Leeslogboek havo 4 - 2019/2020 - kopie 1

Leeslogboek havo 4 - 2019/2020 - kopie 1

Algemeen

Planning schooljaar 2019 - 2020

In havo 4 ga je 6 boeken lezen. Bij elk boek update je het leeslogboek

Hieronder vind je een schema met deadlines. Wanneer je dit schema volgt, weet je zeker dat je tijd genoeg hebt om alle boeken te lezen en je leeslogboek tijdig bij te werken. Je docent zal aangeven wanneer zij de leeslogboeken bekijkt. Op deze momenten kun je feedback ontvangen over de gelezen boeken en over de inhoud van je leeslogboek.

 

Leeslogboek starten       zorg dat je leeslogboek uiterlijk vrijdag 31 augustus gemaakt is
Boek 1                            periode 1 - week 39 - 23 tm 29 september
Boek 2                            periode 2 - week 46 - 11 tm 17 november
Boek 3                            periode 2 - week 3 - 13 tm 19 januari
Boek 4                            periode 3 - week 8 - 17 tm 23 februari
Boek 5                            periode 3 - week 14 - 30 maart tm 5 april
Boek 6                            periode 4 - week 20 - 11 tm 17 mei
Leeslogboek compleet   periode 4 - week 25 - 19 juni

Voorwaarden boekkeuzes

In havo 4 lees je 6 boeken. Geef altijd aan je docent door welk boek je gaat lezen. Op deze manier kan de docent
tijdig adviseren om eventueel een ander boek te kiezen.

De boeken op je leeslijst moeten aan een aantal eisen voldoen:
- De boeken moeten oorspronkelijk in de Nederlandse taal zijn geschreven. Dus geen vertaalde werken.
- Je leeslijst mag 1 literaire thriller bevatten.
- Er moet een ontwikkeling zichtbaar zijn in het niveau van de boeken die je leest.
Gebruik hiervoor https://15-18.jeugdbibliotheek.nl/lezen/lezen-voor-de-lijst.html

Lezen voor de lijst
Op de website Lezen voor de lijst vind je 6 verschillende leesniveaus (https://15-18.jeugdbibliotheek.nl/lezen/lezen-voor-de-lijst/de-niveaus.html) Probeer te bepalen welk niveau bij de start van havo 4 het beste bij jou past. Probeer om in havo 4 in elk geval één boek van een hoger niveau te lezen. Bij het mondeling in havo 5 komt de ontwikkeling ook ter sprake. Wil je een boek lezen dat je niet terug kunt vinden op Lezen voor de lijst? Overleg dan met je docent over het niveau van het boek.

Instructie leeslogboek

Hoe ziet je leeslogboek eruit?

Je leest in havo 4 in totaal zes boeken. Bij elk boek moet je je leeslogboek updaten. Maak de opdracht in Wikiwijs en niet via een bestand als bijlage!

 

Bij elk gelezen boek moet er een reflectie terug te vinden zijn in je leeslogboek. Hiervoor moet je de volgende stappen doorlopen:

1. Zorg er eerst voor dat je een eigen leeslogboek aanmaakt. De instructie die je stap voor stap uitlegt hoe dit moet, vind je in de studiewijzer.
2. De gemaakte opdrachten moeten direct zichtbaar zijn. Dat betekent dat je de teksten typt in Wikiwijs of kopieert vaunit Word. Je mag geen Worddocument toevoegen als bijlage!
3. Geef op het tabblad  'boekenoverzicht' een volledig overzicht van de gelezen boeken. Zo kun je in één oogopslag zien welke boeken je gelezen hebt. Noteer van elk boek: de titel, de auteur, het niveau van het boek en het aantal sterren dat je het boek zou geven. Hierbij geldt dat 5 sterren maximaal is. Houd dit overzicht up-to-date!
2. Voor elk boek maak je vervolgens een verwerkingsopdracht bij het gelezen boek. De opdrachten waar je uit kunt kiezen, vind je bij het tabblad 'opdrachten'.
3. Aan het begin en aan het einde van het schooljaar maak je de startopdracht en de eindopdracht.

