Deze Quest gaat over (Moderne) Sprookjes. Hij hoort bij het domein Kunst en Cultuur.
Lees de Quest zorgvuldig door. Begin bij het begin en volg de stappen.
Waarom hoort dit bij het thema "Ontdekken"?
Ontdekken gaat over nieuwe dingen leren of doen. Iets uitzoeken of je ergens in verdiepen.
Je laten verassen of je tanden ergens in zetten waardoor je jezelf beter leert kennen.
Wist jij bijvoorbeeld dat er in een sprookje vaak een boodschap of een moraal zit, waar we zelfs vandaag de dag nog iets van kunnen leren?
In deze Quest leer je daarom meer over:
- De achtergrond informatie van Sprookjes.
(je gaat informatie bekijken en lezen/ je in (ontstaan van) sprookjes verdiepen)
- Het herschrijven van een door jou gekozen sprookje naar de moderne tijd (de tijd van nu).
(je ontdekt nieuwe dingen)
- Je leert een (modern) personage spelen, op basis van een sprookjeskarakter.
(je gaat iets nieuws/anders doen, misschien verras je jezelf wel!)
Voor deze quest moet je de volgende producten leveren:
Taak
Toelichting
Gedaan?
1.Jij begint
Egodact-tegel inrichten
Motivatiemotor invullen Egodact
Logboek (1) starten
2.Opdracht Sprookje
Informatie lezen en kijken, vragen beantwoorden. Posten in SeeSaw.
Logboek (2) bijwerken + link/bewijs naar post
3.Herschrijf opdracht
Oriënteren op de verschillende sprookjes
1 sprookje naar keuze kiezen.
Opdracht ‘herschrijven van het sprookje’. Posten in SeeSaw.
Logboek (3) bijwerken+ link/bewijs naar post.
4.Personage opdracht
De stappen die horen bij je keuze voor:
A: personage en speech (indien je alleen werkt)
B: scene en personages (indien je samenwerkt)
Het uiteindelijke filmpje - Seesaw en link bewijs Egodact
Logboek (4)
5.Afronding
LET OP BELANGRIJK:
- Je kan deze Quest zelfstandig maken.
- Er worden verderop in de periode ook een paar BloX aangeboden waar je je voor kunt inschrijven.
- De coach die deze Quest begeleid is mevrouw van Westrop.
eXplore Miles
eXplore miles
Deze quest levert jou 15 eXplore miles op als je hem helemaal doorloopt, alle stappen zet en alle deliverables op tijd levert.
Daarmee bedoelen we ook dat het werk in Egodact is bijgehouden. In de Quest wordt hier ook naar verwezen.
1. Jij begint
Motivatiemotor en Verderkijker
1. Maak een tegel aan (Modern Sprookje met kleur paars voor domein Kunst en Cultuur) in jouw quest challenge monitor in Egodact. (Als je dit al hebt gedaan hoeft dat niet nog een keer).
2. Vul de motivatiemotor in: Beschrijf je motivatie om deze quest te doen onder het kopje: Voorbereiding - "WAAROM wil ik dit gaan doen".
Er zijn allerlei redenen te verzinnen om deze quest te willen doen. Bijvoorbeeld:
Je wilt meer te weten komen over Sprookjes.
Je wilt je creativiteit inzetten of ontwikkelen bij het herschrijven van het sprookje naar de tijd van nu.
Je houdt van acteren of wil hier meer mee oefenen.
Je wilt gewoon iets doen wat je nog nooit gedaan hebt / uit je comfort zone stappen
... of heb jij nog een andere reden?
3. Vul ook de overige vragen in bij 'Voorbereiding' (dus de wat, hoe en wanneer vragen.)
4. Planning:
Bedenk tevens wanneer je aan de quest wil gaan werken. Wanneer begin je en wanneer wil je hiermee klaar zijn?
Wanneer zijn er BloX?
Logboek (1)
Start nu met je eerste logboek (reflective journal) item door de volgende aspecten te verwerken:
1. Datum waarop je dit schrijft
2. Welke herinneringen heb jij aan sprookjes? Ken je ze van televisie of is het vroeger veel aan je voorgelezen? Vertel er kort iets over.
