Het beste idee, het ondernemingsplan

Het beste idee, het ondernemingsplan

Het idee

Een eigen bedrijf

Hebben jullie het beste idee?

 

Bekijk eerste de onderstaande filmpjes!




Stel je eens voor dat je nu de mogelijkheid hebt om baas te worden van een bedrijf. Om ervoor te zorgen dat je bedrijf winst maakt moet jij de juiste keuzes maken. Welke keuzes dit zijn en waarom ze zo belangrijk zijn gaan we bij dit project uitwerken.

Je gaat dit doen door zelf een bedrijf op te richten. Dit bedrijf is niet echt, het bestaat alleen op papier. Het begint allemaal met een goed idee!

  1. Het is een project, en voor dit project krijg je een cijfer (PTA praktijk)
  2. Er word een winnaar gekozen door een vakjury, de winnaar krijgt een prijs
  3. Je maakt de opdrachten in een groep van 2 personen.
  4. Het project duurt ongeveer 9 weken
  5. Je maakt gebruik van een laptop en je maakt je plan in Microsoft Word
  6. Je slaat je plan op, op een USB stick, van beide groepsleden
  7. Je plan lever je uitgeprint in
  8. Je geeft aan het einde van het project een presentatie van maximaal 8 minuten
  9. Jullie zijn samen verantwoordelijk voor een goed ondernemingsplan.

 

Succes!

 

Onderdeel 1: Zoek een geschikte zakenpartner

Tijdens dit project van 9 weken ga je leren hoe je een product of dienst aan de man gaat brengen. Aan de man brengen betekend dat je een product probeert te verkopen aan je doelgroep. Hoe zorg je er nou voor dat je doelgroep je product koopt? Wat komt daar allemaal bij kijken?

Je maakt tijdens dit project twee Word bestanden.

Bestand 1: Daarin typ je de opdrachten uit je die maakt
Bestand 2: Hierin maak je jullie ondernemingsplan.Wanneer je iets moet verwerken in je plan staat dit erbij vermeld!


Opdracht 1:
De eerste stap die je gaat zetten is het zoeken naar een geschikte zakenpartner. Dit marketingplan ga je met z’n tweeën uitwerken. Het is handig om iemand te zoeken waarvan je verwacht dat hij/zij zich goed zal inzetten voor de opdracht. Het is goed om van tevoren duidelijke afspraken te maken.

Opdracht 2
Maak samen 5 afspraken die jullie belangrijk vinden bij het maken van het plan.
Denk na over wie wat gaat doen. Noteer deze afspraken.

 

 

 

Onderdeel 2: Het idee

Als ondernemer moet je natuurlijk een goed plan hebben. Ga eerst met elkaar brainstormen, zoek eventueel online voorbeelden van bedrijven die je aanspreken.

 

Opdracht 3:
Maak op een a4 papier een woordweb. Plaats in het midden de woorden "onze zaak".
Praat met elkaar over elkaars interesses & hobby's. Wat voor soort bedrijf zouden jullie samen willen runnen? Schrijf alle woorden die in je opkomen op. Misschien zijn het al bestaande bedrijven of merken die jullie aanspreken. Lever de woordweb in met je naam op de achterzijde van het papier.

Opdracht 4:
Maak samen een keuze. Welk type bedrijf willen jullie starten?
Geef antwoord op de onderstaande vragen:

a. Leg uit waarom jullie voor dit type bedrijf hebben gekozen
b. Leg uit waarom jullie denken dat dit bedrijf in deze tijd succesvol zou kunnen zijn

Opdracht 5:
Onder welke branche valt jullie zaak?


Opdracht 6:
Beschrijf de 3 begrippen Groothandel, Detailhandel, Retail
Kies daarna welke type bedrijf jullie willen starten.

Opdracht 7:
Bekijk het volgende filmpje:
Kies samen een ondernemingsvorm. Beschrijf hierbij ook waarom jullie hiervoor kiezen.

