EBHO bij lichte verwondingen

EBHO bij lichte verwondingen

Inleiding

Beste leerlingen!

 

Welkom bij deze Wikiwijs over "EHBO bij lichte verwondingen". Deze wikiwijs hoort bij de profielmodule "mens en zorg". Het is de bedoeling dat jullie zelfstandig aan de slag gaan met deze wikiwijs. Er zullen verschillende situaties aan bod komen waarin je leert hoe je, in dat geval, eerste hulp kunt verlenen. Per onderwerp krijg je eerst een stukje theorie, omdat je moet weten waarover het gaat. Daarna zie je in veel gevallen een korte video over het onderwerp. Kijken blijft meestal beter hangen dan lezen ;)

Tot slot kun je je eigen kennis testen met een aantal digitale tools. Gebruik deze tools ook om te leren voor je toets!!

 

Als je de wikiwijs hebt doorlopen heb je de volgende leerdoelen behaald:

  • je kunt eenvoudige EHBO technieken toepassen.
  • je kunt een inschatting maken van de ernst van een verwonding en afwegen of je zelf kunt helpen of dat je hulp moet zoeken
  • je kunt handelen bij lichte verwonding, letsel aan het bewegingsapparaat, verslikken en stikken, bloedneus en splinter.

bron: ZW-Module-4-Mens-en-zorg.pdf (platformsvmbo.nl)

Na afloop van deze wikiwijs ga je de verschillende EHBO technieken in de praktijk oefenen tijdens de lessen van zorgvaardigheid.

 

Heel veel succes!

EHBO algemeen

algemene regels bij EHBO, waar moet je op letten?

Zodra je eerste hulp bij ongevallen gaat verlenen, kun je te maken krijgen met een gevaarlijke situatie. Je weet immers niet wat er gebeurd is, of misschien ligt een slachtoffer nog wel midden op straat. Om verdere ongelukken te voorkomen zijn er een vijftal "regels" opgesteld waar elke EHBO'er zich aan moet houden. 

Deze regels zijn als volgt: 

1. Let op gevaar. dat wil zeggen dat je allereerst zorgt voor je eigen veiligheid. Dus als een slachtoffer bijvoorbeeld op straat ligt omdat hij is aangereden, ga je niet zomaar de weg op. Pas als het verkeer stil is, of je er veilig bij kunt ga je naar je slachtoffer. 

2. Ga na wat er gebeurd is.  Dit is belangrijk om duidelijk te krijgen wat je zou kunnen doen. Kun je zelf helpen of bel je 112? Ook als je naar de huisarts moet bellen voor een slachtoffer is het goed om zo veel mogelijk informatie te hebben over wat er precies gebeurd is. Als het slachtoffer buiten bewustzijn is, kun je het aan omstanders vragen. 

3. Stel het slachtoffer op zijn gemak.  Het is natuurlijk flink schrikken als er iets gebeurd is. Ook kan een slachtoffer veel pijn hebben. Het is daarom fijn als je je slachtoffer op zijn gemak kunt stellen. 

4. Alarmeer indien nodig. Je maakt de afweging of je zelf kunt helpen of dat je hulp moet inschakelen van een huisarts of 112. Als je twijfelt bel je altijd 112. De telefonist kan je dan vertellen wat je moet doen. 

5. Help zo goed je kunt. Als je moet wachten op de hulpdiensten blijf je bij je slachtoffer. Je kunt hem of haar met een jas of deken toedekken. 

 

EHBO bij bloedneus

Een bloedneus kun je krijgen door bijvoorbeeld een klap op je neus, door peuteren, niezen, snuiten of door sterke temperatuurswisselingen. Dan kan er een adertje knappen en loopt er bloed uit je neus.

Wat moet je doen:

  • hoofd licht voorover buigen
  • de neus één keer goed laten snuiten
  • niet laten snuiten als je denkt dat de neus gebroken is! Ook niet bij mogelijk schedelletsel
  • knijp de neus 5 minuten dicht. Als het bloeden nog niet is gestopt herhaal je dit nogmaals gedurende 5 minuten. 
  • controleer na maximaal 10 minuten (totaal) of de bloeding is gestopt.
  • als dit niet het geval is houd je de neus dichtgeknepen en neem je contact op met een huisarts. 

meestal hoef je dus geen contact op te nemen met de huisarts. Echter, in deze gevallen doe je dat wel:

  • als de neus na 10 minuten dichtdrukken nog steeds bloedt.
  • als het slachtoffer bloedverdunnende medicatie gebruikt.
  • als het slachtoffer met regelmaat een bloedneus heeft.

je belt 1-1-2 :

  • als de bloedneus komt als gevolg van een ernstig ongeluk of een val op het hoofd. Er kan nml. sprake zijn van hersenletsel. 
  • bij verschijnselen van shock: het slachtoffer is bleek, zweet en voelt zich ziek/ misselijk.

