Zolang we nog niet naar school kunnen door de corona-crisis, werken jullie thuis aan het thema 'Elektriciteit'.
Dit thema bestaat uit 7 lessen, waarvan jullie er 1 per week gaan doen.
Dat zet ik ook steeds in TP.
Elke les bestaat uit een stukje theorie met vragen en wat opdrachten.
Ook zijn er foto's en video's toegevoegd om het nog duidelijker te maken.
Natuurlijk kun je ook extra informatie in je boek opzoeken.
In de online-omgeving (Nova-Malmberg) hoef je dus GEEN opdrachten te maken.
Het is belangrijk dat je de opdrachten DUIDELIJK opslaat in een map in OneDrive.
In die map verzamel je namelijk de komende 7 lessen je opdrachten.
Na deze 7 lessen is je verzameling dan compleet en dan kan je die map in 1 keer met mij delen voor een cijfer.
Dat hoeft dus NIET tussendoor!
Hoe doe je dat dan?
Log in op Intranet
Klik op Office 365
Klik op OneDrive
Maak in 'bestanden' een nieuwe map aan en noem deze: Elektriciteit
In deze map kun je nu bestanden uploaden: upload je opdracht en geef deze een duidelijke naam: Bijvoorbeeld:Les 1 opdracht 1
De komende weken ga je alle opdrachten die je moet maken in deze map opslaan.
In die 7 weken moet je 2 proefjes doen. De uitleg hiervan vindt je ook in elke les terug.
Je mag dus zelf weten wanneer (binnen die 7 weken) je die proefjes doet.
Mocht de corona-crisis nog lang duren, dan werken we dus in ieder geval de komende 7 weken op deze manier aan het thema elektriciteit. Is het zo dan we al eerder naar school kunnen, dan pakken we vanaf dat moment de lessen weer in de klas op.
Tot slot ben ik voortaan op dinsdag en donderdagochtend, tussen 9.00 en 9.30 uur bereikbaar in Teams voor vragen en extra uitleg. Je kan in Teams dan met mij chatten of video-bellen. Spaar je vragen dus ook op tot die momenten.
Ik heb in Teams bij jouw klas een chat 'Nask' aangemaakt, waarin je kunt aangeven dat je op dinsdag,- of donderdagochtend wilt chatten of wilt video-bellen. Maak er gebruik van als je vast loopt.
Succes!
Groetjes mevrouw Mourits
Leerdoelen
Je weet waarvoor je een batterij gebruikt.
Je kunt de plus en de min van een staaf-batterij aanwijzen.
Je weet wat de spanning van een staaf-batterij is.
Je kunt de plus en de min van een penlite-batterij aanwijzen.
Je weet wat de spanning van een penlite-batterij is.
Je kunt de spanning berekenen als je batterijen in serie schakelt.
Je kunt uitleggen hoe een platte batterij werkt.
Je kunt uitleggen waarom batterijen schadelijk zijn voor het milieu.
Je kunt uitleggen hoe oplaadbare batterijen werken en waarom sommige apparaten niet goed met deze batterijen werken.
Theorie + vragen
In een zaklamp zit een batterij. Een batterij is een voorwerp dat elektrische energie kan leveren.
Ook in een mobieltje zit een batterij. Deze batterijen kun je niet omwisselen, want ze hebben een andere vorm en spanning.
Veel apparaten werken op batterijen. Bijvoorbeeld: een rekenmachine, een laptop en een zaklamp. Batterijen geven elektriciteit. Er zijn verschillende soorten batterijen.
De staafbatterij
Een eenvoudige batterij is de staaf-batterij. Een staaf-batterij heeft een ronde vorm, met aan één kant een dopje. Bij dit dopje staat een +. Dit is de plus van de batterij. De + staat altijd op de batterij. De andere kant van de batterij is plat. Dat is de min (−) van de batterij.
Op de staaf-batterij staat: 1,5 V. Dit is de spanning van de batterij. Een staaf-batterij geeft een spanning van 1,5 volt. De letter V is de afkorting van volt.
De Penlite batterij
Het achterlicht van een fiets werkt vaak op batterijen. In het achterlicht op de foto zitten penlite-batterijen. Penlite-batterijen zijn kleine staaf-batterijen. Het dopje is de plus. De spanning van een penlite-batterij is 1,5 volt.
Batterijen in serie schakelen
Het achterlicht van een fiets heeft 3,0 volt nodig om met genoeg licht te branden. Dat is twee keer 1,5 volt. Als je twee penlite-batterijen op de juiste manier achter elkaar legt, dan krijg je 3,0 volt.
Door batterijen achter elkaar te leggen, kun je de spanning vergroten.
Dat noem je: batterijen in serie schakelen.
Spanning berekenen
Je wilt batterijen in serie schakelen. Dan leg je de plus van batterij 1 tegen de min van batterij 2. De spanning die je nu krijgt, kun je uitrekenen. Je moet de spanning van de batterijen optellen. Als je drie batterijen in serie schakelt, dan is de spanning: 1,5 + 1,5 + 1,5 volt = 4,5 volt. Je kunt ook berekenen: 3 × 1,5 volt = 4,5 volt.
Als je een van de drie batterijen per ongeluk verkeerd om legt, werkt hij tegen de andere batterijen in.
De totale spanning wordt dan: 1,5 + 1,5 – 1,5 = 1,5 V.
De platte batterij
Bij een platte batterij is de buitenkant open gemaakt, zodat je in de batterij kunt kijken.
Je ziet dat een platte batterij bestaat uit drie staaf-batterijen.
In de platte batterij zijn de drie batterijen in serie geschakeld.
Er gaat een draad van de min van de batterij naar de plus van de batterij ernaast.
Batterijen en het milieu
In batterijen zitten chemische stoffen die nodig zijn om elektriciteit te maken. Als die stoffen zijn uitgewerkt, dan is de batterij leeg. De chemische stoffen in een batterij zijn schadelijk voor het milieu. Lege batterijen horen daarom bij het klein chemisch afval. Dit is huishoudelijk afval waar schadelijke stoffen in zitten.
De oplaadbare-batterij
Veel batterijen kun je weer vullen als ze leeg zijn. Dat zijn oplaadbare batterijen. Een oplaadbare batterij kun je opladen en opnieuw gebruiken. Telkens als de batterijen leeg zijn, leg je ze in een oplaad-apparaat. Met elektriciteit uit het stopcontact worden de batterijen weer opgeladen.
Je kunt deze batterijen heel vaak opnieuw gebruiken. Maar op het laatst doen ze het niet meer.
De lege batterijen horen dan bij het klein chemisch afval.
