Jullie gaan volgende week de oefentoets van 'stijlfiguren' maken. Deze pagina geeft een extra steuntje in de rug, waardoor jullie de de theorie van dit blok kunnen dromen. In het menu vind je allerlei begrippen met een uitleg. Onder het kopje ' Hoe kan ik het beste leren?' kan je bijvoorbeeldoefenen met Quizlet. Daar kan je gebruik maken van leerkaarten en invulopdrachten, zodat je met verschillende opdrachten aan de slag kan gaan. Daarnaast kan je jezelf ook extra uitdagen door de wat moeilijkere oefeningen van Quizlet te maken.
Wat zijn de leerdoelen voor vandaag?
1) Aan het einde van de les weet wat de begrippen stijl, stijlfiguren en beeldspraak betekenen.
2) Aan het einde van de les weet je verschillende vormen van stijlfiguren en beeldspraak te benoemen.
3) Aan het einde van de les kun je de behandelde begrippen in een tekst herkennen.
We bespreken de stof van deze pagina eerst in de les en daarna gaan jullie zelf thuis leren voor de toets. Je mag altijd een mail sturen wanneer je ergens niet uitkomt.
Maak een notitie aan door twee keer op de muur te klikken. Wat is het eerste waar je aan denkt bij het horen van het begrip 'stijlfiguren' ?
Stijl en stijlfiguren
Stijl
Een stijl is de manier waarop een persoon ( de schrijver) zich op een schriftelijke manier uitrukt. Dit is de manier waarop hij of zij schrijft. Doet hij dat bescheiden, arrogant, zakelijk of juist precies hoe hij het zelf uitspreekt? Er zijn ontzettend veel stijlen die een schrijver kan gebruiken. Wat is jouw schrijfstijl?
Stijlfiguren zijn effecten die een schrijver aan zijn tekst toevoegt, waardoor hij indruk maakt op de lezer. Dit kan bijvoorbeeld door een bepaalde situatie, gevoel of omschrijving van iets op een andere manier te verwoorden. Neem een gedicht als voorbeeld. Er wordt in deze geschreven teksten bijvoorbeeld vaak gebruik gemaakt van beeldspraak. Dit begrip valt onder de stijlfiguren, maar wat is dat nu eigenlijk? Aan de linker kant van het scherm kan je een menu vinden met allemaal begrippen. Wil je ergens wat meer over weten of denk je dat je het weet en wil je het even checken of je het goed hebt? Klik dan op een van deze vakjes.
Beeldspraak
De uitleg van beeldspraak
Beeldspraak is dus een stijlfiguur. Een stijlfiguur dat een schrijver gebruikt om een beeld te schetsen bij wat hij nu eigenlijk bedoeld. Hij zegt iets niet letterlijk, maar figuurlijk. Denk hier bijvoorbeeld aan vergelijkingen en personificatie.
Voorbeeldzinnen :
Vegelijkingen met als " "Zo gek als een deur." of " Zo groen als een marsmannetje.".
Vergelijking zonder als -> metafoor -> "Ze zingt de sterren van de hemel."
Zoals je ziet geeft de schrijver menselijke emoties en eigenschappen aan de wolk. Stiekem zit daar ook wat beeldspraak in verwerkt. Een wolk kan niet huilen, maar we snappen wel dat het hier gaat om een regenwolk. Daarnaast kan het object helemaal geen beslissingen maken en besluiten om weg te gaan. Als je de personificatie nu letterlijk zou moeten opschrijven, krijg je zoiets van " De regenwolk waait voorbij.".
Het kan zo zijn dat je de uitleg van personificatie en de vergelijkingen nog niet helemaal snapt. Als dat zo is, kan je de video's hieronder bekijken. Er worden hier duidelijke voorbeelden gegeven, zodat je een beter beeld bij de begrippen krijgt.
Dit is een stijlfiguur waarbij er twee elementen met een tegenovergestelde betekenis in een zin voorkomen. Het klinkt moeilijk, maar dat is het eigenlijk niet. Kijk maar naar de voorbeelden hieronder. Een tegenstelling kan deze signaalwoorden in de zin hebben staan;
maar, daarentegen, daartegenover.
1) Roos is blij, maar Kim is boos.
2) Kevin houdt van leren, Sara daartegenover speelt liever voetbal.
Bij voorbeeld 1 zie je de (elementen) gedeelten van de zin " Blij" en "Boos" voorkomen. Deze gevoelens zijn water en vuur en betekenen het tegenovergestelde van elkaar. Dit is dus een tegenstelling. Je ziet hetzelfde weer terug bij voorbeeld 2. De ene persoon vindt het leuk om te leren en de ander niet. Ze speelt liever voetbal dan dat ze leert. Ook hier is er sprake van een tegenstelling.
Eufemisme
Wat is eufemisme?
Wil je iets zeggen, maar niet gemeen overkomen of iemand irriteren? Dan kan je wel eens gebruik maken van eufemisme. Je gebruikt een manier die de boodschap verzacht.. Zo komt het minder erg over dan at het is.
Voorbeeld 1
Je staat op het station van Den Haag centraal en wacht op de trein. Dan hoor je plotseling de omroep:
" Reizigers van Den Haag centraal naar Rotterdam centraal moeten rekening houden met een extra reistijd van minimaal 25 minuten."
