Op deze pagina staat de uitleg over de tussenletter. Die neem je vandaag nog eens door. Op deze pagina staan ook een aantal opdrachten die je vandaag moet maken.
Theorie tussenletter
Wat moet je weten over de tussenletter?
Je moet de algemene regel en de uitzonderingen allemaal kennen en toe kunnen passen. Dat betekent: je moet niet alleen de regels leren, maar je moet ook woorden met de correcte tussenletter kunnen schrijven.
Samenstellingen
Je moet op de toets ook weten wat een samenstelling is. Het is ook handig, als je wat voorbeelden kunt noemen van samenstellingen.
Je maakt een samenstelling door een aantal bestaande woorden aan elkaar te plakken, waardoor je een nieuw woord vormt. Bijvoorbeeld: boekentas (boek+tas), voetbalveld (voetbal+veld) en kerstboom (kerst+boom).
De regels
Je schrijft -en wanneer het eerste deel van de samenstelling enkel een meervoudsvorm heeft op -en, zoals paardenstal en boekenlegger. Paard (paarden) en boek (boeken) hebben beide alleen een meervoud op -en, dus schrijf je -en bij samenstellingen.
Noemt het eerste deel van de samenstelling een zaak/persoon waarvan er maar een bestaat? Dan schrijf je -e. Woorden die hierbij horen zijn: zonnebank, maneschijn en hellevuur.
Woorden die al wat ouder zijn en vroeger wel als samenstelling herkend werden, noem je versteende uitdrukkingen. Deze zou je nu niet meer als een samenstelling herkennen. Bijvoorbeeld: ruggespraak en elleboog. Deze moet je gewoon weten, want hier is geen 'echte' regel voor om te controleren of je te maken hebt met een versteende uitdrukking. Je schrijft -e.
Samenstellingen waarbij het eerste deel meer dan een meervoudsvorm heeft, krijgen een -e als tussenletter. Het kan wel zo zijn, dat dit woord ook een meervoudsvorm op -en heeft. Dit is dan alleen niet de enige meervoudsvorm. Bijvoorbeeld: groente (groentes/groenten) en gedachte (gedachtes/gedachten).
Soms heeft het eerste deel van een samenstelling geen meervoudsvorm. Bijvoorbeeld: rijstepap en tarwemeel.
Bij een samenstelling moet je goed controleren of het eerste deel wel een zelfstandig naamwoord is. Is het dat niet? Dan schrijf je -e. Bijvoorbeeld: huilebalk, omdat huilen een werkwoord is schrijf je een -e.
Als de samenstelling een bijvoeglijk naamwoord is met een versterkende betekenis, schrijf je een -e. Bijvoorbeeld: beresterk en apetrots. Je kunt dan het eerste deel vervangen door het woordje 'heel' (beresterk: heel sterk).
Als je nog wat extra uitleg nodig hebt, kun je nog eens op de link hieronder klikken. Daar staan dezelfde regels op een andere manier beschreven.
Het arrangement Brugklas week 49 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Amber van Hoof
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2020-11-26 11:38:02
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.