De spanning van een oplaadbare batterij is 1,2 volt. Dat is 0,3 volt minder dan een penlite-batterij. Sommige apparaten werken daarom niet goed met oplaadbare batterijen. Dat komt doordat de spanning te laag is.
Door deze opdracht te doen, maak je jouw eigen begrippenlijst.
Proefjes elektriciteit
Voor het thema elektriciteit voer je minimaal 2 proefjes uit.
Je mag zelf weten bij welke les je een proefje doet: les 1, 2, 3, 4, 5, 6 of 7.
Als je bij de laatste les maar minimaal 2 proefjes hebt gedaan!
Zolang we nog niet naar school kunnen door de corona-crisis, werken jullie thuis aan het thema 'Elektriciteit'.
Dit thema bestaat uit 7 lessen, waarvan jullie er 1 per week gaan doen.
Dat zet ik ook steeds in TP.
Elke les bestaat uit een stukje theorie met vragen en wat opdrachten.
Ook zijn er foto's en video's toegevoegd om het nog duidelijker te maken.
Natuurlijk kun je ook extra informatie in je boek opzoeken.
In de online-omgeving (Nova-Malmberg) hoef je dus GEEN opdrachten te maken.
Het is belangrijk dat je de opdrachten DUIDELIJK opslaat in een map in OneDrive.
In die map verzamel je namelijk de komende 7 lessen je opdrachten.
Na deze 7 lessen is je verzameling dan compleet en dan kan je die map in 1 keer met mij delen voor een cijfer.
Dat hoeft dus NIET tussendoor!
Hoe doe je dat dan?
Log in op Intranet
Klik op Office 365
Klik op OneDrive
Maak in 'bestanden' een nieuwe map aan en noem deze: Elektriciteit
In deze map kun je nu bestanden uploaden: upload je opdracht en geef deze een duidelijke naam: Bijvoorbeeld:Les 1 opdracht 1
De komende weken ga je alle opdrachten die je moet maken in deze map opslaan.
In die 7 weken moet je 2 proefjes doen. De uitleg hiervan vindt je ook in elke les terug.
Je mag dus zelf weten wanneer (binnen die 7 weken) je die proefjes doet.
Mocht de corona-crisis nog lang duren, dan werken we dus in ieder geval de komende 7 weken op deze manier aan het thema elektriciteit. Is het zo dan we al eerder naar school kunnen, dan pakken we vanaf dat moment de lessen weer in de klas op.
Tot slot ben ik voortaan op dinsdag en donderdagochtend, tussen 9.00 en 9.30 uur bereikbaar in Teams voor vragen en extra uitleg. Je kan in Teams dan met mij chatten of video-bellen. Spaar je vragen dus ook op tot die momenten.
Ik heb in Teams bij jouw klas een chat 'Nask' aangemaakt, waarin je kunt aangeven dat je op dinsdag,- of donderdagochtend wilt chatten of wilt video-bellen. Maak er gebruik van als je vast loopt.
Succes!
Groetjes mevrouw Mourits
Leerdoelen
Je kunt twee voorbeelden geven van spannings-bronnen.
Je kunt uitleggen hoe de dynamo van je fiets werkt en welke spanning deze geeft.
Je kunt uitleggen wat een generator is en een voorbeeld geven van een generator.
Je weet welke spanning er op een stopcontact zit.
Je kunt uitleggen waar de elektriciteit voor je huis gemaakt wordt en hoe deze bij je huis komt.
Je weet welke spanningen gevaarlijk en welke veilig zijn.
Theorie + Vragen
Sommige fietsen hebben licht dat alleen op batterijen werkt. Op oudere fietsen zit vaak een dynamo. De batterijen en de dynamo geven elektriciteit.
De dynamo
Het licht op je fiets werkt op elektriciteit. Om die elektriciteit te krijgen heb je een spanningsbron nodig. Een batterij en een dynamo zijn allebei spanningsbronnen. Een spanningsbron geeft elektriciteit.
Batterijen gaan leeg en dan brandt je licht niet meer. Een dynamo gaat niet leeg. Je moet wel blijven fietsen, anders geeft de dynamo geen elektriciteit. Het wieltje van de dynamo zit tegen de band. Als je fietst, dan draait het wieltje rond. De dynamo geeft nu een spanning van ongeveer 6 volt.
De generator
Boven in een windmolen zit een heel grote dynamo. Een grote dynamo noem je een generator.
Een generator geeft elektriciteit met een hoge spanning. Door de wind draaien de wieken van de windmolen. Als de wieken draaien, maakt de generator elektriciteit. Net als de dynamo op je fiets.
Het stopcontact Thuis werken veel apparaten op de elektriciteit uit het stopcontact. De spanning op een stopcontact is 230 volt.
De elektriciteit voor het stopcontact wordt gemaakt in een elektriciteitscentrale.
Daar staan grote generatoren. Die geven een spanning van wel 10.000 volt.
Ook de elektriciteit van de windmolens gaat naar de elektriciteitscentrale.
Een ander deel van de elektriciteit wordt gemaakt met waterkracht en met zonne-energie.
Van de elektriciteits-centrale gaat de elektriciteit via een verdeelstation naar alle huizen.
Voordat de elektriciteit je huis binnen gaat, wordt de spanning verlaagd tot 230 volt.
Dat gebeurt in transformator-huisjes. Daarna kun je de elektriciteit in huis gebruiken.
Gevaarlijke spanning
Je kunt een batterij vasthouden tussen duim en wijsvinger. Daar voel je niks van.
Dat komt doordat de spanning heel klein is (1,5 volt).
De spanning van een dynamo is een beetje groter (6 volt), maar die voel je ook niet.
6 volt is nog steeds een kleine spanning.
De spanning op een stopcontact is veel groter (230 volt). Dit is wel gevaarlijk.
De spanning op een stopcontact mag je nooit aanraken!
Veilige spanning
Op school doe je proeven met een veilige spanning. Voor proeven gebruik je daarom batterijen of een voedings-apparaat. Een voedings-apparaat verlaagt de spanning van het stopcontact, bijvoorbeeld tot 24 volt. Deze spanning is niet gevaarlijk.
Afbeeldingen
Dynamo op een fiets
Bovenin een windmolen zit een generator
In een elektriciteitscentrale staan heel grote generatoren
Je kunt een batterij vasthouden tussen duim en wijsvinger
Opdracht 1
Door deze opdracht te doen, maak je jouw eigen begrippenlijst.
Proefjes elektriciteit
Voor het thema elektriciteit voer je minimaal 2 proefjes uit. Je mag zelf weten bij welke les je een proefje doet: les 1, 2, 3, 4, 5, 6 of 7. Als je bij de laatste les maar minimaal 2 proefjes hebt gedaan!