Opdracht 8:
Verdeel de onderstaande taken binnen het bedrijf in jullie groep:

Inkoop
Verkoop
Marketing
Administratie

Onderdeel 3: Product of dienst?

Jullie gaan nu daadwerkelijk van start met je eigen bedrijf. Welk product of welke dienst ga je verkopen?

Let op: het bedrijf moet aan bepaalde eisen voldoen. Het product of de dienst die je wilt gaan leveren moet bijvoorbeeld niet illegaal zijn. Check even bij de docent of het plan wat je hebt haalbaar en realistisch is en wat er van verwacht wordt met oog op alle opdrachten die je moet doen.

Opdracht 9:
Check jullie bedrijfsidee en de producten/diensten die jullie willen gaan verkopen bij de docent!

Opdracht 10:
Maak een collage van de producten en diensten die jullie willen gaan verkopen. Doe dit op een a-3 papier. Zorg dat er geen wit papier meer zichtbaar is. Gebruik hiervoor tijdschriften of het internet. Maak de collage in kleur. Lever de collage in bij de docent met je naam op de achterzijde.

Opdracht 11:
De doelgroep is de groep mensen waarvoor het product of dienst bedoeld is. Binnen deze groep bevinden zich de grootste en belangrijkste groep kopers. Aan wie gaan jullie je product of dienst verkopen?

Beantwoord de onderstaande vragen:

  • Is jouw product of dienst geschikter voor zakelijke klanten, of voor consumenten?
  • Richt je je op lokale klanten, regionale klanten, landelijke klanten, of internationale klanten?
  • Is je product meer iets voor mannen of vrouwen?
  • Leeftijd: welke leeftijdscategorie past bij jouw product? Tieners, dertigers, senioren, kleine kinderen (dus hun ouders)?
  • Inkomen: past jouw product bij mensen met een laag, gemiddeld of hoog inkomen?
  • Wat voor type mensen zijn het?
  • Waar werken je potentiële klanten?
  • Waar winkelen je potentiële klanten?
  • Wat is hun opleidingsniveau?
  • Wat is de gezinssamenstelling van je potentiële klanten?

Opdracht 12:
Je bent waarschijnlijk niet alleen in wat je aanbiedt. Daarom is het goed om te kijken wie je concurrenten zijn en wat ze doen. Verzamel informatie over je concurrenten.

Beantwoord de onderstaande vragen:

  • Wie zijn jouw belangrijkste concurrenten?
  • Op welke klanten richten jouw concurrenten zich?
  • Zoek 3 afbeeldingen van je belangrijkste concurrenten


Opdracht 13:
Geef jullie bedrijf een naam. Motiveer jullie keuze voor deze naam.

Opdracht 14:
Bekijk het onderstaande filmpje:



Ontwerp een logo. Doe dit met een digitaal programma of app.
Dus niet zelf tekenen!!!

Leg bij het logo uit waarom je voor bepaalde kleuren en vormen hebt gekozen.

 

Logo ontwerpen: de psychologie | Drukwerkdeal.nl

Opdracht 15:
Bedenk een originele en pakkende slogan!

Voorbeelden van bekende slogans:

Niet omdat het moet, maar omdat het kan - Tele2
Appelsientje: “Het beste onder de zon”
Even Apeldoorn bellen! Centraal Beheer
Duyvis: “Voor als er ’n fuif is”
Grolsch : “Komt tijd, komt Grolsch”
Heineken:  “Heerlijk, helder, Heineken”
Interpolis: “Glashelder”
Jägermeister: “Alleen als ‘ie ijs- en ijskoud is”
Kruidvat: “Steeds verrassend. Altijd voordelig.”
Landmacht: “Kun jij de landmacht aan?”
McDonald’s: “Ze zei meneer tegen me.”
Nationale-Nederlanden: “Wat er ook gebeurt.”
OV-chipkaart: “Ben jij al om?”
Postbank: “Dat is de kracht van de Postbank”
Rivella : “Rivella, een beetje vreemd, maar wel lekker”
SBS 6:  “Televisie die je raakt”
Telegraaf: “De krant van wakker Nederland”
Unox: “Dat kan alleen maar Unox zijn”
Vaillant: “Warm aanbevolen”
Whiskas: “Als het aan de kat lag, kocht ze Whiskas”
XS4ALL: “Niet goedkoper, wel beter”
Zeeman: “Altijd Scherp!”

