Periode 4 - Domein Ontwikkelingsland - 4 Havo/ Vwo
Periode 4 - Domein Ontwikkelingsland - 4 Havo/ Vwo
Introductie & informatie
Informatie
Over deze module
Deze module ga je onderzoek doen naar een ontwikkelingsland. In dit geval is dat Brazilië!
Bekend van de het grote Jezus-beeld, het uitbundige carnaval en misschien ook wel van het Amazonewoud: het grootste regenwoud op de wereld.
Je gaat kijken naar hoe de mensen leven en hoe anders een ontwikkelingsland is opgebouwd dan een welvarend land.
Is het nu allemaal echt zo slecht als je misschien denkt? En wat heeft armoede te maken met de bodem van het land? En speelt het klimaat ook een rol? Of is het juist het contact dat Brazilië met andere landen heeft wat helpt (of juist niet?)?
Dat ga je deze periode allemaal onderzoeken.
Hieronder een aantal leuke wetenswaardigheden over Brazilië:
De nieuwe hoofdstad van Brazilië: Brasiliá
Om het binnenland te stimuleren is de hoofdstad verplaatst naar een dunbevolkter gebied midden in het land. Het centrum met overheidsgebouwen is gebouwd als een vliegtuig.
In de 'cockpit' zitten de beleidsmakers. De vleugels zijn de kamerleden en ambtenaren, die het geheel dragend houden.
Slechts twee landen in Zuid-Amerika grenzen niét aan Brazilië
Een blik op de wereldkaart maakt duidelijk dat Brazilië een bijzonder omvangrijk land is. Het palmt een groot deel van het Zuid-Amerikaanse continent in. Zelfs in die mate dat maar twee landen in Zuid-Amerika niet aan Brazilië grenzen. Ecuador en Chili liggen elk aan de westkust en zijn ingesloten door andere landen.
In totaal hebben de Brazilianen zo tien buurlanden: Colombia, Venezuela, Guyana, Suriname en Frans-Guyana in het noorden; Peru, Bolivia en Paraguay in het westen; en Argentinië en Uruguay aan de zuidelijke landsgrenzen.
Brazilië is het land met de grootste biodiversiteit te wereld
Er zijn maar weinig landen die de biodiversiteit van Brazilië kunnen evenaren. Er leven in totaal zeker vier miljoen soorten planten en dieren. En dat zijn schattingen, want sommige soorten zijn nog niet eens in kaart gebracht of ontdekt.
Het zou het land met de meest apensoorten in de wereld zijn. En met 50.000 soorten bomen en struiken vind je ook nergens anders een grotere diversiteit in planten. Jammer genoeg staat het Braziliaanse regenwoud door ongecontroleerd kappen van bomen en landbouw nog steeds onder grote druk.
Wat ga je leren?
Je werkt de opdrachten uit op je iPad.
Bij elke opdracht staat bij 'afronding' wat er van je verwacht wordt en wat je moet inleveren.
Je maakt bijna altijd een screenshot of foto van je eindopdracht. Deze lever je in via Egodact/ Seesaw.
Je stuurt de coach een bericht via Teams wanneer je iets hebt ingeleverd.
Planning
Planning periode 4
Naast de onderstaande opdrachten, is het belangrijk om extra te oefenen met (examen)vragen. Aan het eind krijg je een toets en door vragen te oefenen ben je goed aan het oefenen (en leren!).
Week
Startdatum
Opdracht
1
26-02-2024
Werken met onlineslagen.nl
Je gaat naar #6 Gebieden – Brazilië -> opdracht A
Je bekijkt het filmpje
Je leest de samenvatting tot je deze kent
Je maakt de opdrachten
2
04-03-2024
Werken met onlineslagen.nl
Je gaat naar #6 Gebieden – Brazilië -> opdracht B
Je bekijkt het filmpje
Je leest de samenvatting tot je deze kent
Je maakt de opdrachten
3
11-03-2024
Werken met onlineslagen.nl
Je gaat naar #6 Gebieden – Brazilië -> opdracht C
Je bekijkt het filmpje
Je leest de samenvatting tot je deze kent
Je maakt de opdrachten
4
18-03-2024
Werken met onlineslagen.nl
Je gaat naar #6 Gebieden – Brazilië -> opdracht D
Je bekijkt het filmpje
Je leest de samenvatting tot je deze kent
Je maakt de opdrachten
5
25-03-2024
Werken met onlineslagen.nl
Je gaat naar #6 Gebieden – Brazilië -> opdracht E
Je bekijkt het filmpje
Je leest de samenvatting tot je deze kent
Je maakt de opdrachten
6
01-04-2024
Werken met onlineslagen.nl
Je gaat naar #6 Gebieden – Brazilië -> opdracht F
Je bekijkt het filmpje
Je leest de samenvatting tot je deze kent
Je maakt de opdrachten
7
08-04-2024
Je maakt een oefentoets en begint alvast met leren.
Dit doet je door de filmpjes/samenvattingen nogmaals door te nemen en de vragen nog eens te checken.
8
15-04-2024
Je maakt een oefentoets en begint alvast met leren.
Dit doet je door de filmpjes/samenvattingen nogmaals door te nemen en de vragen nog eens te checken.
+
Start toetsweek
9
22-04-2024
Toetsweek
Deze periode kun je in de BloX verwachten:
Oefenen met vragen (voorbereiden op de toets + check of je het begrijpt)
Hulp bij problemen
Vragen oefenen in de lessen
Opdracht: Het leven in de steden
Introductie
Net als in de rest van de wereld heeft Brazilië een grote trek van plattelandsbewoners naar de steden gezien. In het begin van de verstedelijking groeiden vooral grote kuststeden als Rio de Janeiro en São Paulo enorm in omvang en inwonertal, maar tegenwoordig groeien vooral de steden in het binnenland.
Niet alle nieuwe stedelingen vinden werk, goede huisvesting en een leven in welvaart en comfort.
Integendeel: naast welvarende wijken zijn er ook wijken ontstaan waar mensen in armoede leven. Zij kampen met werkloosheid, geweld en zijn verstoken van voorzieningen als stroom, water, riolering en andere voorzieningen die een wijk leefbaar maken en houden.
Bovendien hebben mensen in welvarende wijken nauwelijks of geen contact met mensen in armoedige wijken en er zijn rijken die zich helemaal afsluiten van de rest van de stad door hun wijk -letterlijk- af te grendelen.
Deze opdracht gaat in op de vragen hoe dat zover is gekomen en wat er nodig is om de tegenstelling tussen rijk en arm te verzachten.
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Hoe kan men ervoor zorgen dat alle stedelingen in Brazilië op den duur een goede en veilige woonomgeving hebben?
Deelvragen
Waarom zijn in het verleden in Brazilië talloze plattelandsbewoners naar steden verhuisd en gaat deze trek van platteland van platteland naar stad nog steeds door?
Hoe komen nieuwe stedelingen in favelas terecht?
Hoe weten deze stadsbewoners aan de kost te komen als ze geen baan kunnen vinden?
Waarom is wonen in een favela soms onveilig?
Waarom besluiten sommige rijke stadsbewoners hun woonwijk af te grendelen van de rest van de stad?
Hoe verbeteren bewoners van favelas hun woonomstandigheden en van welke instanties krijgen ze daarbij hulp?
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Be a good boy and start working. I have my eye on you.
Stap 1: Groeiende steden
In 2018 woonde volgens CIA - The World Factbook 86,6% van alle inwoners van Brazilië in steden. Of anders gezegd: de verstedelijkingsgraad in Brazilië was in 2018 86,6%. Dat is bijna zo hoog als bijvoorbeeld in Nederland en hoger dan in veel andere landen van de wereld.
Volgens dezelfde bron trekt tussen 2015 en 2020 jaarlijks 1,05% van de bevolking van platteland naar stad. Of anders gezegd: is het verstedelijkingstempo in deze periode 1,05%. Hiermee scoort Brazilië relatief laag; in veel andere landen is dat verstedelijkingstempo aanzienlijk hoger.
Wel dient hierbij opgemerkt dat deze trek vooral gaat naar steden als Manaús, die in het binnenland liggen, en nauwelijks meer naar kuststeden als Rio de Janeiro en São Paulo (de twee steden in Brazilië met de meeste inwoners). Deze steden groeien nog wel, maar dan vooral omdat er meer stadsbewoners worden geboren dan er overlijden.
De hoge verstedelijkingsgraad en het lage verstedelijkingstempo in Brazilië hebben twee oorzaken:
- Aan de ene kant raakten in de twintigste eeuw veel mensen op het platteland hun landbouwbedrijf of baan bij een groot landbouwbedrijf door mechanisatie kwijt.
- Aan de andere kant ontstond er steeds meer werkgelegenheid in en bij de steden nadat de Braziliaanse regering in 1930 begonnen was industrie op te zetten om landbouwproducten en andere grondstoffen tot producten te verwerken voor de binnenlandse markt. Bovendien werd de dienstensector steeds groter en dat leverde werkgelegenheid op.
De steden trekken mensen aan, het platteland duwt mensen weg. Wanneer er meer mensen naar de steden trekken dan deze kunnen opnemen of nodig hebben, dan overheersen dus de pushfactoren. Er is in dat geval sprake van ‘landvlucht’.\
Wat deden deze twee trends met São Paulo en andere steden in Brazilië?
Kijk naar de video, die de groei van de stad São Paulo visualiseert.
Bekijk ook de onderstaande kaarten:
Let op het verschil tussen arme- en centrumlanden.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Als in Brazilië steeds meer plattelandsbewoners naar steden trekken, ontstaan er naast ‘gewone’ woonwijken ook twee andere soorten woonwijken die sterk van elkaar en van de gewone woonwijken verschillen: de sloppenwijken en de ommuurdewijken.
Contact was en is er nauwelijks tussen bewoners van dit soort nieuwe wijken en meestal willen bewoners dat zo houden. In Stap 3 lees je meer over de ommuurde wijken.
Sloppenwijken zijn wijken waarvan de woningen door bewoners zelf zijn gebouwd met materialen die toevallig beschikbaar zijn (planken, stenen en ander gevonden materiaal). In deze wijken zijn een waterleiding, riool en andere voorzieningen die de woonomgeving van de bewoners leefbaar maken, vaak niet aanwezig.
Kinderen in een sloppenwijk kunnen in de wijk zelf niet naar school, want scholen zijn er niet.
In Brazilië worden dit soort wijken aangeduid met het Portugese woord favela.
Ziet zo'n favela eruit zoals je had gedacht? Bekijk het onderstaande filmpje.