Zolang we nog niet naar school kunnen door de corona-crisis, werken jullie thuis aan het thema 'Elektriciteit'.
Dit thema bestaat uit 7 lessen, waarvan jullie er 1 per week gaan doen.
Dat zet ik ook steeds in TP.
Elke les bestaat uit een stukje theorie met vragen en wat opdrachten.
Ook zijn er foto's en video's toegevoegd om het nog duidelijker te maken.
Natuurlijk kun je ook extra informatie in je boek opzoeken.
In de online-omgeving (Nova-Malmberg) hoef je dus GEEN opdrachten te maken.
Het is belangrijk dat je de opdrachten DUIDELIJK opslaat in een map in OneDrive.
In die map verzamel je namelijk de komende 7 lessen je opdrachten.
Na deze 7 lessen is je verzameling dan compleet en dan kan je die map in 1 keer met mij delen voor een cijfer.
Dat hoeft dus NIET tussendoor!
Hoe doe je dat dan?
Log in op Intranet
Klik op Office 365
Klik op OneDrive
Maak in 'bestanden' een nieuwe map aan en noem deze: Elektriciteit
In deze map kun je nu bestanden uploaden: upload je opdracht en geef deze een duidelijke naam: Bijvoorbeeld:Les 1 opdracht 1
De komende weken ga je alle opdrachten die je moet maken in deze map opslaan.
In die 7 weken moet je 2 proefjes doen. De uitleg hiervan vindt je ook in elke les terug.
Je mag dus zelf weten wanneer (binnen die 7 weken) je die proefjes doet.
Mocht de corona-crisis nog lang duren, dan werken we dus in ieder geval de komende 7 weken op deze manier aan het thema elektriciteit. Is het zo dan we al eerder naar school kunnen, dan pakken we vanaf dat moment de lessen weer in de klas op.
Tot slot ben ik voortaan op dinsdag en donderdagochtend, tussen 9.00 en 9.30 uur bereikbaar in Teams voor vragen en extra uitleg. Je kan in Teams dan met mij chatten of video-bellen. Spaar je vragen dus ook op tot die momenten.
Ik heb in Teams bij jouw klas een chat 'Nask' aangemaakt, waarin je kunt aangeven dat je op dinsdag,- of donderdagochtend wilt chatten of wilt video-bellen. Maak er gebruik van als je vast loopt.
Succes!
Groetjes mevrouw Mourits
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat een stroomkring is.
Je weet in welke richting de elektrische stroom loopt.
Je kunt het verschil uitleggen tussen een gesloten stroomkring en een onderbroken stroomkring.
Je weet hoe je een stroomkring kunt sluiten of onderbreken.
Je weet wat een schakel-schema is.
Je kent de belangrijkste symbolen die je in een schakel-schema gebruikt.
Theorie
Met een batterij kun je een lampje laten branden.
Je sluit het lampje met stroomdraden aan op de batterij.
Als je het goed doet, geeft het lampje licht.
Stroom
Je houdt een batterij vast tussen duim en wijs-vinger.
Nu gaat er elektriciteit door je hand stromen.
Daar voel je niks van, want het is een erg kleine stroom.
Elektrische stroom gaat lopen als je de plus (+) en de min (−) van een spanningsbron verbindt.
De stroom gaat dan in een kringetje rond.
Stroomkring
Een lampje is verbonden met een batterij.
Eén draad gaat van de plus van de batterij (+) naar het lampje.
Een andere draad gaat van het lampje terug naar de min van de batterij (−).
Nu gaat er elektrische stroom door het lampje, daardoor brandt het lampje.
Een stroomkring is een verbinding van de plus (+) naar de min (−) van een spanningsbron.
Stroom in een kringetje
Het lampje brandt, omdat er stroom doorheen gaat.
De elektrische stroom gaat in een kringetje rond.
Dat komt doordat de stroomkring gesloten is. Je zegt: er is een gesloten stroomkring.
Maak je nu één draad los, dan kan de stroom niet meer rond. Je zegt: de stroomkring is onderbroken.
De schakelaar
Je hebt een gesloten stroomkring.
Maak je een stroomdraad los, dan onderbreek je de stroomkring.
De lamp gaat uit, omdat er geen stroom meer door kan.
Wil je thuis het licht uitdoen, dan hoef je geen draad los te maken.
Je gebruikt een schakelaar om het licht aan en uit te doen.
Met een schakelaar kun je de stroomkring onderbreken of sluiten.
Een schakelschema
Van een stroomkring kun je een eenvoudige tekening maken.
De eenvoudige tekening van een stroomkring noem je een schakel-schema.
In een schakel-schema teken je alle onderdelen van de stroomkring.
Je tekent ook de stroomdraden tussen de onderdelen.
Teken-afspraken
In een schakel-schema zie je een cirkel met een kruisje. Dit is het symbool voor een lampje.
Een symbool is een eenvoudig teken voor iets uit de werkelijkheid.
Je ziet ook een kort en een lang streepje. Dit is het symbool voor een batterij.
Het lange streepje stelt de plus (+) voor, en het korte streepje de min (−).
Een stroomdraad teken je als een lijn.
Een schakelaar kun je op twee manieren tekenen: open of gesloten.
Gebruik voor deze opdracht het werkblad schakel-schema.
Print het werkblad uit óf neem de tekening over op een blaadje.
Zet vervolgens de letter A bij het draadje dat van de plus van de batterij naar het lampje gaat.
Zet een B bij het draadje dat van de min van de batterij naar het lampje gaat.
Zet een + bij de plus van de batterij.
Zet de letter E bij het lampje.
Maak een screenshot en sla deze DUIDELIJK op in OneDrive.
Hoe doe je dat?
Log in op Intranet
Klik op Office 365
Klik op OneDrive
Ga naar 'bestanden' en open de map Elektriciteit
In deze map kun je nu bestanden uploaden: upload je screenshot en geef deze een duidelijke naam: Les 3 opdracht 1
De komende weken ga je alle opdrachten die je moet maken in deze map opslaan.
Teken in het werkblad ook de richting van de stroom.
Doe dat met pijlen in de draad. Begin bij de plus van de batterij en stop bij de min.
Opdracht 3
Gebruik voor deze opdracht het werkblad schema lampje - schakelaar.
Meestal wordt een lampje aangesloten met een schakelaar, zie werkbad.
Print het werkblad uit óf neem de tekening over op een blaadje.
Zet vervolgens de letter E bij het lampje.
Zet een + bij de plus van de batterij.