Onderdeel 4: Het ondernemingsplan

Maak een voorblad voor je ondernemingsplan.
Doe dit door in Word te kiezen bij het tabblad invoegen> Voorblad en kies 1 van de stijlen die er staan. GA NIET ZELF PRUTSEN!

Op het voorblad moeten de volgende onderdelen staan:

1. Naam van jullie bedrijf
2. Logo van jullie bedrijf
3. Slogan van jullie bedrijf
4. Jullie namen

Onderdeel 5: Het ondernemingsplan

Maak de kopjes (staan al weergegeven hieroder) in je ondernemingsplan altijd lettertype 14 of 16 en dikgedrukt.
Gebruik volle zinnen in jullie uitleg!

Verwerk de onderstaande onderwerpen in je plan:

1. Type bedrijf
Welk type bedrijf willen jullie starten?

a. Leg uit waarom jullie voor dit type bedrijf hebben gekozen
b. Leg uit waarom jullie denken dat dit bedrijf in deze tijd succesvol zou kunnen zijn

2. Branche
Onder welke branche valt jullie zaak?


3. Type handel
Groothandel, Detailhandel, Retail?
Welk type bedrijf jullie willen starten?

4. Ondernemingsvorm
Beschrijf de ondernemingsvorm. Beschrijf hierbij ook waarom jullie hiervoor kiezen.

5. Producten of diensten
Beschrijf welke producten of diensten jullie gaan verkopen.
Laat 5 afbeeldingen zien.

6. Doelgroep
Beschrijf de doelgroep aan wie jullie gaan verkopen. Gebruik hiervoor de vragen die jullie hebben beantwoord over de doelgroep.

7. Concurrentie
Beschrijf wie je 3 belangrijkste concurrenten zijn. Laat 3 afbeeldingen zien en vertel erbij waarom deze bedrijven concurrenten zijn.

8. Naam
Beschrijf voor welke naam jullie hebben gekozen en waarom

9. Logo
Laat jullie logo zien en beschrijf waarom het logo er zo uit ziet.

10. Slogan
Beschrijf jullie slogan. Geef de slogan een groter lettertype.

Onderdeel 6: De marketingmix

De marketingmix

Jij en je bedrijf richten zich op een groep kopers.
Deze groep kopers is de doelgroep van je bedrijf
Om je doelgroep te bereiken, heb je (4) vijf instrumenten.

Bekijk het onderstaande filmpjes:

Product

Beantwoord de onderstaande vragen:

Opdracht 16 Bruikbaarheid

Waar wordt jullie product/dienst voor gebruikt?
Wat kan je er allemaal mee?

Opdracht 17 Uitstraling
Heeft het een dure of goedkope uitstraling?
Leg uit waarom je een dure of goedkope uitstraling wilt.

Bekijk het onderstaande filmpje

 

Opdracht 18 Service
Welke service wordt er geleverd bij het product/dienst?
Geef 4 voorbeelden van de service die jullie gaan leveren aan de klant/gast.
Hoe gaan jullie uitblinken ten op zichte van de concurrent????
Beschrijf deze voorbeelden uitgebreid!!

Voorbeelden zijn:

Niet goed = geld terug
Goede bereikbaarheid via de telefoon
Gratis verzendkosten
Inpakservice (als kado)
Etc

Opdracht 19 Uiterlijk van je product/dienst
Hoe ziet het product eruit? Beschrijf je product in woorden.
Heeft het product accessoires? Beschrijf wat je er allemaal bij kunt kopen/krijgen
Kan het product gepersonaliseerd worden? (naar eigen smaak) Hoe gaan jullie dit doen?


Opdracht 20 Demo
Maak een demo product/ 3d weergave van jullie product of dienst.
Zorg dat je tijdens je presentatie jullie product kan laten zien.

