ADL Wikiwijs Hoofdstuk 2.3

ADL Wikiwijs Hoofdstuk 2.3

Voorblad

Wikiwijs over:

De opkomst van het Christendom.

 

Door: Tim Schuiling

Studentnummer: 0970216

Docent: Jente Boxman

Datum: 5-2-2021

Herkansing van jaar 2019-2020

 

Doelgroep: Brugklas VMBO/KGT

Methode: Geschiedeniswerkplaats 1VMBO/KGT

 

Leerdoelen

De leerdoelen van deze wikiwijs zijn:

 

 

-De leerling kan aan het einde van de wikiwijs uitleggen hoe het christendom ontstond

 

-De leerling begrijpt aan het einde van de les hoe de Joden in het Romeinse Rijk terecht kwamen

 

-De leerling kan aan het einde van de wikiwijs in eigen woorden berdeneren hoe het Christendom door het Romeinse Rijk werd verspreid en later de romeinse staatsgodsdienst werd.

Wat ga je vandaag doen?

Wat moet je doen?

Je gaat vandaag een WikiWijs les volgen over paragraaf 2.3. In deze WikiWijs staat de stof uitgelegd, is er een kennisclip die dient als verrijking van de stof en zijn er controlevragen en een oefentoetsje aanwezig.

De paragraaf gaat over het Jodendom en Christendom en wat hun plaats was in het Romeinse Rijk. Je leert hierover in deze WikiWijs.

 

Hoe ga je dit aanpakken?

Je leest elke pagina doordachtig door en volgt de instructies die hierop staan. Je maakt de controlevragen en de oefentoets. Ook kijk je de kennisclip en neem je aantekeningen bij alle stof.

 

Bij wie kan je terecht voor hulp?

Je kan mij (de docent) een bericht sturen via teams of mailen naar mijn mailadres (docent@school.nl) als je vragen hebt. Deze beantwoord ik dan z.s.m.

 

Tot wanneer heb je de tijd?

Je hebt tot vandaag (dinsdag 9 februari) tot 17:00 de tijd om de WikiWijs gevolgd te hebben.

 

Wat is de uitkomst van deze les?

Je hebt de leerdoelen die je aan het begin van de les ziet behaald en bent verrijkt met historische kennis over dit onderwerp.

 

Wat ga je doen als je klaar bent?

Als je klaar bent kijk je naar de verijkingsstof die aangeboden staat op het laatste kopje van de WikiWijs.

 

Als je dit gelezen hebt, kan je door naar het volgende kopje.

Terugblik naar paragraaf 2.2

Voordat je begint aan 2.3, kijken wij eerst kort terug naar de vorige paragraaf.

 

In paragraaf 2 van hoofdstuk 2 hebben jullie geleerd over de begrippen staatsgodsdienst en verdraagzaamheid.

Het Romeinse rijk had een staatsgodsdienst. Dit hield in dat iedereen die voor het Romeinse bestuur wilde werken, in de goden van de Romeinen moesten geloven. Dit kwam voort uit het idee dat de goden de staat Rome beschermden. Ook betekende dit dat er veel feestdagen waren in het Romeinse Rijk voor deze vele goden. Het geloof was namelijk polytheïstisch en had dus erg veel goden. Iedereen aanbidde dus een handvol goden en niet allemaal.

 

Door de multiculturaliteit in het Romeinse rijk was er echter niet maar één geloof waar iedereen in geloofde. Er waren talloze volken met allemaal eigen goden en gebruiken. De romeinen wisten dat zij niet veel konden doen om deze te bekeren en dus tolereerden zij andere geloven. Veel volken mochten onder Romeins bewind in hun eigen goden blijven geloven, met het idee dat zij onder Romeins bewind uiteindelijk de Romeinse goden gingen vereren. Dit gebeurde echter niet en vele geloven bleven onder het Romeins bewind gewoon bestaan.

 

Een van deze geloven was het Jodendom en deze was vrij uniek in het Rijk…

 

Als je dit gelezen hebt, kan je door naar het volgende kopje.

Wat is een monotheistisch geloof?

