Welkom bij deze lessenserie over geslachtsregels voor het vak Duits.
Heel vaak krijg in de les de één van de volgende vragen:
- Hoe weet ik nu of een woord mannelijk of vrouwelijk is?
- Wanneer krijg je der, die of das?
- Hoe kan ik dit makkelijk onthouden?
Om jullie hierbij te helpen, heb ik een lessenserie ontwikkeld. Maak de lessenserie en krijg het antwoord op de bovenstaande vragen!
Stap voor stap wordt je in deze serie meegenomen en leer je meer over de geslachtsregels. Om er zeker van te zijn dat je aan het eind van lessenserie alles goed begrijpt, sluiten we af met een toets.
Echter, niet iedereen weet al even veel en is op hetzelfde niveau. Daarom beginnen we nu eerst met een instaptoets: Jouw niveau bepaalt wat voor jou de volgende stap is.
Maak nu de instaptoets.
Instaptoets - Het zelfstandige naamwoord
Toets: Instaptoets - der, die, das
0%
Beste leerling!
Je gaat nu de instaptoets maken.
De instaptoets bestaat uit zes vragen. Je moet 80% (5 van de 6 vragen) van de vragen goed hebben om door te kunnen gaan naar nieuwe stof. Heb je minder dan 80% van de vragen goed, moet je eerst nog een keer de theorie herhalen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Dit is verplicht voor leerlingen die minder dan 80% goed hebben bij de instaptoets!
Uitleg: Zelfstandige naamwoorden deel 1
Uitleg - YouTube Filmpje
Oefening: Zelfstandige naamwoorden deel 1
Oefening Quizlet
Nieuwe stof
Tijd voor nieuwe informatie, zodat het leren van een Duits toets nog makkelijker wordt!
Je gaat als volgt te werk:
1) Je kijkt het instructiefilmpje (verplicht)
2) Ja maakt: Oefening: Zelfstandige naamwoorden deel 2 (verplicht)
3) Je maakt minimaal 1 van de opdrachten bij Oefeningmateriaal: Zelfstandige naamwoorden deel 2
4) Als de stof begrijpt en je hebt de opdrachten met voldoende resultaat afgesloten: Super!!
5) Kom naar me toe en we kijken samen of je:
A) nog extra instructie of herhalende opdrachten nodig hebt.
B) Verder kunt gaan met de verdiepende stof.
Uitleg: zelfstandig naamwoord deel 2
Video
(Vergroot website om de video afspelen)
Oefening 1: Zelfstandige naamwoorden deel 2
oefening 1
Oefenmateriaal: Zelfstandige naamwoorden deel 2
Oefening A
Oefening: der, die, das: oefening 1
0%
Deze oefening bestaat uit 10 vragen.
Heb jij meer dan 7 vragen goed: top! Je mag verder gaan met de verdiepende stof.
Heb je minder dan 7 vragen goed: bekijk nogmaals de video met uitleg over dit onderwerp en maak de extra oefening.
Lidwoorden in het Duits zijn belangrijk, maar voor leerlingen vaak lastig om te leren. Ik krijg in mijn les vaak de vraag: mevrouw, hoe weet ik nu wanneer ik der, die of das moet gebruiken en hoe kan ik dit makkelijk leren?
Lesmethodes besteden vaak maar weinig aandacht aan geslachtsregels van zelfstandige naamwoorden. Dit terwijl het voor leerlingen net heel handig kan zijn om hier meer aandacht aan te besteden. Als ze de regels kennen, hebben ze hier hun hele schoolcarrière plezier van. Ik was er dan ook snel uit dat ik dit thema wilde bespreken op mijn wikiwijspagina.
Mijn doel was om met behulp van mijn wikiwijspagina leerlingen op hun eigen niveau, stapsgewijs, de geslachtsregels van het zelfstandige naamwoord te leren. Ik vind het belangrijk dat mijn leerarrangement overzichtelijk is, zodat mijn leerlingen hiermee goed zelfstandig aan de slag kunnen gaan. Om dit te verwezenlijken is een logische opbouw in lesfases cruciaal.
