met het rollenspel. 

Jullie gaan bovenstaande oefenen in een rollenspel. 1 student is mevrouw de Boei, 1 student is de zorgverlener en 1 student is observator. De observator bekijkt of de onderwerpen van bovenstaande aan bod komen tijdens het gesprek.

Maak het niet te makkelijk, zorg dat mevrouw de Boei allerlei argumenten heeft om te weerleggen zoals: ‘ ja jij hebt makkelijk praten, jij hebt nog 2 benen’.

Wissel van rol zodat je elke rol een keer hebt gehad.

 

De laatste 10 minuten:

De docent loopt rond en zal, nadat iedereen klaar is met de opdracht, een drietal uitkiezen die het rollenspel klassikaal uitvoert.

Dit rollenspel wordt nabesproken aan de hand van de volgende punten:

  • Hoe is de sfeer van vertrouwen?
  • Is er voldoende rust, tijd en aandacht? Waar zie je dit aan?
  • Wat is het doel van het gesprek? (wordt dit duidelijk aangegeven?)
  • Hoe wordt er ingegaan op de reactie van de zorgvrager?
  • Wat is het resultaat van het gesprek? (komt dit overeen met het doel?)

Evalueren en afsluiten

Woordslang

Om te evalueren wordt er een woordslang gemaakt. Je noemt 1 woord wat is blijven hangen van deze les. Je buurman/buurvrouw noemt hierna ook een woord, maar deze begint met de letter waarmee het vorige woord is geeindigd. Bijvoorbeeld: preventie-evaluatie-effectiviteit-etc.

Spelregels: er mogen geen dubbele woorden worden genoemd, het moet dus elke keer een nieuw woord zijn.

 

Zijn de volgende leerdoelen behaald?

Aan het eind van deze les:

  • Kun je in eigen woorden vertellen wat tertiaire preventie is.
  • Kun je minimaal 2 voorbeelden noemen van tertiaire preventie.
  • Kun je benoemen welke rol jij als begeleider maatschappelijk zorg / verzorgde IG bij tertiaire preventie speelt.

Les 5 - Client voorlichting

Terugblik vorige les

Weten jullie het nog...?

Wat houden de termen Primaire, Secundaire en tertiaire preventie in?

Denk hier kort in tweetallen over na. De docent wijst tweetallen aan die de termen kort uitleggen aan de klas. 

Lesdoelen

Aan het einde van deze les:

  • benoem je de fases van het geven van voorlichting
  • benoem je kenmerken van een zorgvrager die je voorafgaand aan de voorlichting inventariseert
  • formuleer je een voorlichtingsdoel (SMART)
  • benoem je welke voorlichtingsmethodes en middelen er zijn

Let op in deze les krijg je belangrijke informatie die je nodig hebt bij het doen van de eindopdracht!

Onderwijsleergesprek

De docent doorloopt klassikaal de onderstaande powerpoint persentatie over het geven van voorlichting. 


Belangrijk om te weten is dat een goede voorlichting uit 6 stappen bestaat. Deze 6 stappen worden uitgelegd in de presentatie en gaan jullie nodig hebben voor het maken van de eindopdracht. 

Filmpje voorlichting

Bekijk klassikaal het onderstaande filmpje over het geven van een goede voorlichting, voordat jullie starten met het maken van de opdracht. 

Voor de docent: druk op het vierkante blokje, je komt dan op de site van consortium en bekijkt het filmpje 'voorlichtingsactiviteiten'.

Opdracht 1

Je gaat nu in tweetallen oefenen met het inventariseren van de kenmerken van een cliënt/ zorgvrager aan de hand van onderstaande casus.  Lees de casus door en beantwoord de bijbehorende vragen in de bijlage.

 

Voor deze opdracht krijg je 15 minuten de tijd.

De laatste 10 minuten spreekt de docent de opdracht klassikaal door.

Evalueren en afsluiten

Zijn de onderstaande lesdoelen behaald?

  • benoem je de fases van het geven van voorlichting
  • benoem je kenmerken van een zorgvrager die je voorafgaand aan de voorlichting inventariseert
  • formuleer je een voorlichtingsdoel (SMART)
  • benoem je welke voorlichtingsmethodes en middelen er zijn

Les 6 - start eindopdracht

Terugblik vorige les

Alle voorgaande lessen hebben we het gehad over preventie.