In veel steden in Brazilië is veiligheid een probleem. Het ministerie van Buitenlandse Zaken adviseert reizigers naar Brazilië onder meer zo weinig mogelijk alleen over straat te gaan en favelas te mijden. Het risico op straat beroofd te worden, is hoog in steden als Brasilia, Rio de Janeiro of São Paulo.
Aan het werkelijke aantal incidenten wordt de objectieve veiligheid gemeten.
Dat hoeft niet per se samen te gaan met het veiligheidsgevoel of de subjectieve veiligheid. Dit kan door bijvoorbeeld de slechte naam van een wijk lager liggen, maar ook als de straatverlichting niet goed is. Mensen kunnen hierdoor het gevoel (subjectief) krijgen dat het niet veilig is.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Mensen die in een favela komen wonen, vinden vaak geen baan omdat ze laag of helemaal niet opgeleid zijn (er is een flinke mate van analfabetisme). Toch lukt het bewoners om aan de kost te komen, vooral in de informele sector.
Dat zijn alle activiteiten die buiten de economische statistieken blijven. Over de inkomsten wordt geen belasting betaald. We zouden dat hier ‘zwart werk’ noemen of met een ander begrip ‘scharreleconomie’. Kinderen verkopen snoepjes en andere kleine spullen op straat aan voorbijgangers en toeristen om geld te verdienen, mensen repareren tegen betaling kapotte apparaten, wijkbewoners bieden zich aan als gidsen om bezoekers de weg te wijzen in hun stad, enzovoort.
Dit gebeurt ook dichter bij huis: in de grote steden verkopen mensen prullaria op straat (vaak in de avond) of in Zuid-Europa zie je nog geregeld mensen die autoramen wassen voor de stoplichten.
Kijk naar deze video. Let ook op het begin waar je het verschil tussen geplande wijken en favelas goed kunt zien, het verschil tussen ‘people of the asphalt’ en ‘people of the hill’.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Naast de favelas is er een ander nieuwe type woonwijk: de gated communities of ommuurde woonwijken.
Deze wijken ontstaan als stadsbewoners met dure, grote huizen besluiten om hun woonomgeving af te sluiten met hekken, muren en poorten. Dit zijn vaak witte, rijke Brazilianen en ook zijn dit vrijwel altijd koopwoningen.
Sommige ommuurde wijken worden bovendien bewaakt door beveiligers of camera’s. Bewoners sluiten hun woonomgeving vaak af zonder toestemming van de overheid. Je mag een ommuurde wijk alleen in als je zelf bewoner bent of door bewoners bent uitgenodigd. Zomaar op de koffie zit er niet meer bij, je moet je bezoek aanmelden bij de beveiliging.
Deze Brazilianen besluiten om van hun woonomgeving een ommuurde wijk te maken omdat ze zich onveilig voelen door veelvuldige berichten over geweld en misdrijven in de stad waarin ze wonen. Inderdaad is er in favelas vaak sprake van geweld en misdrijven (zie Stap 2) en kun je dus spreken van grote objectieve onveiligheid in die wijken.
Maar ook in andere wijken worden er bewoners slachtoffer van geweld of een misdrijf. Ze worden bijvoorbeeld beroofd onder bedreiging met een mes of vuurwapen of slachtoffer van zakkenrollerij. Vooral grote ommuurde wijken hebben eigen scholen, ziekenhuizen en andere voorzieningen en in deze wijken regelen bewoners zelf het ophalen van vuilnis en het onderhoud van straten en de openbare ruimte in hun wijk waardoor deze wijken min of meer zelfvoorzienend worden.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In onderstaand schema zie je hoe de formele en de informele woningbouw verloopt in stappen. Je ziet het verschil tussen woningbouw in favelas en woningbouw in officiële woonwijken.
Sparen voor uitbreiding en verbetering van de woning
Bouwers
Bouwondernemingen
(vaak niet lokaal)
Familie, vrienden
Informele aannemers (lokaal)
* Bron: Geografie (juni 2017)
Hoe maak je van een favela een woonwijk die veilig is en prettig om in te wonen zodat ook bewoners van andere wijken, en ook van ommuurde wijken zich veiliger gaan voelen?
Om te beginnen moeten bewoners in een favela er zeker van zijn dat ze niet elk moment weggejaagd kunnen worden. Die garantie moet de gemeente geven, maar in de praktijk gebeurt dat (nog) niet vaak. Zonder zekerheid gaan de bewoners daar hun huizen niet verbeteren.
Toch kunnen favelabewoners er vrij zeker van zijn dat ze kunnen blijven wonen op de plek die ze uitgekozen hebben, want vanaf de jaren 70 wordt zelden meer een favela gesloopt. Wie het kan bekostigen, heeft dus alle tijd om zijn woning te verbeteren en uit te breiden.
De praktijk wijst uit dat zodra het bestuur van een gemeente wél de garantie geeft dat de favelas in de gemeente mogen blijven bestaan, de bewoners ervan druk aan de slag gaan om hun woning te verbeteren en uit te breiden.
Hetzelfde gebeurt als het bestuur van een gemeente besluit in zijn favelas goede straten en goede voorzieningen als stroom en water aan te leggen ter vervanging van door bewoners zelf geïmproviseerde voorzieningen.
Bewoners van favelas in Brazilië willen dat hun wijk door de gemeente erkend wordt en dat de gemeente alles gaat doen om hun wijk beter bewoonbaar te maken, met name door goede voorzieningen aan te leggen en voor betere huisvesting te zorgen. Ze krijgen daarbij hulp van de Cities Alliance (een samenwerkingsverband van de Wereldbank), de VN-Habitat (twaalf landen waaronder Brazilië) en tal van gemeentebesturen en internationale en nationale particuliere organisaties. Onder het motto ‘Cities without slums’ ('Steden zonder sloppenwijken') roept de Alliantie op sloppenwijken niet te slopen, maar over te gaan tot het verbeteren van de woonomstandigheden in deze wijken.
Hulp krijgen favelabewoners vanaf 2007 ook van de landelijke regering. Die trekt geld uit om in de wijken goede voorzieningen aan te leggen. Dat moet de regering ook doen volgens de huidige grondwet van het land. In deze grondwet (uit 1988) staat dat goede huisvesting een grondrecht is en de regering er zelf voor moet zorgen dat iedereen op den duur goede huisvesting heeft.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Je gaat nu afronden.
Dit betekent dat je bewijsmateriaal in gaat leveren.
In Egodact lever je het volgende in:
1 - de begrippenlijst van 'Samenvattend' (volgende stap)
2 - een printscreen van je resultaat van 'Eindopdracht A'
Stuur de coach een berichtje in Teams als je dit hebt gedaan
Samenvattend
Bij 'Wat ga je leren?' worden de volgende begrippen genoemd.
Geef zelf een omschrijving van deze begrippen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Opdracht: Bevolking en bevolkingsgroei in Brazilië
Introductie
In 2017 was Brazilië met zijn ruim 207 miljoen inwoners het volkrijkste land van Zuid-Amerika. Nog steeds komen er jaarlijks heel wat inwoners bij. In 2017 bijvoorbeeld groeide de bevolking met 0,73%, sneller dan bijvoorbeeld in Nederland (0,58% in 2017).
Toch krijg je niet overal in het land de indruk dat mensen erg dicht op elkaar wonen. Integendeel: er wonen gemiddeld 23 mensen per km2, in Nederland wonen er bijvoorbeeld 416 mensen per km2, daarmee stonden we in 2020 op de 29e plek van landen met hoogste bevolkingsdichtheid.
De bevolking van Brazilië is ongelijk over het land verdeeld. Veruit de meeste mensen wonen niet zo heel ver van de kust. In het zuidoosten liggen meer miljoenensteden en ook ergens anders in het land zijn er een paar te vinden. Tenslotte wonen veruit de meeste Brazilianen in een (grote) stad. In 2017 was dat 86,2%, meer dan in de meeste andere landen van de wereld.
Hoe is het land aan zijn grote aantal inwoners gekomen? Waarom zijn die zo ongelijk over het land verdeeld? En hoe gaat het in de komende decennia met inwonertal en de verdeling van hen over het land?
In deze opdracht gaan jullie dat na met gegevens uit het verleden.
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Wat zal er tot 2050 gebeuren met het aantal inwoners van Brazilië en met de spreiding ervan en hoe zal de leeftijdsopbouw van de bevolking er dan uit zien?
Deelvragen
In welke fase van de demografische ontwikkeling bevindt Brazilië zich nu?
Welke factoren hebben ertoe bijgedragen dat Brazilië in deze fase terechtgekomen is?
Welke factoren zullen bepalen hoe het verder zal gaan met de ontwikkeling van de bevolking?
Welke rol hebben immigratie en emigratie gespeeld bij de ontwikkeling van de bevolkingsomvang in Brazilië?
Welke rol zullen deze twee factoren blijven spelen bij de toekomstige ontwikkeling van de bevolkingsomvang?
Hoe is de huidige ongelijkmatige bevolkingsspreiding in Brazilië te verklaren?
Wat zal er in de toekomst gaan gebeuren met de bevolkingsspreiding in Brazilië en hoe is dat te verklaren?
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In Brazilië is bijna 2/3 van de Braziliaanse bevolking rooms-katholiek. De Rooms-Katholieke Kerk is tegen het gebruik van moderne voorbehoedsmiddelen. Alleen periodieke en algehele onthouding is toegestaan. Maar wat vinden rooms-katholieke Brazilianen er zelf van?
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Lees de tekst over analfabetisme en maak daarna de oefening.
Brazilië gaat strijd aan met analfabetisme
Brazilië gaat ruim één miljard euro investeren in een landelijk programma dat ervoor moet zorgen dat alle Braziliaanse schoolkinderen kunnen lezen en schrijven als ze 8 jaar oud zijn.
Het geld zal de komende twee jaar worden geïnvesteerd in de training van 360 duizend leerkrachten die bijna acht miljoen kinderen in meer dan honderdduizend scholen moeten leren lezen en schrijven.
Daarnaast leren de kinderen gedurende de eerste drie jaar op school eenvoudige rekensommen maken, zei minister van onderwijs Aloizio Mercadante. 'Zonder deze gereedschappen heeft een kind geen toekomst op school of later op de arbeidsmarkt.'