EHBO; drukverband aanleggen

Een drukverband is een verband dat druk geeft op een plek van het lichaam. Je legt een drukverband aan door middel van een elastische zwachtel. We maken onderscheid tussen een wonddrukverband en een steunverband. 

Voor het aanleggen van een wonddrukverband of een steunverband heb je de volgende dingen nodig: 

  • een snelverband
  • een zwachtel 
  • een kleefpleister

Wanneer een drukverband:

Een wonddrukverband is nodig bij een hevige bloeding. Een slachtoffer kan overlijden als hij teveel bloed verliest. Daarom is het van belang de bloeding snel te stoppen. 

Hoe leg je een drukverband aan: 

Het snelverband uit de verpakking halen en het op de wond leggen. Je legt het vast door de boven en onderkant van het snelverband te bedekken. Pak vervolgens de ideaalzwachtel en rol deze stevig, maar zonder te trekken over het snelverband in de richting van het hart. Het moet strak genoeg zitten om de bloeding te stoppen, maar niet zo strak dat het de bloedsomloop bekneld. Maak tot slot het verband vast met kleefpleister. 

Wanneer een steunverband?

Een steunverband wordt gebruikt na een kneuzing, om druk uit te oefenen op het gewonde lichaamsdeel. Dit zorgt voor pijnverlichting. 

Hoe leg ik een steunverband aan?:

  • Pak de ideaalzwachtel en rol stevig, maar niet te strak in de richting van het hart. Ook een steunverband moet stevig, maar niet strak zitten. 
  • Ook dit maak je vast met kleefpleister.

EHBO bij huidwonden

Wat is een huidwond?

Bij een huidwond is de huid beschadigd. Denk aan een schaafwond of een snijwond. Als de huidwonden diep zijn kunnen ook spieren, botten of organen beschadigd zijn.

Welke soorten huidwonden zijn er?

  • Schaafwond; oppervlakkig, bovenste huidlaag afgeschaafd.
  • Snijwond; bloedt veel, maar is minder pijnlijk.
  • Steekwond; klein zichtbaar wondje, inwendige schade niet vast te stellen.
  • Scheurwond; bloedt soms weinig, kan veel pijn doen.
  • Bijtwond; bloeding en pijn is sterk afhankelijk van de plaats en intensiteit van de beet.
  • Schotwond; meestal klein zichtbaar wondje op de plaats waar de kogel het lichaam binnendringt. Op de plek waar de kogel uitkomt kan de wond groot of klein zijn. Bij een schotwond moet je altijd 1-1-2 bellen!

Wat moet je doen bij een huidwond? Open wond (schaaf,- of snijwond)

Bij een kleine wond:

  • zorg je dat je met schone handen of handschoenen werkt,
  • spoel je de wond met schoon, lauw stromend water,
  • dep je de wond droog met een schone doek,
  • dek je de wond af met een steriel kompres, een snelverband of een schone doek.

Bij een grote wond:

  • leg je een snelverband aan.

Bij een  snijwond:

  • maak je gebruik van hechtstrips,
  • plak je een hechtstrip aan de ene kant van de wond dwars naast het midden.
  • houdt deze kant vast met je ene hand en trek met je andere hand lichtjes aan de strip om die aan de andere kant van de wond te plakken, terwijl je de wondranden bij elkaar duwt.

Werk altijd schoon en dek een wond zo snel mogelijk steriel af. Zo is de kans kleiner dat er een infectie in de wond komt. Een infectie of besmetting kun je namelijk krijgen als er vuil in de wond zit. Met name bij beetwonden is er een kans dat je een infectie krijgt door de tetanusbacterie. Een arts kan nagaan of je bent beschermd tegen tetanus.

In welke gevallen moet je hulp zoeken?