  • Kunnen jullie de 3 verschillende vormen van preventie noemen?
  • En kennen jullie ook nog de 3 niveau's die daarbij horen?
  • Waar houdt je rekening mee als je een client voorlichting geeft?

Lesdoelen

Aan het einde van deze les:

  • zijn er groepjes gevormd voor de eindopdracht
  • heb je een keuze in je groepje gemaakt wat het onderwerp gaat zijn van jullie voorlichting
  • is bekent aan wie je de voorlichting gaat geven en breng je de kenmerken van deze persoon in kaart
  • heb je samen een voorlichtingsdoel bedacht
  • heb je je voorlichtingsmethode en middel bedacht
  • zijn de rollen in het groepje verdeeld

De eindopdracht

Eindopdracht VAI:

Jullie gaan in groepjes van vier een patiëntenvoorlichting geven aan een 'bestaande' zorgvrager. De komende drie lessen gaan jullie werken aan onderstaande producten. Het is een grote opdracht die vraagt om een actieve samenwerking. Ook tijdens een ZW uur of thuis zal je aan deze opdracht moeten werken. Maak dus duidelijke afspraken in je groepje. In de laatste les (les 9) levert één student namens het groepje de volledige opdracht in bij de docent. De docent beoordeeld het product aan de hand van de Rubric.  

 

Wat lever je in:

- Een word document met hierin een uitgeschreven casus van de cliënt/ zorgvrager met zijn of haar kenmerken (denk hierbij aan bijvoorbeeld ziektebeelden, medicatie, mentale gezondheid). In dit document beschrijf je ook het doel van je voorlichting. Je houdt in dit document een logboek bij, met wie wat gedaan heeft. En iedereen voegt aan het eind van deze lessenserie een korte evaluatie toe hoe hij of zij samengewerkt heeft in de groep, wat ging goed. Wat kon beter.

- Een volledig beschreven voorlichtingsplan volgens een aantal stappen (zie het PDF document voor wat daar allemaal in moet).

- Een filmpje met daarop de mondelinge voorlichting aan een bestaande zorgvrager van maximaal 5 minuten (gebruik hiervoor een cliënt van stage, familie, buren of een collega en vergeet geen toestemming te vragen).

- Eén aanvullend voorlichtingsmiddel ter ondersteuning van de mondelinge voorlichting die je geeft aan je cliënt (denk hierbij aan bijvoorbeeld een folder, website of voorlichtingsfilmpje). Deze benoem je ook tijdens de mondelingen voorlichting aan de cliënt.

 

Beoordeling:

De producten worden beoordeeld middels onderstaande rubric;

rubric VAI.docx.

Groepjes

Maak nu de groepjes van 4 personen. Bekijk goed met wie je gaat samenwerken zodat jullie uiteindelijk een goede voorlichting neer zetten. 

Geef het gevormde groepje door aan de docent. 

Aan de slag

De opdracht:

Samen met je groepje ga je de eindopdracht doorspreken. Jullie gaan samen nadenken over een geschikte cliënt/ zorgvrager en jullie bedenken samen het voorlichtingsonderwerp (waar gaan jullie voorlichting over geven aan je cliënt). Deze les gebruik je ook voor het verdelen van de taken. Denk na over wie welk stuk van de opdracht gaat maken. En bespreek bijvoorbeeld welke student er voor gaat zorgen dat alle producten bij elkaar komen en wie de eindopdracht inlevert. Zorg ervoor dat rondom les 8 het voorlichtingsfilmpje opgenomen is. Dit moet in les 9 mee ingeleverd worden. Jullie hebben totaal in deze lessenserie 3x 1,5 uur de tijd voor deze opdracht (deze les, les 8 en les 9). Dit zal niet voldoende zijn omdat het een grote opdracht is, ga hier dus ook tijdens ZW-uren en thuis mee aan de slag.

 

Vervolgens ga je een start maken met:

  • Een voorlichtingsvraag of de voorlichtingsbehoefte.
  • uitschrijven van de casus.
  • voorlichtingsdoel (SMART)
  • bedenken van voorlichtingsmethode en -middel
  • taakverdeling binnen jullie groepje (wie gaat voorlichting geven, filmen, voorlichtingsmiddel maken etc.).

Evalueren en afsluiten

Zijn de volgende lesdoelen behaald?