Tussentijdse 'beoordeling'
Wanneer je docent tussentijds je leeslogboek bekijkt, zal hij/zij letten op de volgende aspecten:

- Kwaliteit: heb je de juiste opdrachten gekozen die passen bij jouw visie op het gelezen boek? Heb je ook niet altijd de makkelijkste weg gekozen?
- Ontwikkeling: is er in de gelezen boeken een ontwikkeling in niveau waar te nemen? Zoek je uitdaging en ontwikkeling in de boeken die je leest?
- Volledigheid: geeft je opdracht een volledig beeld van jouw visie op het gelezen boek?
- Taalgebruik: heb je niet te veel spel- en taalfouten gemaakt?

Je krijgt feedback van je docente zodat je eventueel de gemaakte opdrachten kunt aanpassen. Natuurlijk kun je de feedback altijd gebruiken bij de komende opdrachten.

 

 

Een Wikiwijspagina maken

Je gaat je leeslogboek maken in je eigen Wikiwijspagina. Je hebt hiervoor deze Wikiwijspagina nodig. Deze ga je kopiëren naar je eigen Wikiwijsaccount. Daar kun je de pagina wijzigen door steeds je eigen verwerkingsopdrachten toe te voegen.
Hoe je deze Wikiwijspagina naar je eigen account kunt kopiëren, vind je hier

 

 

Verwerkingsopdrachten

In je leeslogboek is het van belang dat je bij elk gelezen boek vooral aangeeft wat je ervan vond en waarom. Je kunt hierbij kiezen uit een aantal vaste opdrachten of je maakt een eigen verslag waarin de voor jou belangrijkste informatie is opgenomen.

Neem bij elk boek sowieso op: titel - auteur
Op deze manier is het voor jouzelf en voor je docent direct duidelijk over welk boek het verslag gaat.

 

Je mag bij elk boek kiezen uit onderstaande verwerkingsopdrachten:

Standaardverslag

Het standaardverslag bestaat uit de volgende onderdelen:
- samenvatting van het boek
- overzichtelijke analyse met de belangrijkste elementen uit de verhaalanalyse
- informatie over de schrijver
- je eigen mening over het gelezen boek
Bij deze opdracht geldt dat je alle informatie (met uitzondering van je eigen mening) letterlijk van internet mag overnemen. Vermeld in dat geval bij elk onderdeel de gebruikte bron. Wees kritisch in de bronnen die je gebruikt. Jij bent verantwoordelijk voor de kwaliteit van de verwerkingsopdracht.

Recensieopdracht

Schrijf een recensie waarin je elementen uit de samenvatting, de analyse, de schrijversinformatie en je eigen mening combineert. Let hierbij op het volgende:
- Je schrijft de recensie voor iemand die het boek niet gelezen heeft. Laat de lezer van de recensie dus eerst kennismaken met het boek. Vertel kort waar het over gaat / neem een stukje uit het boek letterlijk over. Maak de lezer nieuwsgierig naar het verhaal
- Vertel in de kern meer over de analyse en de schrijver. Combineer deze informatie met je eigen mening. Leg dus steeds uit wat jij ergens van vindt.
- In het slot geef je je eindoordeel. Je vertelt wat je uiteindelijk ‘over-all’ van het boek vond. Je geeft een tip aan mogelijke lezers of reageert op de verwachting die je had voordat je ging lezen.
- Je recensie krijgt een passende en pakkende titel. Dat kan een quote zijn uit het boek, het mag al iets zeggen over je eindoordeel. Als het maar origineel is en de aandacht trekt.
- Markeer in je recensie de zinnen / zinsdelen waarin je je eigen mening verwoordt.

 

Opdracht van Lezen voor de Lijst

Maak de opdrachten die op de site www.lezenvoordelijst.nl horen bij jouw boek. Als er bij jouw boek opdrachten horen op verschillende niveaus, kies dan de opdracht die het beste bij jou past. Neem bij de uitwerking van de opdracht telkens de opdracht over en het bijbehorende antwoord. Geef tot slot kort aan waarom je voor deze opdracht gekozen hebt.

