Stijlfiguren

Stijlfiguren

Welkom

Welkom klas 2h3 en 3h2,

Jullie gaan volgende week de oefentoets van 'stijlfiguren' maken. Deze pagina geeft een extra steuntje in de rug, waardoor jullie de de theorie van dit blok kunnen dromen. In het menu vind je allerlei begrippen met een uitleg. Onder het kopje ' Hoe kan ik het beste leren?' kan je bijvoorbeeldoefenen met Quizlet. Daar kan je gebruik maken van leerkaarten en invulopdrachten, zodat je met verschillende opdrachten aan de slag kan gaan. Daarnaast kan je jezelf ook extra uitdagen door de wat moeilijkere oefeningen van Quizlet te maken.

 

Wat zijn de leerdoelen voor vandaag?

1) Aan het einde van de les weet wat de begrippen stijl, stijlfiguren en beeldspraak betekenen.

2) Aan het einde van de les weet je verschillende vormen van stijlfiguren en beeldspraak te benoemen.

3) Aan het einde van de les kun je de behandelde begrippen in een tekst herkennen.

 

 

 

We bespreken de stof van deze pagina eerst in de les en daarna gaan jullie zelf thuis leren voor de toets. Je mag altijd een mail sturen wanneer je ergens niet uitkomt.

 

Veel succes en plezier! Jullie kunnen het!

 

Met vriendelijke groet,

Mevrouw Parlevliet

 

Wat weet je al over stijlfiguren?

Maak een notitie aan door twee keer op de muur te klikken. Wat is het eerste waar je aan denkt bij het horen van het begrip 'stijlfiguren' ?

 

Gemaakt met Padlet

 

Stijl en stijlfiguren

 

Stijl

Een stijl is de manier waarop een persoon ( de schrijver) zich op een schriftelijke manier uitrukt. Dit is de manier waarop hij of zij schrijft. Doet hij dat bescheiden, arrogant, zakelijk of juist precies hoe hij het zelf uitspreekt? Er zijn ontzettend veel stijlen die een schrijver kan gebruiken. Wat is jouw schrijfstijl?

 

 

Stijlfiguren                  

Stijlfiguren zijn effecten die een schrijver aan zijn tekst toevoegt, waardoor hij indruk maakt op de lezer. Dit kan bijvoorbeeld door een bepaalde situatie, gevoel of omschrijving van iets op een andere manier te verwoorden. Neem een gedicht als voorbeeld. Er wordt in deze geschreven teksten bijvoorbeeld vaak gebruik gemaakt van beeldspraak. Dit begrip valt onder de stijlfiguren, maar wat is dat nu eigenlijk?  Aan de linker kant van het scherm kan je een menu vinden met allemaal begrippen. Wil je ergens wat meer over weten of denk je dat je het weet en wil je het even checken of je het goed hebt? Klik dan op een van deze vakjes.

 

 

 

 

 

 

 

 

Beeldspraak

De uitleg van beeldspraak

 

Beeldspraak is dus een stijlfiguur. Een stijlfiguur dat een schrijver gebruikt om een beeld te schetsen bij wat hij nu eigenlijk bedoeld. Hij zegt iets niet letterlijk, maar figuurlijk. Denk hier bijvoorbeeld aan vergelijkingen en personificatie.

 

 

Voorbeeldzinnen :

 

Vegelijkingen met als " "Zo gek als een deur." of " Zo groen als een marsmannetje.".

Vergelijking zonder als -> metafoor -> "Ze zingt de sterren van de hemel."

 

Zoals je ziet geeft de schrijver menselijke emoties en eigenschappen aan de wolk. Stiekem zit daar ook wat beeldspraak in verwerkt. Een wolk kan niet huilen, maar we snappen wel dat het hier gaat om een regenwolk. Daarnaast kan het object helemaal geen beslissingen maken en besluiten om weg te gaan. Als je de personificatie nu  letterlijk zou moeten opschrijven, krijg je zoiets van " De regenwolk waait voorbij.".