3. Wat weet jij al over sprookjes? En, waarom wil je hier graag iets over leren?
2. Sprookjes: achtergrond en vragen
Achtergrond informatie - sprookjes
1.Bekijk de video Klokhuis 'Sprookjes' vanaf: "het begin totaan minuut 8.50".
Maak ook aantekeningen.
Klik op de link hieronder.
schooltv.nl/video/het-klokhuis-sprookjes/
2. Lees nu onderstaande tekst over sprookjes.
De geschiedenis van sprookjes
Betekenis
Wat zijn sprookjes? Het woord ‘sprookje’ komt van het middeleeuwse woord ‘sproke’. Dit woord betekent: verhaal (of vertelling). De meeste sprookjes zijn dan ook in die tijd ontstaan, al bestaan er ook nog veel oudere sprookjes.
Ontstaan
De meeste sprookjes zijn ontstaan vanaf ongeveer 1500, maar in andere landen waren er al sprookjes van voor onze jaartelling, bijvoorbeeld de sprookjes uit ‘Duizend en één nacht’ verteld door Sjeherazade. (bijvoorbeeld Aladin).
De eerste sprookjes werden mondeling doorverteld. In die tijd konden namelijk niet veel mensen lezen en schrijven. Zeker arme mensen niet. Vroeger was het echte leven vaak hard en moeilijk. Vooral voor de arme mensen. De dood (bijvoorbeeld door hongersnood of ziekte) lag altijd op de loer. Door het luisteren naar sprookjes kregen ze een beetje hoop. Want in sprookjes wordt het slechte gestraft en het goede beloond. Ook figuren waar wij nu niet meer in geloven (geesten, duivels, heksen) waren voor de mensen in die tijd heel geloofwaardig.
Doordat deze verhalen steeds maar werden doorverteld, van generatie op generatie, wist men vaak niet eens wie het verzonnen had. Ook werden ze steeds veranderd.
Er waren heel vroeger zelfs speciale sprookjesvertellers. Die reisden het land door en vertelden hun sprookjes op kastelen, marktpleinen en bij kampvuren van reizigers.
Volkssprookjes en Cultuursprookjes
We noemen dat soort doorvertelde sprookjes ‘volkssprookjes’. Later beginnen mensen ze te verzamelen en (op) te schrijven. Als we wel weten wie het sprookje geschreven heeft, noemen we dat een ‘cultuursprookje’. Een bekend voorbeeld is de Deense sprookjesschrijver Hans Christian Andersen, waarover je later meer leest.
Niet voor kinderen?
Sprookjes waren in het begin niet voor kinderen bedoeld. Vaak waren het verhalen voor volwassenen, waarin een wijze les verborgen zat. Waar mensen iets van moesten leren. Sprookjes moesten ook een waarschuwing zijn voor kinderen, om ze op het rechte pad te houden. “Pas op, want anders ….!” Sprookjes waren in het begin ook veel gruwelijker, het liep niet altijd goed af. In de eerste versie van ‘Roodkapje’ gaat het arme kind dan ook dood!
Onderwerpen en hoofdpersonen in sprookjes
De sprookjes die jij misschien het beste kent zijn de sprookjes die vaak beginnen met de woorden: “Er was eens ….”.
Verhalen vol avontuur, fantasie, magie (toveren) en wonderlijke wezens die alleen in sprookjes kunnen bestaan, zoals reuzen, kabouters, elfjes, heksen en feeën, boze stiefmoeders, sprekende dieren, betoverde kastelen en ga zo maar door. Daarnaast komen in de meeste sprookjes hoofpersonen als jonge mensen en/of kinderen voor.
In sprookjes komen allerlei verschillende onderwerpen en voorwerpen voor.