Niet iedere leerling zit op hetzelfde niveau daarom ben ik begonnen met een instaptoets. Deze determineert het niveau van de leerling. Op basis van de score wordt de volgende stap van de leerling bepaald:
Optie 1: eerst herhalen van oude stof en daarna nieuwe stof (eventueel verdiepende stof).
Optie 2: nieuwe stof daarna verdiepende stof.
Voor iedere uitlegfase heb ik gebruikgemaakt van een uitlegvideo. De uitlegvideo begint met het activeren van voorkennis, hieraan wordt vervolgens nieuwe informatie gekoppeld en er zijn checkmomenten ingebouwd. Iedere uitlegvideo eindigt met een samenvatting en ik verwijs naar de volgende stap.
Vervolgens maakt de leerling een opdracht die past bij de uitlegvideo. Steeds is er gekozen voor een basisopdrachten en een verdiepende opdracht. De basisopdracht is vaak meer reproducerend en de verdiepende opdracht is meer gericht op toepassing. Door dit te doen komen leerlingen hopelijk stapsgewijs op een hoger plan en als docent kan ik zien waar ze uitvallen. Ook heb ik ervoor gekozen om verschillende vormen te gebruiken. Hierdoor voorkom ik dat het saai wordt en zit er voor ieder wat wils bij. Als bijkomend voordeel geldt dat leerlingen de stof op verschillende manieren krijgen aangeboden en dan ook leren toe te passen. Dit zorgt voor een groter niveau van begrip. Ik heb theorievragen, meerkeuze vragen, openvragen, matchingsopdrachten, enz.Tevens heb ik gebruik gemaakt van verschillende formats. Enerzijds om zelf de verschillende platformen kennis te maken, maar hiermee probeer ik ook zoveel mogelijk leerlingen te bereiken.
Ik geef bij de introductie(video) duidelijk aan waarom ik dit onderwerp heb gekozen. Namelijk: door herhalende vragen van leerlingen. Hiermee wil ik meteen betekenis aan de stof geven. Daarnaast leg ik tijdens mijn uitlegvideo steeds het verband met de theorie en de voordelen van deze goed te beheersen: het scheelt heel veel tijd bij het leren van alle toetsen die er voor Duits nog gaan komen.
Het voordeel van het gebruik te maken van ICT is dat de leerlingen de uitleg kan tot zich nemen in een eigen tempo. Ik vind het belangrijk om eerst terug te grijpen op kennis dit al beheerst wordt om daar vervolgens nieuwe informatie aan te verbinden. Door regelmatig een checkvraag te stellen, wil ik leerlingen scherp houden, zodat ze bij zichzelf afvragen: begrijp ik het? Een ander voordeel van ICT is: iedere leerling moet de vraag beantwoorden, niet alleen degene die een beurt krijgt. Ik krijg veel makkelijker zicht op het niveau van de individuele leerling en de groep.
Bij het geven van de theorie, maak ik gebruik van voorbeelden. Hierdoor wil ik de theorie tastbaar maken. Ik geef de informatie niet alleen mondeling, maar maak deze ook inzichtelijk op het scherm (foto’s, schema’s, enz). Door de inzet van ICT is vaak makkelijker om te differentiëren. Ik heb filmpjes en oefeningen op verschillende niveau gemaakt, leerlingen kunnen op hun eigen tempo stofverwerken en kunnen ook meer vrijheid krijgen. Mits zij uiteraard voldoen aan het gevraagde niveau. Ik zie dit als de grootste meerwaarde van ICT.
Visie:
Voor mij zijn de voordelen van ICT binnen het onderwijs vooral dat je makkelijker kunt differentiëren en dat je lestijd effectiever kunt gebruiken. Voor de voordelen wat betreft differentiëren verwijs ik naar hierboven.
Wat betreft effectieve lestijd: door lessen meer ICT (en hierdoor individueler) gestuurd te benaderen kun je veel tijd besparen. Als je ervoor kunt zorgen dat leerlingen weten wat ze (individueel) moeten doen en verder kunnen werken, kun je als docent veel meer tijd spenderen aan in kleine groepen of individuele leerlingen.
