SE4 - Beeldvorming & stereotypering

SE4 - Beeldvorming & stereotypering

Infographic

Introductie

SE4 - Beeldvorming en stereotypering

Mensen zijn sociale wezens. Dit wil zeggen dat wij in groepen leven en elkaar altijd opzoeken. Als mechanisme voor ons eigen veiligheid beoordelen wij iedereen constant. Wanneer jij bijvoorbeeld voor het eerst de klas binnenkomt probeer je gelijk mensen in je hoofd in te delen. Bij wie voel je je veilig (wie kan mogelijk je vriend of vriendin worden) en van wie houd je liever afstand, omdat hij/zij een te grote mond heeft of er gek uitziet. Nadat je langer met mensen in de klas zit kom je er misschien wel achter dat je deze persoon helemaal niet zo leuk vindt of anderen juist wel. Je eerste beoordeling (voornamelijk op uiterlijk) kan dus kloppen, maar is vaak ook onjuist. Een oordeel over iemand zonder echt de feiten te kennen noemen we een vooroordeel. Vooroordelen zijn heel nuttig, omdat ze ons sociale situaties laten inschatten. Wanneer bijvoorbeeld iemand die er ‘gevaarlijk’ uitziet voordringt bij de kassa zal je er minder snel iets van zeggen dan wanneer iemand met een ongevaarlijk uiterlijk voordringt. Het kan ook de verkeerde kant op werken. Zo kan een vooroordeel ook leiden tot discriminatie. In het examenonderdeel beeldvorming en stereotypering gaan we onderzoeken hoe beeldvorming bij mensen werkt en wat voor gevolgen dit kan hebben voor de maatschappij.

 

Bij het examenonderdeel beeldvorming en stereotypering horen de volgende leerdoelen:

1. De leerling kan uitleggen hoe de mening van mensen wordt beïnvloed;
2. De leerling herkent vooroordelen en kan uitleggen hoe je hiermee om kan gaan;
3. De leerling kan bij een bepaald sociaal probleem uitleggen hoe de beeldvorming tot stand is gekomen (discriminatie, rolverdeling, cultuurverschillen).

 

Belangrijke informatie:

  • Je mag overleggen, maar de opdrachten moeten individueel gemaakt worden en individueel ingeleverd worden, tenzij anders vermeld wordt in de opdracht.
  • Alle opdrachten moeten uiterlijk dinsdag 13 februari in mijn bezit zijn (via SeeSaw - Egodact).
  • Wanneer het examenwerk 1 schooldag te laat wordt ingeleverd volgt er 1 punt aftrek.
  • Wanneer het examenwerk na 1 dag, maar voor 7 dagen schooldagen te laat wordt ingeleverd volgen er 2 punten aftrek.
  • Wanneer het examenwerk meer dan een week, maar minder dan 2 schoolweken te laat wordt ingeleverd volgen er 3 punten aftrek.
  • Wanneer het examenwerk meer dan 2 schoolweken te laat wordt ingeleverd volgt automatisch het cijfer 1.
  • Bovenstaande is volgens de regeling in het PTA.

Planner

Week        

            

Datum

To do

Week 1

 

8 januari

Maken duo’s voor podcast
 

  1. Vooroordelen en stereotypen
    - Onderzoek

- Lezen
- Verwerking

 

Week 2

 

15 januari

Maken afspraak met persoon om te interviewen voor podcast.

 

  1. Discriminatie
    - Lezen
    - Verwerking  

 

Week 3

 

22 januari

Eindopdracht


Vragen voorbereiden voor interview podcast.

 

Week 4

 

29 januari

Eindopdracht

 

Script schrijven podcast algemene deel (inhoud) 1.

 

 

Week 5

 

5 februari

Eindopdracht

 

Script afmaken en in de blox laten checken voor feedback.

 

Week 6

 

12 februari

Eindopdracht

 

Opnemen en afmaken podcast.

 

Deadline dag 13 februari

1. Vooroordelen en stereotypen

Onderzoek

Opdracht A - Vooroordelen en feiten

We beginnen allereerst met een kleine opdracht rondom de foto die je ziet. Bij het zien van deze vrouw komen er allerlei zaken in je op, dit noemen we vooroordelen.

1. Welke vijf vooroordelen heb je over deze foto? Schrijf ze op.

Wanneer je vijf vooroordelen hebt opgeschreven over deze foto ga je via google zoeken wie deze mevrouw is. Dit doe je als volgt:
- Maak een screenshot van de foto
- Open Google afbeeldingen
- In de zoekbalk klik je op de camera en upload je jouw screenshot.