  • Heb je een website? Laat de website zien. Hoe mag je zelf bedenken.
  • Heb je een fysieke winkel, maak een plattegrond of 3d tekening in een software programma

Of maak een plattegrond met 3d elementen (zoals vroeger een kijkdoos werd gemaakt van een schoenendoos.

  • Heb je een tastbaar product? Bouw/maak het na! (kleinere weergave)

Maak een plan en laat de docent weten welk materiaal je nodig hebt!

Prijs

Prijs

Hoe komt een prijs tot stand?
Hoe bepaal je als producent wat je product moet kosten in de winkel?

Bekijk het onderstaande filmpje

 

Opracht 21
Wat gaat jullie product kosten?
Maak een keuze uit de onderstaande prijsstrategieen en leg uit waarom je hiervoor kiest!

  1. Kosten georiënteerde prijsstelling (kosten dekkend)
  2. Concurrentie georiënteerde prijsstelling (welke prijs heeft de concurrent)
  3. Vraag georiënteerde prijsstelling (wat heeft de klant ervoor over)

Opdracht 22
Laat zien hoe jullie tot een prijs gekomen zijn.
Voorbeeld €400,- voor een TV, omdat de prijs om de TV te laten maken is €200, de transportkosten €50, €50 voor overige kosten zoals personeel en huur van het pand, en €100 is winst.

Opdracht 23
Is jullie producte een A merk of een B merk? (wil je een A-merk of B-merk zijn)
Ben je duurder of goedkoper dan de concurrent?
Leg je antwoord uit en laat de prijs zien van jullie grootste concurrent. Maak en screeshot!

Opdracht 24
Moeten er prijsacties worden toegepast op jouw product?
Verzin 1 prijsactie. Dit is een actie waarbij er gestunt word met de prijs.
Maak 1 prijsactie en verzin een advertentie die je kan plaatsen op INSTA, FB, of in een krant.
Maak hier een screenshot van en sla deze op in je bestand. Deze moet je later in je presentatie laten zien.

Eisen:

  • Doe dit met Piccolage of een ander programma
  • Het moet je logo bevatten en je bedrijfsnaam
  • De prijs van je product en de nieuwe prijs
  • Informatie over je product/dienst (waar is het voor)
  • Het moet er aantrekkelijk uit zien.

Plaats

Plaats

Bekijk de onderstaande filmpjes


 

Lees de onderstaande tekst:

Binnen de P van Plaats gaat het om alle factoren die van invloed zijn op de verbinding tussen de aanbieder en het product. De vraag

‘Op welke manier kan ik de dienst of het product bij de klant krijgen?’

staat centraal.

Het gaat hierbij onder andere om de locatie waar het product verkocht wordt, het distributiekanaal.

 

  • Op welke locatie wordt het product verkocht? Het kan bijvoorbeeld gaan om een (winkel)locatie in een bepaalde stad of dorp, of om internetverkoop; dan is de plaats een website.
  • Met welk distributiekanaal moeten de afnemers bereikt worden? Bijvoorbeeld via een adviseur, de groothandel of het internet.

 

Soorten distributie

  • Intensieve distributie: zoveel mogelijk verkooppunten. Voorbeelden: frisdranken, snoepgoed, mainstream verzorgingsproducten zoals veel merken tandpasta en shampoo.
  • Selectieve distributie: selectie van verkooppunten, gemaakt op basis van een aantal (kwaliteits)criteria. Dit wordt vaak gedaan door merkproducten van bijvoorbeeld kleding en voor apparaten zoals wasmachines waarvoor verkopende partijen een zekere vakkennis nodig hebben. Enkel bedrijven die voldoen aan bepaalde criteria komen in aanmerking om het merk op te nemen in het assortiment. Dit draagt bij aan een goed merkimago. Voorbeelden: wasmachines, televisies, Ray Ban-zonnebrillen.
  • Exclusieve distributie: weinig verkooppunten. Er is over het algemeen één verkooppunt in een groot geografisch gebied. Vaak wordt deze strategie toegepast voor producten met een hogere investering. Voorbeelden: zeer luxe/dure/exclusieve automerken (bijv. Lotus), kledingmerken en merken sierraden (bijv. Rolex en Gassan).

