Vandaag ga je via wikiwijs werken. Deze wikiwijs is eigenlijk een soort herhaling van de afgelopen paar weken. Je hebt hier filmpjes, teksten en opdrachten!
Elk kopje bevat ander materiaal!
Je docent is online aanwezig via Google classroom, dus als iets niet lukt, mag en kan je altijd je docent een berichtje sturen!
Succes!
Paragrafen
De verovering van een groot rijk
Rome wordt een republiek
In de 8e eeuw v.C. ontstond Rome aan de overs van de Tiber. Door de gunstige ligging vlak bij de zee en in het midden van Italie, groeide de bevolking van Rome snel tot ongeveer 30.000 mensen. Bijna 250 jaar lang bestuurde een koning de stad (en het omliggende gebied).
In 509 v.C. kwam daar verandering in, toen koning Tarquinius Superbus door de bevolking uit de stad werd gejaagd. Het bestuur van Rome kwam nu in handen van een kleine groep rijke families en bestond uit de senaat en twee consuls.
De leden van de senaat kozen één keer per jaar twee consuls. Deze consuls mochten de vergaderingen van de senaat leiden en wetsvoorstellen doen.
Het hebben van een senaat en twee consuls, zorgde ervoor dat er nu een andere bestuursvorm was, en deze bestuursvorm noemden ze in Rome ‘res publica’. Daar is ons woord republiek van afgeleid.
Een Romeins rijk ontstaat
Vanaf de 4e eeuw v.C. begonnen de Romeinen gebieden te veroveren. Dat dezen om hun macht, roem en rijkdom te vergroten. In 272 v.C. was het de Romeinen gelukt het grootste deel van het huidige Italië in bezit te krijgen. Ook de Griekse steden op Sicilië waren in handen gekomen van de Romeinen. Vervolgens wilde Rome de Middellandse zee onder controle krijgen om zo de handel te beschermen. Hiervoor moesten de Romeinen afrekenen met de stad Carthago. Carthago beheerste de Middellandse Zee.
Tussen 264 en 146 v.C. vocht Rome drie grote oorlogen met Carthago uit. Uiteindelijk wisten de Romeinen de Carthagers te verslaan. In de daaropvolgende twee eeuwen veroverden de Romeinen nog veel meer gebieden, zoals Griekenland en Spanje. Zo ontstond er een groot rijk: het Romeinse Rijk.
Een onverslaanbare leger
Het Romeinse leger was een van de meest succesvolle legers uit de geschiedenis. Dat was te danken aan een aantal zaken.
Het Romeinse leger was goed bewapend en getraind.
Het leger was goed georganiseerd; soldaten wisten precies wat hun taak was en wie ze
moesten gehoorzamen
De motivatie van de Romeinse soldaten om te vechten was erg groot.
Het Romeinse rijk was sterk, doordat overwonnen volken erin meevochten. Als een
volk was verslagen door het Romeinse leger, boden de Romeinen bescherming aan in ruil voor gehoorzaamheid. Zo ontstonden er bondgenootschappen.
Overwonnen volken mochten vaak hun eigen godsdienst en cultuur behouden. Soms namen de Romeinen zelfs dingen over van andere volken.
Het leven in het Romeinse Rijk
Leven op het platteland.
De meeste mensen in het Romeinse Rijk woonden op het platteland. Veel boeren hadden een eigen stuk land waarop ze fruit en graan verbouwden. Ook maakten ze wij en olijfolie. Zij waren vrije boeren en vormden een belangrijke sociale laag in de Romeinse samenleving. Door de veroveringstochten van de Romeinen werd deze groep steeds kleiner. Veel vrije boeren vochten in het leger en waren soms jaren weg van huis. Hun achtergebleven familieleden konden na verloop van tijd het werk op het land niet meer aan. Hierdoor kwamen de boeren in geldnood en waren ze gedwongen om hun land te verkopen. Velen trokken vervolgens naar de steden.