Zet een 1 bij het draadje dat van de schakelaar naar de lamp gaat.
Zet een 2 bij het draadje dat van de batterij naar de schakelaar gaat.
Zet een 3 bij het draadje dat van de lamp naar de batterij gaat.
Geef aan of de schakelaar open of dicht is en of het lampje wel of niet brand.
Maak een screenshot en sla deze DUIDELIJK op in OneDrive.
Hoe doe je dat?
Log in op Intranet
Klik op Office 365
Klik op OneDrive
Ga naar 'bestanden' en open de map Elektriciteit
In deze map kun je nu bestanden uploaden: upload je screenshot en geef deze een duidelijke naam: Les 3 opdracht 3
De komende weken ga je alle opdrachten die je moet maken in deze map opslaan.
Door deze opdracht te doen, maak je jouw eigen begrippenlijst.
Proefjes elektriciteit
Voor het thema elektriciteit voer je minimaal 2 proefjes uit.
Je mag zelf weten bij welke les je een proefje doet: les 1, 2, 3, 4, 5, 6 of 7.
Als je bij de laatste les maar minimaal 2 proefjes hebt gedaan!
Zolang we nog niet naar school kunnen door de corona-crisis, werken jullie thuis aan het thema 'Elektriciteit'.
Dit thema bestaat uit 7 lessen, waarvan jullie er 1 per week gaan doen.
Dat zet ik ook steeds in TP.
Elke les bestaat uit een stukje theorie met vragen en wat opdrachten.
Ook zijn er foto's en video's toegevoegd om het nog duidelijker te maken.
Natuurlijk kun je ook extra informatie in je boek opzoeken.
In de online-omgeving (Nova-Malmberg) hoef je dus GEEN opdrachten te maken.
Het is belangrijk dat je de opdrachten DUIDELIJK opslaat in een map in OneDrive.
In die map verzamel je namelijk de komende 7 lessen je opdrachten.
Na deze 7 lessen is je verzameling dan compleet en dan kan je die map in 1 keer met mij delen voor een cijfer.
Dat hoeft dus NIET tussendoor!
Hoe doe je dat dan?
Log in op Intranet
Klik op Office 365
Klik op OneDrive
Maak in 'bestanden' een nieuwe map aan en noem deze: Elektriciteit
In deze map kun je nu bestanden uploaden: upload je opdracht en geef deze een duidelijke naam: Bijvoorbeeld:Les 1 opdracht 1
De komende weken ga je alle opdrachten die je moet maken in deze map opslaan.
In die 7 weken moet je 2 proefjes doen. De uitleg hiervan vindt je ook in elke les terug.
Je mag dus zelf weten wanneer (binnen die 7 weken) je die proefjes doet.
Mocht de corona-crisis nog lang duren, dan werken we dus in ieder geval de komende 7 weken op deze manier aan het thema elektriciteit. Is het zo dan we al eerder naar school kunnen, dan pakken we vanaf dat moment de lessen weer in de klas op.
Tot slot ben ik voortaan op dinsdag en donderdagochtend, tussen 9.00 en 9.30 uur bereikbaar in Teams voor vragen en extra uitleg. Je kan in Teams dan met mij chatten of video-bellen. Spaar je vragen dus ook op tot die momenten.
Ik heb in Teams bij jouw klas een chat 'Nask' aangemaakt, waarin je kunt aangeven dat je op dinsdag,- of donderdagochtend wilt chatten of wilt video-bellen. Maak er gebruik van als je vast loopt.
Succes!
Groetjes mevrouw Mourits
Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe je lampen en andere apparaten in serie schakelt.
Je kunt uitleggen waarom in een serie-schakeling de stroomkring onderbroken is als er één lamp kapot is.
Je kunt uitleggen wat een parallel-schakeling is.
Je kunt uitleggen waarom in een parallel-schakeling apparaten apart aan en uitgezet kunnen worden.
Je weet dat een parallel-schakeling twee of meer stroomkringen heeft.
Je kunt uitleggen hoe je met een schakelaar een stroomkring kunt onderbreken en sluiten.
Theorie + vragen
Als er 1 lamp kapot gaat in je kamer, dan blijven de andere lampen aan.
Dat is maar goed ook. Het zou heel onhandig zijn als je dan meteen in het donker zit.
Serie-schakeling
Je weet al dat je batterijen in serie kunt schakelen.
Je legt de batterijen met de plus en de min tegen elkaar.
Lampen en andere apparaten kun je ook in serie schakelen.
Je legt ze niet tegen elkaar, maar verbindt ze met stroomdraden.
1 stroomkring
In een serie-schakeling zitten alle lampen in 1 stroomkring.
De stroom gaat van de spannings-bron (+) eerst door lamp 1, daarna door lamp 2 en dan terug naar de spannings-bron (−).
Als 1 lamp kapot gaat, dan is de stroomkring onderbroken.
De stroom kan niet door de kapotte lamp.
De andere lamp gaat dan ook uit, want in een onderbroken stroomkring kan geen stroom lopen.
Apparaten in serie geschakeld
Parallel-schakeling
Je kunt de apparaten thuis in serie schakelen.
Maar dan moet bijvoorbeeld de wasmachine aan staan, als je de mixer wilt gebruiken!
Dat is niet handig. Daarom zijn de apparaten in huis apart van elkaar geschakeld.
Elk apparaat is met een eigen stekker aangesloten op het stopcontact.
Dat noem je: parallel schakelen.
Apparaten die parallel geschakeld zijn, kun je apart aan en uit zetten.
Meer stroomkringen
In een parallel-schakeling heeft ieder apparaat een eigen stroomkring.
In de afbeelding hieronder zie je een parallel-schakeling met twee stroomkringen.
Als 1 lampje kapotgaat, dan blijft het andere lampje branden.
Een parallel-schakeling heeft twee of meer stroomkringen.
Als 1 apparaat kapotgaat, dan kunnen de andere apparaten gewoon werken.
Meerdere stroomkringen
De schakelaar
Met een schakelaar kun je de stroomkring sluiten en onderbreken.
In een schakelaar zitten twee metalen plaatjes.
In de afbeelding hieronder raken die plaatjes elkaar.
De stroom kan door de schakelaar lopen. De stroomkring is gesloten.
Aan het symbool kun je zien dat de schakelaar dicht is.
Gesloten stroomkring: dichte schakelaar.
Als je de schakelaar omzet, gaan de metalen plaatjes van elkaar.
Dat zie je op de afbeelding hieronder.
Er kan nu geen stroom meer door de schakelaar lopen. De stroomkring is nu onderbroken.
Aan het symbool kun je zien dat de schakelaar open is.