 

Juryrapport

Je doet alsof het boek dat je hebt gelezen is ingezonden voor een landelijke boekenwedstrijd. Bij deze wedstrijd ben je als jurylid op zoek naar het beste Nederlandstalige boek. Om dit beste boek te kunnen kiezen, moet je eerst bepalen aan welke eisen het moet voldoen. 2 eisen zijn al bekend, namelijk: - het boek moet een verrassend einde hebben EN - de titel moet perfect de strekking van het verhaal weergeven.
Wat ga jij als jurylid op papier zetten:
- Je vult de gegeven eisen aan met 3 eigen eisen waarvan jij vindt dat het beste boek daaraan moet voldoen. Geef ook een korte motivatie / verantwoording bij elke eis: waarom vind je deze eis belangrijk?
- Uiteindelijk heb je een lijst van 5 eisen verzameld die je nu moet gaan koppelen aan het gelezen boek. Dit doe je door bij elke eis een omschrijving te geven van jouw boek. Dus bijvoorbeeld: heeft het boek een verrassend einde? Waarom wel of waarom niet? De antwoorden hoeven niet altijd positief te zijn.
- De laatste stap is bepalen of jouw boek het beste Nederlandstalige boek is. Dit doe je door een conclusie te schrijven bij de 5 eisen. Je geeft een korte samenvatting van jouw bevindingen en komt tot een eindoordeel. Dit eindoordeel hoeft niet altijd positief te zijn!

 

Brief van de uitgever

Bij deze opdracht kruip je in de huid van de uitgever. Je doet je alsof het boek dat je gelezen hebt, nog niet is uitgegeven.
Stel je voor: je werkt bij een uitgeverij. De schrijver van jouw boek komt binnen met zijn verhaal en vraagt of jij het werk wilt uitgeven. Je bent best enthousiast, maar je ziet nog wel ruimte voor verbeteringen. Je besluit om jouw reactie op papier te zetten en naar de schrijver te sturen.
De opdracht:
- Schrijf een brief aan de schrijver. Je begint natuurlijk met een korte inleiding.
- Vervolgens geef je jouw persoonlijke oordeel over het boek. Het is jouw oordeel, dat betekent dat het zowel positief als negatief kan zijn.
- Daarna ga je aangeven waarom je op dit moment het boek nog niet wilt uitgeven. Je geeft 3 elementen waarvan je vindt dat deze aangepast moeten worden en waarom. Denk bij elementen aan de theorie van verhaalanlyse.
- Als je hebt aangegeven wat je aangepast wilt hebben en waarom, ga je de schrijver advies geven in hoe hij/zij het moet aanpassen. Je hebt hier als uitgever natuurlijk een visie in. Dus: wat zou de schrijver moeten doen om ervoor te zorgen dat je het boek wel uitgeeft.
- Je rondt de brief netjes af.

 

Brief aan de uitgeverij

Stel je voor: het werk dat je gelezen hebt, heb je zelf geschreven. Je blijkt over bijzonder schrijftalent te beschikken. Het verhaal is nog niet gepubliceerd, maar je wilt graag dat een uitgeverij het uit gaat geven. Je besluit een uitgeverij te schrijven om je verhaal te promoten!
- Je schrijft een brief aan een uitgeverij. Ga eerst eens op zoek naar bestaande uitgeverijen en kies een geschikte uit voor jouw boek.
- Je introduceert jezelf als schrijver en je vertet kort waarom je deze brief schrijft.
- In de kern introduceer je het verhaal. Je geeft informatie over de titel, het thema, het plot en het perspectief.
- Je legt uit voor welk publiek jouw boek geschikt is. Koppel dit aan de niveaus van Lezen voor de Lijst en leg uit waarom dit het geschikte publiek is.
- Rond je brief netjes af.

Beoordeling

Algemeen

In havo 4 ben je verantwoordelijk voor het eerste deel van je leeslogboek. Aan het einde van het schooljaar moeten er 6 boeken terug te vinden zijn in je logboek. Je docent zal tussentijds aangeven wanneer zij de leeslogboeken bekijkt. In havo 5 vul je het leeslogboek aan met nog 4 boeken. Aan het einde van havo 5 vindt tot slot het mondeling plaats over de 10 gelezen boeken. Voor dit mondeling krijg je een cijfer. Het leeslogboek dat je in havo 4 hebt opgebouwd wordt beoordeeld met een cijfer. Dit cijfer is onderdeel van het PTA van Nederlands.


