Inleiding
Deze handleiding is gemaakt voor de begeleider van een sessie met Leeromgeving in kaart in KennisnetWijzer. De begeleider is bijvoorbeeld de persoon die verantwoordelijk is voor het vraagstuk van de school of het schoolbestuur rondom de digitale leeromgeving.
Een sessie met Leeromgeving in kaart kan als fysieke of online bijeenkomst georganiseerd worden.
In deze handleiding lees je over wat de bedoeling is van de stappen die je doorloopt met Leeromgeving in kaart en waar je als begeleider op kunt letten om een waardevol proces te doorlopen. In Leeromgeving in kaart wordt verder uitgelegd hoe de interactie met dit instrument werkt. In deze handleiding vind je daarom geen uitleg over knoppen en andere technische elementen.
Leeromgeving in kaart is gebaseerd op een specifiek model dat wordt toegelicht in de publicatie over de digitale leeromgeving. Daarnaast worden hierin situaties uitgelicht waarbij Leeromgeving in kaart een handig hulpmiddel kan zijn. We raden daarom aan om deze publicatie eerst te bekijken, voordat je met deze handleiding aan de slag gaat.
|
|
Onderwijssegment |
Primair onderwijs
Voortgezet onderwijs
|
Doelgroep |
Gebruikers en beheerders van de digitale leeromgeving |
Aantal deelnemers |
3 tot 6 personen |
Totale tijdsduur |
90 minuten of langer |
Optie 1: fysiek |
Lokaal met digibord, touchscreen of interactieve beamer met toegang tot internet. |
Optie 2: online |
Device met camera, geluid, toegang tot internet
Online vergadertool, bijv. Microsoft Teams of Google Meet
|
Benodigdheden workshopbegeleider |
Link naar Leeromgeving in kaart
Handleiding voor aanmaken van een Kennisnetwijzer account (mocht je die niet via je school hebben)
Handleiding account Kennisnetwijzer
|
Benodigdheden deelnemer |
Device met internetverbinding, indien online bijeenkomst ook voorzien van camera en geluid |
Doel en resultaat van Leeromgeving in kaart
Met Leeromgeving in kaart breng je de digitale leeromgeving van de school in kaart vanuit het onderwijs perspectief en ga je met collega’s hierover in gesprek. Dit helpt om meer regie te krijgen en keuzes te maken over hoe applicaties worden ingericht en ingezet in het onderwijs.
Tijdens een sessie staat er altijd een vraagstuk centraal dat de begeleider samen met het team formuleert. Dit vraagstuk is een aanleiding om de Leeromgeving in kaart te brengen en richting geeft ook richting aan het proces.
Het in kaart brengen gebeurt op basis van het model van de digitale leeromgeving. Dit model bestaat uit de processen die op school worden georganiseerd rondom het leren en samenwerken. Tijdens Leeromgeving in kaart vul je de applicaties in die worden gebruikt tijdens deze processen en aan welke taak de applicatie verbonden is. Dit wordt verder toegelicht in deze handleiding bij ‘stap 3’.
Uiteindelijk zit de waarde niet zozeer in wat er is ingevuld aan applicaties en taken, maar in het gesprek dat nodig is om het model ingevuld te krijgen. Dit vergt namelijk kennis van zowel de onderwijspraktijk, de ict en het beleid rondom onderwijs en ict. Een belangrijk resultaat is dat er tussen medewerkers een breder begrip ontstaat over het gebruik en de behoeftes rondom de digitale leeromgeving.
Na het invullen van Leeromgeving in kaart heb je de mogelijkheid om een rapportage te downloaden. Deze rapportage bevat alles wat tijdens de sessie is ingevuld en kun je gebruiken als bron om het centrale vraagstuk verder op te pakken. Bekijk hier de voorbeeldrapportage Leeromgeving in kaart.
Rol van de begeleider
Als begeleider van Leeromgeving in kaart leid je de sessie. Dit houdt in dat je namens de deelnemers hun inbreng invoert in het systeem en het gesprek hierover faciliteert. Uiteraard kun je deze verantwoordelijkheid ook verdelen over meer personen, maar in deze handleiding behandelen we dit als de taken van de begeleider. De volgende paragrafen zijn beschreven vanuit hoe de begeleider zijn of haar rol kan invullen.
Voorbereiding
Leeromgeving in kaart is bedoeld als een instrument om tijdens een sessie ongeveer 90 minuten met collega’s inzichten te creëren over hoe de digitale leeromgeving op school wordt gebruikt. Met een goede voorbereiding haal je meer waarde uit deze sessie, omdat je de tijd dan effectiever gebruikt en andere deelnemers betrokken houdt. Een paar tips om een goede voorbereiding te doen:
-
Lees deze handleiding en de publicatie over de digitale leeromgeving eerst goed door.