Volgens het ministerie van onderwijs bereikt ruim 15 procent van de Braziliaanse kinderen de 8-jarige leeftijd zonder te kunnen lezen of schrijven.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Ten slotte is van invloed de veranderende rol van vrouwen in Brazilië. Lees hierover onderstaande tekst:
De demografische transitie in Brazilië, een proces met een eigen gezicht
De bevolking in Brazilië ontwikkelt zich anders dan in Europa, mede omdat steeds meer meisjes tussen de 15 en de 19 jaar in de lagere inkomensgroepen kinderen krijgen, terwijl dat in Europa niet het geval is. Dat komt onder andere omdat steeds meer jongeren op jonge leeftijd al vrijen en geen waarde meer hechten aan maagdelijkheid terwijl velen van hen weinig afweten van voorbehoedsmiddelen en het gebruik ervan of er wél van af weten maar die middelen niet gebruiken bij het vrijen. Daar komt nog bij dat veel van deze meisjes die vrijen een positief beeld hebben van zwangerschap en dat zwanger worden goed is voor hun gevoel van eigenwaarde. De meeste Brazilianen keuren het juist af dat meisjes tussen 14 en 19 jaar zwanger raken. Ze vinden het onverantwoord, omdat het voor deze meisjes veel moeilijker is om nog te studeren of buitenshuis te gaan werken.
Braziliaanse vrouwen in hogere inkomensgroepen stellen het krijgen van kinderen uit, net als hun seksegenoten in die groepen in Europa. Dat doen ze bijvoorbeeld omdat ze eerst willen studeren of werken of eerst van het leven willen genieten.
Het is in Brazilië in het algemeen moeilijk om aan goede voorlichting over voorbehoedsmiddelen te komen. Dat komt omdat seks op jonge leeftijd een taboeonderwerp is. Op openbare scholen wordt weinig aandacht aan het gebruik van voorbehoedsmiddelen besteed. Er wordt ook weinig seksuele voorlichting gegeven. Bovendien beschouwt men in Brazilië abortus als een misdrijf.
Voor meisjes en jonge vrouwen is moederschap niet makkelijk omdat er geen kinderopvang bestaat en geen voorzieningen om jonge moeders te ondersteunen. Daarom laten veel vrouwen zich steriliseren.
In het algemeen is het vruchtbaarheidscijfer in Brazilië naar beneden gegaan. Het daalde van 6.21 kinderen per vrouw in 1950 tot 1,83 kinderen per vrouw in 2007 terwijl tenminste 2.1 kind per vrouw nodig is om de bevolking van een land of gebied stabiel te houden of te laten groeien. De daling van het vruchtbaarheidscijfer komt onder meer door verbetering van de hygiënische omstandigheden waaronder mensen leven, waardoor er een lagere kindersterfte is en mensen dus minder kinderen op de wereld willen zetten.
In het algemeen geldt dat grotere welvaart betekent dat kinderen geld gaan kosten en niet langer geld opleveren. Ook kwamen er meer mogelijkheden om geld te lenen voor het doen van aankopen voor het huishouden. Van invloed zijn ook de media geweest, vooral de televisie. Die bracht onder meer via soapseries mensen tot in de verste uithoeken van het land in aanraking met nieuwe normen inzake levensstijl. Verder werd het door steeds meer Brazilianen geaccepteerd dat mensen een klein gezin stichten, in plaats van een groot gezin.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In Brazilië is de bevolking ongelijk over het land verdeeld. Dat kan je goed zien op de onderstaande kaart: Brazilië - Bevolkingsdichtheid:
Er zijn twee verklaringen voor te geven, één op basis van natuurlijke factoren die met bevolkingsdruk te maken hebben en één op basis van sociaalgeografische factoren.
Maar hoe zit dat precies?
Tegenstelling dun/dicht bevolkt: dunbevolkt Amazonebos (boven) en uitzicht op miljoenenstad São Paulo (onder)
Stap 3 - Bevolkingsgroei en migratie
Sociale bevolkingsgroei en migratie
Onder sociale bevolkingsgroei verstaan we het migratiesaldo: veranderingen in omvang en samenstelling van de bevolking ten gevolge van emigratie en immigratie.
Brazilië als geheel heeft tot halverwege de twintigste eeuw periodes gekend met een grote sociale bevolkingsgroei. Toen vestigden zich meer mensen in het land dan er uit vertrokken.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Je gaat nu afronden.
Dit betekent dat je bewijsmateriaal in gaat leveren.
In Egodact lever je het volgende in:
1 - de begrippenlijst van 'Samenvattend' (volgende stap)
2 - een printscreen van je resultaat van 'Eindopdracht A'
Stuur de coach een berichtje in Teams als je dit hebt gedaan.
Samenvattend
Bij 'Wat ga je leren?' worden de volgende begrippen genoemd.
Geef zelf een omschrijving van deze begrippen.
Bevolkingsdruk
Demografische druk
Gezinsplanning
Natuurlijke bevolkingsgroei
Sociale bevolkingsgroei /migratie
Bespreek de begrippen met een klasgenoot.
Eindopdracht A: Toets
Eindtoets: Bevolking en bevolkingsgroei in Brazilië
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Deze examenvragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.
Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.
Brazilië was decennialang een immigratieland, vooral in de eerste helft van de vorige eeuw.
De immigratiestromen hadden de omvang van die van de Verenigde Staten, Canada of Australië en dat zijn flinke aantallen. De immigratievoorwaarden zijn sindsdien ook flink aangescherpt, waardoor de omvang van de immigratie is afgenomen.
Toch drukt de immigratie een enorme stempel op het land. Brazilië heeft nog maar een heel kleine oorspronkelijke bevolking, er leven minder dan een miljoen indianen op een bevolking van meer dan 200 miljoen.
Vanaf de zestiende eeuw wonen er vooral Europeanen (Portugezen, Italianen, Duitsers), maar ook Aziaten (Chinezen, maar vooral veel Japanners) en Afrikanen (zo’n drie miljoen slaven zijn vanuit West- en Zuidelijk Afrika naar Brazilië gebracht).
De samenstelling van de bevolking is in de loop van de eeuwen sterk veranderd.
In deze opdracht is het de vraag of dat Brazilië tot een smeltkroes heeft gemaakt en tot een vermenging van culturen heeft geleid.
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Voelen Brazilianen zich vooral Braziliaans burger, ongeacht waar zij of hun voorouders oorspronkelijk vandaan zijn gekomen?
Deelvragen
Welke bevolkingsgroepen, naast de oorspronkelijke bewoners, zijn er in Brazilië?
Waar komen die bevolkingsgroepen oorspronkelijk vandaan?
Wanneer en waarom zijn die bevolkingsgroepen Brazilië binnengekomen?
Welke bevolkingsgroepen zijn er in Brazilië ontstaan uit vermenging van verschillende groepen?
Waarom leven de verschillende groepen niet altijd vreedzaam naast elkaar, met respect voor elkaars afkomst en cultuur?
Is Brazilië (in de toekomst) te omschrijven als een smeltkroes?
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Het staat buiten kijf dat Brazilië een staat is, maar is het ook een natie, een gemeenschap van mensen verbonden door gedeelde kenmerken?
Feit is dat er in dit land sprake is van een grote etnische en culturele diversiteit. Of anders gezegd: verschillende etnische groepen (waaronder de indianen, de oorspronkelijke bewoners van het land), leven met en naast elkaar en de Braziliaanse cultuur bevat vele elementen uit de culturen van deze groepen.
Die elementen zijn bijvoorbeeld het voetbal en het christendom. Eerst was het vooral de katholieke variant van het christendom en ook nu nog zijn de meeste Brazilianen katholiek. Maar vanaf de jaren 80 kregen (vooral Amerikaanse) evangelische kerken en andere protestantse kerken steeds meer aanhang, vooral in de volksbuurten in de steden.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De huidige etnische en culturele diversiteit in Brazilië is ontstaan door immigratie van groepen uit diverse regio’s in de wereld.
Tot 1500 woonden alleen Indianen in Brazilië. Daarna vestigden zich steeds meer Portugese (en in de zeventiende eeuw ook Nederlandse) kolonisten in het land om er plantages te stichten. Die plantages leverden suiker aan het moederland. Op de plantages lieten kolonisten Indianen als slaven werken.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Mestizering is de vermenging van verschillende bevolkingsgroepen. Deze vermenging leverde groepen op met namen als mulatten, zambo’s (in Brazilië cafuzos) en mestiezen. Een mulat is een kind van ouders uit de Afrikaanse en de Europese groepen. Een cafuzo of zambo is een kind van ouders uit de oorspronkelijke indianenbevolking en Afrikaanse immigranten. Kinderen van Europese en Indiaanse ouders worden mestiezen genoemd, al wordt die naam ook gebruikt voor anderen van gemengde afkomst.
Mestizering, in Zuid-Amerika niet ongewoon, was in de VS nauwelijks gangbaar. De eerste kolonisten in Zuid-Amerika waren soldaten (met nauwelijks vrouwelijk gezelschap), in Noord-Amerika waren het vooral (boeren)gezinnen. Na de afschaffing van de slavernij in 1865 ontstond in de VS de rassenscheiding. De omgang tussen blank en zwart werd er ernstig door bemoeilijkt.
In 1851 kwam in Brazilië een einde aan de slavenhandel en in 1888 aan de slavernij. Daarna bleven er migranten Brazilië binnenkomen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Mocht je de indruk hebben dat huidskleur niet van invloed is op de positie van de inwoners op de sociale ladder, dan bedriegt die schijn.
Als je kijkt naar personeelsadvertenties in Braziliaanse kranten, zie je vaak dat iemand met een goed uiterlijk wordt gezocht, vooral als het gaat om leidinggevende functies. Hier zie je zo’n advertentie.
Met een goed uiterlijk wordt bedoeld dat de sollicitant blank moet zijn. Vooral je huidskleur en je etniciteit (de sociaal-culturele identiteit: taal, religie, normen/ waarden, etc.) bepalen de mogelijkheden om een goede baan te vinden.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Huidskleur bepaalt in hoge mate in hoeverre je arm of rijk bent, hoe goed je bent opgeleid, wat de kwaliteit van je woning is en hoeveel mogelijkheden je hebt om te klimmen op de sociale ladder. In al deze gevallen zijn de groepen die je in oefening 1 hebt genoemd slechter af dan blanke Brazilianen.
Door deze en andere vormen van achterstelling voelen deze groepen zich vaak niet serieus genomen of zelfs buitengesloten. Hoe deze gevoelens worden versterkt door Braziliaanse media, lees je hieronder in de bewerkte en verkorte versie van een artikel over die media dat op 21 augustus 2018 door NRC Handelsblad werd gepubliceerd.
De witte kant van Brazilië
In Brazilië is ruim de helft van de bevolking zwart of gekleurd. In de deelstaat Bahia geldt dat zelfs voor meer dan 80% van de inwoners. In deze deelstaat speelt de nieuwe soapserie ‘Segundo Sol’ (Tweede Zon) van de Braziliaanse tv-zender Globo, de belangrijkste producent van Braziliaanse soapseries. Maar van de acteurs van deze serie zijn er maar vier zwart of gekleurd.