2. Als het goed is heb je gevonden wie deze vrouw is. Schrijf nu vijf feiten op die je over haar weet/kan vinden.

3. Komen jouw vooroordelen overeen met de feiten die je hebt opgeschreven of zaten hier grote verschillen tussen?

4. Welke verschillen of overeenkomsten zaten er in jouw vooroordelen en feiten?

5. Wat kan deze opdracht je vertellen over vooroordelen?

Lezen

Vooroordelen en stereotypen

Voor je verder gaat bekijk je onderstaande video.



In bovenstaande video is een experiment te zien waar leerlingen van verschillende scholen geconfronteerd worden met hun vooroordelen en stereotypen. Wat vooroordelen zijn is al besproken in de introductie. Vooroordelen zijn heel persoonlijk en worden vaak op individuen toegespitst. Wanneer er vooroordelen bestaan over een groep mensen noemen we dit een stereotype. Een stereotype is een vaststaand beeld van een groep mensen. In de video wordt het meisje met het Aziatische uiterlijk en een bril op als slim gezien. Dit is een duidelijk voorbeeld van zo'n stereotype. Dit stereotype is in de context van de video onschuldig. In andere contexten kunnen stereotypen wel voor problemen zorgen. Denk bijvoorbeeld aan een negatief stereotype beeld van Marokkanen in Nederland. Een Nederlandse Marokkaan loopt zonder dat mensen de specifieke situatie kennen van deze persoon tegen dit stereotype aan. Mensen kunnen zonder iemand te kennen aan de hand van een stereotype beeld en vooroordelen een mening vormen over iemand die helemaal niet klopt. Dit kan zelfs leiden tot discriminatie en uitsluiting. Er is dus een dunne lijn tussen nuttige vooroordelen als overlevingsmechanisme voor de mens en vooroordelen die leiden tot discriminatie en uitsluiting. In het volgende deel gaan we dieper in op discriminatie en uitsluiting.

Verwerking

Opdracht B - Stereotypering

In deze opdracht maak je een tekening of fotocollage van verschillende stereotypes die er in Nederland heersen.

Je kiest hierbij 3 stereotypen die positief of onschuldig zijn en je kiest 3 stereotypen die negatief zijn en tot problemen kunnen leiden voor verschillende mensen.

Je maakt een tekening of fotocollage met daarbij tekst waarin je uitlegt om welke groep het gaat en wat het stereotype beeld is van deze groep. Ook moet duidelijk zijn wat de positieve stereotypen zijn en wat de negatieve stereotypen zijn. De stereotypen mogen niet uit de tekst of uit de video komen.

2. Discriminatie

Lezen

In het vorige deel heb je geleerd over vooroordelen en stereotypes. Hoe ze enerzijds nuttig kunnen zijn, maar anderzijds ook aanleiding kunnen zijn om mensen uit te sluiten en te discrimineren. In dit deel gaan we onderzoeken wat discriminatie is en welke vormen van discriminatie er zijn.

Artikel 1 van de Nederlandse grondwet luidt als volgt: ‘Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan’.

Het recht op gelijke behandeling of anders gezegd het verbod op discriminatie is dus het eerste artikel in onze grondwet en misschien wel de belangrijkste afspraak in onze samenleving. Discriminatie omschrijven we als het ongelijk behandelen en achterstellen van mensen op basis van kenmerken die er niet toe doen. Voorbeelden van kenmerken die er niet toe doen staan ook expliciet vernoemd in grondwetsartikel 1 (godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook). Het maken van onderscheid is niet altijd discriminatie. Denk bijvoorbeeld aan een achtbaan waar je een minimale lengte voor moet hebben. De reden dat er onderscheid gemaakt wordt is vanwege veiligheid. Het kenmerk lengte, doet er hier dus wel toe. Wanneer je gaat solliciteren naar een baan, heb je met een Nederlandse naam een grotere kans om uitgekozen te worden dan met bijvoorbeeld een Turkse naam. Hier doet het kenmerk, namelijk je afkomst er niet toe en spreken we dus van discriminatie.
Discriminatie komt op allerlei plekken en in allerlei vormen voor. Hieronder bespreken we een aantal vormen van discriminatie:

  • Racisme wordt vaak verward met de term discriminatie, maar gaat alleen om een bepaalde vorm van discriminatie. Wanneer mensen op basis van hun afkomst (het woord ‘ras’ zit er in) worden gediscrimineerd. Wanneer het over discriminatie gaat, gaat het vaak over racisme. Mensen met een andere afkomst dan de Nederlandse hebben hier vaak last van in Nederland.
    Racisme komt op heel veel manieren voor, we bespreken 3 voorbeelden.
    In 2020 leidde de dood van
    een zwarte arrestant in de VS
    tot veel ophef over racisme en
    etnisch profileren door de
    Amerikaanse politie.