De davidsster, symbool van het Jodendom
De davidsster, symbool van het Jodendom

Een bijzonder geloof in het Romeinse Rijk was het jodendom. Dit was en is nu nog steeds een monotheïstisch geloof.

Een monotheïstisch geloof heeft maar één god waarin men gelooft. Het is dus het tegenovergestelde van een polytheïstisch geloof, waarbij men in meerdere goden gelooft.

Voorbeelden van andere monotheïstische geloven zijn bijv. het Christendom en de Islam. Deze geloven allebei in het bestaan van maar één god die oppermachtig is.

Een voorbeeld van een polytheïstisch geloof was het Romeinse geloof met al hun goden voor verschillende onderdelen van de natuur, en vandaag de dag het hindoeïsme. Daar worden vandaag de dag nog steeds talloze goden aanboden.

Om deze begrippen te onthouden is er een goed ezelsbruggetje om ze uit elkaar te houden. Mono is een ander woord voor 1. Dus monotheïstisch betekend “geloof in 1 iets”. Poly betekend meerdere, en polytheïstisch betekend dus “geloof in meerdere”.

 

Als je dit gelezen hebt, kan je door naar het volgende kopje.

Controle 1

Maak de volgende vraag als controle op de hiervoor vertelde stof:

Als je deze vragen gemaakt hebt, kan je door naar het volgende kopje.

Kennisclip: Jodendom en het Christendom

Je gaat een kennisclip kijken over het Jodendom en het Christendom. In deze video worden deze geloven verder uitgelegd zodat je een beter beeld krijgt bij de paragraaf. Na het kijken van de video volgen een paar controlevragen.

 

Kennisclip: Jodendom en Christendom

Als je de video bekeken hebt, kan je naar het volgende kopje.

Controle 2: Kennisclip

Als je deze vragen gemaakt hebt, kan je door naar het volgende kopje.

De romeinen in Judea

Romeinse soldaten plunderen de Joodse tempel in Jerusalem
Romeinse soldaten plunderen de Joodse tempel in Jerusalem

Je hebt in de kennisclip meer gehoord over hoe het jodendom en het christendom in elkaar zaten. Ook heb je als het goed is gemerkt dat allebei deze geloven onder romeinse heerschappij hebben bestaan. Maar hoe pakte de romeinen deze geloven nou aan? Het rare is dat ondanks de verdraagzaamheid van andere geloven in het rijk, de romeinen niet blij waren met zowel de joden als de christenen.

 

Voordat het christendom ontstaan was, werden de joden in Judea al anders behandeld dan elders. Zij moesten hogere belastingen betalen dan andere volkeren. Hierdoor kwamen zij vaak in opstand en van een opstand waren de romeinen niet gedient. Zij sloegen deze telkens neer en verwoestte de belangrijkste joodse temple in Jeruzalem. De schatten uit deze tempel namen de romeinen trots mee terug naar Rome. Door deze onderdrukking werden veel joden vermoord, tot slaaf gemaakt of weggejaagd uit Judea. Hierdoor kwamen groepen joden in alle delen van het Rijk terecht, waar zij besloten om hun geloof te blijven beoefenen. Ze bouwden synagogen (joodse gebedshuizen) om hun geloof te kunnen beoefenen.

Het kruis, symbool van het Christendom
Het kruis, symbool van het Christendom

 

Tijdens de onderdrukking was ook Jezus Christus om het leven gekomen nadat hij opgepakt werd door de Romeinen en gekruizigd werd. Hierdoor namen zijn volgelingen het touw in handen en verspreidde het nieuwe christelijke geloof niet alleen in Judea, maar ook in de rest van het Romeinse Rijk. Het nieuwe geloof verspreidde zich erg snel en zowel joden als niet-joden bekeerde zich. Rond het jaar 100 n.C. was het al een van de populairste geloven in het Rijk!

Als je dit gelezen hebt, kan je door naar het volgende kopje.

Het Christendom in het Romeinse Rijk

Opgepakte christenen worden in het Colloseum in Rome aan de leeuwen gevoerd tijdens de vervolgingen.
Opgepakte christenen worden in het Colloseum in Rome aan de leeuwen gevoerd tijdens de vervolgingen.

