Het arrangement 4M Biologie is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.
- Auteur
- Laatst gewijzigd
- 16-01-2023 11:42:01
- Licentie
-
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
- het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
- het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
- voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.
Aanvullende informatie over dit lesmateriaal
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
- Eindgebruiker
- leerling/student
- Moeilijkheidsgraad
- gemiddeld
- Studiebelasting
- 4 uur 0 minuten
Bronnen
| Bron | Type |
|---|---|
|
Topteenzoolganger http://biologiepagina.nl/Oefeningen/topteenzoolganger/topteenzoolganger.htm |
Link |
|
Gebitten van zoogdieren http://biologiepagina.nl/Oefeningen/Gebitzoogdieren/gebitten.htm |
Link |
|
Snavels en voedsel http://biologiepagina.nl/Oefeningen/Snavels/snavelsenvoedsel.htm |
Link |
Gebruikte Wikiwijs Arrangementen
Ravenschlag, Jeroen. (z.d.).
Thema 7, Basisstof 6, Blessures
https://maken.wikiwijs.nl/162452/Thema_7__Basisstof_6__Blessures
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie. (z.d.).
erfelijkheid en evolutie
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie. (z.d.).
Jaar 1Thema 5 Planten
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie. (z.d.).
N&T Thema 6: Hoe planten en dieren overleven
https://maken.wikiwijs.nl/129768/N_T_Thema_6__Hoe_planten_en_dieren_overleven
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie. (z.d.).
Thema 1 "Wat is leven?"
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie. (z.d.).
Thema 3 Ordening van organismen
https://maken.wikiwijs.nl/116497/Thema_3_Ordening_van_organismen
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie 2. (2019).
Thema 10 "Evolutie & Genetica"
https://maken.wikiwijs.nl/155259/Thema_10__Evolutie___Genetica_
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie 2. (2020).
Thema 11 Bloed en ademhaling
https://maken.wikiwijs.nl/148673/Thema_11_Bloed_en_ademhaling
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie 2. (z.d.).
Thema 12 Zintuigen, zenuwstelsel en hormonen
https://maken.wikiwijs.nl/164857/Thema_12_Zintuigen__zenuwstelsel_en_hormonen
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie 2. (z.d.).
Thema 13 Erfelijkheid en evolutie
https://maken.wikiwijs.nl/154655/Thema_13_Erfelijkheid_en_evolutie
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie 2. (2019).
Thema 3 "Ordening"
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie 2. (2020).
Thema 5 "Planten"
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie 2. (z.d.).
Thema 6 "Ecologie"
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie 2. (2019).
Thema 8 "Voortplanting"
Spinoza20first Domein Natuur & Technologie 2. (2021).
Thema 9 Beweging, kracht en voeding
https://maken.wikiwijs.nl/157415/Thema_9_Beweging__kracht_en_voeding



een code hebben voor blauwe ogen, ben je homozygoot voor de eigenschap oogkleur. Een allelenpaar waarvan het ene allel codeert voor blauwe ogen en het andere allel voor bruine ogen noemen we heterozygoot.









Alle planten hebben sowieso een:




.jpg)


/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data33532846-ce1f6b.jpg)












Alle zenuwen
e hersenen komen veel impulsen aan, afkomstig van de zintuigen in het lichaam. Pas als de impulsen in de schors van de grote hersenen zijn verwerkt, word je je bewust van een prikkel. De plaats waar impulsen in de grote hersenen aankomen en worden verwerkt, bepaalt de aard van de waarnemingen die je doet. In de grote hersenen liggen cellichamen van de schakelcellen in groepen bij elkaar, deze vormen hersencentra.
Stel, je bent thuis en iemand belt aan. Vanaf het moment dat de bel gaat totdat je de deur opendoet, gebeuren er in je lichaam veel dingen kort na elkaar:
Reflexen
1 Tegen vochtverlies




Boven in de neusholte bevindt zich het reukzintuig. De reukzintuigcellen liggen in het neusslijmvlies. Ze worden geprikkeld als er gas bij komt dat geurt, en de reukzintuigcellen sturen dan impulsen naar de hersenen.








Geluid is een trilling van de lucht. Een geluidstrilling gaat door de gehoorgang naar het trommelvlies, dat gaat meetrillen.








Hoofdwortel: Dikke wortel in het midden.

Zaadplanten behoren, samen met de varens, tot de vaatplanten. In een vaatplant worden stoffen vervoerd (getransporteerd) door buisjes.
bloemen dient om insecten aan te lokken.

De bladnerven zorgen voor het transport van water en stoffen. In de nerven bevinden zich daarvoor kleine buisjes ofwel vaten.
Fotosynthese is een proces, waarbij planten glucose (= een soort suiker) maken met behulp van energie uit het zonlicht. Dit gebeurt in de groene delen van de plant, vooral in de bladeren.