Onderbroken stroomkring: schakelaar open
Opdracht 1
Gebruik het werkblad opdracht 1 of teken op een blaadje.
Op het werkblad zie je een schema getekend.
1. Teken in het lege vierkant hetzelfde schema, maar dan met de schakelaar dicht.
Teken met potlood. Gebruik voor de rechte lijnen een liniaal of geo-driehoek.
2. Geef aan of de stroomkring die je hebt getekend open of gesloten is.
3. Geef aan of het lampje volgens jouw schema wel of niet gaat branden.
Maak de tekening op een blaadje. Maak een screenshot van je tekening en sla deze DUIDELIJK op in OneDrive.
Hoe doe je dat?
Log in op Intranet
Klik op Office 365
Klik op OneDrive
Maak in 'bestanden' een nieuwe map aan en noem deze: Elektriciteit
In deze map kun je nu bestanden uploaden: upload je screenshot en geef deze een duidelijke naam: Les 4 opdracht 1
De komende weken ga je alle opdrachten die je moet maken in deze map opslaan.
Door deze opdracht te doen, maak je jouw eigen begrippenlijst.
Proefjes elektriciteit
Voor het thema elektriciteit voer je minimaal 2 proefjes uit.
Je mag zelf weten bij welke les je een proefje doet: les 1, 2, 3, 4, 5, 6 of 7.
Als je bij de laatste les maar minimaal 2 proefjes hebt gedaan!
Zolang we nog niet naar school kunnen door de corona-crisis, werken jullie thuis aan het thema 'Elektriciteit'.
Dit thema bestaat uit 7 lessen, waarvan jullie er 1 per week gaan doen.
Dat zet ik ook steeds in TP.
Elke les bestaat uit een stukje theorie met vragen en wat opdrachten.
Ook zijn er foto's en video's toegevoegd om het nog duidelijker te maken.
Natuurlijk kun je ook extra informatie in je boek opzoeken.
In de online-omgeving (Nova-Malmberg) hoef je dus GEEN opdrachten te maken.
Het is belangrijk dat je de opdrachten DUIDELIJK opslaat in een map in OneDrive.
In die map verzamel je namelijk de komende 7 lessen je opdrachten.
Na deze 7 lessen is je verzameling dan compleet en dan kan je die map in 1 keer met mij delen voor een cijfer.
Dat hoeft dus NIET tussendoor!
Hoe doe je dat dan?
Log in op Intranet
Klik op Office 365
Klik op OneDrive
Maak in 'bestanden' een nieuwe map aan en noem deze: Elektriciteit
In deze map kun je nu bestanden uploaden: upload je opdracht en geef deze een duidelijke naam: Bijvoorbeeld:Les 1 opdracht 1
De komende weken ga je alle opdrachten die je moet maken in deze map opslaan.
In die 7 weken moet je 2 proefjes doen. De uitleg hiervan vindt je ook in elke les terug.
Je mag dus zelf weten wanneer (binnen die 7 weken) je die proefjes doet.
Mocht de corona-crisis nog lang duren, dan werken we dus in ieder geval de komende 7 weken op deze manier aan het thema elektriciteit. Is het zo dan we al eerder naar school kunnen, dan pakken we vanaf dat moment de lessen weer in de klas op.
Tot slot ben ik voortaan op dinsdag en donderdagochtend, tussen 9.00 en 9.30 uur bereikbaar in Teams voor vragen en extra uitleg. Je kan in Teams dan met mij chatten of video-bellen. Spaar je vragen dus ook op tot die momenten.
Ik heb in Teams bij jouw klas een chat 'Nask' aangemaakt, waarin je kunt aangeven dat je op dinsdag,- of donderdagochtend wilt chatten of wilt video-bellen. Maak er gebruik van als je vast loopt.
Succes!
Groetjes mevrouw Mourits
Leerdoelen
Je weet dat apparaten elektrische energie omzetten in een andere vorm van energie.
Je kunt voorbeelden geven van apparaten die elektrische energie omzetten in warmte en je kunt de werking van deze apparaten uitleggen.
Je kent het verschil tussen een halogeenlamp, een spaarlamp en een ledlamp.
Je kunt uitleggen hoe met elektrische energie een elektro-motor kan bewegen.
Je kunt een voorbeeld geven van een apparaat dat elektrische energie omzet in bewegings-energie.
Je kunt uitleggen wat energie-verlies is.
Theorie + vragen
Je gebruikt elke dag elektrische energie.
Bijvoorbeeld met televisie kijken, bellen en gamen.
Ook voor wassen en stofzuigen is elektrische energie nodig.
Energie omzetten
Dankzij elektrische energie kun je veel verschillende dingen doen.
Je kunt water koken in een waterkoker.
Je kunt een lamp laten branden.
Ook kun je een mixer laten draaien.
De apparaten zetten de elektrische energie om in een andere vorm van energie.
Omzetten betekent veranderen.
Elektrische energie kun je omzetten in bijvoorbeeld:
warmte;
licht;
beweging.
Warmte
Verschillende apparaten zetten elektrische energie om in warmte.
Bijvoorbeeld: een elektrische kachel, een föhn en een waterkoker.
In de föhn zit een metalen draad.
Als er elektrische stroom door de draad gaat, dan wordt de draad warm.
Dat zie je in de afbeelding hieronder.
De warmte wordt afgegeven aan de lucht.
De lucht wordt daardoor warm.
In een water-koker zit een verwarmings-element.
Dat zie je in de afbeelding hieronde.
Het verwarmings-element wordt warm, als er stroom doorheen gaat.
De warmte wordt afgegeven aan het water.
Daardoor wordt het water warm.
Onder in de waterkoker zit het verwarmingselement
De halogeen-lamp
Een lamp zet elektrische energie om in licht.
Er zijn verschillende soorten lampen, bijvoorbeeld: de halogeen-lamp, de spaarlamp en de ledlamp.
In de halogeen-lamp zit een draad van een speciaal metaal.
Dat zie je in de afbeelding hieronder.
Als daar stroom doorheen gaat, dan wordt de draad erg warm.
De draad gaat gloeien en geeft licht. Je noemt die draad daarom een gloeidraad.
Een halogeen-lamp wordt erg warm als hij brandt.
De spaarlamp
In de spaarlamp zit een gas.
Dat gas gaat licht geven, als er een elektrische stroom doorheen gaat.
Een spaarlamp wordt niet zo warm als een halogeen-lamp.
In een spaarlamp zit en gas dat licht kan geven
De led-lamp
Een led-lamp verbruikt maar weinig energie.
Toch geven led-lampen heel veel licht.