Op het platteland kwam zo steeds meer grond in handen van een kleine groep grootgrondbezitters. Zij konden deze grond betalen met de oorlogsbuit die ze door hun politieke macht en leidinggevende functies in het leger hadden gekregen. Op het platteland stichtten ze grote landbouwbedrijven, waarop ze een villa lieten bouwen en slaven het werk lieten doen.
Aan het eind van de 2e eeuw v.C. was ongeveer een derde deel van de bevolking van het Romeinse Rijk slaaf.
Leven in de stad
In de eerste twee eeuwen v.C. groeiden de Romeinse steden door de komst van de verarmde boeren erg hard. Deze boeren bezaten niets meer, behalve hun kinderen (proles in het Latijn). Vandaar dat ze proletariërs werden genoemd. Deze mensen verhuurden zichzelf af en toe, bijvoorbeeld als bouwvakker. Toch konden ze vaak niet rondkomen. Ze waren afhankelijk van de rijkste en machtigste burgers; de nobiles. De nobiles zaten in de senaat, voerden het leger aan en bezaten veel grond op het platteland.
In de steden leefden ook ambachtslieden, handelaren en slaven.
Onrust
In het Romeinse Rijk waren de verschillen tussen arm en rijk groot, net als het verschil in macht. De nobiles hadden de macht, de rest van de bevolking had geen inspraak.
Lange tijd besteedden de nobiles hier geen aandacht aan. Ze hadden geen zin om hun luxe leven op te geven.
De ongelijke verdeling van macht en rijkdom zorgde op den duur voor ontevredenheid onder de bevolking. De nobiles probeerden de ontevredenheid tegen te gaan door gratis voedsel uit te delen en het volk te vermaken met gladiatorengevechten en paardenrennen. Het geld hiervoor kwam uit de inkomsten die de veroveringen hadden opgeleverd. Maar ook uit de Spaanse goud- en zilvermijnen.
Maar de echte problemen werden niet opgelost. Uiteindelijk probeerde politicus Tiberius Gracchus hier wel wat aan te doen. Hij stelde voor om het land van de grootgrondbezitters te verdelen onder de arme boeren. De nobiles vonden dit niet leuk en uiteindelijk werd Tiberius vermoord.
Zijn broer Gaius probeerde het tien jaar later opnieuw. Hij kwam met het plan om de bevolking tegen een vaste lage prijs graan te laten kopen. Ook hij werd uiteindelijk vermoord.
De onrust onder de bevolking groeide. Een eeuw lang waren er opstanden, rellen en ruzies tussen rijke en arme Romeinen. Ook groepen slaven kwamen in deze periode in opstand. Dit kostte duizenden mensen het leven, maar de situatie verbeterde nauwelijks.
Een kleine opdracht!
Het Grieks-Romeinse cultuur en Romanisering
Leven op het platteland.
De meeste mensen in het Romeinse Rijk woonden op het platteland. Veel boeren hadden een eigen stuk land waarop ze fruit en graan verbouwden. Ook maakten ze wij en olijfolie. Zij waren vrije boeren en vormden een belangrijke sociale laag in de Romeinse samenleving. Door de veroveringstochten van de Romeinen werd deze groep steeds kleiner. Veel vrije boeren vochten in het leger en waren soms jaren weg van huis. Hun achtergebleven familieleden konden na verloop van tijd het werk op het land niet meer aan. Hierdoor kwamen de boeren in geldnood en waren ze gedwongen om hun land te verkopen. Velen trokken vervolgens naar de steden.
Op het platteland kwam zo steeds meer grond in handen van een kleine groep grootgrondbezitters. Zij konden deze grond betalen met de oorlogsbuit die ze door hun politieke macht en leidinggevende functies in het leger hadden gekregen. Op het platteland stichtten ze grote landbouwbedrijven, waarop ze een villa lieten bouwen en slaven het werk lieten doen.