Betoverende voorwerpen (bijvoorbeeld een ring, spiegel, laarzen, tapijt, fles)
Opdrachten die moeten worden uitgevoerd (Doornroosje)
Geheimzinnige magische plaatsen (Sprookjesland, Nooitgedachtland)
Vergiftigde en betoverende vruchten, planten en dieren (appel, pad, zwaan)
Ook nog: gevangenschap, rijk en arm, goed en kwaad, helden en heldinnen en natuurlijk de echte liefde die alles overwint
Fabels
In de Middeleeuwen was het heel gevaarlijk om zomaar in het openbaar kritiek te uiten. Je riskeerde lange gevangenisstraf of zelf je leven als je een andere mening had dan die van de koning. Daarom gingen de schrijvers hun kritiek verstoppen in fabels. In fabels spelen dieren een hoofdrol, die kritiek hebben, iets bespottelijk maken of ons een wijze les proberen te geven. En dieren kun je natuurlijk niet in de gevangenis stoppen. Maar eigenlijk zijn het dus mensen die kritiek hadden.
Sprookjesschrijvers
Charles Perrault was een Frans schrijver uit de 17e eeuw. Hij schreef een aantal bekende sprookjes, die hij de ‘Sprookjes van Moeder de Gans’ noemde. Bekende sprookjes van Perrault zijn bijvoorbeeld: Assepoester, Klein Duimpje, Roodkapje, De gelaarsde kat, De schone slaapster en Blauwbaard.
Jacob en Wilhelm Grimm waren twee Duitse broers. Ze verzamelden in de 19e eeuw een enorme hoeveelheid sprookjes en volksverhalen. Wel achttienhonderd. Er wordt wel eens verteld dat ze samen lange reizen maakten en overal naar sprookjes luisterden en die dan opschreven. Maar dat is niet waar, de verhalen werden naar ze opgestuurd, meestal door deftige dames. Bekende sprookjes van Grimm zijn: Sneeuwwitje, Hans en Grietje, De wolf en de zeven geitjes, Het dappere kleermakertje, De Bremer Stadsmuzikanten.
Hans Christian Andersen (1805-1875) was een bekende Deense dichter en schrijver uit de 19e eeuw. Net als Charles Perrault is hij het meest bekend geworden door zijn sprookjes. Bekende sprookjes van Andersen zijn: Het lelijke jonge eendje, De kleine zeemeermin, De prinses op de erwt, De rode schoentjes, De Chinese nachtegaal, De nieuwe kleren van de keizer en Het meisje met de zwavelstokjes.
Vragen- test jezelf
Nu ga je vragen beantwoorden die gaan over de video die je hebt gezien en de tekst die je hebt gelezen.
Het is een 'Test jezelf', want je kunt je eigen antwoorden controleren.
Post JOUW antwoorden in Seesaw en link je post als bewijs in SeeSaw.
Logboek (2)
Logboek (2)
Schrijf nu in je logboek:
1. de datum waarop je schrijft
2. Wat je hebt geleerd van dit onderdeel. Voeg bewijs van je antwoorden toe.
3. Welke informatie was nieuw? Wat wist je al?
3. Sprookjes zoeken, lezen, kiezen en herschrijven!
Scroll door de pagina en bekijk sprookjes die je aanspreken.
Kiezen, lezen en samenvatten
Je kiest 1 sprookje en je leest het hele sprookje op die pagina.
Schrijf kort in eigen woorden waar het sprookje over gaat. Dit doe je door:
- Begin, midden, eind te gebruiken voor je samenvatting
- de hoofdpersonen te noemen
- het onderwerp te beschrijven
- welke bijzondere voorwerpen kwamen erin voor
- of er een boodschap of moraal in het sprookje zat, zoja welke?
- wie heeft het sprookje geschreven?
2. Van oud naar nieuw
2. Modern Sprookje:
Herschrijf nu het sprookje door moderne elementen in te voegen.
Hoe kun je dat doen?
Ik laat je eerst een voorbeeld zien: Bekijk een kort fragment uit deze video (start bij: 8 minuut 50 - totaan 10 minuut 41). Het is dezelfde video als voorheen, maar een ander fragment.
Bedenk voor jouw gekozen sprookje nieuwe woorden voor ouderwetse woorden, zoals een Ferrari in plaats van een paard. Denk na over spullen die ze vroeger nog niet hadden of die je nooit in sprookjes leest. Bijvoorbeeld:
- auto's
- treinen
- robots
- computers
- telefoons
- speelgoed
- beroepen
Zo zijn er nog veel meer dingen die je kunt ombuigen, gebruik je fantasie!