Leeromgeving in kaart biedt tekstuele toelichting op de stappen die je met elkaar doorloopt, maar gaat niet verder in op hoe de sessie zou moeten verlopen. Als begeleider zorg je dat je begrijpt wat de bedoeling is per stap, zodat je dit kunt uitleggen wanneer nodig.
-
Zorg dat je de juiste personen binnen je organisatie betrekt.
De digitale leeromgeving heeft verschillende gebruikers en er zijn verschillende personen binnen de organisatie die invloed hebben op hoe de digitale leeromgeving is ingericht. Organiseer daarom een groep waarin deze verschillende rollen zijn gerepresenteerd. Dit levert namelijk de meeste (nieuwe) inzichten op. Vraag bijvoorbeeld de volgende personen om deel te nemen aan de sessie van Leeromgeving in kaart:
-
informatiemanager
-
schoolleider
-
beleidsmedewerker onderwijs en ict
-
hoofdverantwoordelijke ict
-
vertegenwoordiger vaksectie/leraar
-
vertegenwoordiger bedrijfsvoering
Een groep van 3 tot 6 personen zorgt voor een gevarieerde inbreng, maar ook een praktisch aantal om met elkaar in gesprek te kunnen. Wil je meer personen (of scholen) betrekken, probeer dit dan over meerdere sessies te verdelen.
- Maak helder wat de aanleiding is om met Leeromgeving in kaart aan de slag te gaan.
Wie je het beste kunt uitnodigen is uiteraard ook afhankelijk van het vraagstuk dat je wil oplossen. Probeer voor jezelf alvast concreet te maken wat het vraagstuk is, zodat je weet waar je met elkaar aan wil werken. Tijdens de sessie kun je dit nog met de groep verder aanscherpen.
- Overweeg om alvast zelfstandig een invulling te maken met Leeromgeving in kaart.
Het is aan te raden om zelf alvast de stappen door te lopen, zodat je bekend bent met de omgeving van Leeromgeving in kaart en KennisnetWijzer. Je kunt er ook voor kiezen om zelf de stappen te doorlopen en al een eerste invulling te maken van hoe jij denkt dat de digitale leeromgeving eruit ziet. Je kunt altijd weer terugkeren naar een al eerder doorlopen sessie in KennisnetWijzer, dus zo kun je later met de groep werken in dezelfde sessie waar jij al een begin in hebt gemaakt. Dit kan tijd schelen tijdens de sessie met de groep, maar kan ook de opbrengt van nieuwe inzichten verlagen doordat andere deelnemers mogelijk minder gaan nadenken. Zorg daarom altijd dat er voldoende ruimte is voor deelnemers om een eigen inbreng te geven. Uiteindelijk is het afhankelijk van je vraagstuk of het handig is om zelf alvast een vooringevuld model te presenteren.
- Zorg dat je de ict voorzieningen op orde hebt om een sessie met een groep te organiseren.
Het is belangrijk dat alle deelnemers het scherm goed kunnen zien. Wanneer je fysiek bij elkaar zit, zorg dan voor een device waarmee meerdere mensen tegelijk naar het scherm kunnen kijken. Een digibord of presentatie scherm is bijvoorbeeld handig om te gebruiken, mits de resolutie groot genoeg is. Test dit van tevoren uit. Wanneer je op afstand een sessie organiseert, zorg dan dat je je scherm kunt delen en dat de internetverbinding sterk genoeg is om het beeld goed over te laten komen.
Aan de slag
In het kort
Leeromgeving in kaart bestaat uit 4 stappen die je met elkaar doorloopt. Elke stap heeft een specifiek doel en een eigen venster waarin je input kunt geven.
-
Stap 1: Starten met Leeromgeving in kaart
Hierin bepaal je met elkaar welk vraagstuk je centraal stelt in de volgende stappen en voor welke situatie je de digitale leeromgeving in kaart wil brengen. Dit zorgt dat alle deelnemers weten aan welk doel en binnen welke context wordt gewerkt tijdens de volgende stappen.
-
Stap 2: Taken selecteren
Tijdens deze stap selecteer je taken die je meeneemt naar de volgende stap in deze sessie. In stap 2 kun je alvast een aantal voorbeeldmatige taken selecteren, waardoor het makkelijker wordt om stap 3 uit te voeren. Je hoeft dan als het ware niet meer op een ‘blanco canvas’ te beginnen.
-
Stap 3: De digitale leeromgeving invullen
In deze stap zie je het model van de digitale leeromgeving dat je nu kunt gaan invullen. De voorbeeldmatige taken die in stap 2 zijn geselecteerd staan al bij het bijpassende proces. In de sessie zal de meeste nadruk liggen op deze stap. Het is belangrijk dat er genoeg ruimte is om, naast het invullen van applicaties, taken en processen, met elkaar in gesprek te gaan over wat wordt ingevuld en waarom.