Tussentijdse 'beoordeling'
Wanneer je docent tussentijds je leeslogboek bekijkt, zal ze letten op de volgende aspecten:

- Kwaliteit: heb je de juiste opdrachten gekozen die passen bij jouw visie op het gelezen boek? Heb je ook niet altijd de makkelijkste weg gekozen?
- Ontwikkeling: is er in de gelezen boeken een ontwikkeling in niveau waar te nemen? Zoek je uitdaging en ontwikkeling in de boeken die je leest?
- Volledigheid: geeft je opdracht een volledig beeld van jouw visie op het gelezen boek?
- Taalgebruik: heb je niet te veel spel- en taalfouten gemaakt?

Je krijgt feedback van je docente zodat je eventueel de gemaakte opdrachten kunt aanpassen. Natuurlijk kun je de feedback altijd gebruiken bij de komende opdrachten.

Startopdracht

Wat is je startpositie?

Het is natuurlijk niet zo dat je pas in havo 4 begint met lezen. Jullie hebben allemaal al eerder boeken gelezen. De één misschien wat meer boeken dan de ander. De één leest alleen, omdat het moet, terwijl de ander ook voor zijn of haar ontspanning leest.

Eén van de doelen die we in havo 4 en 5 met lezen hebben, is dat je je ontwikkelt op het gebied van literatuur. Je gaat nog beter ontdekken welk type boek past bij jou en waarom. Aan het einde van havo 5 moet je een beargumenteerde mening kunnen geven over jouw gelezen boeken.

We hebben dus een doel in havo 5, maar om een doel te hebben, moet je ook weten waar je gestart bent. Daarom de volgende opdracht voor jullie:
 

1. Denk eens terug aan de boeken die je de afgelopen jaren gelezen hebt. Denk je dat dit literatuur of lectuur is? Wat is eigenlijk het verschil tussen literatuur en lectuur? Kies één van de boeken uit die je recentelijk gelezen hebt. Welk boek kies je en waarom? Raad je mensen dit boek aan of juist niet? En waarom?

Beantwoord de vorige vragen en maak van je antwoorden een mooie tekst.

2. In de les maak je een opdracht die gaat over welk type lezer je bent. Wat voor type ben jij?

Verwerk de uitkomst van deze opdracht ook in je tekst.


 

 

 

Plan

Lees de tekst die je bij de startopdracht hebt gemaakt, nog eens goed door. Beantwoord de volgende vragen.

 

1. Welk soort boeken wil je gaan lezen dit jaar? Waaraan moet een leuk boek vooor jou voldoen?

2. Ga naar https://15-18.jeugdbibliotheek.nl/lezen/lezen-voor-de-lijst.html en bekijk welke titel je aanspreken. Maak hieronder een overzicht van de boeken die je wel aardig lijken om te lezen.

3. Je moet 6 boeken lezen en het is verstandig je aan de planning van de docent te houden. Hoe ga je er voor zorgen dat je dit jaar op schema blijft?

Boeken

Boekenoverzicht

Maak hier een overzicht van alle boeken die je hebt gelezen. Vul het overzicht steeds aan. Doe het als volgt:

Titel - schrijver/schrijfster -  jaar van uitgave - aantal sterren dat je het boek geeft (1t/m 5)

Het gouden ei - Tim rabbé

Boekverslag 1: Carry Slee, Moederkruid

Soort verslag: standaard verslag

Samenvatting

Het boek bestaat uit drie delen. Deel 1 is een inleiding op het verhaal. Het gaat over de moeder van het hoofdpersoon, ze vertelt hoe zij hun vader ontmoette. Haar moeder stuurde haar naar een naaiatelier om te gaan werken. Het was slechts een tussenoplossing tot ze een betere baan vond. De baas van het naaiatelier had een oogje op haar en kwam al snel over de vloer om te kaarten met de ouders van het meisje. Tot grote vreugde van haar moeder want die was er trots op dat de baas verliefd op haar dochter was. Het meisje werd na enige tijd ook verliefd op hem. En het duurde niet lang of hij verliet zijn vrouw voor haar. Ze kregen twee meisjes, maar hadden liever een jongen gewild.