    1. De politie die eerder iemand van kleur staande houdt dan een autochtone Nederlander.

    2. Een ander voorbeeld is bij het zoeken naar een baan heb je een kleinere kans om aangenomen te worden met een buitenlandse achtergrond.

    3. Een leerling met migratieachtergrond krijgt vaker een lager advies (onderadvisering) op de basisschool dan een leerling met autochtone ouders, gevolg: leerlingen van kleur komen lastiger op hogere niveaus in het onderwijs en stromen dus ook minder hoog in op de arbeidsmarkt.
  • Seksisme is een vorm van discriminatie waarin onnodig onderscheid gemaakt wordt tussen mannen en vrouwen. Een andere (en misschien wel duidelijkere) term die hierbij past is genderongelijkheid. Waar niet heel lang geleden het grootste van de Nederland nog sterk kerkelijk was waren ook de man-vrouw verhoudingen nog sterk aanwezig. Mannen moesten werken, sterk zijn en voor het gezin geld verdienen, waar vrouwen als liefdevol, zacht en emotioneel werden gezien. Inmiddels zijn deze stereotype beelden wat veranderd, maar nog steeds zitten ze behoorlijk stevig in onze cultuur verweven. Negatieve gevolgen van de scheven verhoudingen tussen mannen en vrouwen zijn bijvoorbeeld de salariskloof (mannen verdienen in dezelfde posities meer geld dan vrouwen) en het overschot aan (witte) mannen in de top functies van het bedrijfsleven en de politiek. De hele #METOO beweging, waarin (voornamelijk) vrouwen naar buiten treden met verhalen van seksueel ongewenst gedrag, heeft seksisme en de kwetsbare positie van de vrouw weer duidelijker naar voren gebracht.
  • Leeftijdsdiscriminatie is een vorm van discriminatie die vooral op de arbeidsmarkt voorkomt. Zo kan het zijn dat wanneer iemand van 55 jaar ontslagen wordt bij zijn werkgever hij of zij nog moeilijk aan een nieuwe baan kan komen, omdat bedrijven liever een jonger iemand aannemen. Ook jongeren kunnen te maken krijgen met leeftijdsdiscriminatie wanneer ze wat ouder zijn en solliciteren bij een supermarkt, maar de supermarkt liever een jonger iemand aanneemt, omdat de loonkosten dan lager zijn.
  • Antisemitisme betekent haat tegen Joden. Discriminatie van Joden is iets wat de hele geschiedenis veel is voorgekomen met als bekendste de verschrikkelijke vervolging van het Joodse volk tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ook vandaag de dag komt antisemitisme nog voor in verschillende vormen. Zo zijn er extreemrechtse groeperingen die, net als Adolf Hitler, het jodendom zien als een kwaad dat bestreden moete worden, maar het zit hem ook in kleine opmerkingen, scheldpartijen en grappig bedoelde uitspraken.
  • Micro-agressie is een vorm van discriminatie die minder bekend is, maar misschien wel het vaakst voorkomt. Het is een term die is bedacht in de jaren ’70 door de Amerikaanse zwarte professor en psychiater Chester-Pierce. In zijn onderzoek naar racisme kwam hij erachter dat er sprake was van kleine, vaak automatische opmerkingen die zwarte mensen naar beneden halen. Micro agressie kan voorkomen bij alle vormen van discriminatie. Het gaat hier vaak dus om kleine opmerkingen die anderen naar beneden halen, soms bedoeld, maar ook onbedoeld. We bespreken 2 voorbeelden.
    1. Tijdens een vergadering verspreekt een vrouwelijke werknemer zich, een mannelijke werknemer reageert hierop met: ‘gelukkig zie je er wel goed uit.’ Deze opmerking haalt de vrouw naar beneden en onnodig wordt hier de nadruk gelegd op het uiterlijk wat totaal geen rol zou moeten spelen in de werkverhouding tussen deze twee collega’s.
    2. Een autochtone Nederlander is in gesprek met een persoon van kleur. Tijdens het gesprek maakt de autochtone Nederlander de opmerking: ‘wat spreek je de taal goed.’ Door deze (goed bedoelde) opmerking wordt de suggestie gewekt dat deze persoon de taal ook niet goed zou kunnen spreken en wordt de persoon neergezet als apart, en anders dan andere Nederlanders.