Aan het einde van de les:

  • heb je een keuze in je groepje gemaakt wat het onderwerpt gaat zijn van jullie voorlichting
  • is bekent aan wie je de voorlichting gaat geven en breng je de kenmerken van deze persoon in kaart
  • heb je een voorlichtingsdoel bedacht
  • heb je je voorlichtingsmethode en middel bedacht
  • zijn de rollen in het groepje verdeeld

Let op voor de volgende les staat er een studieactiviteit gepland! Lees deze nog even klassikaal door. De studenten zorgen ervoor dat ze de studieactiviteit de volgende les af en bij zich hebben. 

Les 7 - Gedrag

Studieactiviteit

Let op deze studieactiviteit maak je voor dat je naar de les komt!

De komende les gaat over gedrag en welke factoren gedrag beivloeden. Beantwoord zelf onderstaande vragen en interview iemand uit je omgeving om inzicht te krijgen in welke factoren hun gedrag beinvloed heeft. Ga op zoek naar iemand die b.v. probeert af te vallen, gestopt is met roken, meer wil gaan bewegen, meer zou willen slapen, minder zou moeten gamen etc.

Stel onderstaande vragen en neem de uitwerking mee naar de les.

  • Is het gelukt om je gedrag te veranderen?
  • Waarom is het wel/niet gelukt?
  • Wat heeft je geholpen, of juist niet geholpen?
  • Welke factoren hebben je beinvloed?
  • Heb je voorlichting, advies of instructies gekregen van ouders, vrienden, professionals?
  • Wat heb je met deze voorlichting, advies of instructies gedaan? En waarom?
  • Welk advies zou je degene die jou deze voorlichting advies of instructies heeft gegeven geven?

Terugblik vorige les

Vorige les hebben jullie in groepjes een begin gemaakt met de eindopdracht. De docent bespreekt klassikaal met enkele studenten hoe het ervoor staat in het groepje waar ze in zitten.

  • Zijn taken goed verdeeld?
  • Kan iedereen aan de slag?
  • Is er na de vorige les nog verder gewerkt aan de eindopdracht?

Lesdoelen

Aan het einde van de les:

  • vertel je in eigen woorden welke factoren gedrag kunnen beinvloeden
  • vertel je in eigen woorden hoe het proces van voorlichting advies en instructie verloopt.

Kennisactivering

De docent spreekt klassikaal de studieactiviteit na.

Hieronder nogmaals de vragen die je jezelf en iemand in je omgeving gesteld hebt.

  • Is het gelukt om je gedrag te veranderen?
  • Waarom is het wel/niet gelukt?
  • Wat heeft je geholpen, of juist geholpen?
  • Welke factoren hebben je beinvloed?
  • Heb je voorlichting, advies of instructies gekregen van ouders, vrienden, professionals?
  • Wat heb je met deze voorlichting, advies of instructies gedaan? En waarom?
  • Welk advies zou je degene die jou deze voorlichting advies of instructies heeft gegeven geven?

Welke conclusie kan je hieruit trekken?

 

De docent maakt een mindmap op het bord met jullie conclusies. Zet in het midden het woord: gedrag.

Onderwijsleergesprek

Bekijk onderstaand filmpje klassikaal, over zender/ booschap en ontvanger. 

Als begeleider maatschappelijk zorg of verzorgende IG probeer je doormiddel van voorlichting kennis over te brengen. Meer kennis draagt bij aan het aanpassen van een mening en veranderen van houding of gedrag. Voorlichting ontvangen is vrijblijvend. Als zorgverlener geef je informatie, maar het is aan de zorgvrager wat hij of zij met deze informatie doet. De wet WGBO (wet geneeskundige behandelovereenkomst), waar zorgverleners zich aan moeten houden geeft aan dat zorgvragers recht hebben op informatie, en dat ze toestemming moeten geven voor een behandeling.

 

De docent zal de volgende woorden onder elkaar op het bord schrijven:

  • zender, boodschap, ontvanger
  • gedrag
  • gedragsverandering

Jullie hebben net het filmpje gekeken over de zender/ boodschap en ontvanger. Ga nu met elkaar in gesprek over wat de woorden met elkaar te maken hebben die de docent op het bord geschreven heeft. Hoe werken al deze woorden samen, hoe zorgen ze bijvoorbeeld voor gedragsverandering?