Bel een huisarts of bezoek de SEH (spoedeisende hulp) in de volgende gevallen:

  • als het bloeden niet stopt
  • als je de wond niet kunt schoonmaken
  • als een schaafwond groter is dan de helft van de handpalm van het slachtoffer
  • als je botten, spierweefsel of ander onderhuids weefsel kunt zien
  • bij wonden in het gezicht, ogen of geslachtsdelen
  • bij een wond die onstaan is na een beet (dier of mens)
  • als er een voorwerp vast zit in de wond. Denk aan een glasscherf of een splinter)
  • bij een steekwond met een vuil voorwerp
  • als niet duidelijk is of het slachtoffer in de afgelopen 10 jaar is ingeënt tegen tetanus. 

 

EHBO bij kneuzing, botbreuk of ontwrichting

Het is lastig om een botbreuk van een kneuzing of ontwrichting te onderscheiden. Dat hoef je niet te kunnen, maar het is wel goed om te weten wat je in zo'n situatie kunt helpen.

We beginnen met een kneuzing.

Wat is een kneuzing?

Bij een kneuzing is een lichaamsdeel bekneld geraakt tussen een stomp voorwerp en het onderliggende bot. De huid zelf is meestal niet kapot, maar het onderliggende weefsel kan beschadigd zijn. Een kneuzing kan ontstaan door bijvoorbeeld een val, of als je met een voet of vinger tussen de deur komt.

Bij een kneuzing zie je vaak dat er een blauwe plek is, dat er zwelling van de huid is en dat het slachtoffer veel pijn heeft. Zeker als de plek van de kneuzing belast wordt.

Wat doe je?

  • kijk eerst goed naar de kneuzing. Als het lichaamsdeel in een gekke stand staat kan er nml sprake zijn van een botbreuk! Ga dan meteen naar de huisarts.
  • koel de plek van de kneuzing met een coldpack of onder stromend water, gedurende zo'n 20 minuten.
  • als de pijn niet minder wordt of de zwelling groter ga je met het slachtoffer naar de huisarts.
  • als dit niet nodig is kun je na het koelen een steunverband aanleggen. Dat geeft steun en kan de pijn verminderen.

Dan een ontwrichting of een botbreuk:

Wanneer een bot in het lichaam geheel of gedeeltelijk gebroken is spreken we van een botbreuk. In de meeste gevallen zal de huid hierbij nog intact zijn, maar als dat niet het geval is, en er een wond bij de plaats van de breuk is, spreken we over een open botbreuk.

Wanneer twee botuiteinden, die samenkomen in een gewricht, ten opzichte van elkaar verschuiven, spreken we over een ontwrichting. Het gewricht staat dan in een vervormde, dwangmatig stand. Meestal wordt een ontwrichting veroorzaakt door een klap of een val.

Bij een botbreuk zie je:

  • dat het slachtoffer veel pijn heeft
  • dat de huid rood of blauw en vaak gezwollen is
  • dat het slachtoffer het lichaamsdeel niet normaal kan bewegen of erop steunen
  • soms hoor je een krakend geluid als het lichaamsdeel bewogen wordt of dat het abnormaal beweegt.
  • je ziet vaak een abnormale stand van het lichaamsdeel en soms een wond

 

Bij een ontwrichting zie je:

  • dat het slachtoffer veel pijn heeft
  • dat de huid rood of blauw is en vaak gezwollen
  • dat het slachtoffer het lichaamsdeel niet normaal bewegen kan
  • een abnormale stand van het gewricht
  • soms een wond

Een botbreuk of kneuzing kun je niet zelf oplossen. Je moet hulp zoeken bij een arts als het slachtoffer gewond is aan een hand, arm, schouder of voet. Als er letsel is aan de nek, heup, been of knie bel je 1-1-2.

Je zet een ledemaat nooit zelf recht, maar ondersteunt het gewonde lichaamsdeel voorzichtig. Open wonden dek je zo snel mogelijk steriel af. Als een open wond op de plaats van de breuk veel bloed verliest, druk dan op de wond met een schone handdoek. Verder geef je het slachtoffer niets te eten of drinken. Probeer tot slot altijd met handschoenen te werken om niet in aanraking te komen met bloed van het slachtoffer en om eventuele wondinfectie te voorkomen.

EHBO ; splinter verwijderen

Iedereen heeft wel eens een splinter gehad. Hiermee wordt een klein stukje hout, metaal, glas of een doorn bedoeld. Splinters zitten in of onder de huid, maar kunnen in de meeste gevallen gemakkelijk worden verwijderd.