Stereotypering en discriminatie leren wij al op jonge leeftijd aan. Zo leren wij in tekenfilms, reclames en schoolboeken vooral een beeld kennen van de doorsnee witte (mannelijke) Nederlander. Als kind is ons beeld van de wereld en van gelijkheid daarom al snel vertekend. In de documentaire Wit is ook een kleur van documentairemaker Sunny Bergman is goed te zien hoe jonge kinderen al ‘aangeleerd’ hebben onderscheid te maken. Bekijk de video en beantwoord daarna de vragen.  

 

Verwerking

Opdracht C - Discriminatie 

Tip: het is handig om deze opdracht in een tweetal te maken zodat je over de antwoorden in gesprek kan. Belangrijk: zet erbij met wie je hebt samengewerkt.
 

1. Wat is de reden dat de kinderen telkens weer de witte pop als goed zien en de zwarte pop als fout? 

2. Noem 3 stereotypes die de kinderen hebben aangeleerd.

3. Zelf hebben wij ook allemaal te maken met stereotype beelden van bepaalde groepen mensen. Bedenk een tekenfilm, reclame of televisieprogramma welke je vroeger keer waarin een stereotype zit dat kan leiden tot discriminatie. 

Eindopdracht

Discriminatie & stereotypering, de podcast!

In deze eindopdracht ga je een podcast maken over discriminatie en stereotypes. Je doet deze opdracht in tweetallen. Maak er echt een show van met een naam en luisteraars, voor ideeën kan je een informatieve podcast luisteren via bijvoorbeeld Spotify. In de podcast zijn een informatief gedeelte en een interview verplicht.

Inhoud:
1. Je geeft informatie over wat discriminatie is en wat stereotypen zijn, wat de gevolgen ervan zijn voor de samenleving en wat voor soorten discriminatie er zijn.
2. Je houdt een interview met een persoon die gaat over discriminatie. Hierin vertelt de persoon over zijn ervaring met discriminatie. Dit kan om alle vormen van discriminatie gaan. Bijvoorbeeld een vrouw die zich gediscrimineerd heeft gevoeld door mannen (een vorm van seksisme) of iemand die een baan niet kreeg, omdat hij of zij te oud was (een vorm van leeftijdsdiscriminatie) of iemand die vanwege zijn/haar afkomst, uiterlijk of etniciteit gediscrimineerd is.
3. Voor dit interview zorg je dat je vooraf vragen voorbereidt en deze bij voorkeur laat checken in de blox.
 

Eisen:
1. De podcast duurt minimaal 8 minuten en maximaal 15 minuten.
2. Je maakt de podcast in duo’s en je bent allebei ongeveer net zoveel te horen.
3. Het interview mag je met iedereen houden behalve een medeleerling.
4. Je stemt je taalgebruik af op de kijkers van het Jeugdjournaal, het mag dus niet te moeilijk zijn.
5. Jullie show heeft een naam en heeft duidelijk een begin. Waar je de luisteraars welkom heet, de naam van je podcast noemt en vertelt waar je over gaat spreken. Aan het eind van de podcast sluit je duidelijk af met een conclusie van de podcast.
6. Je schrijft een script waarin je de tekst helemaal uittypt. Deze lever je in voordat je begint met het opnemen van de podcast. Zo voorkomen we dat je veel moeite steekt in het opnemen van de podcast en dat het niet goed blijkt te zijn. Lever dus eerst het script in voordat je gaat opnemen.

 

Tips:
1. Gebruik Garage Band op je iPad.
2. Zoek een rustige locatie om uiteindelijk op te nemen.
3. Doe een geluidscheck, is het goed hoorbaar voor de luisteraar?

 

Succes!

  • Het arrangement SE4 - Beeldvorming & stereotypering is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2023-12-18 14:02:12
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Examenonderdeel kader/mavo
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur en 0 minuten

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Herbert Vissers eXplore. (2023).

    SE2 - Cultuur en socialisatie

    https://maken.wikiwijs.nl/186315/SE2___Cultuur_en_socialisatie

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.