-
Stap 4: Evaluatie
Als laatste stap ga je met elkaar evalueren en verzamel je de inzichten die in de voorgaande stappen zijn opgedaan. Deze stap is om de sessie met Leeromgeving in kaart goed af te ronden, maar ook om een aantal duidelijke vervolgstappen met elkaar te formuleren.
Stap 1: Starten met Leeromgeving in kaart
In stap 1 vul je drie vragen in:
-
Wat is de naam van de school of scholengroep?
-
Wat is de situatie van de leeromgeving die je in kaart wilt brengen?
-
Wat is het centrale vraagstuk dat je wilt onderzoeken?
De eerste twee vragen beschrijven de context. Afhankelijk van het centrale vraagstuk kun je bepalen of het zinvol is om schooloverstijgend de digitale leeromgeving in kaart te brengen of dat je dit per school doet. In de tweede vraag kun je dit nog verder specificeren. Zo kun je bijvoorbeeld benoemen dat je hier de huidige situatie in kaart brengt, of juist de wenselijke situatie. Soms gaan veranderingen in het onderwijs over een specifiek leerjaar of niveau en wil je daarom de digitale leeromgeving alleen voor deze situatie in kaart brengen. Probeer hier zo concreet mogelijk de context te beschrijven. Dit helpt om alle deelnemers vanuit hetzelfde perspectief de digitale leeromgeving in kaart te brengen. Daarnaast kun je later in de rapportage nog goed teruglezen waar deze digitale leeromgeving over gaat.
De laatste vraag gaat over het centrale vraagstuk. Zorg dat alle deelnemers het eens zijn over welk vraagstuk hier wordt ingevuld, want dit draagt bij aan de focus in de volgende stappen.
Onthoudt dat je altijd weer kunt terugkeren naar stap 1 om eventueel wijzigingen te maken in deze antwoorden.
Scherm bij stap 1 van Leeromgeving in kaart
Stap 2: Taken selecteren
In stap 2 worden verschillende taken genoemd die kunnen voorkomen binnen de context van de digitale leeromgeving. Deze taken staan geclusterd onder het proces (de dikgedrukte tekst) waar ze bij horen.
Zorg dat je in dialoog gaat bepalen welke processen een relatie hebben met het centrale vraagstuk. Zodoende kun je deze processen geselecteerd laten en niet relevante processen deselecteren. Eventueel kun je specifieke taken nog (de)selecteren.
De taken zijn bedoeld om alvast een begin te maken met het invullen van de digitale leeromgeving, zodat je niet zelf alle taken nog hoeft te bedenken. Bedenk wel dat deze taken voorbeeldmatig zijn en dat deze lijst niet uitputtend is.
Het is niet de bedoeling om in deze stap al een uitgebreide discussie te hebben over welke taken nou wel of niet passen bij het vraagstuk. Wanneer er te lang wordt stilgestaan bij een proces of taak kun je als begeleider besluiten om deze geselecteerd te laten. Dan hoeft de discussie pas plaats te vinden in stap 3 en dan heb je meer mogelijkheden om de taak te specificeren.
Let op: Alles wat je selecteert (en dus meeneemt naar stap 3) kun je in stap 3 nog aanpassen of weggooien. Daarentegen kun je in stap 2 geen wijzigingen meer maken, nadat je op ‘volgende stap’ hebt geklikt. Twijfel je of je een taak wil meenemen naar stap 3? Dan is het handiger om de taak te selecteren, want dan kun je in stap 3 altijd nog besluiten de taak weer te verwijderen.
Wanneer je ter voorbereiding al de stappen hebt doorlopen of wanneer je op een later moment terug gaat naar deze sessie, dan kun je de selectie van stap 2 dus niet meer aanpassen. In dat geval kun je tijdens de sessie stap 2 simpelweg overslaan.
Scherm bij stap 2 van Leeromgeving in kaart
Stap 3: De digitale leeromgeving invullen
Deze stap biedt een interactief model van de digitale leeromgeving. De taken die in stap 2 zijn geselecteerd zijn als losse ‘kaartjes’ toegevoegd aan de desbetreffende processen van de digitale leeromgeving. Tijdens deze stap ga je werkelijk de ‘leeromgeving in kaart’ brengen door steeds drie vragen te beantwoorden:
-
Welke applicatie (software) wordt gebruikt voor het uitvoeren van de taak?
-
Wat is deze taak?
-
Binnen welk proces valt deze taak?
Deze vragen zie je terug wanneer je een kaartje gaat toevoegen of wanneer je een kaartje gaat aanpassen . De taken die al zijn toegevoegd kun je gaan bewerken door er een applicatienaam aan toe te voegen, eventueel de taak aan te passen en eventueel het proces te veranderen. Zo kan het ook voorkomen dat je de beschrijving van een taak verder wil specificeren, zodat deze beter aansluit bij de applicatie.