Uiteraard kleven er ook nadelen aan lesgeven met ICT. Allereerst, ben je als docent afhankelijk van externe factoren: doet WIFI het, heeft iedereen een werkende laptop/koptelefoon, heeft de methode goede online omgeving? Als één van deze zaken niet op orde is: heeft dit een negatieve invloed op je les. Hier moet je rekening mee houden.
Daarnaast: Het risico van het werken met ICT kan zijn dat je de verbale en vooral ook non-verbale communicatie van leerlingen mist. Als ze ieder voor zich een theoriefilmpje bekijkt; kan ik niet zien of ze het begrijpen. Terwijl als ik dit klassikaal doe: voel ik gelijk aan: hé ze snappen dit, of ze snappen het helemaal niet. Ik zou dan ook niet helemaal over willen gaan op online lesgeven. Face-to-Face communicatie blijft belangrijk, maar ICT kan een goede toevoeging zijn. Sommige vaardigheden kunnen goed online getoetst worden en ik verwacht ook dat dit steeds meer zal gaan komen. Dit zal docent ook niet alleen tijd besparen wat betreft het nakijken, maar ook zeker kunnen bijdragen aan het snel analyseren van een toets. Waar valt een leerling uit, waar scoort zij goed op, enz. Hierdoor kun je gerichter en individueler feedback geven, wat zorgt voor een effectievere een motiverendere leeromgeving.
Evaluatie
Ik sta nu al een aantal jaar voor de klas, waarin ik al redelijk veel ervaring heb opgedaan met ICT in het onderwijs. Door corona is ICT in onderwijs natuurlijk in een korte tijd een nog veel belangrijke rol gaan spelen. In deze periode heb ik geleerd dat ICT van toegevoegde waarde kan zijn binnen je onderwijs. Het is makkelijker om te differentiëren en leerlingen individueel aan te spreken en te beoordelen. Dit kan heel motiverend werkend. Ik vond het leuk om in deze opdracht veel verschillende formats te gebruiken en hierdoor ook te leren kennen, wat werkt wanneer het best. Zo zie ik zeker de toegevoegde waarde van Wikiwijs. Een makkelijk en overzichtelijk format, waarmee je een leerling echt aan de hand kan nemen.
Vooral het maken van een instructiefilm vond ik minder werk dan verwacht. Ik wil dit ook in mijn lessen gaan aanbieden. Ik geef aankomend jaar les in een havo-mavo laptopklas. Het online aanbieden van filmpjes zie ik hierbij echt als meerwaarde. Ik wil een soort van structuur gaan ontwikkelen, waarin leerlingen via wikiwijs weten wat er van hen verwacht wordt, dat ze daarin bepaalde keuzes kunnen maken (naar interesse / niveau) en dan zelfstandig dat programma kunnen volgen. Hierbij wil ik dan gebruik maken van: instructiefilmpjes, de online omgeving van de methode en korte formatieve toetsmomenten (zodat ik de voortgang kan monitoren). Leerlingen zullen meer vrijheid, maar ook meer verantwoordelijkheid krijgen. Ik hoop hierdoor mijn lestijd effectiever in te kunnen vullen. Extra instructie te kunnen geven aan leerlingen die dit nodig hebben, maar ook net uitdagingen te kunnen bieden daar waar er vraag naar is.
Mijn leerdoel zou dan ook zijn: In mijn havo-mavo klas wil ik dat voor de kerstvakantie het gedifferentieerd zelfstandig werken met ICT (bijv. methode in combinatie met wikiwijs) een vast onderdeel is van mijn lesprogramma. Zodat ik én meer overzicht heb over hoe leerlingen er individueel voorstaan, maar ook zodat ik effectief meer tijd overhoud voor leerlingen die hier behoefte aan hebben.
Het arrangement Der, die of das?! is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Irmgard Koenen
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2021-08-27 13:54:27
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Instaptoets - der, die, das
der, die, das: oefening 1
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.