 

Opdracht 1

Tijdens het onderwijsleergesprek wat we net met elkaar gevoerd hebben, heb je geleerd dat er verschillende factoren invloed hebben op het gedrag. In onderstaande opdracht ga je beinvloedende factoren in kaart brengen door middel van een spin.

Opdracht Spin (30 minuten)

In groepjes van vijf ga je factoren bedenken die van invloed zijn op het gedrag (het onderwerp) wat je groepje krijgt toegewezen door de docent (zie onderstaande). Je krijgt van de docent papier en kleurtjes/ stiften.

In het midden ligt een papier met daarop het gewenste gedrag. Dit is de buik van de spin. Daarom heen komen de factoren die van invloed zijn op het uitvoeren van dit gedrag. Dit zijn de poten van de spin. Noem er minimaal 8. Jullie krijgen hier 15 minuten de tijd voor. Vervolgens wordt elke spin kort gepresenteerd en toegelicht (hier hebben we nog 15 minuten voor).

Onderstaande onderwerpen worden verdeeld.

  • Stoppen met roken
  • Gezonder bewegen
  • Gezonder eten
  • Hygiënischer werken
  • Medicatie trouw innemen

Onderwijsleergesprek

De docent zal klassikaal kort een powerpoint presentatie doorlopen over:

  • kennisverwerking
  • omgaan met vragen
  • rolmodel

Evalueren en afsluiten

​Zijn de onderstaande leerdoelen behaald?

  • vertel je in eigen woorden welke factoren gedrag kunnen beinvloeden
  • vertel je in eigen woorden hoe het proces van voorlichting advies en instructie verloopt.

 

De volgende les (les 8) gaan jullie aan de slag met de eindopdracht zorg ervoor dat je ook tijdens ZW-uren of thuis aan deze eindopdracht werkt. 

Les 8 - Werken aan eindopdracht

Terugblik vorige les

Vorige les hebben we het gehad over gedrag. 

  • Wat was een rolmodel ook al weer? 
  • Hoe kun je het gedrag van iemand beinvloeden?
     

Lesdoelen

Aan het einde van deze les heb je:

  • het voorlichtingsplan af
  • een filmpje met daarin de voorlichting opgenomen en af
  • het voorlichtingsmiddel is af

De eindopdracht

Eindopdracht VAI:

Jullie gaan in groepjes van vier een patiëntenvoorlichting geven aan een 'bestaande' zorgvrager. De komende drie lessen gaan jullie werken aan onderstaande producten. Het is een grote opdracht die vraagt om een actieve samenwerking. Ook tijdens een ZW uur of thuis zal je aan deze opdracht moeten werken. Maak dus duidelijke afspraken in je groepje. In de laatste les (les 9) levert één student namens het groepje de volledige opdracht in bij de docent. De docent beoordeeld het product aan de hand van de Rubric.  

 

Wat lever je in:

- Een word document met hierin een uitgeschreven casus van de cliënt/ zorgvrager met zijn of haar kenmerken (denk hierbij aan bijvoorbeeld ziektebeelden, medicatie, mentale gezondheid). In dit document beschrijf je ook het doel van je voorlichting.

- Een volledig beschreven voorlichtingsplan volgens een aantal stappen (zie het PDF document voor wat daar allemaal in moet).

- Een filmpje met daarop de mondelinge voorlichting aan een bestaande zorgvrager van maximaal 5 minuten (gebruik hiervoor een cliënt van stage, familie, buren of een collega en vergeet geen toestemming te vragen).

- Eén aanvullend voorlichtingsmiddel ter ondersteuning van de mondelinge voorlichting die je geeft aan je cliënt (denk hierbij aan bijvoorbeeld een folder, website of voorlichtingsfilmpje). Deze benoem je ook tijdens de mondelingen voorlichting aan de cliënt.

 

Beoordeling:

De producten worden beoordeeld middels onderstaande rubric;

rubric VAI.docx.

 

Ga in je eigen groepje aan de slag met de eindopdracht. De docent loopt langs en zal jullie adviseren en begeleiden.

 

Evalueren en afsluiten

Is het gelukt om het volgende met je groepje af te ronden?

  • het voorlichtingsplan
  • een filmpje met daarin de gegeven voorlichting
  • het voorlichtingsmiddel 

 

Zijn de bovenstaande opdrachten nog niet af denk dan nog even na met je groepje hoe je het werk verdeeld en er voor zorgt dat het de volgende les (laatste les) wel allemaal af is. 