Hiermee moet je rekening houden bij het begeleiden van stap 3:
-
Deze stap biedt geen standaard manier of volgorde waarin je deze vragen gaat beantwoorden. Je kunt zelf bepalen waar je begint met het verder aanvullen. Hier kun je als begeleider dus sturing aan geven. Verken in de voorbereiding de verschillende manieren met dit interactieve model werken.
-
Deze stap kan in het begin overweldigend zijn door de vele kaartjes die al zijn ingevuld. Start daarom simpel door de applicatienaam in te vullen bij taken waarvan je vrij makkelijk al weet welke applicatie dit is. Dit kun je ook aan de deelnemers vragen.
-
Hou bij het invullen rekening met het centrale vraagstuk. Je kunt eventueel terug navigeren naar de eerdere stappen om het centrale vraagstuk er nog even bij te pakken of aan te scherpen. Alle inbreng van stap 3 blijft gewoon bewaard zoals je deze achterlaat. (Navigeer terug via de knoppen binnen Leeromgeving in kaart en niet via de internetbrowser.)
-
Alleen de processen in dit model zijn niet te wijzigen. Mocht het toch voorkomen dat je een kaartje bij geen enkel proces vindt passen of deze keuze nog wil uitstellen, dan is onderaan het model bij ‘overig’ de ruimte om dit kaartje te plaatsen.
-
Wanneer je de sessie met andere deelnemers uitvoert, zorg er dan voor dat iedereen in staat is om hier input voor te geven. Vraag eventueel specifieke deelnemers om hun inbreng.
-
Het is belangrijk dat er genoeg ruimte is om, naast het invullen van applicaties, taken en processen, met elkaar in gesprek te gaan over wat wordt ingevuld en waarom. Dit levert juist de inzichten op die waardevol zijn voor het centrale vraagstuk.
-
Wanneer er nuttige inzichten, vragen of discussiepunten ontstaan gedurende het invullen kun je als begeleider ook naar de stap 4 navigeren, zodat je dit hier alvast kunt documenteren. Het is altijd mogelijk om tussen de stappen te navigeren zonder dat wat is ingevuld verloren gaat (met uitzondering van stap 2).
Je bent klaar met stap 3 wanneer je als groep vindt dat het model de digitale leeromgeving representeert binnen de context van het centrale vraagstuk en de situatie die je in stap 1 hebt beschreven.
Scherm bij stap 3 van Leeromgeving in kaart
Stap 4: Evaluatie
In deze laatste stap van Leeromgeving in kaart ga je als groep reflecteren en haal je de belangrijkste inzichten op die zijn ontstaan tijdens het invullen van de digitale leeromgeving. De reflectie helpt om te weten hoe je het centrale vraagstuk verder kunt onderzoeken en beantwoorden. Zo kan het bijvoorbeeld zinvol zijn om de inzichten nog te delen met andere collega’s die niet aanwezig waren tijdens de sessie of weet je welke vragen je nog moet stellen aan een leverancier om het vraagstuk verder op te lossen. De inzichten, vervolgacties en openstaande vragen die worden opgeschreven hebben dus altijd een relatie met het centrale vraagstuk.
Door het gesprek tijdens stap 3 kunnen er ook al momenten ontstaan waarbij een inzicht, actie of vraag in relatie tot het centrale vraagstuk wordt benoemd. Je kunt als begeleider dan alvast deze noteren in het venster van stap 4. Na afronding van stap 3 is het altijd zinvol om de eerder opgeschreven inzichten met elkaar langs te lopen.
Scherm bij stap 4 van Leeromgeving in kaart
Na stap 4 kun je de rapportage downloaden. De rapportage is een PDF waarin je alles dat tijdens de sessie is ingevuld terugvindt, inclusief het ingevulde model van de digitale leeromgeving. Wanneer je bent ingelogd kun je ook altijd nog terugkeren naar de sessie om aanpassingen te maken en daarna opnieuw een rapportage downloaden.
In deze voorbeeldrapportage kun je zien wat het resultaat is van Leeromgeving in kaart.
Hoe verder?
Leeromgeving in kaart zal geen concreet antwoord opleveren op het centrale vraagstuk, maar biedt nieuwe informatie om verdere stappen te zetten in het proces. Deze stappen zijn afhankelijk van het vraagstuk en de situatie.
In de publicatie over de digitale leeromgeving worden een aantal voorbeelden gegeven die kunnen helpen bij het vormgeven van het verdere proces. Heb je vragen over Leeromgeving in kaart of wil je meer uitleg en ondersteuning bij het proces, neem dan contact op met support@kennisnet.nl.