Blessure
Een blessure is een lichamelijk letsel dat meestal wordt opgelopen tijdens het sporten. De meest voorkomende blessure is spierpijn. Spierpijn ontstaat wanneer je een spier meer dan normaal hebt belast en duurt een paar dagen. Als de spierpijn langer dan een week aanhoudt, is het verstandig om naar de dokter te gaan.
Door een te sterke inspanning om een plotselinge beweging kan er spierscheuring ontstaan. Een deel van de spier kan dan gescheurd zijn. Deze geneest meestal door rust te houden.
Bij veel mensen kan ook spierkramp voorkomen. Spierkramp ontstaat doordat er te weinig bloed naar de spier stroomt. Bij spierkramp trekken de spiervezels tegelijk samen. Het lukt de spier niet meer om uit te rekken. Dit kan erg pijnlijk zijn. Door de spier geleidelijk met de hand uit te rekken is het mogelijk om de spierkramp te verhelpen.
Door een lelijke val of een botsing kan het zijn dat je een keer een bot breekt. Om een botbreuk goed te laten genezen moeten bot helften recht tegenover elkaar staan, om ze in een goede stand aan elkaar te laten groeien. Dit gebeurt meestal door gips. Als het met gips niet lukt worden er ook wel platen en schroeven in de botten aangebracht.
Een voetbalknie is een veel voorkomende blessure bij sporters. In het kniegewricht zit een stukje kraakbeen, de meniscus. Als je lichaam draait terwijl je onderbeen blijft staan, kan de meniscus scheuren. Vaak zijn dan ook de kniebanden en of de kruisbanden beschadigd. Een voetbalknie kan meestal met rust genezen.
Een kneuzing is een beschadiging van weefsel zonder dat er iets is gescheurd of gebroken. Een kneuzing ontstaat meestal doordat je ergens tegenaan stoot. Bij een kneuzing zwelt het weefsel op doordat er een inwendige bloeding is. Dit is een bloeduitstorting en je ziet dan een blauwe plek.
Een verzwikking of verstuiking is een kneuzing van het gewricht. Als je je voet verzwikt, rekken de gewrichtskapsel en de enkelbanden iets te ver uit. Hierdoor ontstaat een kneuzing. Bij een ernstige verzwikking kunnen de gewrichtskapsel en de enkelbanden scheuren. Daarbij kan ook het kraakbeen beschadigd raken.
Bij een ontwrichting schiet de gewrichtskogel uit de gewrichtskom. Als je verkeerd op je arm terecht komt tijdens een val, kan je arm uit de kom schieten. De gewrichtskogel in je opperarm zit dan niet meer in de schouderkom. De arts moet deze weer goed zetten.
Om blessures te voorkomen is het handig om gebruik te maken van een warming-up en een cooling-down. Door dit te doen verminder je de kans op een blessure.
Tijdens een warming-up bouw je langzaam de intensiteit van het sporten op, zodat je spieren zich opwarmen.
Tijdens een cooling-down bouw je langzaam de intensiteit van het sporten af, zodat je lichaam de afvalstoffen kan afvoeren.