 

Opdracht 25
Voor welk type distributie kiezen jullie? En leg uit waarom.
Kies uit de bovenstaande 3 soorten distributie.

 

Opdracht 26
Waar gaat het product verkocht worden?
Landelijk, provinciaal, of alleen in een bepaalde stad?

Leg je antwoord uit!!


Opdracht 27
Ga online op zoek naar een passend bedrijfspand. Het moet wel te koop of te huur staan.
Maak screenshots/afbeeldingenvan het pand.
Vertel waarom jullie denken dat dit pand/gebouw geschikt is voor jullie zaak.
Ook wanneer jullie een website beginnen, moet er een kleine kantoor ruimte gehuurd/gekocht worden.

Opdracht 28
Hoe komt het product bij de klant? (transport)
Leg uit hoe jullie distributie vanuit de fabriek naar de klant eruitziet.
Laat zien waarmee jullie producten vervoerd worden (vliegtuig, auto,fiets, post)
Laat ook zien welke tussenhandel er (misschien tussen zit)
Doe dit door een schematische weergave te tekenen

 

Bekijk het onderstaande filmpje


Opdracht 29
Op welke manier word jullie product of dienst verpakt/ingepakt/meegegeven aan de klant?
Kies verpakkingsmateriaal bijvoorbeeld een doos/tas en zoek 5 afbeeldingen van dit verpakkingsmateriaal zoals julli het zouden willen zien.

Promotie

Promotie

 

 

Er zijn 4 Vormen van promotie

 

  • Reclame (Internet , Tv, Radio)

  • Sales promotie (Kortingen, demonstraties, coupons)

  • Persoonlijke verkoop
    (Aan de deur, op straat, via de telefoon)

  • Public relations
    (Positief in het nieuws zijn, bekende artiest die een merk draagt)

 

Opdracht 30 Reclame
Er zijn 4 vormen van promotie. Voor jullie bedrijf gaan jullie een korte (reclame) vlog opnemen voor je verhaal op Instagram. Hierin proberen jullie het product te verkopen.

  • Het mag niet langer zijn dan een minuut.
  • In de vlog benoem je het merk minimaal 2 keer
  • In de vlog is jullie logo te zien
  • In de vlog vertel je minimaal 3 redenen waarom klanten jullie product moeten kopen
  • In de vlog zijn alle groepsleden in beeld (met gezicht)
  • Het product is te zien in de vlog, mag ook je demo zijn
  • Jullie slogan word minimaal 1x genoemd

 

Opdracht 31 Public relations
Kies voor jullie product een bekend persoon uit die jullie product zou kunnen promoten. Let op kies een bekend persoon die past bij jullie product.
Zoek een foto op en vertel waardom die persoon past bij jullie zaak en product.

 

Het bijzondere verhaal van premiummerk BALR. - 123 Fashion

 

 

Personeel

Personeel

Om je personeel bij te laten dragen aan een goed imago onder je doelgroep, heb je het juiste personeel nodig. Dit moeten medewerkers zijn met de juiste kennis en vaardigheden, maar ook met een flinke portie enthousiasme. Om jouw personeel als marketinginstrument in te kunnen zetten, moeten je medewerkers namelijk gepassioneerd zijn om op deze manier voor jouw bedrijf te werken. Je medewerkers moeten meer zijn dan werknemers: ze moeten ambassadeurs van je bedrijf worden.