Bijzonder is dat de stroom maar in één richting door de led-lamp heen kan lopen.
Als je het andersom probeert, loopt er geen stroom en geeft de led-lamp geen licht.
Je moet dus altijd goed opletten als je een led-lamp aansluit: het langste aansluit-pootje moet je verbinden met de pluskant van de batterij.
Dat zie je in de afbeelding hieronder.
De led-lamp
De elektro-motor
In de boormachine zit een elektro-motor.
De motor laat het boortje draaien.
In de wasmachine zit ook een elektro-motor.
Die motor laat de trommel van de wasmachine draaien.
Ook in een elektrische scooter zit een elektro-motor.
Deze motor zorgt voor de aandrijving van het achterwiel.
Beweging door de elektro-motor
In de boormachine zit een elektro-motor.
De motor laat het boortje draaien.
In de wasmachine zit ook een elektro-motor.
Die motor laat de trommel van de wasmachine draaien.
Ook in een elektrische scooter zit een elektro-motor.
Deze motor zorgt voor de aandrijving van het achterwiel.
Een eenvoudige elektro-motor
Bewegings-energie
De elektro-motor zet elektrische energie om in een draaiende beweging.
Beweging is een vorm van energie.
Dus een elektro-motor zet elektrische energie om in bewegings-energie.
De motor van een elektrische scooter zet elektrische energie om in beweging.
Hierdoor kan de scooter rijden.
Er is veel energie nodig om een scooter te laten rijden.
Dat voel je, als je het werk van de motor zelf moet doen.
Dat zie je in de afbeelding hieronder.
Nu pas merk je hoeveel energie de motor moet leveren
Energie-verlies
Een lamp zet elektrische energie om in licht.
Maar er wordt ook energie omgezet in warmte.
Die warmte wil je niet. Je zegt dan: er is energie-verlies.
Want niet álle energie wordt omgezet in licht.
Je ‘verliest’ een deel van de energie, omdat die energie wordt omgezet in warmte.
De energie gaat niet echt verloren. Maar hij wordt omgezet in een vorm van energie die je niet wilt.
Opdracht 1
Door deze opdracht te doen, maak je jouw eigen begrippenlijst.
Proefjes elektriciteit
Voor het thema elektriciteit voer je minimaal 2 proefjes uit.
Je mag zelf weten bij welke les je een proefje doet: les 1, 2, 3, 4, 5, 6 of 7.
Als je bij de laatste les maar minimaal 2 proefjes hebt gedaan!
Zolang we nog niet naar school kunnen door de corona-crisis, werken jullie thuis aan het thema 'Elektriciteit'.
Dit thema bestaat uit 7 lessen, waarvan jullie er 1 per week gaan doen.
Dat zet ik ook steeds in TP.
Elke les bestaat uit een stukje theorie met vragen en wat opdrachten.
Ook zijn er foto's en video's toegevoegd om het nog duidelijker te maken.
Natuurlijk kun je ook extra informatie in je boek opzoeken.
In de online-omgeving (Nova-Malmberg) hoef je dus GEEN opdrachten te maken.
Het is belangrijk dat je de opdrachten DUIDELIJK opslaat in een map in OneDrive.
In die map verzamel je namelijk de komende 7 lessen je opdrachten.
Na deze 7 lessen is je verzameling dan compleet en dan kan je die map in 1 keer met mij delen voor een cijfer.
Dat hoeft dus NIET tussendoor!
Hoe doe je dat dan?
Log in op Intranet
Klik op Office 365
Klik op OneDrive
Maak in 'bestanden' een nieuwe map aan en noem deze: Elektriciteit
In deze map kun je nu bestanden uploaden: upload je opdracht en geef deze een duidelijke naam: Bijvoorbeeld:Les 1 opdracht 1
De komende weken ga je alle opdrachten die je moet maken in deze map opslaan.
In die 7 weken moet je 2 proefjes doen. De uitleg hiervan vindt je ook in elke les terug.
Je mag dus zelf weten wanneer (binnen die 7 weken) je die proefjes doet.
Mocht de corona-crisis nog lang duren, dan werken we dus in ieder geval de komende 7 weken op deze manier aan het thema elektriciteit. Is het zo dan we al eerder naar school kunnen, dan pakken we vanaf dat moment de lessen weer in de klas op.
Tot slot ben ik voortaan op dinsdag tussen 9.00 en 9.30 uur bereikbaar in Teams voor vragen en extra uitleg. Je kan in Teams dan met mij chatten of video-bellen. Spaar je vragen dus ook op tot die momenten.
Ik heb in Teams bij jouw klas een chat 'Nask' aangemaakt, waarin je kunt aangeven dat je op dinsdag,- of donderdagochtend wilt chatten of wilt video-bellen. Maak er gebruik van als je vast loopt.
Succes!
Groetjes mevrouw Mourits
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat het vermogen van een apparaat is.
Je kent de eenheid van vermogen.
Je weet welke eenheid je gebruikt als het vermogen groot is.
Je weet welke eenheid je gebruikt om te meten hoeveel elektriciteit je gebruikt.
Je weet waarvoor je een kilowatt-uur-meter gebruikt.
Theorie en vragen
Je wilt een gat boren in hout.
Dan gebruik je een gewone hand-boormachine.
Maar wil je een gat boren in een betonnen muur, dan heb je een sterke boorhamer nodig.
Een boorhamer kan zwaarder werk doen dan een gewone boormachine.
Elektrische apparaten gebruiken niet allemaal evenveel energie.
Hoeveel energie een apparaat gebruikt, zie je aan het vermogen van het apparaat.
Het vermogen is de elektrische energie die het apparaat per seconde gebruikt.
Vermogen
Het vermogen staat op het type-plaatje van een apparaat.
Het type-plaatje geeft informatie over het apparaat.
In de afbeelding hieronder zie je het type-plaatje van een boormachine.
Er staat op: 550 W. Dit is het vermogen van de boormachine.
Je zegt: het vermogen is 550 watt. Watt is de eenheid van vermogen.
Watt mag je afkorten met W.
Het type-plaatje op een boormachine
Energieverbruik
Hoe groter het vermogen, hoe meer energie het apparaat in één seconde gebruikt.
In de afbeelding hieronder zie je het type-plaatje van een mixer.
Het vermogen van de mixer is 220 watt.
Deze mixer gebruikt dus minder energie per seconde dan de boormachine.
Het type-plaatje op een mixer
Verschillend vermogen
Met een zaagmachine van 500 watt kun je dunne planken doorzagen.
Maar met een zaagmachine van 2000 watt kun je in dezelfde tijd een boomstam doorzagen.
