Samenwerken: wat is dat?
Wanneer mensen samenwerken, werken ze meestal aan een gezamenlijk doel. Vaak zijn mensen afhankelijk van anderen om hun eigen werk goed te kunnen doen. Mensen die goed kunnen samenwerken, gaan goed om met gedrag van verschillende mensen. Om goed samen te kunnen werken, zijn goede communicatieve en sociale vaardigheden nodig.
Daarnaast, heeft iedereen een bepaalde voorkeurshouding in een team. De een is meer aanwezig, de ander meer terughoudend. Dat komt voort uit iemands persoonlijkheid. Hierdoor trekken bepaalde mensen meer met elkaar op dan met anderen.
Maar ook als er niet zo’n klik is, moeten mensen met anderen kunnen samenwerken. Bij een goede samenwerking is het belangrijk om (tijdelijk) de eigen voorkeuren ondergeschikt te maken aan het gezamenlijke doel. Het behalen van groepsresultaten staat voorop. Het is handig om in de samenwerking en communicatie rekening te houden met het gedrag van anderen.
Maar..... wanneer ben ik nou communicatief en sociaal vaardig? En hoe weet ik eigenlijk wat voor rol ík aanneem in de groep en wat anderen aan mij kunnen hebben? Die vragen kunnen best lastig zijn! Hiervoor heb je een stukje zelfkennis en zelfreflectie nodig. Met dit online arrangement gaan we op zoek naar het antwoorden op deze vragen. Uiteindelijk heb je dan een beter beeld van jezelf, en kun je jouw kwaliteiten en valkuilen benoemen in een samenwerkingsverband. Anderen weten dan wat jou in je eigen kracht zet!
Filmpjes samenwerking
Onderstaand zien jullie 3 verschillende filmpjes over samenwerking. Deze filmpjes hebben te maken met wat een goede samenwerking inhoudt, wat veelvoorkomende frustraties zijn binnen een teamverband en ten slotte een filmpje over de Roos van Leary. De Roos van Leary is een model om het gedrag van iemand te analyseren. Je kunt het gebruiken op het moment dat een samenwerking stroef verloopt. Hierdoor leer je de ander beter begrijpen.
Problemen binnen een samenwerking
In groepen sta je sterker!
Opdracht groepsrollen
Als het goed is, hebben jullie nu aan de hand van de filmpjes al wat voorkennis gekregen over de factoren van een samenwerking. Natuurlijk hebben jullie ook je eigen ervaringen, op school, op werk, bij een sportclub, noem maar op!. We gaan nu nadenken over wat jouw eigen rol is binnen een groep. Hiervoor staan hieronder twee verschillende oefeningen. Je mag er één uitkiezen (en natuurlijk, als je het leuk vindt beide).
Opdracht 1: De Roos van Leary
Gedrag roept gedrag op. Het staat nooit helemaal los van elkaar. Jij wordt boos omdat een ander stom doet, je huilt als een ander je pijn doet, je helpt als iemand om hulp vraagt. Enzovoort. Dat noemen we actie-reactie. In de Roos van Leary wordt dit uitgelegd in een schema.
- Bovengedrag roept ondergedrag op
- Ondergedrag bovengedrag op
- Samengedrag roept samengedrag op
- Tegengedrag roept tegengedrag op
Een voorbeeld is:
Je zit rustig te werken; je collega zit bij jou in het kantoor. In een keer zegt hij/zij: “We hebben geen plakband meer. Heb je geen nieuwe besteld!?” Jij reageert geprikkeld: “Nou moe, ik kan niet aan alles denken! Doe het anders zelf!” en blijft mokkend zitten.
Hier zie je in het schema dat aanval ------> verdediging oproep, wat je ook terugleest in het voorbeeld.
Probeer nu eens zelf drie situaties te beschrijven aan de hand van de Roos van Leary (dus actie én de reactie van een ander of een actie van een ander én jouw reactie daarop) die zijn voortgevloeid uit jouw gedrag binnen de samenwerking.
1. ........................................................................................................................................................
2. ........................................................................................................................................................
3. ........................................................................................................................................................
Opdracht 2: De Belbin Test
Dr.Meredith Belbin is de oprichter van de Belbin test. Hij vond dat er negen teamrollen bestaan. Je kunt onderscheid maken tussen functionele, organisatorische en persoonlijke rollen. Een goed werkend team bestaat uit mensen met verschillende rollen. Een team die alleen maar uit creatievelingen bestaat loopt namelijk het risico om te verzanden in ideeën. Een team met alleen maar uitvoerders loopt het risico veel te veel werkzaamheden uit te voeren.
Met de belbintest kun je er achter komen welke teamrol het beste bij jou past. Door jouw kwaliteiten en eigenschappen aan te geven kun je benoemen waar jij goed in bent binnen de samenwerking. Nog mooier is als jij ook weet wat voor groepsrollen de andere personen in jouw samenwerking hebben, zodat je iedereen in zijn of haar eigen kracht kan zetten! Je weet dan wat je aan elkaar kunt hebben!