 

Opdracht 32 Personeel aannemen
Jullie bedrijf zal in de toekomst (als het goed gaat) groeien. Dan zullen jullie personeel moeten aannemen. Beantwoord de onderstaande vragen

  • Welke kennis moeten jullie medewerkers hebben? (wat moeten ze weten?)
  • Over welke vaardigheden moeten jullie medewerkers beschikken? (wat moeten ze kunnen?)
  • Welke werkhouding verwacht ik van mijn medewerkers? (Hoe moeten ze zich gedragen?)
  • Hoe kan ik mijn medewerkers belonen? (als ze hun werk goed doen..)
  • Hoe kan ik mijn medewerkers aansturen? (hoe weten ze wat ze moeten doen per dag?)
  • Welke normen en waarden zijn belangrijk binnen mijn bedrijf? (Welke regels zijn er?)
  • Hoe moeten de medewerkers eruit zien? (Kleding,haar etc)

Personeel en Zaken | Ondersteuning bij Personeelsadministratie,  Arbeidsvoorwaarden, Opleiding & Ontwikkeling, Opstelling  personeelsreglement, Conflictbemiddeling, Personeelsvereniging opzetten,  Functieprofielen, Verlofregistratie

 

Opdracht 33 Uiterlijk personeel

Zoek 2 afbeeldingen van een man en een vrouw, die er qua kleding en uiterlijk uitzien zoals jullie het in gedachten hebben. EN dus ook beschreven hebben bij de vorige opdracht.
Let ook op de leeftijd, werkkleding e.d
 

 

Onderdeel 7: Het ondernemingsplan opstellen

Maak de kopjes (staan al weergegeven hieroder) in je ondernemingsplan altijd lettertype 14 of 16 en dikgedrukt.
Gebruik volle zinnen in jullie uitleg!

Verwerk de onderstaande onderwerpen in je plan:

Product

11.  Bruikbaarheid
Waar wordt jullie product/dienst voor gebruikt?
Wat kan je er allemaal mee?

12. Uitstraling
Heeft het een dure of goedkope uitstraling?
Leg uit waarom je een dure of goedkope uitstraling wilt.

13. Service
Welke service wordt er geleverd bij het product/dienst?
Hoe gaan jullie uitblinken ten op zichte van de concurrent????

14. Uiterlijk van je product/dienst
Hoe ziet het product eruit? Beschrijf je product in woorden.
Heeft het product accessoires? Beschrijf wat je er allemaal bij kunt kopen/krijgen
Kan het product gepersonaliseerd worden? (naar eigen smaak) Hoe gaan jullie dit doen?

Prijs
15. Prijs
Wat gaat jullie product kosten?
Maak een keuze uit de onderstaande prijsstrategieen en leg uit waarom je hiervoor kiest!

  1. Kosten georiënteerde prijsstelling (kosten dekkend)
  2. Concurrentie georiënteerde prijsstelling (welke prijs heeft de concurrent)
  3. Vraag georiënteerde prijsstelling (wat heeft de klant ervoor over)

16. Laat zien hoe jullie tot een prijs gekomen zijn.
Voorbeeld €400,- voor een TV, omdat de prijs om de TV te laten maken is €200, de transportkosten €50, €50 voor overige kosten zoals personeel en huur van het pand, en €100 is winst.


17. Is jullie producte een A merk of een B merk? (wil je een A-merk of B-merk zijn)
Ben je duurder of goedkoper dan de concurrent?
Leg je antwoord uit en laat de prijs zien van jullie grootste concurrent. Maak en screeshot!

18. Laat je prijsactie zien

Eisen:

  • Doe dit met Piccolage of een ander programma
  • Het moet je logo bevatten en je bedrijfsnaam
  • De prijs van je product en de nieuwe prijs
  • Informatie over je product/dienst (waar is het voor)
  • Het moet er aantrekkelijk uit zien.

 

Plaats

19. Waar gaat het product verkocht worden?
Landelijk, provinciaal, of alleen in een bepaalde stad?

Leg je antwoord uit!!


20. Bedrijfspand
Ga online op zoek naar een passend bedrijfspand.
Vertel waarom jullie denken dat dit pand/gebouw geschikt is voor jullie zaak.

21. Transport
Hoe komt het product bij de klant? (transport)
Leg uit hoe jullie distributie vanuit de fabriek naar de klant eruitziet.