Hiermee is voor veel Brazilianen de maat meer dan vol, ook voor de schrijfster Djamila Rireiro. “Zelfs de hoofdrolspeler in de serie, een muzikant die ‘zwarte’ muziek uit Bahia speelt en dreadlocks draagt, is wit,” zegt ze. “Hoe lang wil Brazilië de eigen Afrikaanse roots nog negeren? Dit is echt absurd. Als je de televisie aanzet in Brazilië, denk je dat je in Noorwegen bent.” En inderdaad zie je al tientallen jaren lang in Braziliaanse tv-programma’s een Portugees of Europees Brazilië.
Hoewel Brazilië allang geen kolonie meer is en de slavernij allang is afgeschaft, blijken de machtsstructuren uit de tijd van het koloniale bestuur en de slavernij nog diep verankerd te zijn in de Braziliaanse samenleving. Ribeiro licht dit als volgt toe: “De elite probeert die structuren koortsachtig in stand te houden, bijvoorbeeld door invloed en greep te hebben op de media. Toen ik als zwart meisje opgroeide voelde ik me een vreemde in mijn eigen land. Op televisie zag ik mezelf nooit terug. Heel soms zag je een zwarte acteur, maar dan in een clichérol als huishoudster of crimineel. Een zwarte journalist of nieuwslezer zag je al helemaal niet.”
Dat er sindsdien wat dat betreft nauwelijks iets veranderd is in de media, wijst een onderzoek in 2017 uit dat door het mediacollectief Viadapé is uitgevoerd. Van de 261 presentatoren waren er maar tien zwart of gekleurd, terwijl in 2014 53% van de Braziliaanse bevolking zwart of gekleurd was.
Het gevoel van er-niet-bij-horen bij Ribeiro leeft volgens filmmaker Joel Zito bij veel andere Brazilianen. “Zwarte Brazilianen zijn na de slavernij nooit echt volwaardig mee gaan tellen in deze samenleving.” Ook hij wijst naar de Braziliaanse media om dit gevoel te verklaren.
Gabi Oliveira, een zwarte vrouw die YouTubefilms maakt, geeft voorbeelden: “Op televisie zie je nooit zwarte Brazilianen als expert. Wel zwarte Brazilianen als criminelen of als slachtoffers van schietpartijen in een favela”.
Om tegenwicht te bieden aan wat deze media te bieden hebben, worden steeds meer jonge zwarte en gekleurde Brazilianen actief op internet om hun eigen nieuwsverhalen en andere programma’s te maken en online te zetten. Dit gebeurt enerzijds om zwarte en gekleurde landgenoten informatie te geven om makkelijker mee te kunnen draaien in de samenleving. Anderzijds gebeurt dit ook om Afrikaanse Brazilianen rolmodellen te geven om beter te kunnen staan voor hun (etnische) achtergrond. Oliveira geeft op haar YouTubekanaal informatie over onderwerpen die zwarte Braziliaanse vrouwen aanspreken. “Bijvoorbeeld over uiterlijk, je haar naturel dragen en niet steil föhnen of ontkroezen. Ik praat ook over vooroordelen en geef praktische tips: hoe moet je solliciteren?”
Toch begint het beeld dat Braziliaanse media van het land geven te kantelen naar aanleiding van de kritiek die veel Brazilianen op die media hebben. Globo laat in een persverklaring weten meer zwarte en gekleurde acteurs en andere medewerkers in zijn programma’s te laten optreden. Ook heeft dit mediabedrijf sinds 2015 een zwarte vrouw in dienst die in de journaals het weerbericht brengt. Ten slotte begon het bedrijf een soapserie uit te zenden over een rijk, zwart producentenkoppel. Tv-maker Valter Rege moedigt alle Braziliaanse tv-zenders aan het beeld verder te helpen kantelen: “Laat meer zwarte acteurs meespelen in de soapseries en je zal zien hoe gelukkig veel Brazilianen worden.” En mochten de media dat niet willen doen, dan “beginnen we zelf wel een soapserie online, het internet is eindeloos groot.”
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Je gaat nu afronden.
Dit betekent dat je bewijsmateriaal in gaat leveren.
In Egodact lever je het volgende in:
1 - de begrippenlijst van 'Samenvattend' (volgende stap)
2 - een printscreen van je resultaat van 'Eindopdracht A'
Stuur de coach een berichtje in Teams als je dit hebt gedaan.
Samenvattend
Bij 'Wat ga je leren?' worden de volgende begrippen genoemd.
Geef zelf een omschrijving van deze begrippen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Deze examenvragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.
Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.
Brazilië heeft na de dekolonisatie in 1822 afwisselend een min of meer democratisch en een min of meer autoritair landsbestuur gehad.
Sinds 1988 is er algemeen kiesrecht en is het land een democratie met een parlement en een gekozen president. Ook de deelstaten van het land hebben een democratisch bestuur en hetzelfde geldt voor gemeenten en andere kleinere eenheden.
Maar hoe democratisch en solide is het bestuur eigenlijk? Voldoet het bestuur aan alle eisen die je aan het bestuur mag stellen? Zo niet, wat schort eraan en wat valt eraan te doen?
Deze vragen krijg je voorgelegd, nadat je in deze opdracht hebt gezien hoe het bestuur in Brazilië vanaf 1822 heeft gewerkt.
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Is vanaf 1988 het bestuur in Brazilië stabiel en democratisch?
Deelvragen
Wat is good governance?
Waarom heeft Brazilië vanaf 1822 afwisselend een autoritair en een democratisch bestuur gehad?
In hoeverre is er in Brazilië tegenwoordig sprake van good governance?
Voor zover dat nog niet het geval is, wat schort eraan en wat kunnen burgers en politici in Brazilië eraan doen?
Hoe raken burgers meer actief betrokken bij het bestuur van hun gemeente, hun deelstaat en het hele land?
Begrippen
Bevolkingsparticipatie
Democratisering
Good governance
Corruptie
Cliëntelisme
Importsubstitutie
Protectionisme
Dictatuur
Populisme
Aan de slag
Stap 1 - Wingewest tot autoritair
Van wingewest tot autoritair bewind
Pedro I (1798-1834) werd toen Brazilië onafhankelijk werd, het eerste staatshoofd en tevens keizer van Brazilië.
Bekijk de video over de geschiedenis van Brazilië: 'How did Brazil become a country'.
Vanaf 1530 maakte de Portugese koning van Brazilië een wingewest waarbij Portugese edellieden stukken land in bruikleen kregen, in ruil voor trouw aan de koning.
De gebieden worden dan gebruikt om winst te behalen door ze economisch te exploiteren ten behoeve van de overheid.
Lees op de site Landenweb Brazilië het hoofdstuk ‘Geschiedenis'.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Van autoritair bewind naar democratie met volksparticipatie
Al voordat in 1930 de economische malaise begon, waren er drie groepen mensen die ontevreden waren over het beleid van de regering.
Dat waren arbeiders, middenstanders en kleine boeren of landlozen die onvoldoende profijt ondervonden van het regeringsbeleid.
Van deze ontevredenheid probeerde de politicus Getúlio Vargas te profiteren toen hij in 1930 meedeed aan de presidentsverkiezingen. Hij werd echter niet tot president verkozen. In oktober van dat jaar brak er in Rio de Janeiro een opstand tegen de regering uit. Naar aanleiding hiervan grepen militairen de macht en benoemden Vargas tot president. Dat bleef hij vervolgens tot 1945.
Tijdens het bewind van Vargas maakte het cliëntelisme een periode van grote bloei door in het politieke bestel van Brazilië en het speelt daarin tot op de dag van vandaag een rol.
Cliëntelisme is de sociaal ongelijke betrekking tussen een hoger en een lager geplaatste persoon, waarbij de hogergeplaatste gunsten verleent aan de lagergeplaatste in ruil voor eerbetoon, trouw en andere diensten.
Cliëntelisme en corruptie zijn niet hetzelfde, want van corruptie is alleen sprake als de verleende gunst bestaat uit een geldbedrag (steekpenningen) dat aan de begunstigde wordt uitbetaald.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Vargas en zijn opvolgers probeerden met een nieuw beleid de economie van Brazilië sterker en minder kwetsbaar te maken. Daar moesten ze wel veel overheidsgeld voor uitgeven. Vanaf rond 1980 liepen deze uitgaven zo hoog op dat de regering steeds meer geld moest lenen van andere landen en van banken. Die leningen konden op den duur niet meer worden afbetaald en dat leidde in Brazilië zelf tot een hollende inflatie, dat betekent dat het algemene prijspeil stijgt en het leven duurder wordt.
Ook moest de regering flink snijden in de overheidsuitgaven om hiermee iets aan de opgebouwde schuldenberg te kunnen doen.
Democratisering en volkspopulatie
In 1979 begon in Brazilië de democratisering van het landsbestuur onder leiding van toenmalig president João Baptista de Oliveira Figueiredo. Burgers kregen meer rechten en inspraak in het landsbestuur. Er waren bijvoorbeeld aanvankelijk twee politieke partijen toegestaan, tot Figueiredo bepaalde dat er nieuwe partijen mochten worden opgericht.
Figueiredo begon met de hervormingen, later nam José Sarney hem over, ging door met het schrijven van een nieuwe grondwet die in 1988 in werking trad. José deed dit onder andere omdat zijn militaire dictatuur onder druk stond van de bevolking.
In die grondwet staat onder meer dat een president voortaan bij algemeen kiesrecht wordt gekozen.
Toch kwam de democratisering niet uitsluitend van bovenaf. Nog voor het einde van de dictatuur zetten burgers zich in voor meer vrijheid, respect voor mensenrechten en een eerlijker verdeling van inkomens en welvaart. Ze deden dat vooral via het bestuur van hun stad en hun deelstaat. Deze deelname aan bestuurszaken heet volksparticipatie. Ook na de invoering van de democratie bleven burgers daaraan deelnemen.
Stap 3 - Hoe corrupt is Brazillië?
Hoe corrupt is de Braziliaanse overheid eigenlijk?
Good governance is goed bestuur waar het gaat om het functioneren van overheidsinstellingen en het beheer van publieke middelen. Het woord ‘governance’ in de uitdrukking ‘good governance’ betekent: het proces van het nemen van besluiten en het proces van het wel of niet uitvoeren van deze besluiten. Is er vanaf de herinvoering van de democratie in Brazilië ook sprake van good governance?
