Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Welkom

Welkom terug
Welkom terug

Hallo beste leerling,

Welkom op deze webpagina. Hopelijk heb je er een beetje zin in!

Vandaag gaan we het hebben over de persoonsvorm, en dan met name over de persoonsvorm in tegenwoordige tijd. Want hoe vervoeg je die? Welke uitgangen zijn er allemaal? Welke uitzonderingen zijn er?

Dat leer je allemaal in deze les. Er zijn namelijk verschillende onderdelen waar jij doorheen gaat lopen om deze les met succes af te sluiten:

  1. Onder andere maak je een instaptoets: weet je nog wat de persoonsvorm was en waar de persoonsvorm staat?
  2. Vervolgens ga je aan de slag met de theorie van vandaag. Je krijgt een stukje uitleg en verschillende oefeningen.
  3. Ook zit er een kennisclip in deze les. Hierin wordt er kort alles uitgelegd in een filmpje. Soms werkt een beeld beter dan geschreven woorden ;)
  4. Snap je het nog niet helemaal? Geen probleem, kijk gerust de uitlegfilmpjes.
  5. Wil je extra uitdaging? Maak dan ook de oefeningen over de persoonsvorm in verleden tijd.
  6. Als laatst is er een eindtoets waarin je jezelf kunt testen of je het allemaal snapt.

 

De leerdoelen van vandaag zijn:

  • Aan het eind van de les weet je wat de persoonsvorm is en wat de persoonsvorm inhoudt.
  • Aan het eind van de les kun je de persoonsvorm in tegenwoordige tijd herkennen en op de juiste manier vervoegen

 

Hopelijk kan je zelfstandig met deze pagina aan de slag! Heel veel succes.

 

Met vriendelijke groet,

Jullie docent Mevr. Schenk

Docent Nederlands,

Helinium te Hellevoetsluis

Zet hem op!
Zet hem op!
Hmm...een -t erbij? Hoe zit het nou?
Hmm...een -t erbij? Hoe zit het nou?

Instap toets: weet je het nog?

De persoonsvorm : OPFRISSER

Voordat je met de theorie van vandaag aan de slag gaat, moet je eerst even terugdenken: weet jij nog wat de persoonsvorm is? Wat hield de persoonsvorm ook alweer in? Waaraan is de persoonsvorm te herkennen?

Met deze instaptoets kan je er zelf achterkomen of je het nog allemaal weet. Weet je het niet meer of heb je de toets niet zo goed gemaakt? Dan heb je een opfrisser nodig! Kijk dan even naar het bijgevoegde filmpje onder de toets.

Als je klaar bent met de instaptoets en je weet alles weer, kan je verder naar de volgende pagina.

Succes!

Heb je de instaptoets nou niet gehaald? Kijk dan naar dit filmpje hieronder. Hierin wordt nog even in het kort uitgelegd wat de persoonsvorm is en hoe je de persoonsvorm kunt vinden.

Wat is ook alweer de persoonsvorm?

Uitleg

De persoonsvorm vervoegen

Nu je weer weet hoe je de persoonsvorm kunt vinden gaan we door naar het volgende onderdeel. De persoonsvorm vervoegen in tegenwoordige tijd. Het is daarbij belangrijk dat je goed weet wanneer een werkwoord de persooonsvorm is en wanneer niet. Kijk naar de volgende zin:

Vanwege een zieke, moeten wij vandaag onze afspraak afzeggen. 

Het is dus van belang dat je echt goed weet wanneer een werkwoord een persoonsvorm is en wanneer niet. Als je de persoons vorm weet te vinden volgen er daarna een aantal stappen om de persoonsvorm te vervoegen.

 

Stap 1: Vind de stam

  • De stam vind je door van het hele werkwoord -en eraf te halen.
    • We nemen even het werkwoord fietsen. Als ik er -en vanaf haal dan houd ik het werkwoord fiets over. Dat is de stam.

Stap 2: Heb je dan gelijk de ik-vorm?

  • Soms wel. Met het werkwoord fietsen heb je gelijk de ik-vorm. Het is namelijk ik fiets, maar dat is niet altijd zo.
    • Kijk maar eens naar dit voorbeeld met het werkwoord verassen. Als je hiervan de stam gaat maken, krijg je het werkwoord verass. Dat is absoluut niet de ik-vorm. je zegt namelijk niet ik verass. Om de ik-vorm te maken moet je in dit geval de extra -s aan het eind weghalen. Dan houd je de ik-vorm over > ik verras
      • Onthoud dus dat je niet altijd gelijk de ik-vorm hebt nadat je de stam hebt gemaakt!