22. Verpakking
Op welke manier word jullie product of dienst verpakt/ingepakt/meegegeven aan de klant?
Kies verpakkingsmateriaal bijvoorbeeld een doos/tas en zoek 5 afbeeldingen van dit verpakkingsmateriaal zoals julli het zouden willen zien.

 

Promotie

23. Public relations
Zoek een foto op en vertel waardom die persoon past bij jullie zaak en product.

 

Personeel

24. Personeel aannemen
Jullie bedrijf zal in de toekomst (als het goed gaat) groeien. Dan zullen jullie personeel moeten aannemen. Beantwoord de onderstaande vragen

  • Welke kennis moeten jullie medewerkers hebben? (wat moeten ze weten?)
  • Over welke vaardigheden moeten jullie medewerkers beschikken? (wat moeten ze kunnen?)
  • Welke werkhouding verwacht ik van mijn medewerkers? (Hoe moeten ze zich gedragen?)
  • Hoe kan ik mijn medewerkers belonen? (als ze hun werk goed doen..)
  • Hoe kan ik mijn medewerkers aansturen? (hoe weten ze wat ze moeten doen per dag?)
  • Welke normen en waarden zijn belangrijk binnen mijn bedrijf? (Welke regels zijn er?)
  • Hoe moeten de medewerkers eruit zien? (Kleding,haar etc)

 

25. Uiterlijk personeel

Zoek 2 afbeeldingen van een man en een vrouw, die er qua kleding en uiterlijk uitzien zoals jullie het in gedachten hebben. EN dus ook beschreven hebben bij de vorige opdracht.
Let ook op de leeftijd, werkkleding e.d

De presentatie voorbereiden

Open Microsoft Powerpoint en verwerk de onderstaande opdrachten:

Maak maximaal 12 slides!!!!

Opdracht 1:
Ontwerp de voorpagina slide met de volgende onderdelen erop:

Jullie bedrijfsnaam
Logo
Jullie namen
Afbeelding van jullie product

Opdracht 2
Verwerk de onderstaande onderdelen in de presentatie
Overal waar het woord AFBEELDING achter staat moet een afbeelding komen op de slide.

1. Type bedrijf
Welk type bedrijf willen jullie starten?

a. Leg uit waarom jullie voor dit type bedrijf hebben gekozen
b. Leg uit waarom jullie denken dat dit bedrijf in deze tijd succesvol zou kunnen zijn

2. Branche AFBEELDING
Onder welke branche valt jullie zaak?


3. Type handel
Groothandel, Detailhandel, Retail?
Welk type bedrijf jullie willen starten?

4. Ondernemingsvorm
Beschrijf de ondernemingsvorm. Beschrijf hierbij ook waarom jullie hiervoor kiezen.

5. Producten of diensten AFBEELDING
Beschrijf welke producten of diensten jullie gaan verkopen.
Laat 5 afbeeldingen zien.

6. Doelgroep AFBEELDING
Beschrijf de doelgroep aan wie jullie gaan verkopen. Gebruik hiervoor de vragen die jullie hebben beantwoord over de doelgroep.

7. Concurrentie AFBEELDING
Beschrijf wie je 3 belangrijkste concurrenten zijn. Laat 3 afbeeldingen zien en vertel erbij waarom deze bedrijven concurrenten zijn.

8. Naam
Beschrijf voor welke naam jullie hebben gekozen en waarom

9. Logo AFBEELDING
Laat jullie logo zien en beschrijf waarom het logo er zo uit ziet.

10. Slogan
Beschrijf jullie slogan.

Product

11.  Bruikbaarheid
Waar wordt jullie product/dienst voor gebruikt?
Wat kan je er allemaal mee?

12. Uitstraling
Heeft het een dure of goedkope uitstraling?
Leg uit waarom je een dure of goedkope uitstraling wilt.

13. Service
Welke service wordt er geleverd bij het product/dienst?
Hoe gaan jullie uitblinken ten op zichte van de concurrent????