Hoe groter het vermogen van een apparaat, hoe zwaarder het werk dat het apparaat kan doen.
In de afbeelding hieronder zie je enkele spaarlampen.
Het vermogen van deze lampen is verschillend.
De lamp van 20 watt geeft méér licht dan de lamp van 7 watt.
Spaarlampen met verschillend vermogen
Kilowatt
Als het vermogen groot is, gebruik je kilowatt als eenheid.
Kilo betekent 1000. Dus 1 kilowatt = 1000 watt.
Kilowatt mag je afkorten met kW. De k staat voor kilo en de W staat voor watt.
Op het type-plaatje van een stofzuiger staat: vermogen 1,5 kW.
Het vermogen van de stofzuiger is dan 1,5 × 1000 = 1500 watt.
Energie betalen
Voor elektrische energie moet je betalen.
Daarom wil het energie-bedrijf weten hoeveel elektriciteit je gebruikt.
De elektriciteit komt het huis binnen in de meterkast.
Daar hangt de kilowatt-uur-meter.
Deze energie-meter ‘telt’ hoeveel elektrische energie je in huis gebruikt.
Dat geeft hij aan in kWh (spreek uit: kilowatt-uur).
Vaak heeft de kWh-meter een draaiende schijf.
Bij deze kWh-meter moet je ieder jaar de meterstand doorgeven aan het energie-bedrijf.
De meterstand is het getal dat de meter aangeeft.
Een ‘slimme meter’ geeft zelf de meterstand door aan het energie-bedrijf.
Het energie-bedrijf kan nu het energie-gebruik controleren.
Rekenvoorbeeld
Je wilt weten hoeveel kWh je in een jaar gebruikt.
Vorig jaar was de meterstand: 62 195 kWh. Dit noem je stand 1.
Precies een jaar later is de meterstand: 63 865 kWh. Dit noem je stand 2.
Met de twee meterstanden kun je uitrekenen hoeveel kWh je hebt gebruikt.
Bereken: stand 2 – stand 1.
Dus 63 865 – 62 195 = 1670 kWh.
1 kWh kost 24 eurocent.
Je moet betalen: 1670 × 24 = 40 080 eurocent.
Dat is 40 080 : 100 = € 400,80.
Opdracht 1
Door deze opdracht te doen, maak je jouw eigen begrippenlijst.
Proefjes elektriciteit
Voor het thema elektriciteit voer je minimaal 2 proefjes uit.
Je mag zelf weten bij welke les je een proefje doet: les 1, 2, 3, 4, 5, 6 of 7.
Als je bij de laatste les maar minimaal 2 proefjes hebt gedaan!
Zolang we nog niet naar school kunnen door de corona-crisis, werken jullie thuis aan het thema 'Elektriciteit'.
Dit thema bestaat uit 7 lessen, waarvan jullie er 1 per week gaan doen.
Dat zet ik ook steeds in TP.
Elke les bestaat uit een stukje theorie met vragen en wat opdrachten.
Ook zijn er foto's en video's toegevoegd om het nog duidelijker te maken.
Natuurlijk kun je ook extra informatie in je boek opzoeken.
In de online-omgeving (Nova-Malmberg) hoef je dus GEEN opdrachten te maken.
Het is belangrijk dat je de opdrachten DUIDELIJK opslaat in een map in OneDrive.
In die map verzamel je namelijk de komende 7 lessen je opdrachten.
Na deze 7 lessen is je verzameling dan compleet en dan kan je die map in 1 keer met mij delen voor een cijfer.
Dat hoeft dus NIET tussendoor!
Hoe doe je dat dan?
Log in op Intranet
Klik op Office 365
Klik op OneDrive
Maak in 'bestanden' een nieuwe map aan en noem deze: Elektriciteit
In deze map kun je nu bestanden uploaden: upload je opdracht en geef deze een duidelijke naam: Bijvoorbeeld:Les 1 opdracht 1
De komende weken ga je alle opdrachten die je moet maken in deze map opslaan.
In die 7 weken moet je 2 proefjes doen. De uitleg hiervan vindt je ook in elke les terug.
Je mag dus zelf weten wanneer (binnen die 7 weken) je die proefjes doet.
Mocht de corona-crisis nog lang duren, dan werken we dus in ieder geval de komende 7 weken op deze manier aan het thema elektriciteit. Is het zo dan we al eerder naar school kunnen, dan pakken we vanaf dat moment de lessen weer in de klas op.
Tot slot ben ik voortaan op dinsdag tussen 9.00 en 9.30 uur bereikbaar in Teams voor vragen en extra uitleg. Je kan in Teams dan met mij chatten of video-bellen. Spaar je vragen dus ook op tot die momenten.
Ik heb in Teams bij jouw klas een chat 'Nask' aangemaakt, waarin je kunt aangeven dat je op dinsdag,- of donderdagochtend wilt chatten of wilt video-bellen. Maak er gebruik van als je vast loopt.
Succes!
Groetjes mevrouw Mourits
Leerdoelen
Je kent de eenheid van stroomsterkte.
Je kunt uitleggen wat over-belasting is.
Je kunt uitleggen welke stoffen geleiders en isolatoren zijn en een voorbeeld geven.
Je kunt uitleggen wat kortsluiting is en waarom kortsluiting gevaarlijk is.
Je kunt uitleggen wat een groep is in een elektrische installatie in een woonhuis.
Je kunt uitleggen hoe een smelt-veiligheid werkt.
Je kunt uitleggen hoe een automatische veiligheid werkt.
Je kunt uitleggen hoe een aardlek-schakelaar werkt.
Theorie en vragen
Elektriciteit kan gevaarlijk zijn.
Daarom moet je een elektrische installatie goed beveiligen.
En je moet elektrische apparaten altijd op de goede manier gebruiken.
Stroomkring
In het snoer van een stofzuiger zitten twee draden Dat zie je in de afbeelding hieronder.
Eén draad (bruin) gaat van het stopcontact naar de motor van de stofzuiger.
De tweede draad (blauw) gaat van de stofzuiger terug naar het stopcontact.
Nu is er een stroomkring.
Stroom
Met de schakelaar van de stofzuiger sluit je de stroomkring.
De stofzuiger gaat aan. Door de draden gaat stroom lopen.
Je kunt de stroom meten met een stroom-meter.
De eenheid van stroomsterkte is ampère.
Als je de stofzuiger inschakelt, gaat een stroom lopen van ongeveer 4 ampère.
Je mag 4 ampère afkorten met 4 A.
Vanuit de meterkast gaan twee draden naar een kamer in huis.
Dat zie je in de afbeelding hieronder.
In deze kamer zijn drie stopcontacten.