De verspreiding van het christendom stuitte echter echter op een groot probleem. De christenen weigerden om de staatsgoden van het Romeinse Rijk te erkennen. Dit deden zij in een tijd waarin er veel ziektes, oorlogen en honger in het Rijk was dan normaal. De Romeinse welvaart kwam ten einde en de keizers geloofden dat zij de bescherming van de staatsgoden kwijt waren. Zij gaven de christenen hiervan de schuld en begonnen met het vervolgen van dit nieuwe geloof. Het christendom werd officieel verboden en duizenden christenen werden gemarteld en gedood.

 

 

 

 

Beeld van keizer Constantijn de Grote
Beeld van keizer Constantijn de Grote

Pas in 313 n.C. besloot de nieuwe keizer Constantijn (de Grote) om godsdienstvrijheid in te stellen in het rijk. Dit betekende dat het nu officeel was dat iedereen zelf mocht kiezen welk geloof zij aanhingen en dat zij hiervoor niet veroordeeld kunnen worden. Hierdoor stopte de vervolging van de christenen, waardoor de verspreiding zonder moeijlijkheden door kon gaan. Al snel werd het Christendom ook het geloof van de romeinse keizers en dus werd het de nieuwe staatsgodsdientst.

Een katholieke kerk in Edam, Noord Holland
Een katholieke kerk in Edam, Noord Holland

 

 

 

 

Het gevolg van deze nieuwe staatsgodsdienst is dat alle geloven, op het Christendom en Jodendom na, werden verboden. De Romeinse verdraagzaamheid van andere geloven kwam ten einde en iedereen moest zich uiteindelijk bekeren naar de staatsgodsdienst: het Christendom.

 

 

 

De christenen mochten nu ook kerken door het hele rijk bouwen. Dat zijn de gebedshuizen voor christenen waar zij samen komen om daar te bidden. Vele Romeinse tempels die gebouwd waren voor de oude polytheistische staatsgodsdienst werden omgebouwd naar christelijke kerken.

 

 

 

Het christendom organizeerde zichzelf in kerkprovincies onder leiding van de bischoppen. De leider van de kerk was de bischop van Rome, de paus. Deze positie bestaat nog steeds en lijdt vandaag de dag nog steeds de tak van het christendom wat voorkomt uit de Romeinse tijd: de rooms-katholieke kerk.

Paus Franciscus I, de huidige Paus.
Paus Franciscus I, de huidige Paus.

 

 

 

 

 

Als je dit gelezen hebt, kan je door naar het volgende kopje.

Oefentoetsen

Je maakt nu vervolgens twee oefentoetsen om te kijken of jij de stof snapt. De toets op socrative toets de wikiwijs zelf en de WRTS toets kijkt of jij de begrippen van deze paragraaf snapt.

 

Om op de socrative toets te komen, ga je naar de volgende site:

https://www.socrative.com/#login

 

Hier log je als student in. Als je dit gedaan hebt, vul je de volgende code in om bij de toets te komen:

SCHUILING5784

 

Om op de WRTS komen, gebruik je je WRTS account (deze hebben zij in dit hypothetische geval al)  en druk je op deze link om bij de toets te komen:

https://leren.wrts.nl/exercise/132904840/full_word

 

Als je klaar bent met de toetsen, kan je de verrijkingstof hierna bekijken.

 

(deze ziet er als volgt uit voor de leerling, zij moeten in het balkje het begrip opschrijven waarvan zij nu de uitleg zien. Dit kan ook andersom zijn dat ze de omschrijving geven van het begrip dat ze zien https://gyazo.com/9080b42dd4d71129f3e13f9c92f05526)

 

 

 

 

 

Sucess!

Verrijkingsstof voor als je klaar bent

Godsdienst in het Romeinse Rijk

Jodendom en christendom

Keizer Nero gooit de christenen in de arena

Een gevecht in de arena | Welkom bij de Romeinen

8. Een nieuw geloof - De Romeinen, T3B2

Wie is de paus?

Bronnenlijst

  1. C.B.-T., E.J.D., T.G., B.H., R.R., & J.R. (2018). Geschiedeniswerkplaats informatieboek 1VMBO/KGT (derde editie). Noordhoff.