3.Herschrijven
3. Herschrijf nu het sprookje helemaal.
Ik laat je eerst 2 voorbeelden zien van moderne sprookjes.
Na de twee voorbeelden kun je aan slag met jouw sprookje. Haal inspiratie uit de voorbeelden of zoek voorbeelden op internet. (maar: laat het voorbeelden zijn en herschrijf ZELF jouw versie)
Voorbeeld 1: trailer modern sprookje Hans en Grietje
Voorbeeld 2: Hieronder staat een voorbeeld van een herschreven sprookje Roodkapje.
(deze dient als voorbeeld!! Jij bedenkt jou eigen originele versie van jouw gekozen sprookje).
Nadat jij dit herschreven sprookje hebt gelezen, wat zou jij dan nog veranderen van oud naar nieuw?
"Er was eens een meisje dat Roodkapje heette. Ze was gek op dansen en was aan het oefenen op muziek van The Pussycat Dolls. Plots riep haar moeder:
,,Roodkapje, oma heeft een sms’je gestuurd, ze vraagt of je heerlijke pannenkoekjes wil komen brengen naar haar. Oma is zo lang aan het surfen geweest op Seniorennet dat ze vergeten is om voor eten te zorgen.’’
,,OK, geen probleem.’’
Roodkapje pakte haar GSM, Nintendo, iPod en natuurlijk de pannenkoeken en stopte alles in haar rugzakje. Ze sprong op haar brommer en reed naar oma. Maar haar iPod stond zo luid dat ze bijna de wolf omver reed!
,,Hey, stoooop !!!’’ zei de wolf.
IEIEIEIET !!!!
,,Wat is er?’’ vroeg Roodkapje.
,,Mijn GPS is kapot en dus weet ik de weg naar oma niet meer !!’’
,,Oei, zo loopt heel het verhaaltje mis ! Volg mij maar !’’
De wolf sprong op zijn quad en volgde Roodkapje.
Na 2 minuten kwamen ze bij oma aan.
Bipbip bipbip .
,,Mijn GSM!’’ zei Roodkapje
Mama:,,Roodkapje?’’
Roodkapje:,,Ja, hallo mama!’’
Mama:,,Ben je al bij oma aangekomen ?’’
Roodkapje:,,Net aangekomen. Moet je nu wat weten?
De GPS van de wolf is kapot en dus is hij mij moeten volgen !! Vind je dat geen goeie grap ? HAHAHA !”
Mama:,,HAHAHA !! Doei !!’’
Roodkapje:,,Doei !!’’
Drrriiing ! Ze belden aan.
“Hallo, wie is daar ?”
“Roodkapje en de wolf !”
“Wacht, ik zet even mijn videocamera aan. Ah, nu zie ik het. Maar kom toch binnen.”
KRIEIEIEIEIP
“Daar is ons Roodkapje, ik verwachtte je al” zei oma.
De wolf keek wat verontwaardigd. “En verwachtte je mij dan niet ?” vroeg hij.
“Ja, een beetje wel eigenlijk, maar ik dacht dat je vroeger kwam”, zei oma plagerig.
“Dat zit zo”, zei de wolf. “Ik ben in het bos bijna omver gereden door Roodkapje die mij niet hoorde brullen, omdat de muziek van haar iPod keihard aan stond. Bovendien was mijn GPS toch kapot en dacht ik dat we dan net zo goed samen konden rijden. Ik ben haar gevolgd op mijn quad en voila, hier zijn we dan.”
“OK, prima” zei oma.
Waarop de wolf onmiddellijk vervolgde: “Ik heb mijn DVD van “Jurassic Park” meegebracht. Mag ik die zien op jouw digitale TV ?”
Oma fronste haar wenkbrauwen, maar gaf dan toe.
Roodkapje was hier helemaal niet blij mee. “Maar oma, ik heb mijn DVD van “High School Musical” meegebracht en ik wou die gezellig met jou bekijken !”
“Kom kom, Roodkapje. Ik houd niet zo van musicals en bovendien heb je toch je Nintendo bij ?”