Kijk naar onderstaande video's. Bedenk wel dat een en ander inmiddels achterhaald is. Lula is geen president geworden maar na beschuldigingen van corruptie in de cel beland. Zijn vervanger, Fernando Haddad, heeft het in de verkiezingen moeten afleggen tegen Jair Bolsonaro.
In november 2019 kwam Lula da Silva vervroegd vrij, maar is inmiddels weer aangeklaagd wegens een groot corruptieschandaal.
Toch is Lula ondanks zijn veroordeling nog steeds erg populair bij een groot deel van de bevolking, omdat onder zijn leiding de sociale ongelijkheid verminderde en de economie sterk groeide.
De video's zijn dan ook bedoeld om een indruk te geven van hoe populair Lula da Silva nog steeds is onder de Braziliaanse bevolking.
Klopt dit beeld wel, of zou je dat moeten bijstellen als je je verdiept in hoe de overheid in Brazilië werkt?
Dat ga je doen aan de hand van een aantal kaarten
Afronding
Je gaat nu afronden.
Dit betekent dat je bewijsmateriaal in gaat leveren.
In Egodact lever je het volgende in:
1 - de begrippenlijst van 'Samenvattend' (volgende stap)
2 - een printscreen van je resultaat van 'Eindopdracht A'
Stuur de coach een berichtje in Teams als je dit hebt gedaan.
Samenvattend
Bij 'Wat ga je leren?' worden de volgende begrippen genoemd.
Geef zelf een omschrijving van deze begrippen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In Brazilië zijn er altijd mensen geweest die met vrijwel niets moeten zien rond te komen, mensen die ruim voldoende verdienen en mensen die een luxe leven kunnen leiden. Of anders gezegd: de inkomens onder de Braziliaanse bevolking zijn altijd ongelijk verdeeld geweest. Ook per deelstaat is er sprake van inkomensverschillen.
Vooral na de (her)invoering van de democratie in 1985 en in het bijzonder onder het bewind van president Lula da Silva heeft de Braziliaanse regering geprobeerd om die inkomensverschillen kleiner te maken met de bedoeling dat op den duur ook mensen met de laagste inkomens in al hun basisbehoeften kunnen voorzien.
Zover is het nog niet, maar zal het op den duur wel gebeuren?
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Hoe kan men ervoor zorgen dat de vaak enorme inkomensverschillen in Brazilië kleiner worden en dat het punt wordt bereikt dat alle burgers in dit werelddeel uit de armoede raken?
Deelvragen
Waarom zijn er inkomensverschillen tussen burgers in Brazilië?
Waarom zijn er inkomensverschillen tussen deelstaten binnen Brazilië?
Hoe probeerden en proberen de landelijke of federale bestuurders in Brazilië de inkomensverschillen in hun land kleiner te maken?
Welke organisaties proberen deze inkomensverschillen te verkleinen?
Wat doen burgers zelf om ervoor te zorgen dat iedereen voldoende verdient om goed van rond te komen?
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Elke samenleving kent zijn elite: een economische, culturele, militaire en/of politieke bovenklasse, ook in Brazilië. Vanaf de jaren 80 zouden overal ter wereld de rijken rijker zijn geworden en armen armer. Bovendien zouden de meeste mensen, de mensen die niet tot een elite behoren, er qua inkomen weinig op vooruitgegaan zijn of minder zijn gaan verdienen.
Was dat ook in Brazilië het geval? Is het verschil in rijkdom tussen elite en massa almaar groter geworden?
Gini-coëfficiënt en Lorenzcurve
In de economie wordt de Gini-coëfficiënt gebruikt om ongelijkheid in inkomen en vermogen aan te geven. De Gini-coëfficiënt is een waarde tussen nul en één. Nul betekent volkomen gelijkheid, iedereen heeft hetzelfde inkomen of vermogen, één betekent volkomen ongelijkheid, één persoon heeft alle inkomen of vermogen en de rest heeft niets.
De Gini-coëfficiënt wordt berekend met behulp van de Lorenzcurve (zie afbeelding). Deze geeft de verhouding aan tussen inkomen van de bevolking en het deel van de bevolking dat het inkomen bezit. De diagonaal laat een gelijke verdeling zien: 25% van de bevolking heeft 25% van het inkomen, 50% van de bevolking heeft 50% van het inkomen, enz.
De curve geeft aan hoe het in werkelijkheid zit: 50% van de bevolking bezit bijvoorbeeld 28% van het inkomen. Hoe dichter de curve bij de diagonaal zit, hoe gelijker de verdeling.
Bekijk de video.
BBP en BRP per hoofd van de bevolking
Is Brazilië een rijk land, een arm land of zit het ertussen in? Dat is na te gaan met het BBP per hoofd van de bevolking van het land in vergelijking met andere landen.
Ga naar CIA – The World Factbook en lees het hoofdstuk over de economie van Brazilië.
Het BBP per hoofd van de bevolking is het landelijk gemiddelde en laat dus niet de regionale ongelijkheid zien in het BBP per hoofd van de bevolking. Daarom wordt ook per regio, deelstaat of provincie het BRP per hoofd van de bevolking vastgesteld.
Bekijk de onderstaande kaarten:
Vergelijk deze twee kaarten met elkaar.
De rijkdom van een land is ook af te meten aan het BNI van dat land gedeeld door het aantal inwoners. Wat je dan krijgt is een landelijk gemiddelde. Maar dat gemiddelde zegt niets over inkomensverschillen binnen de bevolking van het land. Die verschillen zijn weer te geven met een Lorenzcurve. Hoe langer het bijna horizontale deel van de curve en hoe steiler het tweede gedeelte, hoe ongelijker de inkomensverdeling is en hoe kleiner de Gini-coëfficiënt, een andere maatstaf voor het meten van inkomensverschillen.
Bekijk de onderstaande kaart:
Inkomensongelijkheid
Ten slotte wordt beweerd dat vanaf de jaren 80 overal ter wereld de rijken rijker zijn geworden en de armen armer. Bovendien zouden de meeste mensen er qua inkomen weinig op vooruitgegaan zijn of zelfs minder zijn gaan verdienen.
Ook in Brazilië bestaat een elite van rijken (vooral ondernemers en grootgrondbezitters) en een grote groep armen. Zijn ook in dit land rijken rijker geworden, armen armer en de meeste mensen nauwelijks meer of zelfs minder gaan verdienen?
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De inkomensongelijkheid heeft op de eerste plaats te maken met het beleid dat de Braziliaanse politici vanaf 1930 hebben gevoerd als het gaat om inkomens en vermogens.
Industrialisatie
In 1930 werd Getúlio Vargas (1883-1954) na een staatsgreep door de legerleiding benoemd tot president. Zijn regering hield zich onder meer bezig met de opbouw van de industrie in het land, vooral in het Zuidoosten. Die industrie moest producten leveren voor de binnenlandse markt zodat Brazilië minder producten hoefde in te voeren. Daarnaast liet de regering havens aanleggen of vergroten, spoorlijnen en wegen aanleggen en waterkrachtcentrales bouwen aan de Paraná en andere rivieren. Deze centrales wekten stroom op voor de steden in het Zuidoosten. Zijn opvolgers zetten het beleid van industrialisatie voort.
Dit industriebeleid en daarna ook de opkomst van de dienstensector droegen ertoe bij dat talloze arme en werkloze landarbeiders naar steden in het Zuidoosten van het land trokken. Sommigen van hen vonden werk in een kantoor of fabriek, anderen richtten een eigen (winkel)bedrijf op. Zo groeiden twee bevolkingsgroepen in steden als Rio de Janeiro en São Paulo, arbeiders en middenstanders. Maar veel van de voormalige plattelandsbewoners vonden geen werk en kampten met armoede.
Het beleid van Vargas leidde in periodes tot snelle economische groei en tot groei van de welvaart. Vooral de stedelijke middenklasse en de elite van ondernemers profiteerden en de inkomensverschillen werden groter. Toen de economie achteruitging, wat bijvoorbeeld gebeurde tussen 1977 en 1990, nam de armoede toe.
In 1995 werd Fernando Henrique Cardoso de nieuwe president. Hij probeerde de armoede en economische teruggang te keren door overheidsbedrijven aan particulieren te verkopen. Dat beleid maakte de tegenstelling tussen arm en rijk er niet beter op en zijn opvolger, Lula da Silva, die in 2003 tot president werd gekozen, draaide deze maatregel terug.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Lula da Silva zette zich als president vooral in op armoedebestrijding. De minimumlonen gingen herhaaldelijk omhoog en hij startte 'Bolsa Família', een sociaal programma dat door zijn opvolgster Dilma Rousseff (in 2011) omgedoopt werd tot 'Brasil sem Miseria'.
In cultuur brengen van natuurgebieden
Vanaf de jaren 70 laat de regering land in cultuur brengen in dunbevolkte natuurgebieden. Zo werd in het Amazonegebied Rondônia ingericht, een compleet nieuwe deelstaat. De grond kwam onder meer beschikbaar voor mensen uit het arme noordoosten van Brazilië en voor landloze boeren uit het zuiden.
Met de aanleg van nieuwe wegen werden tot dan moeilijk bereikbare gebieden toegankelijk gemaakt.
Stap 3 - Bedrijfsleven in Brazilië
In eerste instantie was de industrialisatie van Brazilië vooral een binnenlandse aangelegenheid. Na 1994 werden ook steeds meer buitenlandse bedrijven, uit Europa, de VS en China, overgehaald zich in Brazilië te vestigen.
De komst van buitenlandse bedrijven heeft ook te maken met het economisch en buitenlands beleid onder president Cardoso. De regering maakte werk van het opruimen van handelsbelemmeringen in een poging om de economie weer op gang te krijgen.
Van een gesloten markt, de eigen binnenlandse markt, ging Brazilië over naar een vrije internationale markt. Brazilië werd achtereenvolgens lid van Mercosur en van UNASUR.
De aangetrokken buitenlandse bedrijven in allerlei bedrijfstakken - denk aan de teelt van landbouwproducten (zoals sojabonen) en de productie van machines, kleding, auto’s en andere industriële artikelen – zorgden voor meer werkgelegenheid en hebben de economie in Brazilië flink aangejaagd.
Daar staat tegenover dat buitenlandse bedrijven met vestigingen in Brazilië de winsten, die ze in Brazilië maken, wegsluizen naar het land waar hun hoofdvestiging staat of naar een land waar ze weinig belasting over die winst hoeven te betalen. De regering heft wel belasting op de winst die bedrijven met een hoofdvestiging in Brazilië maken.