1. Doe de Belbin test, of als je die al hebt gemaakt, schrijf jouw uitslag op:
...............................................................................................................................................
2. Je weet nu wat jouw rol is binnen de groep. Denk eens goed na over de afgelopen samenwerking en schrijf drie voorbeelden op van hoe eigenschappen/kwaliteiten/valkuilen van deze rol hebt ingezet.
................................................................................................................................................
................................................................................................................................................
................................................................................................................................................
3. Beschrijf hoe iemand anders uit de groep een groepsrol aan nam, of over kwaliteit beschikt die jij wat minder hebt (en onthoud dat dit niet goed of fout is, maar je juist van elkaar kunt leren!)
................................................................................................................................................
Feedback geven en ontvangen
Het geven en ontvangen van feedback is een belangrijke sociale vaardigheid. In iedere samenwerking krijg je te maken met feedback, en als er sprake is van een goede samenwerking gebeurt dit zelfs bewust heel regelmatig. Van feedback leer je hoe je gedrag overkomt en wat het effect van jouw gedrag op anderen is. Het is belangrijk dat feedback op een juiste manier wordt gegeven omdat het anders sneller voorkomt dat het als kritiek ervaren wordt. Kritiek zorgt meestal voor weerstand, en men kan dan defensief worden. Ook kan de schuld bij anderen neergelegd worden, of wordt gaat de persoon uitleggen waarom hij hetgeen deed i.p.v er echt over na te denken!
Er bestaat een formule voor feedback geven en ontvangen, en als je je daar aan houdt, zal je merken dat jouw feedback het meeste effect heeft, en je hoogstwaarschijnlijk een goed gesprek kunt voeren met de ontvanger!
Formule voor het geven van feedback
Begin met iets positiefs. Goede feedback begint met een positief punt, en vervolgens vertel je waar jij tegen aanloopt of wat er beter kan. Voorbeeld: Ik heb gezien dat je erg goed kunt presenteren! Daarnaast zou ik het fijn vinden als je wat meer inzet toont tijdens de voorbereiding. Beschrijf concreet en specifiek (met een voorbeeld) het gedrag dat jij zelf hebt gezien of gehoord en vertel wat dit met jou heeft gedaan. Dus: 'dit gedrag heeft dit effect op mij gehad'. Praat hierbij altijd in de ik-boodschap. Dus niet, 'jij bent veel te snel afgeleid!' Maar: 'ik heb het gevoel dat je soms snel afgeleid bent. Klopt dit?' Geef de gesprekspartner de tijd om te reageren, laat hem/haar uitpraten en ook zijn/haar kant van het verhaal te vertellen. Geef vervolgens aan welk gedrag je graag zou willen zien. Kom samen tot een oplossing of gewenste uitkomst.
Formule voor het ontvangen van feedback
Het ontvangen van feedback kan soms lastig zijn. Je hebt het gevoel dat je verkeerd begrepen wordt of je bent het er niet mee eens. Probeer toch altijd een open en geïnteresseerde houding aan te nemen, en je in te leven in de ander. Je luistert aandachtig, laat de ander uitpraten en je vraagt door. Het doorvragen is belangrijk omdat je zo nagaat of je de ander goed begrijpt. Zo weet jij ook concreet wat de ander bedoelt. Belangrijk om te onthouden is dat je het er niet altijd mee eens hoeft te zijn. En ben je dit niet, dan kun je de ander simpelweg bedanken voor zijn/haar feedback en kun je zelf bepalen of je er wel of niet iets mee doet. Het is niet de bedoeling dat je je jezelf gaat verdedigen of in de aanval schiet. Accepteer dat de ander de moeite doet jou eerlijke feedback te geven, maar je mag altijd eerlijk aangeven wat het met jou doet!
Opdracht 1: Feedback
Je hebt net gelezen wat de regels van feedback geven en ontvangen zijn. Bekijk eens het onderstaande filmpje. Met de regels in je achterhoofd, noteers een 5 tips voor deze meneer: Hans. Wat kan hij beter doen?
1 .....................................................................................................................................................
2 .....................................................................................................................................................
3 .....................................................................................................................................................
4 .....................................................................................................................................................
5 .....................................................................................................................................................
Opdracht 2: Feedback
Nu jullie genoeg hebben gelezen/gezien over hoe je feedback kunt geven en ontvangen, is het tijd om het nu zelf uit te proberen! Jullie hebben de afgelopen tijd samengewerkt in een groepje. Ook feedback aan elkaar kunnen geven is een competentie die bij een goede samenwerking hoort.
Opdracht
Jullie krijgen ieder twee andere namen toegewezen. Aan deze personen ga je feedback geven over één punt. Check nog even goed het onderstaande plaatje voor de regels van feedback geven en ontvangen, probeer deze goed aan te houden tijdens het gesprek. Jullie krijgen 10 minuten de tijd om hier over na te denken.
1...........................................................................................................................................
2...........................................................................................................................................