Je sluit een stofzuiger aan, waardoor een stroom gaat lopen van 4 ampère.
Je sluit een föhn aan, waardoor een stroom gaat lopen van 2 ampère.
Je sluit een koffiezet-apparaat aan, waardoor een stroom gaat lopen van 5 ampère.
Van de meterkast naar de kamer loopt nu een stroom van 4 + 2 + 5 = 11 ampère.
Overbelasting
Een apparaat waar elektrische stroom doorheen loopt, wordt warm.
Ook de stroomdraden worden warm.
Een beetje warmte is niet erg.
Maar als je te veel apparaten aansluit, dan wordt de stroom te groot. Dat noem je overbelasting. De draden worden heel erg warm. Daardoor kan brand ontstaan.
Bij over-belasting schakelt een beveiliging in de meterkast de elektrische stroom uit.
Geleiders en isolatoren
Een stroomdraad is van koper. Koper is een metaal.
Alle metalen zijn goede geleiders voor elektrische stroom.
Dat betekent dat elektrische stroom gemakkelijk door koper heen kan gaan.
Je zegt: koper is een goede geleider voor elektriciteit.
Rond de koperdraad zit een laagje kunststof. Dat zie je in de afbeelding hieronder.
De stroom kan niet door kunststof heen. Kunststof is een isolator.
Een isolator laat geen stroom door.
Daardoor kan de stroom alleen de weg van de koperdraad volgen.
De stroom kan nergens anders naartoe.
Kortsluiting
De draden in een apparaat kunnen los gaan en daardoor tegen elkaar komen.
Ook kan de isolatie van de draden kapot gaan, zodat de koperdraden elkaar raken.
De plus en de min raken elkaar dan rechtstreeks. Dit noem je kortsluiting.
Dat zie je in de afbeelding hieronder.
Bij kortsluiting wordt de stroom meteen héél erg groot. Kortsluiting is erg gevaarlijk.
Als de stroom niet op tijd wordt uitgeschakeld, ontstaat er brand.
Groepen
De elektrische installatie in een woonhuis is verdeeld in groepen.
Elke groep geeft stroom aan een deel van het huis.
Bijvoorbeeld de keuken, de badkamer of de huiskamer.
Elke groep is beveiligd tegen overbelasting en tegen kortsluiting.
Alle groepen zijn parallel geschakeld.
Dus als één groep wordt uitgeschakeld, dan blijven de andere groepen gewoon werken.
De smelt-veiligheid
In de meterkast zit voor elke groep een smelt-veiligheid.
Andere namen voor smelt-veiligheid zijn: zekering of stop.
In de afbeelding hieronder zie je de binnenkant van een smelt-veiligheid.
In de smelt-veiligheid zit een draadje: de smeltdraad.
Alle stroom van de groep gaat door dit draadje.
Bij over-belasting of kortsluiting wordt het draadje zo warm dat het smelt.
De stroomkring wordt onderbroken. De spanning op de groep is uitgeschakeld.
De verklikker
Op de achterkant van een smelt-veiligheid zit een dopje.
Dit dopje noem je een verklikker. De verklikker is grijs, rood of groen.
Aan de kleur van de verklikker kun je zien bij hoeveel stroom het draadje smelt.
Grijs: het draadje smelt bij 16 ampère.
Rood: het draadje smelt bij 10 ampère.
Groen: het draadje smelt bij 6 ampère.
In een woonhuis worden meestal smelt-veiligheden van 16 ampère gebruikt. Grijze dus.
Als de smeltdraad doorsmelt, dan gaat ook het draadje van de verklikker stuk.
Het veertje duwt de verklikker van zijn plaats.
Zo kun je aan de buitenkant zien welke smelt-veiligheid kapot is.
Je kunt nu het probleem zoeken en oplossen.
Bijvoorbeeld minder apparaten tegelijk aanzetten.
Of bij een apparaat dat kortsluiting maakt: de stekker uit het stopcontact halen.
Daarna moet je de smelt-veiligheid vervangen. Dat doe je zo:
1. Draai de houder van de kapotte smelt-veiligheid los.
2. Doe een nieuwe smelt-veiligheid in de houder.
3. Draai hem daarna weer op zijn plaats.
Automatische veiligheid
Een groep kan ook beveiligd zijn met een automatische veiligheid. Zie de afbeelding hieronder.
Dit is een schakelaar die reageert op warmte.
Hoe groter de stroom, hoe warmer de schakelaar wordt.
Wordt de stroom te groot, dan gaat de schakelaar vanzelf om.
De stroomkring van de groep wordt onderbroken. Je kunt nu het probleem zoeken en oplossen. Daarna kun je de schakelaar van de automatische veiligheid weer inschakelen.
De aardlek-schakelaar
In de meterkast zit nog een veiligheid: de aardlek-schakelaar.
Die zie je in de afbeelding hieronder.
Deze veiligheid meet de stroom die uit de meterkast naar het huis gaat.
Hij meet ook de stroom die uit het huis terugkomt in de meterkast.
Die stroom moet even groot zijn.
Als er een verschil is, dan verdwijnt ergens stroom.
Bijvoorbeeld omdat een apparaat stroom ‘lekt’.
In dat apparaat is iets kapot en het apparaat kan aan de buitenkant onder spanning staan.
Dat is gevaarlijk, want die spanning is 230 volt.
De aardlek-schakelaar schakelt dan alle groepen uit.
Opdracht 1
Gebruik voor deze opdracht het werkblad smelt-veiligheden.
Print het werkblad uit óf neem de tekening over op een blaadje.
Op het werkblad kijk je tegen de achterkant van drie smelt-veiligheden aan.
Kleur de verklikkers in de juiste kleur.
Maak een screenshot en sla deze DUIDELIJK op in OneDrive.
Hoe doe je dat?
Log in op Intranet
Klik op Office 365
Klik op OneDrive
Ga naar 'bestanden' en open de map Elektriciteit
In deze map kun je nu bestanden uploaden: upload je screenshot en geef deze een duidelijke naam: Les 7 opdracht 1
De komende weken ga je alle opdrachten die je moet maken in deze map opslaan.
Door deze opdracht te doen, maak je jouw eigen begrippenlijst.
Proefjes elektriciteit
Voor het thema elektriciteit voer je minimaal 2 proefjes uit.
Je mag zelf weten bij welke les je een proefje doet: les 1, 2, 3, 4, 5, 6 of 7.
Als je bij de laatste les maar minimaal 2 proefjes hebt gedaan!
Het arrangement Nask Thema 4 Elektriciteit is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Jose Mourits
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2020-06-12 15:51:09
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.