Al voor 1930 voerden landarbeiders gezamenlijk actie tegen hun werkgevers. Niet lang nadat president Vargas in 1930 zijn beleid van industrialisatie begon, richtten fabrieksarbeiders de eerste vakbonden op. Die voerden eveneens acties (vooral stakingsacties) voor meer loon en betere werkomstandigheden.
Een van de bekendste vakbondsleiders is Lula da Silva. Hij was een metaalarbeider toen hij zich bij een vakbond aansloot. Daarna werd hij leider van zijn vakbond en tenslotte richtte hij in 1979 een nieuwe politieke partij op, speciaal om de belangen van arbeiders te behartigen, de Arbeiderspartij: Partido dos Trabalhadores (PT).
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Burgers in Brazilië organiseren zich om radicale sociale acties te voeren die een einde moeten maken aan armoede en uitsluiting. Zo werd in 1984 een beweging opgericht die in het hele land actief werd en een eigen agenda had.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Andere NGO’s doen dat door zich met eerlijke handel bezig te houden. Hoe dat in zijn werk gaat, zie je bijvoorbeeld in deze video over een uitvoerproduct dat voor de Braziliaanse economie van groot belang is: koffie.
Kijk de video: van begin tot 3.00 min. ‘Koffie is het bekendste fairtradeproduct’.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Veel van de Brazilianen die in de loop van de jaren van het platteland naar de stad trokken, vonden er geen werk. Ze moesten hoe dan ook de kost zien te verdienen en deden dat door op straat snoep, sigaretten of andere kleine dingen te verkopen, als schoonmaker, of door een bedrijfje te starten door bijvoorbeeld zelf groente en fruit te telen en de oogst te verkopen.
Over die activiteiten wordt geen belasting betaald en de waarde van hun producten en diensten werd niet gemeten of meegeteld met het BBP of BRP per hoofd van de bevolking. Daarom worden al die activiteiten samen de informele sector genoemd. Inmiddels neemt de informele sector een groot deel van de economie van Brazilië in beslag.
Deze tekst gaat over werkloosheid in de informele sector in geheel Midden- en Zuid-Amerika, maar wat erover gezegd wordt, is volledig van toepassing op Brazilië.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Je gaat nu afronden.
Dit betekent dat je bewijsmateriaal in gaat leveren.
In Egodact lever je het volgende in:
1 - de begrippenlijst van 'Samenvattend' (volgende stap)
2 - een printscreen van je resultaat van 'Eindopdracht A'
Stuur de coach een berichtje in Teams als je dit hebt gedaan.
Samenvattend
Bij 'Wat ga je leren?' worden de volgende begrippen genoemd.
Geef zelf een omschrijving van deze begrippen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Deze examenvragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.
Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.
OVERSLAAN Opdracht: Hoe Brazilië zijn vorm en zijn bodemschatten kreeg
Introductie
De Braziliaanse ondergrond heeft heel wat doorstaan. Daar getuigt niet alleen het reliëf van het land van, maar ook de aanwezigheid van ertsen, aardolie en andere bodemschatten.
Aan de hand van de huidige verdeling van hoog- en lagergelegen gebieden over Brazilië en de aanwezigheid van delfstoffen gaan jullie in deze opdracht de ontstaansgeschiedenis van het land blootleggen.
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Hoe heeft Brazilië zijn huidige vorm, reliëf en bodemschatten gekregen?
Deelvragen
Hoe is het reliëf met de twee hooglanden in Brazilië ontstaan?
Welke plaatgrenzen hebben hierbij een rol gespeeld?
Welke rol hebben die plaatgrenzen daarin gespeeld?
Hoe zijn in Brazilië de voorraden ertsen en fossiele brandstoffen ontstaan?
Welk verband is er tussen de locaties van deze voorraden delfstoffen en de processen in de bodem, die Brazilië vorm hebben gegeven?
Begrippen
Schild
Kraton
Great Escarpment
Hoogvlakte/hoogland
Ertsen / ertsvormen
Fossiele energiebronnen
Wat ga je doen?
Activiteiten
Vooraf
Voorkennis
Bestudeer de Kennisbanken en maak de instaptoets.
Aan de slag
Stap 1
Je bekijkt in video's hoe door plaattektoniek Brazilië en Afrika van elkaar gescheiden werden. Je beantwoordt vragen.
Stap 2
Je leest over het ontstaan van de hooglanden en de Amazonevlakte in Brazilië. Kraton en schilden zeggen iets over de bodem waarop de hooglanden en vlaktes liggen. Je maakt een oefening.
Stap 3
Door onderzoeksvragen te maken kom je erachter welke delfstoffen in de Braziliaanse bodem zitten en hoe bijvoorbeeld winbaar bauxiet en laterietbodems zijn ontstaan.
Afronding
Samenvattend
Maak een begrippenlijst. Vergelijk je omschrijvingen met een klasgenoot.
Eindopdracht A
Maak de eindtoets.
Examenvragen
(optioneel) Oefen oude eindexamenvragen.
Tijd
Voor deze opdracht staat een belasting van ongeveer 1 SLU.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De aardkorst is opgebouwd uit aardplaten die voortdurend naar elkaar toe drijven, langs elkaar bewegen of uit elkaar drijven. Door deze platentektoniek bewegen landmassa’s, continenten, die zich op platen bevinden, zich steeds heel langzaam over het aardoppervlak.
Wegener was de geleerde die de theorie van de platentektoniek heeft ontwikkeld.
Kijk naar de volgende video's.
Oefening: Scheiding van Brazilië en zijn Afikaanse buren
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Het ontstaan van de Hooglanden en het Amazonegebied
Het reliëf van Brazilië is in te delen in drie gebieden, die ook te zien zijn op de kaart:
- het Hoogland van Guyana dat langs de noordgrens van het land loopt
- het Hoogland van Brazilië in het zuidoosten
- het lager gelegen Amazonegebied dat er tussenin ligt (het groene gedeelte tussen de twee bovenstaande gebieden in), dit zijn vooral vlaktes die zijn opgebouwd door sedimentatie van materiaal uit de Andes en uit de twee hooglanden en dat daar door rivieren is afgezet.
De hooglanden liggen op geologisch kraton, oude stukken van de continentale korst die door erosie van bovenliggende gesteente bloot zijn gelegd. Een kraton is een stuk aardkorst dat meer dan een miljard jaar lang min of meer intact is gebleven en weinig onder platentektoniek heeft geleden. Het kan wel bedekt zijn met jongere afzettingen. Het grootste deel van het Amazonekraton heeft een bedekking van jonge sedimenten. Waar delen van het kraton hoger liggen, zijn er geen sedimenten en komen er oude lagen aan de oppervlakte: schilden.
De hooglanden liggen op het Amazonekraton en zijn door beweging van aardplaten opgetild.
Het Hoogland van Guyana is deels opgebouwd uit gestolde lava en het Braziliaans Hoogland bestaat voor een deel uit dikke lagen basalt dat als lava uit vulkanen is gestroomd. Deze vulkanen ontstonden langs de plaatgrens tussen Afrika en Zuid-Amerika toen deze continenten uit elkaar begonnen te drijven. Dit zie je op onderstaande afbeelding. Op het onderste plaatje is links het continent Latijns-Amerika en rechts Afrika.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Hoe zijn in Brazilië de voorraden ertsen en fossiele brandstoffen ontstaan?
Welk verband is er tussen de locaties van deze voorraden delfstoffen en de processen in de bodem, die Brazilië vorm hebben gegeven?
Raadpleeg uit de onderstaande kaart: Zuid-Amerika - Mijnbouw en Industrie.
Afronding
Je gaat nu afronden.
Dit betekent dat je bewijsmateriaal in gaat leveren.
In Egodact lever je het volgende in:
1 - de begrippenlijst van 'Samenvattend' (volgende stap)
2 - een printscreen van je resultaat van 'Eindopdracht A'
Samenvattend
Bij 'Wat ga je leren?' worden de volgende begrippen genoemd.
Geef zelf een omschrijving van deze begrippen.
Schild
Kraton
Sediment
Hoogvlakte/hoogland
Ertsvormen
Fossiele energiebronnen
Bespreek de begrippen met een klasgenoot.
Eindopdracht A: Toets
Eindtoets: Hoe Brazilië zijn vorm en bodemschatten kreeg
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Op deze pagina vind je examenvragen van vorige jaren.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.
Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.
Aan een landschap herken je het klimaat, en dan met name aan de plantenwereld in het landschap. Maar ook reliëf, lucht, bodem, water, dierenwereld en niet te vergeten de mens geven landschappen hun aanzien. Dat kun je ook in Brazilië zien.
Jullie gaan ontdekken welke landschappen er zijn in Brazilië en hoe ze zijn ontstaan.
Ook gaan jullie bekijken hoe de verschillende landschappen elkaar beïnvloeden.
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Hoe zijn in Brazilië de verschillende landschappen ontstaan?
Deelvragen
Hoe is het reliëf van deze landschappen gevormd?
Welke rol spelen lucht en klimaat in het ontstaan van deze landschappen?
Welke rol speelt water (rivieren vooral) hierin?
Wat is de rol van de planten- en dierenwereld in de landschapsvorming?
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Hoe is de geografische verdeling van landschapstypen over Brazilië te verklaren?
Op de eerste plaats door de luchtcirculatie boven het land. Die staat in het teken van de Intertropische Convergentiezone of ITCZ. Dat is een zone met lagedrukgebieden waar de noordoostpassaat en de zuidoostpassaat samenkomen. Als het op het noordelijk halfrond voorjaar is, schuift de zone van zuid naar noord over Brazilië. Als het op het noordelijk halfrond najaar is, schuift de zone in omgekeerde richting over het land. Dat heeft in het land grote invloed op het klimaat, met name op de verdeling van de neerslag over het jaar.
Bekijk de volgende filmpjes:
Je kunt ook zelf nog even kijken hoe deze ITCZ werkt, dat kan via deze link.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Van belang is ook de oceanische circulatie bij de kust van Brazilië. Een warme zeestroom langs deze kust zorgt (ook) voor hoge temperaturen en meer regen in het gebied aan de kust en een koude zeestroom (ook) voor lagere temperaturen en minder regen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Van het water dat als neerslag op land valt, verdampt een deel, zakt een ander deel de grond in en wordt de rest door rivieren afgevoerd. Dat laatste gebeurt in Brazilië door de Amazone, de Paraná en hun zijrivieren.
Bekijk de volgende kaart:
De Amazone en de Paraná voeren, net als andere rivieren buiten Brazilië, sediment af. Dit zijn de afbraakproducten van verwering en erosie in het Hoogland van Guyana, het Hoogland van Brazilië en de Andes (hoewel die buiten Brazilië liggen). Dit zijn bijvoorbeeld zand, klei en andere kleine deeltjes.