Deel twee gaat over hun leven waarna ze net verhuisd zijn. De twee dochters, Elsje en het ik- persoon hebben het nu heel erg moeilijk en dit komt door hun ouders. Ze zijn verhuisd naar een nieuwe buurt, omdat het naaiatelier van hun vader failliet is gegaan. Volgens hun moeder horen ze hier niet thuis. Ze mogen niet naar buiten om met de andere kinderen te spelen, ook mogen ze niet naar de plaatselijke groente en fruitboer omdat hij zijn groente en fruit verpakt in kranten. Ze gaan naar een school die een half uur lopen is omdat de moeder vind dat de scholen in de buurt niet deugen, de moeder brengt hun ook naar school omdat het gevaarlijks is volgens haar. Eerst was het plan dat deze flat een tussenoplossing was tot het beter ging met de zaak, maar snel bleek dat ze hier bleven wonen. Toen mochten Elsje en de ik- persoon wel met de kinderen uit de buurt omgaan. Met veel voorwaarden zoals speciale kleding, niet bij iemand thuis spelen, niks aannemen, niet naar het toilet gaan en er mochten geen kinderen bij hun over de vloer komen. Wanneer de ik- persoon toch een keer op de bril gaat zitten rent ze naar huis en vertelt ze het tegen haar moeder. Die begint haar gelijk flink te wassen. Als de ik- persoon een paar dagen later erge buikpijn heeft en plast met bloed gaan ze naar de huisarts. Die constateert dat ze een ernstige nierbekkenontsteking heeft, en zes weken op bed moet liggen en enkel zoutloos mag eten en drinken. Moeder vind dit vreselijk omdat zij dan voor haar moet zorgen en speciaal moet koken. Verder mag helemaal niemand weten wat ze heeft. Moeder heeft zelf ook vaak klachten. Ze heeft het snel koud, ze heeft snel hoofdpijn en ze kan niet lang staan. Na een tijdje staat er een deurwaarder op de stoep om op een aantal spullen beslag te leggen, omdat het bedrijf van de vader van de ik- persoon failliet is gegaan. Vanaf dat moment gaat het nog veel slechter tussen de ouders. De vader besluit om het naaiatelier naar hun huis te verplaatsen en al snel zit het vol werknemers. Op een dag betrapt de moeder van de ik- persoon haar man met een van de naaisters. Na en tijdje vertelt de vader tegen de ik- persoon dat hij weggaat. Ze vertelt het tegen haar vriendinnetjes, die medelijden hebben. Maar als de vader na een tijdje nog niet weg is, worden de vriendinnetjes boos en zeggen dat ze alles heeft verzonnen. De vader probeert het opnieuw met de moeder.


Deel drie is een paar jaar later. Wanneer Elsje en de ik- persoon ’s nacht wakker worden gemaakt door hun vader word hun verteld dat hun moeder heel ziek is. De volgende ochtend verteld de moeder dat ze niet uit bed kan komen, en dat ze met zin tweeën maar naar school moeten gaan tot de verbazing van Elsje en de ik- persoon. Ze wordt door gewezen naar een psychiater die haar medicijnen geeft. De ik- persoon word door Kitty, een meisje die werkt bij de fietsenhandel, opgewacht om te vragen of ze met haar wil werken. De ik- persoon werkt daar totdat Kitty merkt dat de ik- persoon lesbische gevoelens heeft voor haar. De hele buurt weet het en niemand gaat nog met haar om, op de onderburen na. Thuis zit de deur op slot, omdat vader vreemdgaat met de dochter van een andere buurvrouw. De moeder is bang voor de buurman want die schreeuwt dat hij haar zal vermoorden. Door een belcode komen Elsje en de ik- persoon meestal binnen. Maar deze keer word niet opengedaan, dus gaan ze snel naar hun vaders naaiatelier aan de overkant en ze roepen hem. Een maal binnengekomen blijkt dat de moeder een zelfmoordpoging heeft gedaan.