Les 9 - Afronden/inleveren eindopdracht en evalueren lessenserie

Lesdoelen

Aan het einde van de les heb je:

  • het voorlichtingsplan af
  • een filmpje met daarin de voorlichting af
  • het voorlichtingsmiddel af

 

En aan het eind van deze les heeft 1 persoon uit jullie groepje bovenstaande punten per mail ingeleverd bij de docent. Deze zal jullie feedback geven op het eindproduct door middel van de beoordelingsrubric. 

Eindopdracht

Eindopdracht communicatie:

Jullie gaan in groepjes van vier een patiëntenvoorlichting geven aan een 'bestaande' zorgvrager. De komende drie lessen gaan jullie werken aan onderstaande producten. Het is een grote opdracht die vraagt om een actieve samenwerking. Ook tijdens een ZW uur of thuis zal je aan deze opdracht moeten werken. Maak dus duidelijke afspraken in je groepje. In de laatste les (les 9) levert één student namens het groepje de volledige opdracht in bij de docent. De docent beoordeeld het product aan de hand van de Rubric.  

 

Wat lever je in:

- Een word document met hierin een uitgeschreven casus van de cliënt/ zorgvrager met zijn of haar kenmerken (denk hierbij aan bijvoorbeeld ziektebeelden, medicatie, mentale gezondheid). In dit document beschrijf je ook het doel van je voorlichting. Je houdt in dit document een logboek bij, met wie wat gedaan heeft. En iedereen voegt aan het eind van deze lessenserie een korte evaluatie toe hoe hij of zij samengewerkt heeft in de groep, wat ging goed. Wat kon beter.

- Een volledig beschreven voorlichtingsplan volgens een aantal stappen (zie het PDF document voor wat daar allemaal in moet).

- Een filmpje met daarop de mondelinge voorlichting aan een bestaande zorgvrager van maximaal 5 minuten (gebruik hiervoor een cliënt van stage, familie, buren of een collega en vergeet geen toestemming te vragen).

- Eén aanvullend voorlichtingsmiddel ter ondersteuning van de mondelinge voorlichting die je geeft aan je cliënt (denk hierbij aan bijvoorbeeld een folder, website of voorlichtingsfilmpje). Deze benoem je ook tijdens de mondelingen voorlichting aan de cliënt.

 

Beoordeling:

De producten worden beoordeeld middels onderstaande rubric;

rubric VAI.docx.

 

De opdracht:

Samen met je groepje ga je de eindopdracht doorspreken. Jullie gaan samen nadenken over een geschikte cliënt/ zorgvrager en jullie bedenken samen het voorlichtingsonderwerp (waar gaan jullie voorlichting over geven aan je cliënt). Deze les gebruik je ook voor het verdelen van de taken. Denk na over wie welk stuk van de opdracht gaat maken. En bespreek bijvoorbeeld welke student er voor gaat zorgen dat alle producten bij elkaar komen en wie de eindopdracht inlevert. Zorg ervoor dat rondom les 8 het voorlichtingsfilmpje opgenomen is. Dit moet in les 9 mee ingeleverd worden. Jullie hebben totaal in deze lessenserie 3x 1,5 uur de tijd voor deze opdracht (deze les, les 8 en les 9). Dit zal niet voldoende zijn om het een grote opdracht is, ga hier dus ook tijdens ZW-uren en thuis mee aan de slag.

 

Vervolgens ga je een start maken met:

  • Een voorlichtingsvraag of de voorlichtingsbehoefte.
  • uitschrijven van de casus.
  • voorlichtingsdoel (SMART)
  • bedenken van voorlichtingsmethode en -middel
  • taakverdeling binnen jullie groepje (wie gaat voorlichting geven, filmen, voorlichtingsmiddel maken etc.).

Evalueren en afsluiten

  • Alles ingeleverd bij de docent?!

 

We zijn erg benieuwd naar wat jullie van deze lessenserie vonden? De docent deelt een a4tje uit, lever dit terug in bij de docent voor je het lokaal verlaat.

Schrijf op het a4 kort de antwoorden op onderstaande punten:

  • Wat heb ik geleerd van deze lessenserie?
  • Hoe kan ik voorlichting, advies en instructie toepassen op stage?
  • Wat heb ik gemist in deze lessenserie/ of wat had je graag willen leren?
  • Tips of tops voor de docent.