Stap 3: Nu je weet wat de ik-vorm is kan je het werkwoord vervoegen. Hiervoor is er een heel handig tabelletje dat je altijd kunt gebruiken.

Open bestand Vervoegen van persoonsvorm in tegenwoordige tijd tabel

Om het schema te kunnen gebruiken, moet je dus wel goed weten wat het onderwerp is van de zin. Als je het onderwerp hebt gevonden en hebt bepaald of het onderwerp enkelvoud of meervoud is, kan je in het tabelletje kijken welke uitgang erachter komt.

Uitzonderingen

Uiteraard zijn er ook een aantal uitzonderingen:

1. Staat ik of jij ACHTER de persoonsvorm, dan krijg je altijd de ik-vorm.

  • Denk bijvoorbeeld aan deze zin: Bij regenachtig weer ga jij meestal met de auto.
    • Hier staat de persoonsvorm (ga) voor het onderwerp (jij). Dan schrijf je de ik-vorm.

2. Een werkwoord in de tegenwoordige tijd kan alleen op een d eindigen, als de stam van het werkwoord op een d eindigt. 

  • Denk bijvoorbeeld aan het werkwoord branden. Je zou denken dat bij jij brandt de dikgedrukte -t niet nodig is, omdat je hem al hoort. De -t moet er wel achter! 
    • Twijfel je of er een extra -t achter zo'n soort werkwoord (branden, worden, vinden) moet, gebruik dan het werkwoord lopen en vervoeg dit werkwoord. Hoor je de -t? Dan schrijf je die ook achter de werkwoorden eindigend met de stam op een -d.

3. Zit er in het werkwoord al een-t geschreven, dan schrijf je in de jij-vorm en hij-vorm GEEN extra -t.

  • Het is bijvoorbeeld: jij moet en NIET jij moett.

Oefeningen

Nu je weet hoe je de persoonsvorm in tegenwoordige tijd kunt vervoegen is het natuurlijk tijd om dat ook te laten zien. Hier staan een aantal oefeningen die je gaat maken aan de hand van de theorie.

Er zitten verschillende soort vragen tussen. Het is de bedoeling dat je deze nu gaat maken. Als je iets niet snapt kun je altijd terugvallen op de theorie in de voorgaande paragrafen of bekijk nog eens de uitlegfilmpjes.

Extra's

Extra hulp: Alles in een filmpje uitgelegd

Sommige leerlingen hebben moeite met het begrijpen van de theorie in woorden. De ene leerling leert namelijk handiger door de theorie te lezen, de andere leerling leert handiger door iets te zien. Misschien ben jij er wel een van die het liever in filmvorm ziet. Een beeld blijft toch altijd op een net soort andere manier hangen in het geheugen. Daarvoor zijn deze kennisclips.

De eerste video gaat over de persoonsvorm in het algemeen: wat was de persoonsvorm ook alweer en hoe vind je de persoonsvorm?

De tweede video gaat over de theorie die aansluit op deze online les: hoe vervoeg je de persoonsvorm in tegenwoordige tijd? Welke uitzonderingen zijn er?

In beide filmpjes wordt alles nog eens even duidelijk uitgelegd aan de hand van een korte video, maar dan een stuk langzamer en met veel voorbeelden. Kijk deze videos gerust als je de theorie niet helemaal snapt, maar je kan hem ook zeker even bekijken als je nog eens even alles op een rijtje wil hebben. Het enige wat jij hoeft te doen is te kijken en te luisteren.

De persoonsvorm vinden

Persoonsvorm in tegenwoordige tijd vervoegen

Quizzes en spelletjes

Ook is het natuurlijk leuk om een actief spelletje te spelen. Hoe goed ken jij nu al de theorie? Kan je die onder tijdsdruk in praktijk brengen? Met deze twee leuke quizzes kan jij jezelf testen. Deze quizzes zijn bedoeld voor de individuele leerling. De leerling kan de quiz met een bepaalde deadline op eigen tempo doorlopen.

Eentje is gemaakt met Kahoot. Hierin moet je verschillende keren de juiste persoonsvorm aanklikken of moet je goed nadenken met een true/false vraag.

De ander is gemaakt met Socrative waarin je een quiz maakt. Wie heeft er alle antwoorden goed? Probeer de juiste persoonsvormen te vinden met de juiste uitgangen.