Filmpje beeldspraak

Het kan zo zijn dat je de uitleg van personificatie en de vergelijkingen nog niet helemaal snapt. Als dat zo is, kan je de video's hieronder bekijken. Er worden hier duidelijke voorbeelden gegeven, zodat je een beter beeld bij de begrippen krijgt.

 

Begrippen

Tegenstellingen

 

Dit is een stijlfiguur waarbij er twee elementen met een tegenovergestelde betekenis in een zin voorkomen. Het klinkt moeilijk, maar dat is het eigenlijk niet. Kijk maar naar de voorbeelden hieronder. Een tegenstelling kan deze signaalwoorden in de zin hebben staan;

maar, daarentegen, daartegenover.

 

 

1)   Roos is blij, maar Kim is boos.

2)  Kevin houdt van leren, Sara daartegenover speelt liever voetbal.

 

Bij voorbeeld 1 zie je de (elementen) gedeelten van de zin " Blij" en "Boos" voorkomen. Deze gevoelens zijn water en vuur en betekenen het tegenovergestelde van elkaar. Dit is dus een tegenstelling. Je ziet hetzelfde weer terug bij voorbeeld 2. De ene persoon vindt het leuk om te leren en de ander niet. Ze speelt liever voetbal dan dat ze leert. Ook hier is er sprake van een tegenstelling.

 

Eufemisme

Wat is eufemisme?

Wil je iets zeggen, maar niet gemeen overkomen of iemand irriteren? Dan kan je wel eens gebruik maken van eufemisme. Je gebruikt een manier die de boodschap verzacht.. Zo komt het minder erg over dan at het is.

 

Voorbeeld 1

Je staat op het station van Den Haag centraal en wacht op de trein. Dan hoor je plotseling de omroep:

" Reizigers van Den Haag centraal naar Rotterdam centraal moeten rekening houden met een extra reistijd van minimaal 25 minuten."

Dat bericht maakt je best gestrest, want je komt nu te laat op school.

Extra reistijd = vertraging

Het woord dat is gebruikt om aan te geven dat er vertraging is, klinkt positiever.

 

Voorbeeld 2

Thijs is een werkzoekende.

Werkzoekende= geeft aan dat Thijs geen baan heeft. Hij is werkloos en zoekt naar een baan. Ook hier zie je weer dat het eufemisme de betekenis verzacht.

 

Herhaling en opsomming

Herhaling

Woorden of zinnen worden herhaald of hetzelfde wordt meerdere keren gezegd, maar telkens net iets anders. Het komt wel op hetzelfde neer.

 

Voorbeeld 1

Rommel, rommel en nog meer rommel.

 

Voorbeeld 2:

Dat is leuk, echt heel erg leuk.

 

Je ziet telkens hetzelfde woord terugkomen. De schrijver herhaald zichzelf.

 

Opsomming

Het woord 'opsomming' zegt het eigenlijk al. Er worden dingen opgesomd.

 

Voorbeeld:

Erik gaat boodschappen doen en krijgt een Appje van zijn moeder, wanneer hij in de supermarkt staat. Ze zet alles even op een rijtje

 

" Ik ga ook nog Griekse sla maken. Wil je alsjeblieft een komkommer, ijsbergsla, basilicum, 2 tomaten en olijvenolie meenemen?"

 

De moeder van Erik maakt hier een opsomming van aan paar ingrediënten die ze nodig heeft.

 

 

Overdrijving en understatement

 

Overdrijving

De spreker of schrijver brengt het erger over dan dat het werkelijk is.

" Ik voel me net zoals een zombie."

" Waarom ben je zo laat? Ik sta nu al een eeuw te wachten!"

" Dat heeft de docent nu al miljoen keer gezegd."

 

 

Understatement

Dit is het tegenovergestelde van overdrijven. Men kiest er bewust voor om iets minder erg te laten overkomen, zodat het een spottend effect krijgt.

 

" De Duitse soldaten waren niet zo vriendelijk tijdens de Tweede Wereldoorlog."

