In dit lesprogramma gaat het over verschillende verbindingen tussen botten en de werking van verschillende gewrichten. Er zijn in totaal drie verschillende lesstof onderdelen die worden behandeld. Bij elke lesstofonderdeel zit er een oefenopdracht die je kan uitvoeren. Hierdoor kan je meteen controleren of je de lesstof goed begrijpt!
De leerdoelen
Aan het einde van dit programma weet je:
de vier verbindingen te benoemen in een skelet en kan je een voorbeeld geven.
hoe een gewricht is opgebouwd en kan je de verschillende onderdelen benoemen.
welke drie gewrichten er zijn, hoe deze verschillende gewrichten werken en dit kan je uitleggen.
Wat ga ik doen?
Wat ga je doen: Je gaat het hele programma door. Nadat je de lesstof hebt gelezen ga je de bijbehorende oefenopdracht maken. Als je deze oefenopdracht goed hebt gemaakt ga je door naar de volgende lesstof. Als je alle lesstof hebt gehad, maak je de oefentoets. Voor deze oefentoets moet je minimaal een 6,0 halen om naar het volgende onderdeel te gaan.
Hoe: Dit doe je individueel op je laptop.
Hulp: Om de opdrachten goed te maken moet je natuurlijk eerst de lesstof goed gelezen hebben! Dit is dus gelijk een hulpmiddel voor je!
Tijd: Jullie krijgen hiervoor een lesuur (45 minuten).
Uitkomst: Als jullie het programma hebben doorlopen dan weten jullie hoe botten bewegen!
Klaar: Ben je klaar met het programma dan ga je aan je huiswerk beginnen in je Nectar werkboek, opdracht 3 tot en met 15 op bladzijde 67.
1. Lesstof: Hoe zitten botten aan elkaar?
Je bent in staat te lopen, iets op te pakken en nog veel meer doordat jouw botten kunnen bewegen. Sommige botten zitten zo aan elkaar vast dat ze niet kunnen bewegen. Er zijn vier verschillende verbindingen in je skelet.
1. Vergroeiing= botten zijn vergroeid tot een geheel dat niet kan bewegen. Bijvoorbeeld het heiligbeen, dit waren heel lang geleden 5 losse wervels. Afbeelding 1.1.
2. Naadverbinding= botten die stevig en onbewegelijk aan elkaar vastzitten. Bijvoorbeeld je schedel. Kijk maar in afbeelding 1.2. naar de gekartelde randjes.
3. Kraakbeen= omdat kraakbeen buigzaam is kan deze verbinding een beetje bewegen. Kraakbeen werkt daarom vaak als tussenstuk of als verbindingsstuk. Denk bijvoorbeeld maar aan de kraakbeenschijven in de wervelkolom en aan de verbinding tussen de ribben en het borstbeen. Afbeelding 1.3.
4. Gewricht= dit is de meest bewegelijke verbinding die er tussen de botten is. Bijvoorbeeld in je elleboog, je schouder en je knie. Er zijn verschillende typen gewrichten. Dit komt in het volgende stuk aan bod. Afbeelding 1.4.
afbeelding 1: afkomstig uit Nectar 1VMBO-t/Havo 5e editie
Puzzelopdracht lesstof 1
Wat ga je doen: Je gaat nu de puzzelopdracht maken!
Hoe: Dit doe je individueel op je laptop.
Hulp: Om de opdrachten goed te maken moet je natuurlijk eerst de lesstof goed gelezen hebben! Dit is dus gelijk een hulpmiddel voor je!
Tijd: Maximaal vijf minuten.
Uitkomst: Je hebt de zeven juiste woorden gevonden!
Klaar: Je gaat door naar lesstof 2.
2. Lesstof: Welke soorten gewrichten zijn er?
Bekijk de onderstaande video, in deze video wordt verteld welke verschillende gewrichten er zijn en hoe ze werken.
Zoals jullie hebben gezien in de video zijn er kogelgewrichten, scharniergewrichten en rolgewrichten.
1. Kogelgewricht= dit is het meest bewegelijkste gewricht en zit bijvoorbeeld in je schouder. De ronde kogel draait in de kom van het schouderblad. Hierdoor kan een arm alle kanten op bewegen.
2. Scharniergewricht= dit is een gewricht wat net als een deur werkt met scharnieren. Het kan maar een kant open en dezelfde kant weer dicht. Dit is een verbinding tussen de ellepijp en het opperarmbeen. Je gebruikt dit gewricht bijvoorbeeld om te tillen.
3. Rolgewricht= dit gewricht werkt net als een kraan die je open en dicht draait. Het is een verbinding tussen het spaakbeen en ellepijp. Het spaakbeen rolt namelijk om de ellepijp. De ellepijp zit aan de kant van de pink.
afbeelding 2: afkomstig uit Nectar 1VMBO-t/Havo 5e editie
Ga nu de oefenopdracht maken. Succes!