Aan het eind van de 2e eeuw v.C. was ongeveer een derde deel van de bevolking van het Romeinse Rijk slaaf.
Leven in de stad
In de eerste twee eeuwen v.C. groeiden de Romeinse steden door de komst van de verarmde boeren erg hard. Deze boeren bezaten niets meer, behalve hun kinderen (proles in het Latijn). Vandaar dat ze proletariërs werden genoemd. Deze mensen verhuurden zichzelf af en toe, bijvoorbeeld als bouwvakker. Toch konden ze vaak niet rondkomen. Ze waren afhankelijk van de rijkste en machtigste burgers; de nobiles. De nobiles zaten in de senaat, voerden het leger aan en bezaten veel grond op het platteland.
In de steden leefden ook ambachtslieden, handelaren en slaven.
Onrust
In het Romeinse Rijk waren de verschillen tussen arm en rijk groot, net als het verschil in macht. De nobiles hadden de macht, de rest van de bevolking had geen inspraak.
Lange tijd besteedden de nobiles hier geen aandacht aan. Ze hadden geen zin om hun luxe leven op te geven.
De ongelijke verdeling van macht en rijkdom zorgde op den duur voor ontevredenheid onder de bevolking. De nobiles probeerden de ontevredenheid tegen te gaan door gratis voedsel uit te delen en het volk te vermaken met gladiatorengevechten en paardenrennen. Het geld hiervoor kwam uit de inkomsten die de veroveringen hadden opgeleverd. Maar ook uit de Spaanse goud- en zilvermijnen.
Maar de echte problemen werden niet opgelost. Uiteindelijk probeerde politicus Tiberius Gracchus hier wel wat aan te doen. Hij stelde voor om het land van de grootgrondbezitters te verdelen onder de arme boeren. De nobiles vonden dit niet leuk en uiteindelijk werd Tiberius vermoord.
Zijn broer Gaius probeerde het tien jaar later opnieuw. Hij kwam met het plan om de bevolking tegen een vaste lage prijs graan te laten kopen. Ook hij werd uiteindelijk vermoord.
De onrust onder de bevolking groeide. Een eeuw lang waren er opstanden, rellen en ruzies tussen rijke en arme Romeinen. Ook groepen slaven kwamen in deze periode in opstand. Dit kostte duizenden mensen het leven, maar de situatie verbeterde nauwelijks.
Nog een kleine opdracht
filmpjes
Het Romeinse Rijk.
Het leven in het Romeinse Rijk
Het Romeinse Republiek.
Opdracht
Opdracht
Een korte opdracht om te zien of jullie het hebben begrepen!
Begrippen
Senaat:
De vergadering van de rijkste en belangrijkste Romeinse families die de Romeinse Republiek bestuurden
Consuls:
Belangrijkste bestuurders en legeraanvoerders in het Romeinse Republiek.
Republiek:
Een land dat bestuurd wordt door een of meer gekozen leiders.
Romeinse Rijk:
Groot gebied dat ongeveer 300 v.C. tot 500 n.C werd bestuurd bamiot Rome.
Bondgenootschappen:
Samenwerking men een ander volk of land
Grootgrondbezitters:
Iemand die veel grond bezit en daardoor erg rijk en machtig is.
Nobiles:
De rijkste en belangrijkste mannen in Rome
Proletariërs:
Een Romeinse burger die arm was en afhankelijk was van steun door de rijken en de machtigen
Grieks-Romeinse cultuur:
De Romeinse manier van leven, met Griekse invloeden.
Romanisering:
Het overnemen van de Romeinse cultuur door volken die in het Romeinse Rijk woonden.
Burgerrecht:
Romeinse burgers hadden bepaalde voorrechten, zoals het recht om niet zonder proces veroordeeld te worden.
Het arrangement Herhaling de Romeinen is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Jawayriya Javed
Laatst gewijzigd
2021-03-05 11:05:14
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0
Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of
bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.