 

Een understatement en het eufemisme lijken erg op elkaar. Hoe kan je deze twee begrippen uit elkaar halen? Bij een eufemisme verzachten ze de boodschap, maar is het niet de bedoeling om te spotten ( Zie eufemisme) . Dat is bij een understatement wel het geval. Weet je niet zo goed wat er wordt bedoeld met spotten? Klik dan op de begrippen ' ironie' en 'sarcasme'.

 

Ironie en sarcasme

Ironie

Bij ironie wordt er iets op een spottende manier geschreven, maar is het niet de bedoeling om iemand te kwetsen. Men gebruikt dit vaak om het tegenovergestelde te zeggen van wat er bedoeld wordt.

 

Voorbeeld:

Sara komt helemaal doorweekt het klaslokaal binnengestormt. Het heeft geregend en haar mascara is helemaal uitgelopen. De docent kan wel begrijpen waarom ze te laat is aangekomen. Hij wijst naar een vrije tafel en zegt: " Ga maar zitten Sara. Wat is het toch een lekker weertje vandaag."

 

 

Sarcasme 

Je voelt het al aankomen. Sarcasme gaat het veel verder dan ironie. Het is hier wel de bedoeling om een bijtende, spottende opmerking te maken. Je kan hier ook mensen mee kwetsen.

 

Voorbeeld:

Maarten laat zijn rapport aan zijn moeder zien. Hij heeft veel onvoldoendes en ze is er duidelijk niet blij mee.

" Wat ben je toch een slimme jongen. Je krijgt later vast een goede baan.".

 

Je krijgt de rillingen wanneer je dit leest. Het sarcasme straalt er vanaf en Maarten voelt zich sowieso gekwetst. Dat is ook duidelijk de bedoeling geweest. Bij ironie is dat niet zo. Daar kan je het verschil aan herkennen.

 

 

Hoe kan ik het beste leren?

 

Wil je de begrippen oefenen? Scrol dan naar beneden om dat te doen. Bij Quizlet kan je met kaarten oefenen en jezelf testen. Het maakt niet uit hoe je leert, zolang je het maar begrijpt en uiteindelijk weet toe te passen.

 

Stap 1 : Leer de begrippen met behulp van flashcards:

 

 

Stap 2: koppel een begrip aan de betekenis :

Test jezelf

 

 

 

 

 

 

 

 

Extra oefenen

Je hebt de website bekeken. Heb je nog moeite met sommige onderdelen? Maak eerst de onderstaande opdrachten onder de uitleg van het begrip. Wil je toch nog wat extra oefenen? Klik dan op de begrippen die hieronder staan.

 

Tegenstellingen  Eufemismen

Vergelijkingen en personificatie

 

 

Extra uitdaging

Het kan ook zo zijn dat je alles al begrijpt. Wil je juist meer uitdaging krijgen en wat nieuws leren? Klik dan op de oefeningen die hieronder staan. 

Tip: lees de theorie eerst door, voordat je de opdrachten maakt. 

 

vergelijking, metafoor, personificatie, metonymia en synesthesieHerken de vormen van beeldspraak

 

 

Oefentoets

Maak de oefentoets. Veel succes!

Let op : Je krijgt het cijfer van eerste ingeleverde versie.

 

 

 

Kahoot

Speel de Kahoot quiz !  

Klik op deze link voor de Kahootquiz

Bronnen

  • Het arrangement Stijlfiguren is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    N.L Parlevliet Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2021-01-27 21:33:28
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze Wikiwijs is gericht aan 4 mavo, 2 havo en drie havo klassen. Het is natuurlijk geen probleem als je uit een andere klas komt en nieuwsgierig bent. Iedereen is welkom!
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    stijlfiguren beeldspraak

    Bronnen

    Bron Type
    Klik op deze link voor de Kahootquiz
    http://https://create.kahoot.it/share/stijlfiguren-en-beeldspraak/d3982456-424c-4b25-8c03-703df8f3cb86
    Link
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Beeldspraak

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Versie 2.1 (NL)

    Versie 3.0 bèta

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.