“Dat is ook waar. Oma, ik toon je wel eens hoe je Top Model kan spelen op de Nintendo. Je bent vroeger toch nog styliste geweest, hé ?”
“Goed hoor,” zei oma, “maar je moet zeker ook het geluid van mijn GSM nog wat luider zetten, want dat lukt me maar niet. Die moderne technologie is soms toch wat te modern voor mij, hoor !” zuchtte oma.
Twee seconden later zei Roodkapje zo fier als een gieter: “Voila oma, dat was echt pottie.”
“Wat ? Is dat nu al in orde met mijn GSM ? Amai, wat knap van je !”
“KOMAAN TYRANNOSAURUS !!!”
“Zeg wolf, kan dat wat stiller ? Ik schrik me een aap !” zei oma.
“Sorry,” zei de wolf, “maar het is ook zo spannend en ik stem voor de tyrannosaurus.”
“Ja, ik had niet anders verwacht,” lachte Roodkapje.
“Shhtttt, ik wil verder kijken,” zei de wolf.
“Hier zijn de PANNENKOEKEN !!” riep oma. Ze had intussen de pannenkoeken even opgewarmd in de microgolfoven en voor de wolf en zichzelf een lekkere kop koffie gemaakt met de Senseo. Roodkapje kreeg een flesje Cécémel.
De wolf zette de DVD even op pauze, en zat als eerste aan tafel.
“Mmmm, lekkere pannenkoeken !” en hij peuzelde ze met zijn handen op.
“Beetje rustig aan, wolf,” zei oma, “wij willen er ook nog een paar, hoor.”
“Rustig rustig, “ smakte de wolf, “ ik heb er nog maar 2 binnen, ik laat er voor elk van jullie wel ééntje over.”
“Slokop !!!” siste Roodkapje.
“Ik laat er ook nog ééntje over voor de jager, die veel te laat is. Waar zit die trouwens, die moest hier al lang zijn !” zei de wolf.
TTTRRRRRRIIIIIIINNNNNNGGGGGGG !
“Als je van de duivel spreekt, …” zei de wolf glimlachend.
“Hallo,” riep Roodkapje door de intercom.
“Ik ben het, de jager. Oma is toch nog niet opgegeten door de wolf ? Ik ben wat te laat, maar mijn Land Rover was in panne gevallen en ik ben heel de weg naar hier moeten stappen. Gelukkig had ik mijn stokken voor Nordic Walking nog in mijn koffer liggen !”.
De jager stapte binnen en was opgelucht Roodkapje en oma gezond en wel te zien.
“Hier,” zei de wolf en hij schoof de jager een bordje toe. “Eet maar een pannenkoekje en ze zijn verdomd lekker !”
De jager haalde zijn schouders op en zei: “OK, vooruit dan maar !”
Hij dacht bij zichzelf “wat zijn de tijden toch veranderd !”
Na de pannenkoeken installeerde de jager zich naast de wolf in de zetel en ze keken samen verder naar “Jurassic Park”.
Roodkapje en oma speelden samen “Top Model” op de Nintendo.
Het werd nog een gezellig namiddagje, en ze spraken af dit regelmatiger te doen. En zo gebeurde het ook, en ze leefden nog lang en gelukkig…"
Logboek (3)
Logboek (3)
Werk je logboek bij in Egodact bij, door te beschrijven:
- de datum waarop je schrijft
- welk sprookje je hebt gekozen en waarom
- de samenvatting toe te voegen
- welke ouderwetse woorden jij hebt vervangen voor moderne woorden
- jouw uiteindelijke moderne versie van het sprookje
- hoe jij dit onderdeel van de Quest vond
- voeg ook bewijs Post Seesaw toe.
4.Scene of Personage uitwerken en spelen
Samenwerken of alleen werken?
Bedenk of je:
1.deze opdracht alleen wil doen
2. OF met een groepje (die deze Quest ook doet) wil samenwerken.
Kies je ALLEEN werken? -> Maak dan de PERSONAGE opdracht
Kies je voor SAMENwerken? -> Maak dan de SCENE opdracht
PERSONAGE stap 1-Rolbiografie
Van tekst naar spel
1. Personage
Uit jouw eigen moderne geschreven sprookjes versie, kies je nu 1 personage die jou het meeste
aanspreekt.
