Rekenen - domein 3 en 4

Rekenen - domein 3 en 4

Introductie

Welkom!

Inleiding

Welkom bij de lesmateriaal voor rekenen! Hier vind je alle informatie over domein 3 en 4 uit het boek Startrekenen 2F MBO, uitgeverij Deviant (leerwerkboek rekenen deel B).

Domein 3 gaat over Meten & Meetkunde. Denk hierbij aan het berekenen van lengtes, oppervlakten, inhouden. Maar ook aan rekenen met tijd en snelheid. Hoelang duurt het van het ene punt naar het ander? Hoe beschrijf ik de route? Hoeveel is een voorwerp op schaal? Hier horen de hoofdstukken 10 tot en met 15 bij.

 

Domein 4 gaat over Verbanden. Je zult leren hoe je tabellen, schema's, diagrammen, formules en grafieken maakt, hoe je deze kunt lezen en wanneer ze te gebruiken zijn. Wist je dat wij dagelijks te maken hebben met schema's? Denk bijvoorbeeld aan je lesrooster, dat is ook een schema!

Bij dit Domein worden de volgende hoofdstukken behandeld: 16 tot en met 18.

 

Indeling

Op volgorde word er een stukje theorie uitgelegd over de hoofdstukken. Aan het einde van elk hoofdstuk zijn er oefenopgaven. Dit is ter voorbereiding op de toets aan het einde.

 

Leerdoelen

Domein 3:

  • De student weet hoe je lengtes, oppervlakten en inhouden berekend moet worden en in verschillende hoeveelheden omzetten. 
  • De student kan tijden in verschillende hoeveelheden omzetten en verwerken met afstanden. 
  • De student kan met windrichtingen en kaarten routes omschrijven. 

 

Domein 4: 

  • De student weet wat verbanden zijn.
  • De student kan tabellen, schema's, diagrammen en grafieken lezen en berekeningen maken met de informatie erin. 
  • De student weet hoe er formules worden gemaakt en toegepast. 

 

Tip: maak ook gebruik van je boek ter ondersteuning!

​Heel veel succes!

 

Domein 3

Hoofdstuk 10 - Maten en Hoeveelheden

10. EENHEDEN, OMREKENEN, REKENEN MET EENHEDEN

Lengte

De lengte geeft aan hoe lang iets is. Je kunt een lengte met verschillende eenheden aangeven. De basiseenheid van lengte is meter.

De kleinste eenheid is milimeter (mm). Voorbeeld van 1 milimeter is de dikte van een nagel of een CD.

 

Cd Rom - Gratis afbeelding op Pixabay

 

Blog - Zo snel groeien je nagels...!

 

1 centimeter (cm) is evengroot als 10 mm. Denk bijvoorbeeld aan een nietje. Een nietje is 1 cm lang.

 

En zo gaat het rijtje door met decimeter, meter, decameter, hectometer en kilometer. Tussen elke eenheid zit steeds een stap van 10.

 

 

Gewichten

Het gewicht geeft aan hoe zwaar iets is. Je kunt gewicht met verschillende eenheden aangeven. De basiseenheid van gewicht is gram. Met een weegschaal weeg je het gewicht van een zak appels. Je weet dan hoe zwaar de appels zijn. Ook wij mensen staan op een weegschaal om te zien hoe zwaar wij wegen. Dan gaat het om kilogram (kg). Maar medicijnen zijn meestal 1000 mg per pilletje. En 1000 milligram is gelijk aan 1 gram.

Ook met gewichten is elke stap een stap van 10 en gaan we hetzelfde rijtje af: miligram, centigram, decigram, gram, decagram, hectogram en kilogram.

 

Medicijnen in beweging - PanEssay

 

Inhoud

Inhoud geeft aan hoeveel er in iets past of hoeveel ruimte iets inneemt. De basiseenheid van inhoud is liter. Als je aan het koken bent, staat er in een recept bijvoorbeeld hoeveel cl water er nodig is.

Hierbij hoort het rijtje:

 

Metriek stelsel voor inhoudsmaten in liters

 

Je kunt de verschillende eenheden van elkaar omrekenen zoals je het kunt zien in de tabel hierboven. Als je wilt weter hoeveel ml 10 cl is > doe je 10 cl x 10 = 100 ml. Maar andersom deel je het door 10 (100 ml :10 = 10 cl).

 

 

 

Hoofdstuk 11 - Lijnen en Figuren

11 LIJNEN, TWEEDIMENSIONEEL, DRIEDIMENSIONEEL, SYMMETRIE EN AANZICHTEN

Lijnen en tweedimensionale figuren

In tekeningen en figuren heb je horizontale en verticale lijnen. Een horizontale lijn is een liggende lijn van links naar rechts. Denk aan de horizon.

 

Een verticale lijn is een rechtopstaande lijn van boven naar beneden. Een ezelsbrug om dit te onthouden is de v-vormige onderkant van een pijl die naar beneden wijst.

 

Tweedimensionale figuren zijn figuren die plat zijn. Ze hebben twee dimensies: Lengte en Breedte. Rechte lijnen van deze figuren noem je zijden. Zijden die tegenover elkaar liggen en even lang zijn, noem je evenwijdig. Voorbeelden van tweedimensionale figuren zijn: vierkant, rechthoek, ruit, parallellogram, driehoek of cirkel.


 

Driedimensionale figuren

Verder zijn er driedimensionale figuren. De drie dimensies zijn: Lengte, Breedte en Hoogte. Een platte kant van een driedimensionale figuur noem je een vlak.

 

Voorbeelden van driedimensionale figuren: kubus, balk, piramide, prisma, bol, cilinder, kegel.