Een splinter kun je als volgt verwijderen:

  • was het wondje voorzichtig met water
  • grijp met een pincet de uiteinden van de splinter vast. (Pincet in het verlengde van de splinter)
  • trek de splinter voorzichtig uit de huid
  • spoel het wondje schoon met lauw stromend water
  • maak droog met een schone theedoek en plak er eventueel een pleister op.

Wanneer naar de huisarts:

  • als de splinter afbreekt tijdens het verwijderen
  • bij glassplinter waarbij de kans bestaat dat er iets achterblijft
  • bij een splinter in of rondom het oog
  • als het niet lukt om de splinter te verwijderen
  • als het wondje gaat ontsteken

EHBO stabiele zijligging

Als een slachtoffer bewusteloos is en een normale ademhaling heeft, leg je hem of haar in de stabiele zijligging. Hoe doe je dat?

  • start met het verwijderen van een eventuele bril van het slachtoffer.
  • kniel naast het slachtoffer en zorg dat beide benen gestrekt zijn
  • pak de arm van het slachtoffer die het dichts bij je ligt en leg deze in een rechte hoek ten opzichte van zijn lichaam. (Handpalm naar boven)
  • breng de arm die het verste van je verwijderd is over de borst en houd de handrug tegen de wang aan de zijde van het slachtoffer.
  • pak met je andere hand het been dat het verste van je verwijderd is net boven de knie en trek het op. De voet blijft op de grond. 
  • draai het slachtoffer naar je toe door de gebogen knie naar je toe te bewegen.
  • draai zover door tot de gebogen elleboog de grond raakt. 
  • houd de luchtweg vrij door het hoofd voorzichtig naar achteren te kantelen. 
  • controleer ten minste één keer per minuut of het slachtoffer nog ademt. (kijk, luister, voel) 

 

Zelf helpen of hulp zoeken?

Wanneer help je zelf?

Veel ongelukken zijn niet levensbedreigend, maar er moet wel wat mee gebeuren. Bijvoorbeeld als iemand flauwvalt, zijn enkel verstuikt of een snijwond oploopt. Als er mensen in de buurt zijn, vraag je of iemand een EHBO diploma heeft. En als je zelf weet wat je moet doen, help je natuurlijk zelf.

Wanneer bel je de huisarts?

Als je niet zelf kunt helpen of je twijfelt wat je moet doen en het is niet levensbedreigend? Dan kun je contact opnemen met de huisarts, de doktersassistente of de huisartsenpost. Die beoordelen dan hoe ernstig de situatie is en wat er moet gebeuren.

Wanneer naar de SEH (Spoedeisende Hulp)?

Voor sommige verwondingen kun je op eigen gelegenheid naar de SEH gaan, bijvoorbeeld bij verwondingen in het gezicht of op een lastige plaats, wonden die misschien gehecht moeten worden, of bij een mogelijke breuk aan bijvoorbeeld pols, arm, sleutelbeen of enkel. Vaak moet je hiervoor wel een doorverwijzing van de huisarts hebben, daarom is het goed om eerst contact op te nemen met de huisarts of de huisartsenpost.

Wanneer bel je 1-1-2?

Als een situatie levensbedreigend is bel je ALTIJD 1-1-2! Bij twijfel mag je dit nummer ook bellen en zal de telefoniste een inschatting maken van de situatie en vertellen wat je moet doen. Bij spoedeisende gevallen of wanneer een slachtoffer niet normaal vervoerd kan worden,

bel je 1-1-2.

In deze gevallen bel je ook 1-1-2:

  • bij ernstige stoornissen in de luchtwegen, ademhaling, circulatie of het bewustzijn
  • bij ernstig trauma (verwondingen), zoals bij een verkeersongeval
  • bij een val van hoogte en/of een val op het hoofd
  • bij (mogelijk) wervel,- of nekletsel of ernstig hersenletsel
  • bij vergiftiging
  • bij ernstige brandwonden

oefen hier met de begrippen

https://create.kahoot.it/details/b8b7d4ec-355e-4684-a4fd-99d50e61fa41
kahoot, vijf regels van ehbo

lesson up quiz, ebho
tot slot nog een leuke lesson-up quiz! kijk maar eens of je alle vragen goed kunt beantwoorden! :)