Bijvoorbeeld:
- de wolf uit de oude versie is in jouw versie een sluwe zakenman geworden.
- of: Grietje (van hand en Grietje) is een detective geworden in jouw versie.
- of: de jager in de oude versie is in jouw versie een klunzige agent.
2. Als je jouw personage hebt gekozen dan ge je die uitwerken:
Maak eerst een rolbiografie:
Naam van het personage:
Achternaam:
Leeftijd:
Woonplaats:
Relatie:
Wat voor huis woont het personage:
In wat voor buurt:
Met wie woont het personage in het huis:
Wie zijn de buren:
Met wie in de buurt heeft het personage contact:
Vrienden:
Familie:
Beste vriend:
Eventuele vijanden / ruzie of conflict mee:
Huisdieren:
Wat voor school gedaan:
Wat voor studie:
Wat voor werk gedaan:
Wat voor werk nu:
Hoe ligt het personage op het werk of op school, heeft het personage het daar naar de zin:
Wat is de hobby van het personage:
Waar gaat het personage het liefst uit:
Beschrijf wat je personage in zijn/haar leven heeft meegemaakt:
Voornaamste karaktereigenschap:
Beschrijf totale karakter:
Wat vindt het personage van zichzelf:
Wat vindt het personage van anderen:
Hoe denkt het personage dat anderen hem/haar ziet:
Wat haar het personage aan zichzelf:
Waar is het personage trots op:
Wat wil het personage bereiken:
Gelooft het personage ergens in:
Wat is de grootste angst van het personage:
Heeft het personage een geheim:
Wat voor kleding draagt het personage:
Hoe gaat het personage met het uiterlijk en uiterlijke verzorging om:
Hoe ziet de woonruimte van het personage er uit:
Wat is de lievelingskleur van het personage:
PERSONAGE stap 2- vormgeven
Nadat je informatie over het personage hebt bedacht, ga je nadenken over hoe je het personage gaat vormgeven:
Dit ga je doen door:
Spel:
- stem (hoe praat het personage)
- gezichtsuitdrukking (hoe kijk het personage)
- houding (hoe zit of loopt het personage)
Andere Vormgeving:
- Kleding (wat draagt het personage?)
- Attributen (voorwerpen die passen bij het personage)
- Decor (waar is het personage)
- Muziek
etc.
PERSONAGE stap 3- tekst/speech
Voordat je een tekst/speech gaat schrijven, ga je eerst bedenken waar deze over gaat.
Dit doe je door:
1. de boodschap of moraal uit het originele sprookje te ontdekken
2. deze boodschap of moraal te vertalen naar vandaag de dag
Bijvoorbeeld:
1. In het sprookje de wolf en de 7 geitjes is (onder andere) de boodschap: doe niet de deur open voor vreemde mensen/ vertrouw niet zomaar iedereen/ wees voorzichtig.
2. Hoe komt dit in jouw moderne versie tot uiting?
--> Schrijf een speech over deze boodschap of over dit moraal.
Misschien kun je het koppelen aan een actueel nieuwsitem. (bijvoorbeeld: "oude vrouw overvallen door pizzabezorger, toen ze niets vermoedend de deur open deed").
De speech gaat over (maak een keuze)
- de ervaring van dat personage (het is hem of haar zelf overkomen)
- de manier waarop het personage daar verandering in wil brengen
- of wellicht heb je zelf een veel leuker idee.
SCENE - stap 1
Kies met je groepje 1 van de herschreven (moderne) sprookjes.
Bepaal dan samen met elkaar wat de moraal of de booschap is en aan welke actuele gebeurtenissen je die kan koppelen.
Bedenk met elkaar een scene waarin deze booschap/ actuele gebeurtenis of moraal goed tot uiting komt. Denk hierbij aan:
- een begin, midden en einde
- spanningsopbouw van de scene: hoe maak je de scene interessant om naar te kijken
- duidelijke personages
- hoe komt de actuele gebeurtenis/ de booschap of moraal in het verhaal aan bod?
- wat je nodig hebt om de scene (later) te kunnen spelen.