 

Kahoot: persoonsvorm in tegenwoordige tijd
Kan jij razendsnel de juiste persoonsvorm aanklikken? Weet jij hoe je persoonsvorm snel moet vervoegen? Of het antwoord op de bekende waar/niet waar vraag? Test het. Hoe ga je dat doen? 1. Open een nieuw tabblad 2. kopieer bovenstaande link 3. Nu kan je jezelf opgeven als gast speler 3. Vul je naam in 4. Aan de slag!

Socrative: persoonsvorm vervoegen in tegenwoordige tijd
Hoe goed ken jij nu de theorie? Weet jij de juiste persoonsvorm in tegenwoordige tijd aan te klikken? Elke keer bij een goed antwoord kom jij een punt verder. Wie heeft dalijk de meeste vragen goed? Hoe ga je dit doen? 1. Open een nieuw tabblad 2. Ga naar www.socrative.com 3. Voer deze code in: SCHENK1409 4. Voer je naam in en aan de slag

Verdieping: verleden tijd

Zo, dus jij wil voor de verdieping gaan? Heel goed! Kijk eens naar deze zin. Wat valt je op?

En had je het goed?

 

Deze verdieping gaat namelijk over het vervoegen van de verleden tijd van de persoonsvorm. Er zijn namelijk ook zinnen waarin iets al is gebeurd. Hierbij moet je rekening houden met:

  1. Sterke werkwoorden: werkwoorden die van klank veranderen in de verleden tijd. Denk dan aan het werkwoord lopen: ik loop - ik liep.
  2. Zwakke werkwoorden: werkwoorden die niet van klank veranderen en eindigen in de verleden tijd op -te of -de.

In deze paragraaf gaan we het hebben over de zwakke werkwoorden.

De lesdoelen van deze paragraaf:

  • Aan het eind van deze verdiepende paragraaf kun je de persoosnvorm in een willekeurige zin vervoegen op de juiste wijze.
  • Aan het eind van deze verdiepende paragraaf kun je het hulpmiddel 't kofschip op de juiste wijze gebruiken om de juiste uitgang te vinden bij de persoosnvorm in verleden tijd.

De persoonsvorm in verleden tijd vervoegen

Net als in de tegenwoordige tijd bestaat er een vast stappenplan met bijpassend schema om de persoonsvorm op de juiste manier te vervoegen in verleden tijd.

 

Stap 1: Zoek de stam van het werkwoord

Stap 2: Soms kan je horen of je -te of -de achter de stam moet plakken. Soms niet. Maar wat doe je dan?

  • Extra stapje: Gebruik 't kofschip. Zit de laatste letter van de stam in 't kofschip ( dus: t, k, f, s, ch, p)? Dan komt er -te achter. Anders -de.

Stap 3: plak de juiste uitgang achter de ik-vorm

Stap 4: onderwerp zoeken + juiste uitgang opschrijven

 

In het document hieronder vind je het vaste schema over de uitgangen. ook staan er een paar voorbeelden bij. Bestudeer dit document voordat je de opdracht kunt maken.

Open bestand Persoonsvorm vervoegen van zwakke werkwoorden in verleden tijd

Uitzonderingen

Uiteraard zijn er ook een aantal uitzonderingen bij het vervoegen van de pv in VT. Gebruik hiervoor dit korte filmpje. Hierna kan je verder met de oefening.

Succes!

Uitzonderingen van de persoonsvorm in verleden tijd

Eindtoets

Zo, je hebt alle theorie gehad! Super goed gedaan. Natuurlijk bestaat er ook een moment om je kennis te testen in praktijk. Dit is de eindtoets.

De toets bestaat uit 13 vragen, waarvan een aantal meerkeuze en een aantal openvragen. Ook zitten er 2 bonusvragen in voor extra punten.

In totaal kan je 54 punten behalen.

 

Heel veel succes! Je kunt het!

Groetjes,

Mevrouw Schenk

Eindtoets

Bronnen

Afbeeldingen

Welkom terug

Zet hem op!

Hmm...een -t erbij? Hoe zit het nou?

Vraag

Persoonsvorm

Uitzondering

Vraagteken

You got it

Theorie

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Persoonsvorm verleden tijd

Persoonsvorm verleden tijd

Kennisclips en video's

Kennisclip: wat is ook alweer de persoonsvorm?

Kennisclip: de persoonsvorm vinden

Kennisclip: persoonsvorm in tegenwoordige tijd vervoegen

Kennisclip: uitzonderingen van de persoonsvorm in verleden tijd