Het is soms goed te zien aan de kleur van het water van de Amazone, de Paraná en van hun zijrivieren. De kleur hangt af van het soort gesteente van de bodem dat in hun stroomgebied voorkomt. Je kunt dat mooi zien met behulp van Google Earth.
Aan de hand hiervan is onderstaande tabel gemaakt van de verschillende soorten kleur die de rivieren krijgen, afhankelijk van het gebied waar de sedimenten vandaan komen:
Andes
wit
gesteente van de Andes
Laaglanden ten oosten van de Andes
geelbruin
slib
Hoogland van Guyana
blauw
sterk verweerde gesteentes met weinig humus (niet te verwarren met de kikkererwtenpasta;)) in het water
Hoogland van Brazilië
zwart
gesteente met veel humus in het water
Meegevoerd slib in de Amazone komt in de oceaan terecht en wordt door de Caribische stroom naar het noordwesten gevoerd. Hier onstaat een nieuw soort landschap: de Mangrove.
Mangroven komen uitsluitend voor in tropische kustgebieden en rivierdelta's met een getij. Hierdoor worden deze gebieden regelmatig overspoeld en is de bodem meestal zout. Mangrovebossen kunnen zich vestigen langs lage en vlakke tropische kusten met warm zeewater en een niet te sterke golfslag.
De mangrovebossen zijn belangrijk, heel veel vissoorten leven hier (kunnen schuilen tussen de vele begroeiing) en de wortels beschermen de mensen aan de kust tegen golfslag en tsunami's.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Ook langs de rivierloop zelf ontstaan landschappen. Hoe die eruitzien, hangt af van de stroomsnelheid van het rivierwater. Die neemt af van de bron tot de monding.
Het karakter van het landschap langs de rivieren verandert, afhankelijk of het langs de bovenloop (het eerste deel van de rivier vanaf de bron, het deel waar nog kleine stromen bij elkaar komen en samen een rivier vormen), de middenloop (het deel van de rivier tussen de boven- en benedenloop) of de benedenloop (vanaf de bron het laatste deel van de rivier eindigend met de monding in zee) ligt.
Niet alleen hangt het van de jaarlijkse hoeveelheid neerslag dat in hun stroomgebied valt af (en van de afmetingen van hun stroomgebied) hoeveel water rivieren afvoeren.
Ook de neerslagverdeling over het jaar is van invloed. Die verdeling wordt bepaald door de jaarlijkse pendelbeweging van het ITCZ. Al naargelang er veel of weinig regen valt gedurende het jaar varieert de hoeveelheid water dat een rivier afvoert. Die jaarlijkse variatie in waterafvoer heet regiem.
In Brazilië hangt het regiem van de Amazone en de Paraná voor een klein deel af van hoeveel ijs en sneeuw er smelt in de Andes, maar veel meer van de hoeveelheid regen die er door het jaar heen in hun stroomgebied valt. Ook de verdamping van het water dat in hun stroomgebied valt is van invloed op het regiem.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Het duurt enige tijd voordat het water in de Amazone en de Paraná en hun zijrivieren begint te stijgen tijdens en na een periode van zware regenval in hun stroomgebied. Dat komt door het geringe verhang (tussen 1 en 10 centimeter hoogteverschil per kilometer) in de benedenloop van de rivieren en doordat regenwater tijdelijk wordt opgeslagen in de grond of in overstromingsgebieden. Verhang geeft het relatieve hoogteverschil aan in de rivier en wordt uitgedrukt in meter per kilometer. Het absolute hoogteverschil in een rivier is het verval.
In de Pantanal, in de laaglanden ten oosten van de Andes (zie onderstaande kaart), duurt het lang voordat een rivier gaat stijgen als het in haar stroomgebied hard heeft geregend. In het noorden en westen van dit gebied is dit tijdsverschil twee maanden, in het zuiden en oosten zelfs zes maanden.
In de volgende vragen kom je erachter waarom het water in de rivieren hier zo langzaam stijgt.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In Brazilië verandert steeds vaker het landschap. Dat komt door het aanleggen van wegen en andere infrastructuur, het bouwen van woningen en fabrieken, het winnen van grondstoffen zoals ertsen en hout en vooral door het in cultuur brengen van natuurgebieden.
Het Amazonewoud is constant onder bedreiging.
Lees ook dit volgende bericht
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Bij het in cultuur brengen in Brazilië van natuurgebieden en de winning van grondstoffen is vaak sprake van het rooien van bossen en andere vegetatie. Dat heeft gevolgen voor planten, dieren en mensen, voor rivieren en voor het klimaat in het gebied zelf en het wereldwijde klimaat.
Mensen in Brazilië grijpen ook in rivierlopen om aan meer drinkwater te komen en vooral ook om stroom op te wekken in waterkrachtcentrales.
Bekijk onderstaande kaarten van Zuid-Amerika en de kaart Natuurlijke hulpbronnen en Industrie.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Je gaat nu afronden.
Dit betekent dat je bewijsmateriaal in gaat leveren.
In Egodact lever je het volgende in:
1 - de begrippenlijst van 'Samenvattend' (volgende stap)
2 - een printscreen van je resultaat van 'Eindopdracht A'
3- Je stuurt een bericht naar je vakcoach zodat hij er naar kan kijken
Samenvattend
Bij 'Wat ga je leren?' worden de volgende begrippen genoemd.
Geef zelf een omschrijving van deze begrippen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Op deze pagina vind je examenvragen, de vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.
Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.
Als Portugese kolonie leverde Brazilië grondstoffen aan het moederland. In de zeventiende eeuw was er ook een Nederlandse kolonie in het noordoosten van Brazilië, die dezelfde rol vervulde voor Nederland.
Ook na de onafhankelijkheid in 1822, bleef Brazilië grondstoffenleverancier, maar nu ook voor andere opkomende industrielanden, zoals de Verenigde Staten. De in de industrielanden geproduceerde goederen werden weer ingevoerd.
Na 1930 was het beleid van de Braziliaanse regering erop gericht de economie van het land minder afhankelijk te maken van grondstoffenexport.
Deze opdracht gaat in op dat beleid en op de vraag in hoeverre dat succesvol is geweest.
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Hoe heeft Brazilië geprobeerd om zijn rol in de wereldeconomie breder te maken dan die van leverancier van grondstoffen aan industrielanden?
Deelvragen
Welke binnenlandse factoren droegen bij aan de veranderingen in de samenstelling van de import en de export van Brazilië?
Welke factoren buiten Brazilië en Zuid-Amerika droegen bij aan veranderingen in de samenstelling van de import en de export?
Welke veranderingen in de samenstelling van de import en de export droegen bij aan de welvaart in Brazilië?
Welke veranderingen in de samenstelling van de import en de export deden juist afbreuk aan de welvaart in Brazilië?
Welke invloed hebben veranderingen in de samenstelling van de import en export op de inrichting van de economie in Brazilië en dan vooral op de samenstelling van de beroepsbevolking?
Wat voor invloed hebben veranderingen in de samenstelling van zijn import en export op de rol van Brazilië in het wereldsysteem?
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Vanaf 1500 verkenden Portugese zeevaarders de kuststrook aan de Atlantische Oceaan tot het punt waar nu Rio de Janeiro ligt. Ze hoopten er kostbare grondstoffen te vinden, vooral goud. Die waren er niet te vinden. Wel zagen ze dat grote delen van de kuststrook vruchtbaar zijn en dus geschikt voor plantagelandbouw. In 1530 werd dit gebied meer een echte kolonie toen edelen stukken land kregen van de Portugese koning in ruil voor hun trouw. Vanaf die tijd zijn de plantages aangelegd. Later trokken Portugese kolonisten verder het land in, op zoek naar kostbare grondstoffen. In de zeventiende eeuw (1631) veroverden Nederlanders een deel van de Portugese kolonie in het noordoosten van Brazilië. Erg lang hielden ze niet stand, in 1654 werd het gebied door de Portugezen heroverd en weer aan hun kolonie toegevoegd.
Bekijk deze korte video over hoe Nederland Brazilië als kolonie verloor.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Na 1822 veranderde het importpakket (de verschillende soorten producten die een land invoert) van Brazilië naarmate er steeds meer industriële producten kwamen uit Engeland, de Verenigde Staten en andere geïndustrialiseerde landen. De invoer van deze producten werd bekostigd met de opbrengst van de uitvoer van grondstoffen. Dit is goed te zien op de handelsbalans van Brazilië: een overzicht van de inkomsten uit de export en van de uitgaven voor de import van het land. De verhouding tussen de prijs van de import en de opbrengst van de export is de ruilvoet.
In arme landen is deze ruilvoet vaak niet goed. De handelsbalans is dan negatief, dat betekent dat er voor meer geld goederen gekocht moeten worden (import) dan er geld wordt verdiend met de verkoop van goederen (export). Dit zorgt ervoor dat een land dus niet veel geld verdient of zelfs geld bij moet leggen om aan de benodigde goederen moet komen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De wereldwijde economische crisis van 1929 had ook tot gevolg dat Brazilië moeilijker industriële producten kon invoeren. In de industrielanden viel de productie sterk terug en daarmee ook de uitvoer. Ook had Brazilië door de crisis minder geld en daarmee ook minder geld om goederen te kopen.
Om de Braziliaanse economie minder kwetsbaar te maken, begon president Getúlio Vargas (1883-1954) na zijn aantreden in 1930 met een nieuw beleid.
Het nieuwe beleid:
In het kort: je gaat goederen zelf maken in plaats van ze te kopen van andere landen.
In het lang: de overheid gaat subsidie geven aan onderdelen van de industrie die ze zelf gaan maken. Hier moeten ze natuurlijk goed over nadenken: wat is er precies nodig?
Vaak zijn dit onderdelen die ze nu op grote schaal moeten importeren.
Behalve dat ze hun eigen industrie stimuleren, kunnen ze ook de importgoederen blokkeren en/ of duurder maken. Dit zorgt er ook voor dat hun nieuwe, eigen producten interessanter zijn voor de consumenten.
Voordelen van deze manier zijn:
1- je creëert en houdt banen in je eigen land: er wordt meer geproduceerd in het eigen land en hier zijn mensen voor nodig.
2- je behoudt de eigen en lokale cultuur: er komen minder/ geen buitenlandse bedrijven die hun manier/ cultuur meenemen.
3- je hebt als overheid zelf invloed op de economie: er zijn minder/ geen grote buitenlandse bedrijven die vaak door hun belangrijke positie veel macht hebben.