Toen de moeder weer uit het ziekenhuis kwam was ze er trots op en vertelde ze het trots aan haar dochters. Vanaf dat moment gaat het steeds slechter met haar en krijgt ze een zenuwinzinking en krijgt zwaardere medicijnen. Tenslotte krijgt ze van de dokter een verklaring om in een andere buurt te gaan wonen, omdat deze buurt haar gek maakt.

 

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-moederkruid-door-carry-slee-63639

Thema

Het hoofdthema van dit boek is opvoeding. Ik heb dit gekozen omdat het vooral gaat over de opvoeding van een moeder voor haar dochters. Op een bijzondere manier, om kinderen ook een beetje schrik aan te jagen. Een sub thema kan zijn, relatieproblemen. Aangezien de relatie tussen de ouders van de kinderen slecht verloopt en de moeder daardoor veel mentale tegenslagen heeft te verduren.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-moederkruid-door-carry-slee-63639

 

Personages

ik- persoon (hoofdpersoon):
Ze is een jong, rustig meisje die op de basisschool zit. Ze wordt vooral door haar vader behandelt als een jongen. En ze doet daardoor ook vaak als een jongen. Ze ontdekt dat ze op meisjes valt. En dat ze geliefd is bij haar vader vanwege het jongensachtige gedrag, maar dat ze liever aan de kant van haar moeder staat.

Elsje:
Elsje is de twee jaar oudere zus van de ik- persoon. Ze staat vaak in het kruit bij haar vader. Ze is rustig en ook verlegen. Ze wordt seksueel misbruikt door haar vader, maar alleen de ik- persoon weet hiervan. Ze heeft ook vaker ruzie met haar moeder dan met haar vader en haar bondgenoot is de ik- persoon. Ze is een slim en pienter meisje.

De moeder:
Zij is egoïstisch, verbitterd en precies. Ook geeft zij snel anderen de schuld van haar daden en is ze heel voorzichtig tegenover andere mensen. Ze creëert ook geen banden met mensen. Ze voelt zich daardoor vaak eenzaam. Als gevolg dat ze het uit door overal commentaar op te geven, streng haar dochters op te voeden en dat beïnvloed haar kinderen op een negatieve manier. Het is lastig te zeggen hoe moeder zich gedraagt tegenover het ik- persoon; soms een tegenstander, soms een bondgenoot, soms afzijdig.

 

 

De vader:
Hij is onbetrouwbaar. Hij gaat vreemd en heeft Elsje seksueel misbruikt. Hij volgt zijn eigen weg en let daarbij niet anderen. Net als bij de moeder is het lastig te zeggen hoe hij is tegenover het ik- persoon; een tegenstander, een bondgenoot, soms afzijdig.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-moederkruid-door-carry-slee-63639

Perspectief

Het is een ik- vertelsituatie. je ziet alles door de ogen van een meisje. Je leest haar gedachtes, gevoelens, ervaringen en gebeurtenissen vanuit haar perspectief. Het verhaal loopt over ongeveer 15 jaar, maar er zijn ook grote delen weggelaten.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-moederkruid-door-carry-slee-63639

 

Ruimte

Het verhaal speelt zich af in een flat in een achterbuurt. Ze vertrouwen de buurtwinkels en scholen niet en gaan daarom naar andere stad, ver van de achterbuurt. Het is heel duidelijk geschreven hoe de buurt eruit ziet en wat het gezin ervan vind. Het speelt zich af in het verleden aangezien het een uitzondering was als je een auto was, net als dat dat vroeger zo was.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-moederkruid-door-carry-slee-63639

 

Spanning

De spanning in dit boek heb ik minder ervaren ten opzichte van anderen boeken. Dit boek is niet uit op spanning maar het overbrengen van Carry’s verhaal over haar jeugd. Spanning hoefde niet bij dit boek aangezien alle gebeurtenissen in het boek alles al erg heftig maken.