Werkblad SCENE
check
De boodschap is:
We kunnen dit koppelen aan de volgende actuele gebeurtenis:
De personages die in de scene voorkomen zijn:
Begin van de scene start met/door:
In het midden van de scene gebeurt dit:
We sluiten de scene af met/door:
Dit hebben we allemaal nodig voor het spelen van de scene:
SCENE- stap 2
Bedenk nu hoe je de personages gaat vormgeven. (Probeer gebruik te maken van het (moderne) sprookjes als basis: dat is je inspiratie).
Dit ga je doen door:
Spel:
- stem (hoe praat het personage)
- gezichtsuitdrukking (hoe kijkt het personage)
- houding (hoe zit of loopt het personage)
Andere Vormgeving:
- Kleding (wat draagt het personage?)
- Attributen (welke voorwerpen passen bij het personage)
- Decor (waar/op welke plek is het personage)
- Muziek
Bedenk ook taken: wie doet of regelt wat?
Bijvoorbeeld:
- camera/telefoon
- kleding
- editten
- attributen
- etc
Opnemen maar!
Of je nu alleen werkt (en de PERSONAGE opdracht hebt gedaan) of dat je samen werkt (en de SCENE opdracht hebt gedaan), onderstaande informatie geldt voor beide opdrachten.
Je gaat je speech (alleen) of scene (samen) opnemen.
Oefen dit een paar keer of maak proef opnamens.
Tips:
- zorg dat je verstaanbaar bent
- zorg dat er geen ruis in het geluid is door middel van wind
- zorg dat je camera niet beweegt (tenzij dit de bedoeling is)
- zorg dat je steeds een back-up maakt van je werk.
Logboek (4)
Werk je logboek bij in Egodact bij, door te beschrijven:
- de datum waarop je het schrijft
- hoe je de acteeropdracht hebt ervaren (alleen of samen)
- wat je er leuk aan vond
- wat je er minder leuk of moeilijk aan vond
- hoe je hebt gewerkt aan je personage
- of je tevreden bent over het resultaat
-
5. Afronding
In de eXpoweek weet je zeker dat:
je onderstaande punten hebt doorlopen en ingeleverd:
Taak
Toelichting
Gedaan?
1.Jij begint
-Egodact-tegel inrichten
-Motivatiemotor invullen Egodact
-Logboek (1) starten
2.Opdracht Sprookje
-Informatie lezen en kijken, vragen beantwoorden. Posten in SeeSaw.
-Logboek (2) bijwerken + link/bewijs naar post
3.Herschrijf opdracht
-Oriënteren op de verschillende sprookjes
-1 sprookje naar keuze kiezen.
-Opdracht ‘herschrijven van het sprookje’. Posten in SeeSaw.
-Logboek (3) bijwerken+ link/bewijs naar post.
4.Personage opdracht
-De stappen die horen bij je keuze voor:
A: personage en speech (indien je alleen werkt)
B: scene en personages (indien je samenwerkt)
-Het uiteindelijke filmpje - Seesaw en link bewijs Egodact
-Logboek (4)
5.Afronding
-Checklist
-Terugkijker / Logboek (5)
-Tot slot: een berichtje aan de coach dat je alle opdrachten hebt gedaan, dat wat er in Seesaw moet, er ook in staat en dat Egodact volledig is ingevuld en bijgewerkt.
Logboek (5) / Terugkijker
Je werkt voor de laatste keer je logboek in Egodact bij. Hierin beschrijf je de volgende punten:
Kijk terug op het proces van hoe je deze quest hebt aangepakt en uitgewerkt. Waar ben je tevreden over en wat kan er beter?
Wat heb je inhoudelijk geleerd van of ontdekt door deze Quest?
Wat heb je praktisch geleerd van of ontdekt door deze Quest?
Welke taak vond je het interessantst? En welke het minst interessant?
Welke taak was het meeste werk? En welke het minste werk?
Wat zou je anders doen een volgende keer?
Heb je nog een Quest tip voor de coach?
Bronnen
Aanvullende bronnen, links enz. horend bij het onderwerp worden hier op een volgende pagina geplaatst
Het arrangement Kunst en Cultuur - (Modern) Sprookje is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.