Opdracht soorten gewrichten
3. Lesstof: De opbouw van een gewricht
Een gewricht is opgebouwd uit verschillende onderdelen waardoor een gewricht soepel beweegt. De gewrichtsknobbel past precies in de gewrichtskom. Op de gewrichtsknobbel en gewrichtskom zit een laagje kraakbeen. Hierdoor bewegen de botten soepel langs elkaar en slijten ze niet. Hieromheen zit het gewrichtskapsel, dit is een taai vlies dat de botten bij elkaar houdt en het gewricht beschermt. Het gewrichtskapsel maakt gewrichtssmeer. Het gewrichtssmeer zorgt ervoor dat het gewricht soepel kan bewegen. Gewrichten die zwaar werk moeten verrichten hebben gewrichtsbanden voor extra versteviging.
afbeelding 6: afkomstig uit Nectar jaar 1 vmbo-t/havo, 5e editie
4. Verdieping: Verschil in voeten en poten bij dieren
Je hebt voor je oefentoets een 6,0 of hoger gehaald! Heel goed gedaan. Nu ga je dit doorlezen en hierna mag je door naar de eindtoets.
Verdieping: Verschil in voeten en poten bij dieren
Er zijn verschillende manieren hoe dieren op hun poten staan. Wij als mensen lopen bijvoorbeeld op onze zolen, een hond loopt juist op zijn tenen en een geit loopt op de toppen van zijn tenen. Hierdoor zijn alle dieren in te delen in drie verschillende gangers:
1. Zoolgangers= gebruiken hun hele voet om te lopen. Hierdoor kunnen wij ons goed afzetten maar niet heel hard lopen.
2. Teengangers= gebruiken alleen hun teenkootjes die op de grond komen, hierdoor kunnen ze snel lopen.
3. Topgangers= hier zijn de middenvoetbeentjes samengegroeid en lang geworden. Hierdoor zijn de poten lang en kunnen ze hard lopen. Dit zijn eigenlijk hoeven en worden ook wel hoefgangers genoemd.
Op de afbeelding zijn de skeletten van verschillende gangers te zien, de overeenkomsten in bouw en botten kan je nu goed zien. Vergelijkbare botten hebben dezelfde kleur gekregen.
Afbeelding 7: afkomstig uit Nectar jaar 1 vmbo-t/havo, 5e editie
5. Remediërend
Je hebt helaas lager dan een 6,0 gehaald voor de oefentoets. In dit gedeelte kan je de stof nog een keer kort en krachtig doornemen zodat jij ook een 6,0 of hoger gaat halen voor je oefentoets! Als je dit hebt gelezen ga je de oefenopdrachten maken! Na de oefenopdrachten maak je de oefentoets.
Ondersteuning
Hoe zitten de botten aan elkaar?
1. Vergroeiing kan niet bewegen
2. Naadverbinding kan niet bewegen
3. Kraakbeen kan een beetje bewegen
4. Gewrichten zijn het meest bewegelijk
afbeelding 8: afkomstig uit Nectar 1VMBO-t/Havo 5e editie
Welke soorten gewrichten zijn er?
1. Kogelgewricht beweegt alle kanten op.
2. Scharniergewricht beweegt een kant op.
3. Rolgewricht het spaakbeen rolt om de ellepijp,
afbeelding 9: afkomstig uit Nectar 1VMBO-t/Havo 5e editie
Waar bestaat een gewricht uit?
Een gewrichtsknobbel draait in de gewrichtskom.
Kraakbeen ligt op de gewrichtsknobbel en gewrichtskom voor berscherming en tegen slijtage.
Het gewrichtskapsel houdt de botten bij elkaar en beschermt het gewricht, ook maakt het gewrichtssmeer.
Sommige gewrichten hebben gewrichtsbanden voor extra stevigheid.
afbeelding 10: afkomstig uit Nectar jaar 1 vmbo-t/havo, 5e editie
Extra oefenopdrachten
Eindtoets
Dit is jullie eindtoets. Dit houdt in dat je alle leerstof hebt gehad, dat je de oefenopdrachten heb gedaan, voor de oefentoets een 6,0 of hoger hebt gehaald en de extra lesstof hebt gelezen.
Voor deze toets moet je ook minimaal een 6,0 halen voor een voldoende.
Na het maken van de toets kom je terug naar deze pagina en doe je de afsluiting. Dit zijn een paar vragen over hoe je het programma vond.
Wat ga je doen: Je gaat nu de eindtoets maken.
Hoe: Dit doe je individueel op je laptop.
Hulp: Je hebt de leerstof doorgenomen en de eindtoets gehaald met minimaal een 6,0. Dit zou je dus moeten kunnen zonder hulpmiddelen.
Tijd: 20 minuten.
Uitkomst: Na het maken van de toets krijg je je cijfer.
Klaar:
Heb je lager dan een 6,0 gehaald, doorloop het programma nog een keer of lees het stukje wat je nog moeilijk vindt. Maak hierna de toets nog een keer.
Heb je voor de eindtoets een 6,0 of hoger gehaald dan ben je heel goed bezig geweest en mag je trots zijn op jezelf. Blijf dit herhalen voor in je toetsweek. Ga nu door naar afsluiting.
Afsluiting
Dit is het laatste gedeelte! Jullie hebben het goed gedaan door het hele programma door te lopen en nu beheers je de stof heel goed!
Klik nog even op de link om een paar vragen te beantwoorden hoe jullie het vonden. Wees eerlijk en tot snel!
Bronnen
Akkerman, T., Dirkse, C., Hertog, M., Hulst, L., Paauw, J., Twigt, M., Nectar, 1VMBO-t/Havo, Noordhoff Uitgevers bv, (2017), 5e editie,
Het arrangement Nectar hoofdstuk 2.2. Botten bewegen is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Samarinde de Vlieger
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2021-01-21 14:57:20
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Oefentoets
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.