Dat bericht maakt je best gestrest, want je komt nu te laat op school.
Extra reistijd = vertraging
Het woord dat is gebruikt om aan te geven dat er vertraging is, klinkt positiever.
Voorbeeld 2
Thijs is een werkzoekende.
Werkzoekende= geeft aan dat Thijs geen baan heeft. Hij is werkloos en zoekt naar een baan. Ook hier zie je weer dat het eufemisme de betekenis verzacht.
Herhaling en opsomming
Herhaling
Woorden of zinnen worden herhaald of hetzelfde wordt meerdere keren gezegd, maar telkens net iets anders. Het komt wel op hetzelfde neer.
Voorbeeld 1
Rommel, rommel en nog meer rommel.
Voorbeeld 2:
Dat is leuk, echt heel erg leuk.
Je ziet telkens hetzelfde woord terugkomen. De schrijver herhaald zichzelf.
Opsomming
Het woord 'opsomming' zegt het eigenlijk al. Er worden dingen opgesomd.
Voorbeeld:
Erik gaat boodschappen doen en krijgt een Appje van zijn moeder, wanneer hij in de supermarkt staat. Ze zet alles even op een rijtje
" Ik ga ook nog Griekse sla maken. Wil je alsjeblieft een komkommer, ijsbergsla, basilicum, 2 tomaten en olijvenolie meenemen?"
De moeder van Erik maakt hier een opsomming van aan paar ingrediënten die ze nodig heeft.
Overdrijving en understatement
Overdrijving
De spreker of schrijver brengt het erger over dan dat het werkelijk is.
" Ik voel me net zoals een zombie."
" Waarom ben je zo laat? Ik sta nu al een eeuw te wachten!"
" Dat heeft de docent nu al miljoen keer gezegd."
Understatement
Dit is het tegenovergestelde van overdrijven. Men kiest er bewust voor om iets minder erg te laten overkomen, zodat het een spottend effect krijgt.
" De Duitse soldaten waren niet zo vriendelijk tijdens de Tweede Wereldoorlog."
Een understatement en het eufemisme lijken erg op elkaar. Hoe kan je deze twee begrippen uit elkaar halen? Bij een eufemisme verzachten ze de boodschap, maar is het niet de bedoeling om te spotten ( Zie eufemisme) . Dat is bij een understatement wel het geval. Weet je niet zo goed wat er wordt bedoeld met spotten? Klik dan op de begrippen ' ironie' en 'sarcasme'.
Ironie en sarcasme
Ironie
Bij ironie wordt er iets op een spottende manier geschreven, maar is het niet de bedoeling om iemand te kwetsen. Men gebruikt dit vaak om het tegenovergestelde te zeggen van wat er bedoeld wordt.
Voorbeeld:
Sara komt helemaal doorweekt het klaslokaal binnengestormt. Het heeft geregend en haar mascara is helemaal uitgelopen. De docent kan wel begrijpen waarom ze te laat is aangekomen. Hij wijst naar een vrije tafel en zegt: " Ga maar zitten Sara. Wat is het toch een lekker weertje vandaag."
Sarcasme
Je voelt het al aankomen. Sarcasme gaat het veel verder dan ironie. Het is hier wel de bedoeling om een bijtende, spottende opmerking te maken. Je kan hier ook mensen mee kwetsen.
Voorbeeld:
Maarten laat zijn rapport aan zijn moeder zien. Hij heeft veel onvoldoendes en ze is er duidelijk niet blij mee.
" Wat ben je toch een slimme jongen. Je krijgt later vast een goede baan.".
Je krijgt de rillingen wanneer je dit leest. Het sarcasme straalt er vanaf en Maarten voelt zich sowieso gekwetst. Dat is ook duidelijk de bedoeling geweest. Bij ironie is dat niet zo. Daar kan je het verschil aan herkennen.
Hoe kan ik het beste leren?
Wil je de begrippen oefenen? Scrol dan naar beneden om dat te doen. Bij Quizlet kan je met kaarten oefenen en jezelf testen. Het maakt niet uit hoe je leert, zolang je het maar begrijpt en uiteindelijk weet toe te passen.
Stap 1 : Leer de begrippen met behulp van flashcards:
Stap 2: koppel een begrip aan de betekenis :
Test jezelf
Extra oefenen
Je hebt de website bekeken. Heb je nog moeite met sommige onderdelen? Maak eerst de onderstaande opdrachten onder de uitleg van het begrip. Wil je toch nog wat extra oefenen? Klik dan op de begrippen die hieronder staan.
Het arrangement Stijlfiguren is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
N.L Parlevliet
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2021-01-27 21:33:28
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze Wikiwijs is gericht aan 4 mavo, 2 havo en drie havo klassen. Het is natuurlijk geen probleem als je uit een andere klas komt en nieuwsgierig bent. Iedereen is welkom!
Deze Wikiwijs is gericht aan 4 mavo, 2 havo en drie havo klassen. Het is natuurlijk geen probleem als je uit een andere klas komt en nieuwsgierig bent. Iedereen is welkom!
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Beeldspraak
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.