14. Uiterlijk van je product/dienst AFBEELDING
Hoe ziet het product eruit? Beschrijf je product in woorden.
Heeft het product accessoires? Beschrijf wat je er allemaal bij kunt kopen/krijgen
Kan het product gepersonaliseerd worden? (naar eigen smaak) Hoe gaan jullie dit doen?

Prijs
15. Prijs
Wat gaat jullie product kosten?
Maak een keuze uit de onderstaande prijsstrategieen en leg uit waarom je hiervoor kiest!

  1. Kosten georiënteerde prijsstelling (kosten dekkend)
  2. Concurrentie georiënteerde prijsstelling (welke prijs heeft de concurrent)
  3. Vraag georiënteerde prijsstelling (wat heeft de klant ervoor over)

16. Laat zien hoe jullie tot een prijs gekomen zijn.
Voorbeeld €400,- voor een TV, omdat de prijs om de TV te laten maken is €200, de transportkosten €50, €50 voor overige kosten zoals personeel en huur van het pand, en €100 is winst.


17. Is jullie producte een A merk of een B merk? AFBEELDING
(wil je een A-merk of B-merk zijn)

Ben je duurder of goedkoper dan de concurrent?
Leg je antwoord uit en laat de prijs zien van jullie grootste concurrent. Maak en screeshot!

18. Laat je prijsactie zien AFBEELDING

Eisen:

  • Doe dit met Piccolage of een ander programma
  • Het moet je logo bevatten en je bedrijfsnaam
  • De prijs van je product en de nieuwe prijs
  • Informatie over je product/dienst (waar is het voor)
  • Het moet er aantrekkelijk uit zien.

 

Plaats

19. Waar gaat het product verkocht worden?
Landelijk, provinciaal, of alleen in een bepaalde stad?

Leg je antwoord uit!!


20. Bedrijfspand AFBEELDING
Ga online op zoek naar een passend bedrijfspand.
Vertel waarom jullie denken dat dit pand/gebouw geschikt is voor jullie zaak.

21. Transport
Hoe komt het product bij de klant? (transport)
Leg uit hoe jullie distributie vanuit de fabriek naar de klant eruitziet.

22. Verpakking
Op welke manier word jullie product of dienst verpakt/ingepakt/meegegeven aan de klant?
Kies verpakkingsmateriaal bijvoorbeeld een doos/tas en zoek 5 afbeeldingen van dit verpakkingsmateriaal zoals julli het zouden willen zien.

 

Promotie

23. Public relations AFBEELDING
Zoek een foto op en vertel waardom die persoon past bij jullie zaak en product.

 

Personeel

24. Personeel aannemen
Jullie bedrijf zal in de toekomst (als het goed gaat) groeien. Dan zullen jullie personeel moeten aannemen. Beantwoord de onderstaande vragen

  • Welke kennis moeten jullie medewerkers hebben? (wat moeten ze weten?)
  • Over welke vaardigheden moeten jullie medewerkers beschikken? (wat moeten ze kunnen?)
  • Welke werkhouding verwacht ik van mijn medewerkers? (Hoe moeten ze zich gedragen?)
  • Hoe kan ik mijn medewerkers belonen? (als ze hun werk goed doen..)
  • Hoe kan ik mijn medewerkers aansturen? (hoe weten ze wat ze moeten doen per dag?)
  • Welke normen en waarden zijn belangrijk binnen mijn bedrijf? (Welke regels zijn er?)
  • Hoe moeten de medewerkers eruit zien? (Kleding,haar etc)

 

25. Uiterlijk personeel AFBEELDING

Zoek 2 afbeeldingen van een man en een vrouw, die er qua kleding en uiterlijk uitzien zoals jullie het in gedachten hebben. EN dus ook beschreven hebben bij de vorige opdracht.
Let ook op de leeftijd, werkkleding e.d

 

Opdracht 3
Maak een laatste slide waarop jullie vlog te zien is. Voeg deze in jullie powerpoint presentatie.

 

  • Het arrangement Het beste idee, het ondernemingsplan is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Desiree Koole Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2020-10-08 18:55:21
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.