Les 11- Bouw een doolhof voor de Beebot
Fase 1/ Fase 2
Lesduur: 60 minuten
Korte samenvatting
Tijdens deze les gaan de leerlingen met bouwmateriaal een doolhof bouwen voor de Beebot.
De bedoeling is dat de Beebot straks zo geprogrammeerd kan worden, dat hij door het doolhof rijdt. Uiteraard zonder te botsen of vast te lopen!
Informatie vooraf
Doelen digitale vaardigheid
Computational thinking
Algoritmes en procedures: de leerling leert een taak uitvoeren door stap voor stap een reeks handelingen uit te voeren
Lesdoelen
- De leerlingen bouwen een parcours/ doolhof voor de Beebot
- De leerlingen leren de Beebot programmeren door een doolhof, waarbij ze afstanden moeten schatten en meten
Benodigdheden
- Kapla of ander bouwmateriaal
- Bee-bot of Blue-bot
Optioneel:
- Potloden/ stiften
- Vouwblaadjes van 15 x 15 cm (ipv de meetkaart)
Richtingkaarten Beebot
Foto van doolhof
Meetkaart
Plattegrond- leeg format
Koppeling met andere vakken
Rekenen:
- De leerlingen leren wiskundetaal gebruiken (kerndoel 23).
- De leerlingen leren praktische en formele rekenwiskundige problemen op te lossen en redeneringen helder weer te geven (kerndoel 24).
- De leerlingen leren aanpakken bij het oplossen van rekenwiskundeproblemen te onderbouwen en leren oplossingen te beoordelen (kerndoel 25).
- De leerlingen leren eenvoudige meetkundige problemen op te lossen (kerndoel 32).
- De leerlingen leren meten en leren te rekenen met eenheden en maten, zoals bij tijd, geld, lengte, omtrek, oppervlakte, inhoud, gewicht, snelheid en temperatuur (kerndoel 33).
Voor de les
- Print de meetkaarten of leg vouwblaadjes (15x 15 cm) klaar
- Print indien je dat nog niet had gedaan de richtingskaarten
Stap 1: Introductie
Introductie- 5 minuten
Laat op het digibord de foto van het doolhof zien.
Vraag welke kinderen wel eens in een doolhof zijn geweest. Praat over de ervaringen.
Vertel dat de leerlingen in deze les een soort doolhof voor de Beebot gaan bouwen. Zorg dat je wat bouwmateriaal in de kring hebt liggen en laat zien hoe je daarmee een doolhof kunt bouwen. Leg het gebruik van de meetkaart uit en laat zien hoe je kunt meten of de Beebot tussen het bouwsel door kunt rijden en hoe je kunt meten hoeveel stappen er geprogrammeerd moeten worden.
Stap 2: Produceren
Produceren- 30/ 45 minuten
Bouwen
De leerlingen bouwen in een klein groepje (max 4) een parcours met behulp van de meetkaarten uit bijlage 1. Met de meetkaarten kunnen ze voldoende afstand houden en past de Beebot straks tussen de blokken.
Er kan gebouwd worden met Kapla, blokken uit bijvoorbeeld de Haagse set of LEGO. Eigenlijk kan er met al het materiaal dat je in de klas hebt een parcours gebouwd worden. Belangrijk hierbij is dat het parcours stabiel is en niet zomaar omvalt.
Programmeren
Is het parcours klaar?
Dan moet de Beebot geprogrammeerd om door het parcours te rijden. Hierbij kunnen de meetkaarten gebruikt worden om uit te rekenen hoeveel keer de Beebot bijvoorbeeld rechtdoor moet.
Vinden de leerlingen het lastig om goed te tellen bij het programmeren? Gebruik dan de richtingskaartjes uit bijlage 2 en leg die eerst neer. Daarna kan één leerling de actiekaartjes aanwijzen, terwijl de ander de Beebot programmeert.
Terwijl de Beebot door het parcours rijdt, kun je op deze manier ook goed volgen wat er gebeurt en waar het eventueel mis gaat!
Stap 3: Presenteren
Presenteren- 10 minuten
Roep de klas bij elkaar en laat de Beebot door het parcours rijden.
Controleer de stappen die de Beebot doet aan de hand van de richtingskaartjes. Gaat het mis? Probeer dan met elkaar te achterhalen waar het mis gaat en de fout op te sporen.
Wellicht kan het parcours een paar dagen blijven staan? Dan kunnen andere groepjes proberen de Beebot ook door het parcours te laten rijden.
Differentiatie
- Plattegrond: Een vervolgopdracht na het bouwen van een parcours, kan zijn om een plattegrond te maken van het parcours. Op die manier kunnen andere leerlingen hetzelfde parcours nogmaals bouwen. Daarnaast is dit een verdiepende activiteit, waarbij veel wiskundetaal gebruikt zal worden. Gebruik hiervoor bijlage 3. Elke vakje van 1,5 cm staat voor 15 cm. Teken met kleur het parcours.
- Verdiepende opdrachten: Geef leerlingen vooraf opdrachten waaraan het parcours moet voldoen:
- De Beebot moet 5 keer de hoek om.
- De Beebot moet op meerdere manieren bij de uitgang kunnen komen.
- Er moeten 2 Beebots tegelijk in het parcours kunnen rijden, zonder dat ze elkaar tegen komen.
- Bouw obstakels in, waardoor de Beebot niet overal tussendoor kan.
Foto van doolhof