Bron: ik zelf

 

Titel

De titel van het boek is Moederkruid. Moederkruid word ook wel gezien als onkruid. De moeder ziet vooral haar kinderen zo. Je hebt alleen maar last van ze en door hen wonen ze in een achterbuurt. Ze heeft ook veel commentaar op de kinderen en ze mogen niks. “Moeder” het eerste deel van de titel is waarschijnlijk gekozen omdat het hele boek eigenlijk om de moeder van Carry en Elsje draait. De meeste problemen komen door haar, ook al zegt ze zelf van niet.

Met deze uitleg vind ik het een goede titel. Want je weet op het eerste gezicht niet wat de titel betekent maar het geeft eigenlijk, zodra je het weet een heleboel weer.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-moederkruid-door-carry-slee-63639

 

 

Mening

Het was een erg fijn boek om te lezen. Je kwam gemakkelijk door de teksten, dit is denk ik ook een van de makkelijkste boeken die ik heb gelezen in de afgelopen tijd. Daarentegen was het verhaal wel zwaar om te lezen. Het is een biografie over de jeugd van de beroemde schrijfster, Carry Slee. Zij neemt ons mee in haar onveilige jeugd die zij heeft meegemaakt. Ik kon me makkelijker inleven in het boek aangezien het een biografie is van Carry, dus waargebeurd.

Toen ik jonger was heb ik veel boeken gelezen van Carry Slee. Ze schrijft voornamelijk jeugdboeken, ze schreef vaak over jongeren met moeilijke periodes in hun leven. Nu ging het een keertje over haar, haar vreselijke periode als kind. Het was een goed boek om te lezen, toch ook erg heftig. Ik had elke bladzijde medelijden met haar en Elsje.

In het boek komen zulke heftige gebeurtenissen voor dat het soms voor mij ongeloofwaardig was. Er is zoveel gebeurd in haar jeugd, vreselijke dingen. Soms wil je even niet nadenken over de dingen die haar overkomen zijn, het was voor mij, pas na het boek pas goed te bevatten.

Bron: ik zelf

 

De auteur

Carolina Sofia (Carry) Slee is in 1949 geboren in een kleine bovenwoning in Amsterdam-West.
Al op jonge leeftijd, nog voordat ze kon schrijven, verzon Carry Slee verhaaltjes, die ze aan haar poppen en knuffels vertelde. Ook had ze een eigen bibliotheek op haar kamer, van zelf geplakte papieren boekjes, daarin schreef ze in fantasieletters een verhaal.
Toen ze kon lezen, werd ze lid van de Openbare Leeszaal waar ze uren doorbracht. Op de lagere school had ze een schrift waarin ze bijna dagelijks korte verhalen en gedichten noteerde.
Na de middelbare school ging Carry Slee naar de Academie voor Woord en Gebaar in Utrecht. In 1975 slaagde ze voor deze opleiding. Carry Slee werd dramadocent op een school voor mode en kleding in Zaandam. Haar schrijverskwaliteiten kwamen toen goed van pas, want samen met haar leerlingen bedacht ze verhaallijnen waar ze vervolgens compleet uitgewerkte toneelstukken van maakte. De toneelstukken werden, vaak met groot succes, opgevoerd door de leerlingen. In 1980 werd haar oudste dochter Nadja geboren. In 1983 werd haar dochter Masja geboren. Toen haar dochters nog jong waren, bedacht Carry verhalen voor hen waarin 'Keetje Karnemelk' de hoofdrol speelde. Nadja en Masja vonden de verhalen zo leuk dat Carry Slee besloot ze naar het tijdschrift Bobo te sturen. Daarin werden ze in 1988 gepubliceerd.

1989 - Gestimuleerd door het succes van 'Keetje Karnemelk' stortte Carry Slee zich op een boek over de belevenissen van de tweeling Rik en Roosje ( - 6 jaar). Ze bood het manuscript aan bij uitgeverij Van Holkema & amp; Warendorf, waar het in 1989 in boekvorm verscheen. Dit boek beschrijft de belevenissen van de tweeling Rik en Roosje. Ze gaf haar baan in het onderwijs op en ging alleen nog maar schrijven. In 10 jaar tijd heeft ze zo'n 40 boeken geschreven en ontving ze 13 Kinder- en Jonge Jury prijzen, een absoluut record.