 

Symmetrie

Figuren die symmetrisch zijn, betekend dat twee helften spiegelbeeld zijn van elkaar. Als een figuur symmetrisch is, kun je het door midden snijden. Dat heet de symmetrie-as.

 

 

Aanzichten

Een aanzicht is de kant van waar je naar iets kijkt.

Vooraanzicht – Bovenaanzicht – Zijaanzicht - Rechteraanzicht – Linker aanzicht

Om  te weten of je een bepaald plek kunt zien, is het belangrijk dat je weet wat de kijklijnen zijn.

 

Hoofdstuk 12 - Omtrek en Oppervlakte

12. OMTREK UITREKENEN, OPPERVLAKTE UITREKENEN EN OMREKENEN

Omtrek

Tweedimensionale figuren hebben een omtrek. Omtrek betekend de afstand om een figuur heen.

Voorbeeld: Wat is de omtrek van deze tweedimensionale figuur?

Visitekaartjes vierkant. Bekijk hier vierkante visitekaartjes!

De omtrek van dit vierkant is: 5 cm + 5 cm + 5 cm + 5 cm = 20 cm. Je telt alle zijden bij elkaar op.

 

Oppervlakte

De oppervlakte van een tweedimensionale figuur geeft aan hoe groot de figuur is. De basiseenheid van oppervlakte is vierkante meter (m2)

Hoe reken je de oppervlakte uit? Je kunt van een vierkant of rechthoek de oppervlakte uitrekenen door de lengte met de breedte te vermenigvuldigen. Dus: Oppervlakte = Lengte x Breedte.

LET OP! Als je de eenheid van een oppervlakte gaat omrekenen naar een ander eenheid, neem je altijd stappen van 100. Bekijk de tabel hieronder:

 

Oppervlakte 2 - Oppervlaktematen omrekenen, Sommenfabriek

 

 

Hoofdstuk 13 - Inhoud

Inhoud

Bekijk dit filmpje:

HTTPS://WWW.YOUTUBE.COM/WATCH?V=JUPCHYQKKTI

 

 

 

De inhoud geeft aan hoeveel ruimte iets inneemt of hoeveel er in iets past. Een eenheid van inhoud is kubieke meter (m3). Een woord voor kubieke meter is kuub. De inhoud van een balk of kubus kun je uitrekenen door de lengte, de breedte en de hoogte met elkaar te vermenigvuldigen.

 

Formule om inhoud te berekenen is:

Lengte x Breedte x Hoogte

 

Je kunt verschillende eenheden van inhoud naar elkaar omrekenen. Maar !let op! Als het om Kubieke eenheden gaat, neem je stappen van 1000.

 

dm3 = liter

Dus bijvoorbeeld:

1 dm3 = 1 liter

3 dm3 = 3 liter

5,6778 dm3 = 5,6778 liter etc.

 

 

Hoofdstuk 14 - Tijd en Snelheid

TIJD EN SNELHEID

Tijd geeft aan hoe laat het is. Eén dag bestaat uit 24 uur. Op een normale (analoge) klok heb je 12 uren. De lange wijzer, wijst de minuten aan. De korte wijzer, het uur. In 1 uur zitten 60 minuten. En 1 minuut duurt 60 seconde.

Maar ná de middag verandert de tijd op een digitale klok. Dus na 12 uur komt 13 uur, dus 1 uur ’s middags. Daarna 14 uur, dus 2 uur ’s middags en zo verder.

 

Tijd kan je dus verdelen in een dag. Maar je kunt tijd ook in een week, maand, jaar of eeuw verdelen.

Een week bestaat uit 7 hele dagen.

Een maand uit (ongeveer) 30 dagen

Een jaar bestaat uit 365 dagen, dat zijn ook 52 hele weken, maar ook 12 hele maanden

Een eeuw bestaat uit 100 jaar.

 

Korte samenvatting:

 

  • 1 dag = 24 uur
  • 1 uur = 60 minuten
  • Lange wijzer à minuten
  • Korte wijzer à uur
  • Vanaf de middag telt de digitale klok door
  • 1 week = 7 dagen
  • 1 maand = 30 dagen
  • 1 jaar = 365 dagen = 52 weken = 12 maanden
  • 1 eeuw = 100 jaar

 

 

 

 

 

 

 

 

Hieronder zie je de dag gedeeld in 4 delen. Elke deel bestaat steeds uit 6 uren en is in totaal 24 uur.

Hoofdstuk 15 - Kaarten en Schaal

KAARTEN, ROUTES, SCHAAL 

Routes

Een kaart of een plattegrond geeft een overzicht van een gebied. Soms heeft een kaart of een plattegrond een legenda. Op de legenda is te zien wat de kleuren en symbolen betekenen.

 

Het is belangrijk om een routebeschrijving zo duidelijk mogelijk uit te leggen. Maak bij een routebeschrijving gebruik van richtingen, zoals links of rechts. Maar je kunt ook gebruik maken van windrichtingen, zoals noord, oost, zuid en west.

 

Schaal

Soms is een voorwerp of gebouw op schaal gemaakt. Denk daarbij aan voorwerpen of gebouwen dat normaal gesproken veel groter is. Bijvoorbeeld een speelgoedauto van 10 cm. Een normale auto is bijna 30 x groter. Dus schaal 1 : 3.

Domein 4

TOETS

Toets: REKENTOETS DOMEIN 3 + 4

Start

  • Het arrangement Rekenen - domein 3 en 4 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Tugba Degermenci Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2021-01-19 19:40:40
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    mbo 2f
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    REKENTOETS DOMEIN 3 + 4

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Versie 2.1 (NL)

    Versie 3.0 bèta

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.