Nadelen van deze manier zijn:
1- het kan zijn dat het behoud van banen van korte duur is: misschien is het land wel beter af als er buitenlandse bedrijven komen waardoor de economie groeit. Als de welvaart stijgt, komen er vaak ook meer banen bij
2- het land profiteert niet mee van snelle vooruitgang die grotere, internationale bedrijven vaker wel hebben
3- binnenlandse bedrijven kunnen achterblijven: doordat er geen concurrentie is, is er ook geen drang om het beter te doen (zie de afbeelding hieronder, kapitalistisch Duitsland versus communistisch Rusland)
De evolutie van twee auto's: de BMW in een concurrende markt en de Lada in een markt zonder concurrentie.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Tijdens zijn bewind als president dat van 1956 tot 1961 duurde, voegde Juscelino Kubitschek (1902-1976) een nieuw element toe. Hij moedigde buitenlandse multinationale ondernemingen aan om investeringen te doen in Brazilië. Deze ondernemingen maakten niet alleen producten voor de binnenlandse markt, maar steeds meer ook voor de uitvoer, waardoor het exportpakket niet louter uit onbewerkte grondstoffen bestond. Wel bleef het invoerpakket helemaal bestaan uit industriële goederen.
Daarnaast voerde Brazilië steeds meer benzine in omdat er steeds meer motorvoertuigen rondreden.
Vanaf oktober 1973 steeg de prijs van aardolie op de wereldmarkt sterk. De Braziliaanse regering heeft in 1975 het besluit genomen om de teelt van suikerriet te subsidiëren. Suikerriet kan namelijk worden gebruikt voor de productie van ethanol, dat net als benzine (bereid uit aardolie), geschikt is als autobrandstof. Je auto moet hier wel voor omgebouwd zijn, maar in Brazilië zijn vrijwel alle auto's hiervoor geschikt.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De mindere jaren '80.
Het opzetten van de eigen industrie kost geld, heel veel geld.
Landen kunnen relatief makkelijk geld lenen op de wereldmarkt. Brazilië heeft dit in zulke grote getalen gedaan dat er een moment kwam dat ze een schuld hadden die zo groot was dat er vooral heel veel van het verdiende geld ging naar rente en aflossingen.
Zo bleef er weinig geld over om te investeren in de eigen industrie.
Grondstoffen voor de export, maar dan met meerwaarde
Na 1982 gooide de Braziliaanse regering in ruil voor hulp van IMF (Internationaal Monetair Fonds) en Wereldbank het economisch roer om. De binnenlandse markt ging open voor buitenlandse producten, buitenlandse multinationale ondernemingen werden aangemoedigd om investeringen te doen, nog meer dan tijdens Kubitschek’s bewind.
De Braziliaanse regering streefde ernaar om grondstoffen eerst te verwerken in industriële producten en die te exporteren. Export van deze goederen brengt meer op dan export van grondstoffen. Anders gezegd: grondstoffen krijgen meerwaarde doordat ze zijn verwerkt in of tot producten. Dit is exportvalorisatie en levert banen en geld op.
Wat dat gedaan heeft met het exportpakket van Brazilië laat de volgende video zien. De video (zonder geluid) geeft de stand van zaken in 2012 weer.
Er is een onderscheid tussen laagwaardige en hoogwaardige industrieproducten. Laagwaardig zijn producten die relatief eenvoudig te maken zijn, bijvoorbeeld schoenen en stalen platen.
Hoogwaardig zijn producten die een ingewikkelder proces kennen. Bijvoorbeeld auto's, vliegtuigen, computerchips, etc.
Eerder is al gezegd dat centrumlanden o.a. bekend staan om de uitvoer van industrie. De echte centrumlanden voeren vooral hoogwaardige producten uit. Nederland heeft bijvoorbeeld geen schoenenfabriek meer, maar nog wel een autofabriek.
Het besluit van de regering in 1975 (zie Stap 2) om de teelt van suikerriet aan te moedigen, omdat van dit gewas ethanol kan worden gemaakt, deed de vraag naar suikerriet toenemen. De vraag nam af nadat in 1989 de regering was gestopt met het subsidiëren van de teelt van dit gewas. In 2000 nam de vraag echter weer toe omdat aardolie in korte tijd duurder werd. Tussen 2009 en 2014 nam de vraag weer af omdat aardolie goedkoper werd. Maar vanaf 2012 nam de vraag naar Braziliaans ethanol vanuit de Verenigde Staten toe. Bovendien moedigde de Braziliaanse regering met leningen de uitvoer van ethanol aan (dit waren meestal leningen namens of van de overheid zelf).
De bij tijden grote vraag naar suikerriet heeft tot gevolg dat de suikerteelt in het zuiden van Brazilië, waar bodem en klimaat geschikt zijn voor deze teelt, steeds meer ruimte in beslag nam, ten koste van de teelt van soja.
Maar omdat in het buitenland de vraag naar soja toenam, moest aan de noord- en zuidrand van het Amazonegebied ruimte worden gemaakt voor de teelt van dit gewas, om aan de stijgende vraag te voldoen.
In deze gebieden werd behalve aan akkerbouw ook aan veeteelt gedaan. Door de toenemende vraag naar vlees vanuit het buitenland, steeg de export hiervan. Om aan die stijgende vraag te voldoen, kwamen er steeds meer weidegebieden voor het rundvee bij. Hiervoor moesten grote stukken tropisch regenwoud opgeofferd worden.
Voor de kust van Brazilië is een enorme olievoorraad ontdekt. Haroldo Lima, directeur van het Braziliaanse nationale aardolie-instituut, zei dat het voor de kust van de deelstaat Rio de Janeiro aangetroffen olieveld mogelijk het op twee na grootste ter wereld is.
De informatie van Lima is nog niet officieel, maar komt wel van de staatsoliemaatschappij Petrobras. Het zou gaan om meer dan 30 miljard vaten olie. De reusachtige voorraad in dit olieveld dat Carioca is genoemd -naar de inwoners van Rio-, is niet eenvoudig te exploiteren, de olie ligt op ongeveer 5 kilometer diepte. De vondst komt vlak na een eerdere ontdekking van een olie- en gasveld voor de kust van de deelstaat Sao Paulo.
Naar een artikel uit de Volkskrant van 15 april 2008
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Steeds meer Chinese investeerders en handel met China
Vanaf 2000 investeren steeds meer Chinese ondernemingen in Brazilië, daartoe aangemoedigd door de Chinese regering. China heeft de expertise in huis, vooral op het gebied van infrastructuur. Ze weten hoe je autowegen, spoorwegen of havens kunt aanleggen en maken die kennis te gelde. Ze doen het ook omdat de enorm grote en snelgroeiende economie van China veel grondstoffen nodig heeft en die heeft Brazilië in royale mate te bieden. Die investeringen leveren Brazilië naast goede infrastructuur ook banen op.
Maar er is een keerzijde aan die Chinese investeringsdrift.
Zuid-Amerika heeft een nieuwe rijke vriend, China
Voor Brazilië is China het land geworden waar de meeste exportproducten naartoe gaan. Ook de import door Brazilië van Chinese producten is aanzienlijk toegenomen. Bovendien stroomt er veel investeringskapitaal uit China naar Brazilië.
Zo is een spoorlijn van Peru naar de Braziliaanse oostkust gepland, die de Atlantische met de Stille Oceaan met elkaar moet verbinden. De China Development Bank en de Import and Export Bank of China verstrekken de benodigde leningen, ook aan Brazilië. Brazilië betaalt deze vooral af met aardolie. Die olie gaat naar Chinese staatsoliebedrijven en die verstrekken dan geld aan de genoemde Chinese banken. De aardolie gaat niet naar China zelf, maar wordt verkocht op de internationale oliemarkt, bijvoorbeeld aan de Verenigde Staten.
De handel tussen China en Brazilië heeft ook een keerzijde. Chinese fabrieken kunnen hun goederen tegen lage prijzen verkopen, en uitvoeren naar onder meer Brazilië, omdat hun productiekosten relatief laag zijn. Dat betekent een risico voor de Braziliaanse industrie die een dergelijke concurrentie mogelijk niet zou overleven. Dat beseft men zowel in Brazilië als in China. Daarom wil de Chinese regering samenwerken met Brazilië om daar een industrie met hoogwaardige productie op te bouwen. Maar het is niet zeker dat hiermee voorkomen wordt dat Brazilië op den duur gedegradeerd wordt tot leverancier van grondstoffen aan deze geïndustrialiseerde grootmacht.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Je gaat nu afronden.
Dit betekent dat je bewijsmateriaal in gaat leveren.
In Egodact lever je het volgende in:
1 - de begrippenlijst van 'Samenvattend' (volgende stap)
2 - een printscreen van je resultaat van 'Eindopdracht A'
3- Je stuurt een bericht naar je vakcoach zodat hij er naar kan kijken
Samenvattend
Bij 'Wat ga je leren?' worden de volgende begrippen genoemd.
Geef zelf een omschrijving van deze begrippen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Het arrangement Periode 4 - Domein Ontwikkelingsland - 4 Havo/ Vwo is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Leven in de steden
Groeiende steden
Gespleten steden: favelas
Inside Rio's favela's
Ommuurde woonwijken
Sloppenwijk naar woonwijk
Het leven in steden
Bevolking en bevolkingsgroei in Brazilië
Bijna zoals in een rijk land
Voorbehoedsmiddelen
Analfabetisme
Bevolkingsgroei in Brazilië
Sociale bevolkingsgroei en migratie
Bevolking en bevolkingsgroei in Brazilië
Is Brazilië een smeltkroes?
Een bonte mengelmoes
Immigratie en mestizering
Immigratie en mestizering
Nog geen echte natie
De witte kant van Brazilië
Is Brazilië een smeltkroes?
Van wingewest tot autoritair bewind
Dictatuur en populisme
Goed bestuur in Brazilië?
Allemaal even rijk?
Meetperiode
Industriebeleid
Inkomensverschillen bestrijden
Burgers in actie
Fairtrade
Creatief (bij)verdienen door burgers
Allemaal even rijk?
Hoe Brazilië zijn vorm en bodemschatten kreeg
Scheiding van Brazilië en zijn Afikaanse buren
Natuur in Brazilië
Hoe Brazilië zijn vorm en bodemschatten kreeg
Landschappen en klimaten
ITCZ
ITCZ
ITCZ
De rol van water
De rol van water
De rol van water
De rol van de mens
De rol van de mens
Landschappen en klimaten
Import en export
Grondstofleverancier
Brazilië wordt republiek
Industriepolitiek
Industriepolitiek
De sombere jaren '80
Grondstoffen met meerwaarde (1)
Grondstoffen met meerwaarde (2)
Chinese investeerders
Import en export
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.