Aanpassen aan je omgeving
Planten en dieren passen zich soms aan bepaalde abiotische factoren aan, gedurende meerdere generaties en honderden/duizenden jaren. Bijvoorbeeld: sommige vissoorten hebben dankzij mutaties iets sterkere vinnen gekregen, waardoor ze over modderige stukjes kunnen "lopen". Als zij hun mutatie doorgeven aan hun kinderen en die weer aan hĂșn kinderen, leidt dat misschien wel tot het afsplitsen van een hele aparte soort!
Planten en dieren bestaan al vele miljoenen jaren. Daarom zijn er al een heleboel soorten die perfect zijn aangepast aan hun omgeving. Vogels bijvoorbeeld die lange snavels hebben om de naalden van de cactus te omzeilen bijvoorbeeld. Of dieren wiens bek zo ruw is dat de de naalden niet voelen in hun mond.