Bestuiving door de wind





Geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting 
In de ogen van een aardappel (een knol) bevinden zich cellen die kunnen uitgroeien tot een nieuwe aardappelplant. De aardappelen die aan die aardappelplant groeien hebben dezelfde eigenschappen als de eerste aardappel.









Darmvlokken is eigenlijk een ander woord voor de uitstulpsels in je darmen. Deze darmvlokken zorgen voor oppervlaktevergroting.
















Na de keelholte met het strottenhoofd komt de lucht in de luchtpijp. Deze sluit aan op de onderkant van het strottenhoofd.
Deze longblaasjes zitten in 'trosjes' (zie het plaatje hiernaast). Zo'n trosje is omgeven door longhaarvaten. De wanden van deze haarvaten zijn erg dun. Door de dunne wand en de grote hoeveelheid longhaarvaten vindt hier de gaswisseling plaats. Dit is dus de plek waar zuurstof de longhaarvaten ingaat (en door naar de rest van



Bij het regelen van processen in je lichaam werkt het zenuwstelsel vaak samen met het hormoonstelsel. Het hormoonstelsel bestaat uit een hormoonklieren. Hormoonklieren produceren hormonen, dit zijn stoffen die de werking van bepaalde organen regelen.




De clitoris is het gedeelte van het vrouwelijke geslachtsstelsel dat ervoor zorgt dat vrouwen fijne gevoelens krijgen tijdens de seks. Er zitten veel zenuwuiteinden, waardoor het een heel gevoelig stuk is. De clitoris wordt vaak afgebeeld als een klein puntje aan de buitenkant, maar dat is helemaal niet waar! De clitoris kan tot wel 12 cm groot zijn. De clitoris heeft net als de penis zwellichamen.
Ovulatie treedt ongeveer eenmaal per vier weken op. Meestal gebeurt dit afwisselend in een van beide eierstokken.

De dag waarop een menstruatie begint, noemen we de eerste dag van een menstruatiecyclus. Bij een meisje dat precies om de 28 dagen ongesteld is, gebeurt de eisprong op de 14e dag. Maar de meeste meiden zijn niet zo regelmatig ongesteld: De cyclus varieert van 26-31 dagen en soms nóg korter of langer.
Stel dat je geslachtsgemeenschap hebt gehad zonder voorbehoedmiddel. Dan kan je de morning-after pil slikken. Deze pil zorgt ervoor dat je ovulatie/eisprong met een paar dagen uitgesteld wordt, waardoor de spermacellen hopelijk niet bij de eicel komen. Hierbij kan wel de bijwerking misselijkheid optreden. Let op! Als je eicel al bevrucht is, dan helpt een morning-after pil niet meer!

Als je toch zwanger bent en die zwangerschap is ongewenst, dan kan besloten worden tot een overtijdbehandeling. Deze moet je ondergaan tussen de tiende en de zestiende dag na het uitblijven van de menstruatie. Via een slangetje wordt het baarmoederslijmvlies weggezogen. Dit vindt plaats in de polikliniek van een ziekenhuis.
Abortus
Slijmvliezen komen voor in het ademhalingsstelsel, het verteringsstelsel, het uitscheidingsstelsel (nieren) en de geslachtsorganen. Via slijmvliezen kunnen ziekteverwekkers gemakkelijk worden overgedragen.
Op de afbeelding zie je ‘syfilislijers’ in de middeleeuwen.
Gonorroe staat bekend als druiper. De ziekte wordt veroorzaakt door een bacterie met de wetenschappelijke naam Neisseria gonorrhea. In Nederland zijn een paar duizend mensen besmet met deze bacterie.
Candida is een schimmelinfectie. De Candida-schimmel komt bij vrijwel iedereen voor, maar de meeste mensen worden er niet ziek van. Als je afweer verzwakt is, kan de gist uitgroeien tot draden en problemen veroorzaken. Een arts zoekt daarom ook vaak naar de oorzaak van de verminderde afweer waardoor Candida een kans heeft gekregen.

Een eicel is de grootste cel van een mens. Een eicel is nog net met het blote oog zichtbaar. Zaadcellen zijn zeer kleine cellen en hebben een lange staart waarmee ze zich kunnen voortbewegen. Eicellen bewegen door trilharen in de eileider richting de baarmoeder.
Bij de bevruchting vindt er een versmelting plaats van één zaadcel met de eicel. De cel die ontstaat na de bevruchting heet zygote.



De meeste kinderen worden gelukkig gezond geboren. Maar een baby kan ook aangeboren afwijkingen hebben. In een deel van de gevallen is het mogelijk om in een vroeg stadium van de zwangerschap bij het ongeboren kind afwijkingen vast te stellen.