Bron: http://www.leesfeest.nl/auteur/slee-carry  / https://www.kunstbus.nl/literair/carry+slee.html

Boek 2 - havo 4

Boek 3 - havo 4

Boek 4 - havo 4

Boek 5 - havo 4

Boek 6 - havo 4

Boek 7 - havo 5

Boek 8 - havo 5

Boek 9 - havo 5

Boek 10 - havo 5

Eindopdracht havo 4

Boekenoverzicht en boekenplan

 

In havo 5 rond je het onderdeel literatuur af met een presentatie over 10 gelezen boeken. Bij deze presentatie is het vooral de bedoeling dat je je mening geeft over de boeken en dat je laat zien dat je als lezer gegroeid bent. Dit kan betekenen dat je in leesniveaus gestegen bent, maar ook dat je beter ontdekt hebt welke boeken bij je passen.

Om daar vast bewust over na te denken, maken jullie de volgende opdracht.

Wat moet je doen?

Je maakt een overzicht van de boeken die je gelezen hebt in havo 4. Het overzicht eindigt bij je plan voor de boeken die je nog gaat lezen in H5. Dus: op basis van wat je gelezen hebt en hoe je boeken gekozen hebt, maak je een plan voor de boeken die je nog gaat lezen in havo 5.


Hoe moet je het doen?

Maak een mindmap of schema van de gelezen boeken.
Werk zoveel mogelijk met afbeeldingen en kleuren en zo min mogelijk met woorden. Gebruik altijd alleen maar steekwoorden! Je mag de mindmap digitaal maken, je mag ook op papier werken en de opdracht inscannen.

In de mindmap moeten de volgende onderdelen terugkomen:

Per boek
- Hoe / waarom heb je dit boek gekozen?
- Waarom heb je op deze manier het boek gekozen?
- Wat vond je na het lezen van het boek?
- Wat leerde dit boek je over de volgende boeken die je ging lezen? Wil je bijvoorbeeld juist wel/niet meer boeken lezen over het onderwerp van dit boek? Zou je nog een boek van deze schrijver willen lezen? Waarom wel / niet?

Totaal over alle boeken
- Valt je iets op als je naar de gelezen boeken kijkt? Hebben ze overeenkomsten of zijn ze juist erg verschillend? (dit kun je met kleuren gemakkelijk aangeven in je mindmap)

Slotvraag

Het is belangrijk dat je boeken kiest die bij je passen en niet zomaar boeken die ‘iedereen leest’. Dus:
- Hoe ga je je boeken volgend jaar kiezen?
- Waar wil je nog graag over lezen?
- Probeer een omschrijving te geven van de boeken die erg goed bij jou passen.

 

Sla het resultaat van deze opdracht op in je leeslogboek.

Sla de opdracht op in je leeslogboek. Indien je op papier gewerkt hebt, lever je de papieren versie in en sla je een foto van het werk op in het leeslogboek.

Eindopdracht havo 5

Visie op literatuur

Je hebt 10 boeken gelezen. In de les heb je geleerd wat literatuur is en wat niet. Ook heb je gemerkt dat er binnen de literatuur nog veel verschillen zijn. En dat er verschillend gedacht wordt over wat literatuur is.

In de volgende link vind je een proef: je onderzoekt wie of wat bepaalt wat literatuur is. Maak deze proef: https://litlab.nl/proef/literaire-kwaliteit/.

Wanneer je klaar bent met het maken van deze proef voeg je je antwoorden hier toe. Vervolgens beantwoord je de volgende vragen.

Wat is volgens jou literatuur? Wanneer mag je een boek literair noemen volgens jou?

  • Het arrangement Leeslogboek havo 4 - 2019/2020 - kopie 1 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    jip baaijens
    Laatst gewijzigd
    2020-06-08 12:39:32
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Leerniveau
    HAVO 4;
    Leerinhoud en doelen
    Nederlands; Literatuur;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    40 uur 0 minuten
    Trefwoorden
    havo4, havo5, leeslogboek, literatuur, nederlands

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    van der Ven, Jolanda. (z.d.).

    Leeslogboek havo 4 - 2019/2020

    https://maken.wikiwijs.nl/145170/Leeslogboek_havo_4___2019_2020

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.